Operation Manual

Nederlands
61
Wanneer u uw vinger van de indicatieschakelaar
van de resterende acculading haalt, dooft het
indicatielampje. In Tabel 6 vindt u de status van
het indicatielampje van de resterende acculading
en de resterende acculading.
Omdat de indicator van de resterende acculading
een enigszins ander resultaat geeft afhankelijk van
de omgevingstemperatuur en kenmerken van de
accu, gebruikt u de informatie best als referentie.
OPMERKING:
Stel het schakelpaneel niet bloot aan sterke schokken
en breek het niet.
Dit kan een defect veroorzaken.
Om accuvermogen te sparen, licht het
indicatielampje van de resterende acculading op
door op de indicatieschakelaar van de resterende
acculading te drukken.
7. Het led-lampje gebruiken
Telkens als u op de lichtschakelaar op het
schakelpaneel drukt, licht het led-lampje op of dooft
het. (Afb. 14)
Om te voorkomen dat de accu leeg loopt, dient u
het led-lampje regelmatig uit te schakelen.
LET OP:
Stel uw ogen niet rechtstreeks bloot aan het licht
door in het lampje te kijken.
Als uw ogen voortdurend worden blootgesteld aan
het licht, kan dit oogletsel veroorzaken.
OPMERKING:
Om te voorkomen dat de accu leeg loopt doordat
u vergeet het led-lampje te doven, gaat het lampje
automatisch uit na ongeveer 15 minuten.
VOORZORGSMAATREGELEN BIJ GEBRUIK
1. De machine laten rusten na continu werk
Na continu vastdraaien van bouten dient u de machine
15 minuten of zo te laten rusten wanneer u de batterij
vervangt. De temperatuur van de motor, schakelaar
enz. zal flink stijgen als u direct weer begint te werken
nadat de batterij vervangen is, hetgeen uiteindelijk
kan resulteren in doorbranden van de machine.
OPMERKING:
Raak de afscherming niet aan, aangezien deze zeer
heet zal worden bij continu gebruik.
2. Voorzorgsmaatregelen bij het gebruik van de
snelheidsregelaar
Deze regelaar is voorzien van een ingebouwd,
elektronisch circuit waarmee het toerental traploos
kan worden ingesteld. Hierdoor kunnen, wanneer de
trekschakelaar slechts een beetje wordt overgehaald
(laag toerental) en de motor gestopt wordt terwijl u
een schroef aan het indraaien bent, onderdelen van
het elektronisch circuit oververhit en beschadigd
raken.
3. Aantrekkoppel
Raadpleeg Afb. 19 voor het aanhaalkoppel voor de
bouten (afhankelijk van de maat), onder de
omstandigheden zoals op Afb. 20.
Gebruik dit voorbeeld als algemeen referentiepunt,
aangezien het aantrekkoppel zal variëren met de
omstandigheden waaronder wordt vastgedraaid.
OPMERKING:
Bij gebruik van een lange vastdraaitijd zullen de
schroeven zeer vast worden gedraaid. Dit kan tot
gevolg hebben dat de schroef breekt, of dat het
uiteinde van het schroefstuk beschadigd wordt.
Als het schroefstuk onder een hoek op de vast te
draaien schroef geplaatst wordt, kan de kop van de
schroef beschadigd worden. Tevens is het dan
mogelijk dat het gespecificeerde aantrekkoppel niet
op de schroef wordt overgebracht. Plaats daarom het
apparaat en de vast te draaien schroef altijd in een
lijn.
4. Gebruik de juiste vastdraaitijd voor de schroef
Het juiste aantrekkoppel voor een schroef varieert
met het materiaal en de grootte van de schroef, en
het materiaal waarin de schroef vastgedraaid wordt.
Dus gebruik de juiste vastdraaitijd voor de schroef.
In het bijzonder als bij het vastdraaien van schroeven
kleiner dan M8 schroeven een lange vastdraaitijd
wordt gebruikt, bestaat het gevaar dat de schroef
breekt. Zorg er daarom voor dat u de vastdraaitijd en
het aantrekkoppel van te voren kontroleert.
5. Zet de bout met het juiste aantrekkoppel vast
Het optimale aantrekkopel van moeren en bouten
hangt af van het materiaal en formaat van de moeren
en bouten. Een buitensporig groot aantrekkoppel voor
een kleine bout kan resulteren in rekken of breken
van de bout. Het aantrekkoppel is groter naarmate de
bedrijfstijd langer is. Gebruik de juiste
wijzerplaatinstelling en vastdraaitijd voor de bout.
6. Vasthouden van het gereedschap
Houd de slagmoeraanzetter stevig met beide handen
vast. De sleutel moet in dit geval in lijn zijn met de
bout.
Het is niet noding hard tegen de sleutel te drukken.
Druk zodaning dat er net wordt gecompenseerd voor
de kracht van de machine.
7. Controleren van het aantrekkopper
De volgende faktoren dragen bij tot een vermindering
van het aantrekkoppel. Controller, daarom het vereiste
aantrekkoppl door van de te voren en aantal bouten
met een handberdiende momentsleutel vast te
draaien. Fadtoren die een invloed hebben op het
aantrekkoppel.
(1) Voltage
Als de marge van ontladen wordt bereikt, neemt net
voltage af en vermindert het aantrekkoppe.
Tabel 6
De resterende acculading is de
helft.
De accu is bijna leeg.
Laad de accu zo snel mogelijk op.
Status van
lampje
Resterende acculading
De resterende acculading is
voldoende.
05Ned_WR14DSL_WE 6/19/08, 17:5361