Operation Manual

406 ICP-programmering
5.10 Contourelementen mantelvlak
5.10 Contourelementen mantelvlak
Met de "contourelementen van het mantelvlak" maakt u complexe te
frezen contouren.
Cyclusbedrijf: contouren voor radiale ICP-freescycli
smart.Turn: contouren voor de bewerking met de C-as
Contourelementen van het mantelvlak worden cartesiaans of polair
gedimensioneerd. Als alternatief voor de hoekmaat kunt u de
baanmaat gebruiken. De omschakeling gebeurt via de softkey (zie
tabel).
Startpunt mantelvlakcontour
In het eerste contourelement van de contour voert u de coördinaten
voor het start- en eindpunt in. Het startpunt kan alleen in het eerste
contourelement worden ingevoerd. In de volgende contourelementen
volgt het startpunt telkens uit het vorige contourelement.
Menutoets Contour indrukken.
Softkey Element toevoegen indrukken
Startpunt vastleggen
Softkeys voor poolcoördinaten
Schakelt het veld van de baanmaat
voor de invoer van de hoek C om.
Schakelt het veld naar de invoer van
de poolmaat P om.
De baanmaat komt overeen met de manteluitslag bij de
referentiediameter.
Bij mantelvlakcontouren wordt de referentiediameter in
de cyclus vastgelegd. Deze diameter geldt bij alle
volgende contourelementen als referentie voor de
baanmaat.
Bij het oproepen vanuit smart.Turn wordt de
referentiediameter in de referentiegegevens
vastgelegd.
Parameters voor definitie van het startpunt
ZS Startpunt van de contour
CYS Startpunt van de contour als baanmaat (referentie:
diameter XS)
P Startpunt van de contour polair
C Startpunt van de contour polair - hoek