Installation Instructions

GalaXy 8, 18, 60, 500 en 512
Installateurshandleiding
Menuoptie 52: Programmeren Zones
- Pagina 114 -
worden aangestuurd. De E/E signalering en
uitgangen met de functie Luidspreker signaleren
met een onderbroken toon (1 seconden aan, 0.5
seconden uit). Een geldige code heft een
brandalarm op en reset het GalaXy systeem.
Zolang de geactiveerde zone open staat kan het
systeem niet inschakelen.
8.28.2.20 Sabotage
Een zone met de functie Sabotage is continu
operationeel. Als de zone geactiveerd wordt (van
1k naar 2k), dan wordt er een sabotage alrm
gegenereerd. Alleen een geldige code met een
niveau zoals ingesteld in menuoptie 51.7
Sabotage Reset kan het GalaXy systeem
resetten. Als op de zone een sabotage
voorwaarde voordoet (< 800 of >12k) dan
wordt er ook een sabotagealarm gegenereerd.
8.28.2.21 Sirene Sabotage
De functie Sirene Sabotage is gelijk aan de functie
Sabotage. De functie is bedoeld om toegepast te
worden op de sabotagecontacten van flitsers,
sirenes en andere signalerings-apparaten.
8.28.2.22 Beampaar
Een zone met de functie Beampaar reageert
hetzelfde als een zonde met de functie Inbraak,
met het verschil dat bij de functie Beampaar twee
zones met een opéénvolgend zoneadres
gelijktijdig geactiveerd moeten zijn voordat er een
alarm gegenereerd wordt.
Van de twee zones, die met elkaar een paar
vormen, heeft steeds de eerste een even
zoneadres en de tweede een oneven zoneadres.
De zoneadressen mogen voorkomen op
verschillende RIO’s, mits de RIO adressen elkaar
direct opvolgen.
Bijvooreeld: Zoneadres 2024 en 2025 vormen een
paar. Beide zones moeten geprogrammeerd
worden met de functie Beampaar.
Zoneadres 2028 en 2031 vormen ook een paar.
Als RIO adres 203 niet bestaat vormen
zoneadres 2028 en 2041 geen paar.
Het systeem kan niet inschakelen als een zone
met de functie Beampaar nog open staat.
8.28.2.23 Accu Laag
De functie Accu Laag bewaakt de spanning van
de noodstroom accu.
De activatie en de herstel van de functie worden in
het geheugen geregistreerd met respectievelijk
een “+”-teken (plus) en een “-“-teken (minus).
Activatie van de zone resulteert in het doven van
de bediendeelverlichting. De LED van het
bediendeel zal snel gaan knipperen.
Als menuoptie 51.18 Parameters.220VAC Voorw
is ingeschakeld kan het systeem niet inschakelen.
Op de LC-display verschijnt de tekst “LET OP:
Accu Laag. Kan Niet Inschakelen”.
Het sluiten van de zone heft deze blokkade weer
op, de bediendeel LED licht continue op en de
bediendeelverlichting gaat weer aan.
8.28.2.24 PTT Lijn
De functie PTT Lijn bewaakt de PTT lijn die is
aangesloten op de kiezer.
Als het GalaXy systeem is uitgeschakeld
veroorzaakt de eerste activatie van een zone met
de functie PTT lijn een lokaal alarm. Op het LC-
display verschijnt de tekst “PTT lijn storing”. Alle
daarop volgende activaties veroorzaken geen
lokaal alarm, doch wel de tekst op het LC-display.
Als het systeem een keer is ingeschakeld geweest
zal het lokale alarm weer één keer afgaan bij een
activatie.
Als het systeem is ingeschakeld, dan schakelt een
activatie van een zone met de de PTT lijn functie
de Sirene Vertraging (menuoptie 51.2) buiten
werking. Iedere activatie van een alarmzone
resulteert in een direct volledig alarm.
Als het GalaXy systeem wordt uitgeschakeld,
terwijl een PTT lijn fout conditie heeft voorgedaan
tijdens de ingeschakelde periode, dan verschijnt
op het LC-display de tekst “+ PTT lijn” met het
zoneadres.
Als het GalaXy systeem wordt uitgeschakeld,
terwijl een PTT lijn fout conditie heeft voorgedaan
tijdens de ingeschakelde periode en nog aanwezig
is tijdens het uitschakelen, dan verschijnt op het
LC-display de tekst “ PTT lijn storing” en klinkt het
lokale alarm.
Als menuoptie 51.18 Parameters.220VAC Voorw
is ingeschakeld kan het systeem niet inschakelen.
Op het LC-display verschijnt de tekst “LET OP:
PTT lijn. Kan Niet Inschakelen”.
Is menuoptie 51.18 Parameters.220VAC Voorw
uitgeschakeld, dan wordt de gebruiker erop
gewezen dat de foutcontitie aanwezig is. De
inschakelprocedure wordt gestart als op de [ent]-
toets gedrukt wordt.