Operation Manual

45
4. Controleer de bougie visueel. Gooi de bougie weg als de isolator scheurtjes of
andere beschadigingen vertoont. Reinig de bougie, als deze opnieuw gebruikt
wordt, met een staalborstel.
5. Meet de elektrodenafstand met een voelermaatje. Corrigeer de afstand indien
nodig door de massa-elektrode voorzichtig te verbuigen.
De elektrodenafstand moet zijn:
0,70 - 0,80 mm (0,028 - 0,031 in)
6. Draai de bougie met de hand vast om te voorkomen dat deze er scheef
ingedraaid wordt.
7. Draai een nieuwe bougie nog 1/2 slag verder met de sleutel om de afdichtring in
te drukken.
Draai een gebruikte bougie slechts 1/8 tot 1/4 slag verder om de afdichtring in te
drukken.
8. Plaats het inspectieluikje en draai de schroef vast.
VOORZICHTIG:
De bougie moet goed vastgedraaid worden. Als de bougie niet goed
vastgedraaid is, kan deze erg heet worden en kan de motor beschadigd
raken.
Gebruik geen bougie met een verkeerde warmtegraad.
ELEKTRODENAFSTAND
0,70 – 0,80 mm
(0,028 – 0,031 in)