Operation Manual

Gebruikershandleiding voor netwerkcamera
© Hikvision Digital Technology Co., Ltd. Alle rechten voorbehouden.
47
map en onderliggende map selecteren. Wanneer de bovenliggende map is
geselecteerd, kunt u de apparaatnaam, het apparaatnummer of het IP-adres van
het apparaat als mapnaam gebruiken. Wanneer de onderliggende map is
geselecteerd, kunt u de cameranaam of het cameranummer als mapnaam
gebruiken.
Uploadtype: Hiermee kunt u het uploaden van de vastgelegde beelden op de
FTP-server inschakelen.
3. Klik op om de instellingen op te slaan.
Opmerkingen: Als u de vastgelegde beelden wilt uploaden naar een FTP-server,
moet u de functie voor continusnapshots of door gebeurtenissen getriggerde
snapshots inschakelen op de pagina Snapshot. Raadpleeg sectie 6.6.8 voor
gedetailleerde informatie.
Het apparaat moet opnieuw worden gestart om de instellingen door te voeren.
6.3.9 UPnP-instellingen configureren
UPnP (Universal Plug and Play) is een netwerkarchitectuur die zorgt voor onderlinge
compatibiliteit van netwerkapparatuur, software en andere hardwareapparaten. Het
UPnP-protocol maakt het mogelijk apparaten naadloos aan te sluiten en de
implementatie van netwerken in thuis- en bedrijfsomgevingen te vereenvoudigen.
Wanneer de functie is ingeschakeld, hoeft u de poorttoewijzing voor de verschillende
poorten niet te configureren en wordt de camera via de router met het WAN (Wide
Area Network) verbonden.
Stappen:
1. Open de interface voor UPnP-instellingen:
Configuratie > Geavanceerde configuratie > Netwerk > UPnP
2. Klik op de pijlknop en schakel de UPnP-functie in of uit.
Figure 6-18 UPnP-instellingen configureren
3. Klik op om de instellingen op te slaan.