Installation Instructions

GalaXy 8, 18, 60, 500 en 512
Installateurshandleiding
MKIII LCD bediendeel
- Pagina 30 -
23-6-99 8:21 rev. 4
NOOT: Indien een printerinterface of RS232
interface wordt aangesloten, kan er op
adres D (GalaXy 8/18/60 adres 13 en
GalaXy 500/512 adres 17) geen
bediendeel worden aangesloten. Als
een modem/kiezer module wordt
aangesloten, kan er op adres E (GalaXy
8/18/60 adres 14 en GalaXy 500/512
adres 18) geen bediendeel worden
aangesloten.
5.8.4 MKIII Sabotageschakelaar
Het GalaXy MKIII LCD bediendeel is voorzien van
een sabotageschakelaar die geschakeld wordt als
het bediendeel van de montageplaat wordt
verwijderd.
Het bediendeel is zodanig ontworpen dat de
sabotageschakelaar optioneel ook de achterplaat
kan beveiligen tegen losnemen. Hiertoe dient op
de motageplaat, de houder, waar het veertje van
de sabotageschakelaar tegen aan stoot,
uitgebroken te worden. Het veertje krijgt hierdoor
vrij kontakt met de muur.
NOOT: Houd, met name bij oneffen muren,
rekening met het bereik van het veertje.
Als de schakelaar niet ver genoeg
ingedrukt wordt, leidt dit tot een
sabotagealarm.
5.8.5 Bediendeel toevoegen
De volgende punten zijn van essentieel belang
voor het toevoegen van een bediendeel.
Het bediendeel moet een uniek adres hebben.
Voor de GalaXy 500 en 512 geldt dat het adres
uniek moet zijn op de toegepaste
communicatielijn.
Het ingestelde adres moet een geldige waarde
hebben (zie Tabel 0-12: Geldige
bediendeeladressen)
Het bediendeel moet correct zijn aangesloten.
Een toegevoegd bediendeel wordt pas in het
systeem opgenomen als de installateursmode
verlaten wordt. Op het LCD van het bediendeel
verschijnt de tekst
Dit geeft aan dat het systeem heeft herkend dat er
2 modules zijn toegevoegd.
M.b.v. de [A]- en [B]-toets kan bekeken worden,
welke modules zijn toegevoegd. Door daarna
tweemaal op de [esc]-toets te drukken, zullen de
modules worden geconfigureerd. Als de
boodschap niet op het scherm verschijnt, of als
het bediendeel niet voorkomt in de lijst van
toegevoegde modules, dan communiceert het
bediendeel niet met de alarmmeldcentrale.
5.8.6 MKIII Zelf-diagnose
Het MKIII LCD bediendeel heeft een ingebouwde
zelf-diagnose waarmee de werking van het
bediendeel kan worden gecontroleerd.
De zelf-diagnose wordt gestart door de
voedingsspanning van het bediendeel te nemen
en deze weer aan te leggen terwijl de [ent]-toets is
ingedrukt.
Iedere test duurt circa 4 seconden. De zelf-
diagnose wordt afgebroken door de
voedingsspanning af het bediendeel los te nemen.
De zelf-diagnose omvat de volgende tests:
bediendeeladres; het adres wordt op het LC-
display getoond.
buzzertest; de buzzer wordt geactiveerd en op
het display verschijnt een luidsprekersymbool.
LED test; de LED licht op en een AC symbool
en een LED-symbool worden op het LC-display
getoond.
LCD en toetstest; Op het LCD verschijnen de
symbolen van alle toetsen, als de toetsen één
voor één worden ingedrukt wordt het
overeenkomende symbool op het LCD
geaccentueerd weergegeven. De buzzer piept
en stopt met piepen, indien de
sabotageschakelaar gesloten wordt.
5.8.7 De toetsen
5.8.7.1 De numerieke toetsen
De numerieke toetsen worden gebruikt om de
Persoonlijke Identificatie Nummers (PIN) in te
voeren. Met de PIN wordt toegang verschaft tot
het systeem. Aan de PIN wordt een niveau
toegekend. Het niveau bepaald de toepasbaarheid