Operation Manual
Nederlands
57
1<>2/r
Set-up camerafuncties
SELECTEREN VAN EEN VOOR HET ONDERWERP GESCHIKTE
OPNAMEFUNCTIE
(OMSCHAKELEN VAN DE GEPROGRAMMEERDE AUTOMATISCHE
BELICHTINGSFUNCTIE)
Deze DVD videocamera/recorder meet automatisch de belichting van uw onderwerp en de
omgeving en stelt zelf de optimale waarden in: Als u zelf een belichtingsfunctie kiest aan de hand
van uw onderwerp, kunt u de belichting nauwkeuriger afstemmen op de omstandigheden.
1 Druk op de MENU toets, gebruik de f/
e/d/c toetsen om “Program AE” van
het “Camera Functions Setup” scherm te
kiezen en druk vervolgens op de A toets.
Rechts van “Program AE” verschijnen de
diverse instelmogelijkheden.
2 Gebruik de f/e/d/c toetsen om de
gewenste mogelijkheid te kiezen en druk
vervolgens op de A toets: De geselecteerde
mogelijkheid zal worden ingesteld.
3 Druk op de MENU toets om de instelling af te
sluiten.
Het menuscherm zal verdwijnen.
Opmerking:
• U kunt aan de op het scherm weergegeven informatie
zien welke belichtingsfunctie is ingesteld. In de
automatische belichtingsfunctie wordt echter niets op
het scherm aangegeven.
• De hierboven ingestelde belichtingsfunctie zal ook
wanneer de DVD videocamera/recorder wordt
uitgeschakeld worden bewaard in het geheugen.
• Bij opnamen onder donkere omstandigheden kan een
bewegend onderwerp naijlen op het scherm en omdat
dit ook gebeurt wanneer u de camera beweegt, kunt u
in een dergelijk geval het beste een statief gebruiken.
• Als u de Sport belichtingsfunctie gebruikt bij TL licht,
kan het beeld gaan flikkeren: Gebruik in dit geval de
automatische belichtingsfunctie voor de opname.
Auto: De camera/recorder beoordeelt zelf het
onderwerp en de omgeving daarvan en bepaalt
een optimale belichting voor deze opname.
Sport (Sports) : Verm i n d e r t
bewegingsonscherpte van het onderwerp bij
opnamen van snel bewegende onderwerpen
zoals bij golf of tennis.
Portret (Portrait) : Zorgt ervoor dat het
onderwerp, een persoon, dier of voorwerp, los
komt van de onscherpe achtergrond.
Spotlicht (Spotlight) : Voo r k o m t
overbelichting van bijvoorbeeld het gezicht van
uw onderwerp wanneer er een felle verlichting
wordt gebruikt, zoals bijvoorbeeld bij een
bruiloft of op het toneel.
Zand & sneeuw (Sand & Snow) : Voo r k o m t
onderbelichting van bijvoorbeeld het gezicht
van uw onderwerp op plekken met veel
gereflecteerd licht, zoals bijvoorbeeld ’s zomers
aan zee of ’s winters in de sneeuw.
Weinig licht (Low Light) : Stelt de gebruiker
in staat opnamen te maken onder donkere
omstandigheden:
Keer de LCD-monitor 180º om tijdens opname:
Het licht van de LCD-monitor kan dan worden
gebruikt om bij op te nemen.
Voor u begint
• Zie bladzijde 49 voor de manier waarop u instellingen moet verrichten.