Installation Instructions

GalaXy 8, 18, 60, 500 en 512
Installateurshandleiding
Menuoptie 54: Programmeren Linken
- Pagina 132 -
er na het bevestigen van de
linkbestemmingskeuze de beschikbare blokken op
het LC-display. Alleen de uitgangen met de
geselecteerde functie in het gekozen blok worden
beïnvoed door de link. Druk op het nummer van
de gewenste blokken. Het nummer van het blok
verschijnt op het LC-display. Door nogmaals op
het nummer van het blok te drukken wordt de
markering weer ongedaan gemaakt. Druk op de
[ent]-toets om de keuze te bevestigen.
Op het LC-display verschijnt het linkadres, het
bronadres en het bestemmingsadres, mits als
bestemming niet voor “a) Niet Gebruikt” is
gekozen. In dat geval verschijnt in plaats van het
bron- en bestemmingsadres de tekst “Niet
Gebruikt” op het LC-display.
NOOT: Als de link niet geactiveerd is, dan
staat tussen de linkbron en de
linkbestemming een “--teken (minus).
Wordt de link geactiveerd, dan
verandert het “--teken (minus) in een
“+”-teken (plus).
Met de [A]-toets en de [B]-toets kunnen de overige
linken geprogrammeerd worden. Herhaal hiervoor
de bovenstaande punten. Druk op de [esc]-toets
om de menuoptie 54 Progr Linken te verlaten.
In xxx zijn de beschikbare linkbronnen en -
bestemmingen weergegeven.
Bron Bestemming Opmerking
a) Niet gebruikt
b) Zoneadres a) Zoneadres
Als een zone met de functie 35 Bewaking als bron wordt gebruikt en de bestemming
is ook een zoneadres, dan wordt de linkbestemming overbrugd als de linkbron wordt
geactiveerd. De overbrugging wordt pas opgeheven als zowel de linkbron als de
linkbestemming weer gesloten is. (Zie ook menuoptie 52 zonefunctie 35 Bewaking).
Als een zone met de functie 35 Bewaking als bron wordt gebruikt en de bestemming
is een uitgangsfunctie, dan wordt de uitgang niet geactiveerd, maar uitgeschakeld als de
uitgang was geactiveerd.
c) Codeadres b) Codeadres Codes worden op het LC-display weergegeven als *001, *002 etc. Als een code als
linkbron geprogrammeerd wordt met een “*”-teken (asteriks) dan wordt het codeadres op
het LC-display voorafgegaan door “**” (twee maal een asteriks).
Als een code als linkbestemming wordt gebruikt dan is deze code ongeldig als de link
actief is.
c) Uitgangsfunctie De link activeert alle uitgangen met de functie die is opgegeven bij de linkbestemming. Als
de blokkenmode is ingeschakeld (menuoptie 63.1.1 Optie
BLK/MAX.Blokken.Blokkenmode) dan moet, naast de functie, ook de blokken opgegeven
worden.
d) Uitgangsadres d) Uitgangsadres De linkbron of -bestemming is een uitgangsadres, in tegenstelling tot optie c) waar het een
uitgangsfunctie betreft. De linkbron en -bestemming verwijzen naar een uitgangsadres
zoals deze is geprogrammeerd in menuoptie 53 Progr Uitgangen.
Als een uitgangsadres als linkbestemming fungeert dan is de uitgang uitgeschakeld als de
link actief is; een uitgangsadres wordt niet geactiveerd door een link.
e) bediendeeladres De bestemming van de link is een bediendeeladres; deze wordt op het LC-display
voorafgegaan door een “*”-teken (asteriks), mits geselecteerd.
De link kan worden gebruikt om het bediendeel te overbruggen. Als de linkbron wordt
geactiveerd, dan reageert de linkbestemming, het bediendeel, niet meer op
toetsaanslagen. Het LC-display, de buzzer, en debediendeeluitgang blijven operationeel.
e) MAX lezeradres f) MAX lezeradres De linkbron of linkbestemming is een MAX lezeradres. Deze optie verschijnt alleen als er
MAX lezers op het systeem zijn aangesloten.
De MAX lezer is overbrugt als deze is geprogrammeerd als linkbestemming, terwijl de link
actief is.
Tabel 0-13: Linkbronnen en -bestemmingen