Operation Manual
9. Controleer de chemicaliëntank en de filters van de tank.
1. Controleer de chemicaliëntank, de dop van de tank en de dop van de
aftapopening op scheurtjes en andere beschadigingen. Vervang ze als ze
beschadigd zijn.
2. Verwijder de dop van de chemicaliëntank en verwijder vervolgens de twee
filters uit de tank. Als de binnenkant van de chemicaliëntank vuil is, reinig
deze dan met water.
3. Controleer de twee tankfilters op verstoppingen en scheuren.
• Reinig ze met water als ze verstopt zijn.
• Vervang ze als ze gescheurd zijn.
4. Plaats de twee tankfilters en de dop van de chemicaliëntank.
22
040327.qxd 29-04-2004 13:43 Pagina 22