Operation Manual
560 Werkstand Organisatie
8.3 Transfer
De voor de apparatuur specifieke netwerkinstellingen
Druk op de softkey Netwerk voor de invoer van de
apparaatspecifieke netwerkinstellingen. Er kunnen willekeurig veel
netwerkinstellingen worden vastgelegd, maar er kunnen slechts
maximaal 7 netwerkinstellingen tegelijkertijd beheerd worden
Instelling Betekenis
Netwerkstation Lijst met alle gekoppelde netwerkstations.
In de kolommen toont de besturing de
desbetreffende status van de
netwerkverbindingen:
Mount:
netwerkstation gekoppeld/niet gekoppeld
Auto:
netwerkstation moet automatisch/
handmatig worden gekoppeld
Type:
type netwerkverbinding. Mogelijk zijn cifs
en nfs
Station:
aanduiding van het station op de besturing
ID:
interne ID waarmee wordt aangegeven
dat u meerdere verbindingen via een
mount-point hebt gedefinieerd
Server:
naam van de server
Vrijgavenaam:
naam van de directory op de server
waartoe de besturing toegang moet
hebben
Gebruiker:
naam van de gebruiker op het netwerk
Wachtwoord:
netwerkstation wel of niet met
wachtwoord beveiligd
Wachtwoord vragen?:
bij het verbinden wel/niet om wachtwoord
vragen
Opties:
weergave van extra verbindingsopties
Via de knoppen beheert u de
netwerkstations.
Om netwerkstations toe te voegen, gebruikt
u de knop Toevoegen: de besturing start dan
de verbindings-wizard waarin u via
dialoogvensters alle benodigde gegevens
kunt invoeren