GENERATORAGGREGAAT EC4D - ECT6D N HO D A GEBRUIKERSHANDLEIDING HONDA EUROPE POWER EQUIPMENT S.A.
INLEIDING U heeft zojuist een Honda generatoraggregaat gekocht en wij danken U voor uw vertrouwen. Het doel van dit handboek is U vertrouwd te maken met uw generatoraggregaat. Wij raden U aan haar zorgvuldig door te lezen alvorens de machine in werking te stellen teneinde al de nodige voorzorgsmaatregelen bij gebruik te kunnen nemen en de nodige kennis te hebben vergaard om het aggregaat naar behoren te onderhouden.
INHOUD INLEIDING . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 2 INHOUD . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 3 VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . 4 Veiligheidsstickers . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN TENEINDE UW VEILIGHEID TE VERZEKEREN EVENALS DE LEVENSDUUR VAN HET AGGREGAAT, VERZOEKEN WIJ U BIJ HET LEZEN VAN DIT HANDBOEK, IN HET BIJZONDER UW AANDACHT TE SCHENKEN AAN DE RUBRIEKEN WAAR DE VOLGENDE VERMELDINGEN BOVEN STAAN: WAARSCHUWING : Het betreft hier een waarschuwing; gevaar voor zwaar lichamelijk letsel of zelfs dodelijk gevaar in het geval de voorschriften niet in acht genomen worden.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN A De generatoraggregaat niet op (huis) installaties of het openbare ne aansluiten. B C WAARSCHUWING: • Lees het instructieboekje. • De vrijkomende uitlaatgassen bevatten giftige bestanddelen. • De generatoraggregaat mag nooit in een afgesloten ruimte werken. WAARSCHUWING: • Heet oppervlak: De uitlaat blijft geruime tijd heet nadat de motor is gestopt. D IDENTIFICATIE VAN DE MACHINE E 6 5 4 3 1 1. 2. 3. 4. 5. 6.
VEILIGHEIDSVOORSCHRIFTEN 1. Het is uiterst belangrijk te weten hoe men het generatoraggregaat kan stoppen en waar alle andere bedieningsknoppen toe dienen. Men moet nooit en te nimmer toestaan die een persoon die niet vertrouwd is met de bedieningsinstrukties, het aggregaat gebruikt. 2. Kinderen onder 14 jaar op een afstand houden, evenals dieren, wanneer het aggregaat in werking is. 3.
ALGEMENE BESCHRIJVING 11 1 2 8 6 EC4D ND HO A 14 13 12 7 16 18 17 4 19 ECT6D 10 0 HO ND A 16 DIE SE L 9 2-S G TA ED 3 10 20 [1] [2] [3] [4] [5] [6] [7] [8] [9] [10] 15 14 5 Tankdop Brandstoftank Wateraftapschroef Olievuldop / Peilstok Motorolie aftapdop Luchtfilter Oliefilter Uitlaat Vonkenvanger Handgreep starterkoord [11] [12] [13] [14] [15] [16] [17] [18] [19] [20] Decompressiehandel olie-beveiligingssysteem Uitschakelingshandel Toerentalhandel Thermische zekering Kontaktdoos 4
VOORBEREIDING MONTAGE VAN DE TRANSPORTKIT 17 21 20 22 23 19 18 13 11 10 16 14 16 15 14 15 12 2 1 3 2 3 1 9 8 7 4 5 6 4 7 11 10 9 5 8 Na ontvangst van de generatoraggregaat, dienen de los geleverde wielen en handgrepen gemonteerd te worden in de volgorde van de hierboven aangegeven positienummers. De schroeven [2] mogen pas volledig aangedraaid worden, na montage van de tussenstukken [8].
KONTROLES VOOR GEBRUIK WAARSCHUWING : Voor het uitvoeren van de volgende kontroles, moet men het aggregaat op een stabiel horizontaal vlak plaatsen, de motor afzetten. Oppassen dat men niet aan de warme metalen delen van de motor komt tijdens het kontroleren van het oliepeil. KONTROLE VAN HET OLIEPEIL VOORZORGSMAATREGEL: • De motorolie is uiterst belangrijk en heeft een grote invloed op het prestatievermogen van de motor en zijn levensduur.
KONTROLES VOOR GEBRUIK KONTROLE VAN HET BRANDSTOFPEIL VEILIGHEID 7 9 1. Verwijder de dop van de brandstoftank en kontroleer het peil. Vul de tank bij als het peil te laag is. WAARSCHUWING : De tank niet te vol vullen. Kontroleer na het bijvullen of de dop van de brandstoftank goed en stevig aangedraaid is. HOUDT BRANDSTOF UIT DE BUURT VAN KINDEREN. VOORZORGSMAATREGEL: • Gebruik nooit vervuilde of te oude Diesel. • Erop letten dat er geen vuil of water in de tank kan komen.
GEBRUIK HET STARTEN VAN DE MOTOR VEILIGHEID 2 4 5 6 VOORZORGSMAATREGEL: • Nooit een generatoraggregaat starten met toestellen aangesloten op de kontaktdozen, want deze zouden hierdoor beschadigd kunnen worden. 1. Zet de uitschakelingshandel [1] in de startstand “I” (volledig omhoog). 2. Zet de toerentalhandel [2] in de stand STATIONAIR (volledig omlaag). 2 1 3. Trek licht aan de handgreep van het starterkoord tot u een lichte weerstand voelt. Trek daarna snel en krachtig aan het koord.
GEBRUIK OLIE-BEVEILIGINGSSYSTEEM Het olie-beveiligingssysteem heeft tot doel motorschade te voorkomen door een tekort aan olie in het ondercarter. Zodra het oliepeil de veiligheidsgrens bereikt, wordt door het olie-beveiligingssysteem de decompressiehandel [1] in werking gesteld, waardoor de motor automatisch u i t g e sch a ke l d wo r d t . De u i ts c h a k e l i n g s - e n toerentalhandels blijven in de inschakelingsstand staan.
GEBRUIK GEBRUIK VAN HET GENERATORAGGREGAAT VEILIGHEID 8 10 11 Uw Honda generatoraggregaat is een betrouwbaar apparaat. Het garanderen van de veiligheid van zijn gebruikers stond tijdens zijn ontwerpfaze op de allereerste plaats. Dankzij zijn hulp wordt alles makkelijker, thuis en op het werk. Maar het kan ook een potentieel elektrokutiegevaar vormen indien de in dit hoofdstuk gegeven gebruiksinstrukties niet in acht genomen worden.
GEBRUIK INFORMATIE AANGAANDE DE BOUW VAN HET GENERATORAGGREGAAT De generator wikkelingen zijn niet verbonden met aarde; hierdoor ontstaat een veilige constructie met een verlaagd risico van elektrocutie. Het is streng verboden om de wikkeling met aarde te verbinden, tenzij een 30mA aardlekschakelaar word gebruikt voor de bescherming ter bescherming van de gebruikers.
GEBRUIK Het generatoraggregaat is voorzien van een thermische zekering automaat die dienst doet als beveiliging in geval van overbelasting. Een onderbreking van de stroomvoorziening tijdens gebruik kan het gevolg zijn van overbelasting die de thermische zekering heeft afgeschakeld.
ONDERHOUD Teneinde uw generatoraggregaat van een lange levensduur en zijn uitstekende prestaties te verzekeren, moet men het onderhoudsschema nauwkeuring in acht nemen. VEILIGHEID 5 7 VOORZORGSMAATREGEL: • De motor en de uitlaat worden zodanig heet dat zij gemakkelijk brandwonden kunnen veroorzaken en zelfs brand in geval van aanwezigheid van ontvlambare stoffen. De motor 15 minuten laten afkoelen alvorens met de onderhouds-werkzaamheden te beginnen.
ONDERHOUD OLIE VERVERSEN VOORZORGSMAATREGEL: • Oude motorolie kan huidkanker verwekken in geval van langdurig en veelvuldig huidkontakt. Ondanks het feit dat dit niet vaak voorkomt, geldt hier dat voorkomen beter is dan genezen en verdient het aanbeveling de handen zorgvuldig te wassen nadat men met oude motorolie in kontakt is geweest. De olie aftappen wanneer de motor nog warm is teneinde ervoor te zorgen dat alle olie snel wegloopt. 1. De vuldop [1] en de aftapdop [2] loshalen. 2.
ONDERHOUD ONDERHOUD LUCHTFILTER Een vervuilt luchtfilter heeft een slechte werking van de motor ten gevolge. Het is dus uiterst belangrijk dit filter naar behoren te reinigen. WAARSCHUWING : Nooit benzine of andere ontvlambare oplosmiddelen gebruiken bij het reinigen van de filteronderdelen. Deze produkten kunnen ten eerste brand veroorzaken en ten tweede de onderdelen beschadigen. 1. Verwijder de vleugelmoer [1] en de deksel van het luchtfilter [2].
ONDERHOUD ONDERHOUD VAN HET MOTOROLIEFILTER Een verstopt oliefilter kan leiden tot ernstige beschadigingen van de motor. Het onderhoud van het oliefilter dient regelmatig uitgevoerd te worden al naar gelang de kwaliteit van de gebruikte olie en de bedrijfsomstandigheden van de generator. Reiniging 1. Tap de motorolie af (zie pagina 17). 2. Verwijder het filterelement [1] van de motor door de twee 6 mm schroeven [2] en de afsluitplaat [3] te demonteren. 3.
ONDERHOUD ONDERHOUD VAN DE VONKENVANGER WAARSCHUWING : De temperatuur van de uitlaat loopt zo hoog op, dat men zich hieraan kan verbranden tijdens de werking. Na uitschakeling van de motor blijft de uitlaat nog een bepaalde tijd heet. Als de generatoraggregaat slechts sinds korte tijd uitgeschakeld is, deze eerst laten afkoelen alvorens deze werkzaamheden uit te voeren. 1. Schroef de klembeugel [1] van de uitlaatpijp los. Demonteer de vonkenvanger [2] voorzichtig om beschadiging te voorkomen. 2.
VERVOER - OPSLAG VERVOER VAN HET GENERATORAGGREGAAT WAARSCHUWING : Tijdens verplaatsing van de generatoraggregaat dient deze altijd horizontaal te staan en de tankdop goed afgesloten te zijn om lekken te voorkomen. VOORZORGSMAATREGEL: • De generatoraggregaat niet optillen aan de transporthandgrepen. • De wielen stevig vastwiggen en de aggregaat goed vastzetten met stroppen tijdens vervoer met een voertuig. LANGDURIG OPSLAAN VEILIGHEID 5 1.
OPSPORING VAN STORINGEN Storing De motor start niet De motor start moeilijk of slaat af De kontaktdozen geven geen stroom af Waarschijnlijke oorzaak Zie pagina 1. De uitschakelingshandel staat in de stand “0" 11 2. Het motoroliepeil is te laag 9 3. Er zijn elektrische apparaten op de generatoraggregaat aangesloten 1. De luchtfilter is vuil 18 2. Er zit water of vuil in de brandstoftank 19 3. De brandstofleidingen zijn defekt 1. De thermische zekering is niet uitgeschakeld 2.
TECHNISCHE GEGEVENS AFMETINGEN EN GEWICHT Beschrijvingscode L x b x h (overall) Droog gewicht Banden Maximale druk van de banden EC4D EZFF (mm) (kg) ECT6D EZFG 800 x 550 x 580 99 112 260 x 85 met binnenband 2.5 bar (35 psi) (l ) Tankinhoud 4.6 GENERATOR Aantal fasen Nominale spanning Nominale frekwentie Nominale stroomsterkte Nominaal vermogen Maximum vermogen (V) (Hz) (A) (kVA) (kVA) EC4D Eenfazig 115/230 32/16 (Cos F = 1) 3.7 (Cos F = 1) 4.0 (Cos F = 1) ECT6D Eenfazig 230 50 17.5 (Cos F = 1) 4.
RCS ORLÉANS B 332 855 402 POWER EQUIPMENT 3B EY7 F02 GEDRUKT IN FRANKRIJK S 100 0300 - 2