Installation Instructions

GalaXy 8, 18, 60, 500 en 512
Installateurshandleiding
Menuoptie 11: Overbrug zones
- Pagina 58 -
23-6-99 8:21 rev. 4
seconden verschijnt op het LC-display
menuoptie 11 Overbrug zones.
Bij terugkeer op de banner toont het LC-display
“Zones Overbrugd”. De zones blijven
overbrugd totdat de overbrugging automatisch
(door een uitschakeling) of handmatig (met
menuoptie 11) wordt opgeheven.
8.2.4 Afwijkende zonefuncties bij
overbruggen (GalaXy 512)
Er zijn 2 zonefuncties die afwijken van de
standaard werking bij overbruggen:
1 47 Kluisdetectoren; Als een zone met de
functie Kluisdetector wordt overbrugd, dan
zullen alle zones met de functie
kluisdetector overbrugd worden. Ongeacht
het blok waarin de zone en de gebruiker
zijn ingedeeld. De overbrugging van een
zone met de Kluisdetectr functie kan
alleen handmatig worden opgeheven. Bij
het opheffen van één overbrugging
worden de overige overbruggingen gelijk
opgeheven. Ongeacht het blok waarin de
zone en de gebruiker zijn ingedeeld.
De overbrugging van een zone met de
functie Kluisdetector kan niet automatisch
(na uitschakeling) worden opgeheven.
Zie voor aanvullende informatie
menuoptie 51.47
Parameters.Kluisdetectoren.
2 48-51 ATM 1-4; Een zone met de ATM
functie kan worden overbrugd voor een
bepaalde periode die is ingesteld in
menuoptie 51.39 Parameters.ATM
Timeout. In 51.38 Parameters.ATM Vertr
wordt de ATM vertraging ingesteld. De
ATM vertraging is de periode die ligt
tussen de invoer van één van de ATM
codes en het overbruggen van de zone
met de ATM functie.
De gebruikerscodes 188 tot en met 197
zijn de ATM codes.
Door de invoer van een ATM code wordt
één van de zones met de ATM functie na
de ATM vertraging overbrugd. Als de
zone(s) is overbrugd verschijnt op het LC-
display de resterende tijd, voordat de zone
weer in de systeemconfiguratie wordt
opgenomen. Tien en vijf minten voordat
de zone weer in de systeemconfiguratie
wordt opgenomen klinkt er een signaal.
De overbrugging kan oneindig worden
verlengt door steeds opnieuw de ATM
code in te toetsen.
Uitgangen met de functie ATM 1-4 (
functie 72 t/m 75) worden geactiveerd als
een zone met de overeenstemmende
ATM functie is overbrugd. De uitgang valt
af als de zone weer in de
systeemconfiguratie is opgenomen.
Zie voor aanvullende informatie
menuoptie 52 Progr Zones zonefunctie
48-51 ATM 1-4.
8.2.5 Inschakelen met overbrugde zones
Start de inschakelprocedure op de gebruikelijke
wijze voor volledige inschakeling of deelbeveiligde
inschakeling. Het LC-display geeft het aantal
zones aan dat is overbrugd. De zones blijven
overbrugd tot het systeem wordt uitgeschakeld
(m.u.v. de zones met defunctie Kluisdetector of
ATM 1-4).
8.2.6 Uitgangsfunctie Zone Overbrugd
(GalaXy 60, 500 en 512)
Op de GalaXy 60, 500 en 512 is een
uitgangsfunctie 32 Zone Overbrgd beschikbaar.
Een uitgang die wordt geprogrammeerd met deze
functie (status=meegaand), wordt geachtiveerd
als één of meer zones overbrugd worden. De
uitgang blijft geactiveerd tot alle overbruggingen
zijn opgeheven.