operation manual
109 І 164
Werken met de machine
m Let op! Gevaar voor zeer zwaar tot dodelijk let-
sel als de machine - ook zonder gereedschap - op
mensen of dieren wordt gericht en als zich perso-
nen of dieren in de gevarenzone bevinden. Richt de
machine nooit op mensen of dieren. De bediener
draagt zelf de verantwoording om ervoor te zorgen,
dat zich geen personen of dieren in de gevarenzo-
ne van de machine bevinden. Zodra personen of
dieren in de gevarenzone terecht komen, moet de
bediener de machine direct stilzetten en ervoor zor-
gen dat deze personen of dieren voldoende afstand
houden. De gevarenzone is altijd afhankelijk van de
werkzaamheden en van het gebruikte gereedschap.
Daarom is de bediener zelf verantwoordelijk voor
het vaststellen van de gevarenzone.
AANWIJZING! Het slagwerk van het apparaat werkt
alleen als het werktuig in contact staat met het te ver-
werken materiaal. Met deze functie wordt het apparaat
beschermt tegen beschadigingen.
1. Druk op de activeringshendel (4) om het slagmecha-
nisme van perslucht te voorzien en de persluchtma-
chine te starten.
2. Houd de persluchtmachine bij werkzaamheden altijd
goed met beide handen vast:
• Houd de persluchtmachine met de ene hand aan
de steel (3) of aan de handgreep (6) vast, en met
de andere hand bij de activeringshendel (4)
3. Instructie! Houd het gebruikte gereedschap (7) op
het te bewerken materiaal. Gebruik de persluchtma-
chine niet zonder contact met het materiaal! Lege
slagen leiden tot meer slijtage van de zeskant van
de gereedschappen en van de schuifmof (2) van de
gereedschapsopname (1).
4. De greep (6) en de steel (3) zijn bedoeld om de ma-
chine mee te geleiden, en niet, om extra kracht op
het materiaal uit te oefenen. Pas slechts zoveel spier-
kracht toe, als nodig is om de persluchtmachine de
weerstand van de gereedschapsgeleiding te laten
overwinnen, de slag naar voren te laten gaan, om de
persluchtmachine niet omhoog te laten springen en
het materiaal inderdaad wordt bewerkt.
5. Gebruik als hefboom is begrensd mogelijk. Te grote
hefboomkrachten kunnen tot afbreken van de steel
(3) of van het gebruikte gereedschap (7) leiden. m
Letselgevaar! Valgevaar bij het afbreken van de
steel of van het gereedschap door onverwachte
verplaatsing van het gewicht. Gebruik de machi-
ne dus niet teveel als hefboom.
6. Als u de activeringshendel (4) loslaat, wordt de per-
sluchttoevoer onderbroken. De persluchtmachine
stopt met een korte nalooptijd. m Letselgevaar!
Gevaar voor zeer zwaar of zelfs dodelijk letsel of
schade aan de machine en het gereedschap, als
de activeringshendel langdurig wordt vergren-
deld. Zet de activeringshendel nooit vast met ka-
belbinders, plakband of andere hulpmiddelen.
• Gebruik altijd speciale persluchtolie Belangrijk: Ge-
bruik alleen harsvrije olie!
Gereedschap plaatsen/wisselen
m Kans op verwondingen door gereedschap! Maak
het apparaat standaard altijd eerst drukloos voordat u
gereedschap plaatst of wisselt, omdat het apparaat
door onwillekeurige aanrakingen ineens ingeschakeld
kan raken. Draag bij het hanteren van scherp, puntig
of heet gereedschap altijd geschikte veiligheidshand-
schoenen zodat u niet gewond raakt.
Gebruik uitsluitend origineel gereedschap of gereed-
schap dat door de fabrikant uitdrukkelijk is vrijgegeven
voor gebruik met deze persluchtmachine.
Gereedschap plaatsen (afb. 2)
1. Houd de persluchtmachine met de gereedschapsop-
name (1) naar boven. Laat het andere uiteinde op de
bodem steunen. Controleer, als de persluchtmachine
al in bedrijf is geweest, of er wat olie op de gereed-
schapsopname (1) aanwezig is.
2. Steek het te gebruiken gereedschap (7) met de zes-
kant in de juiste stand, in de gereedschapsopname
(1).
3. Schuif met de andere hand de schuifmof (2) naar on-
der, tot het gebruikte gereedschap (7) in de opname
glijdt. Breng de schuifmof (2) terug op zijn plaats.
4. Trek aan het gebruikte gereedschap (7), om te con-
troleren of het goed in de gereedschapsopname (1)
vastgeklikt zit. Controleer of de zeskant van het ge-
bruikte gereedschap (7) netjes in de gereedschaps-
opname valt.
5. Schuif de schuifmof (2) tot de helft naar onder.
6. Trek het gebruikte gereedschap (7) er met de andere
hand uit. Breng de schuifmof (2) terug op zijn plaats.
m Let op! Letselgevaar door eruit vliegend gereed-
schap. Let er bij elke gereedschapwissel op, of de ge-
reedschapsopname (1) geen zware slijtagesporen ver-
toont of sterk is uitgeslagen. Let er verder op, of de
zeskant van het gereedschap nog in goede staat is.
Controleer na elke gereedschapswissel of het gereed-
schap goed vast zit.
Slang aansluiten
1. Sluit de slang (niet meegeleverd) aan op de pers-
luchtbron (bijv. aan de compressor) en open de per-
sluchttoevoer.
2. Controleer de persluchtslangen en koppelingen op
lekdichtheid. Onderbreek de persluchttoevoer als de
leiding lekken vertoont en vervang de slang!
3. Sluit de slang (8) aan op de aansluiting (5) op de
persluchtmachine (afb. 3). Let er daarbij op, dat de
persluchtmachine niet plotseling vanzelf geactiveerd
wordt. Maak direct de persluchtkoppeling los als dit
gebeurt. Laat de persluchtmachine in een vakkundige
werkplaats of bij de fabrikant repareren.