Operation Manual

Programmeer Uitgangen [53] Galaxy Flex - Installatiehandleiding
114
27 Brand Vertraagd (Vasthoudend)
Deze uitgang wordt geactiveerd wanneer een brandzone wordt geactiveerd. De vertraging
voor de activering is afhankelijk van de parameter 03=Herstel Tijd. De uitgang Brand
Vertraagd wordt niet beïnvloed door de parameter Aantal Resets, maar wordt vasthoudend
en blijft actief tot een geldige code (type 2 of hoger) wordt ingevoerd.
28 Flitser B (Vasthoudend)
Wanneer het systeem is ingeschakeld, wordt deze uitgang op basis van de parameter Sirene
Vertraging geactiveerd bij een volledige alarmgebeurtenis. De uitgang Flitser B is gelijk aan
Flitser A, maar blijft aan het eind van de sirenetijd actief tot de uitgang wordt uitgeschakeld.
29 Klok A (Meegaand)
Deze wordt bestuurd door de optie Klok A (zie Klokken [65]) en geactiveerd volgens
de geprogrammeerde in- en uitschakeltijden die aan de functie zijn toegewezen.
30 Klok B (Meegaand)
Deze uitgang wordt bestuurd door het menu Klok B (zie Klokken [65]) en geactiveerd
volgens de geprogrammeerde in- en uitschakeltijden die aan de functie zijn toegewezen.
Opmerking: Als de uitgangen Klok A of B zijn geprogrammeerd in de mode Vasthoudend
kunnen ze deze alleen worden gereset met een gebruikerscode die toegang
biedt tot alle blokken die aan de klok in kwestie zijn toegewezen.
32 Zone overbrugd
Deze uitgang wordt geactiveerd door 11=OVERBRUG ZONE of door 54=LINKEN,
zodra een zone uit het systeem wordt overbrugd. Als het kenmerk Uitgangstatuswordt
toegewezen als:
Meegaand (standaard), blijft de uitgang actief tot de zone wordt hersteld.
Vasthoudend, de uitgang wordt gereset als een geldige code wordt ingevoerd.
34 Custom A (Vasthoudend)
Deze uitgang wordt geactiveerd zodra een Custom-A zone wordt geactiveerd.
35 Custom B (Vasthoudend)
Deze uitgang wordt geactiveerd wanneer er een Custom-B zone wordt geactiveerd.
37 Reset Gevraagd (Vasthoudend)
Deze uitgang wordt geactiveerd wanneer een systeem-, sabotage- of paniekalarm optreedt
die moet worden gereset.
Zie Parameters [51] voor meer informatie over het wijzigen van de codetypen die zijn
toegewezen aan de parameters 06=Alarm Reset, 07=Sab. Reset en 22=Paniek Reset.
40 Niet Ingeschakeld (Vasthoudend)
De uitgang Niet Ingeschakeld wordt geactiveerd als het systeem (of de toegewezen blokken)
niet wordt ingeschakeld binnen de tijd die is opgegeven in parameter 35=Niet Ingeschakeld
(zie Parameters [51]).