Operation Manual

Galaxy Flex - Installatiehandleiding Opties [63]
169
Bloknaam weergeven
Wanneer u de blokken bekijkt die aan een optie zijn toegewezen, bijvoorbeeld met
gebruikerscode of uitgangen, kunt u tegelijkertijd op # en
drukken om de blokken
afzonderlijk weer te geven. In het bediendeel worden het bloknummer, de naam en de
status weergegeven van de betreffende optie die wordt weergegeven.
Druk op # om naar een andere status voor het blok te gaan. Als u naar een ander blok wilt
gaan, drukt u op A or B, of voert u rechtstreeks het nummer van het blok in.
Opmerkingen bij blokken
1. Alle zones zijn standaard ingesteld op blok 1.
2. Alle bediendelen, gebruikerscodes en uitgangen zijn standaard ingesteld op alle
toegewezen systeemblokken.
3. Verwijder ongebruikte blokken uit de gebruikerscodes, anders worden de ongebruikte
blokken ingeschakeld en uitgeschakeld, ook al zijn ze niet geprogrammeerd.
4. Laatste, Sleutel en Volgzone kunnen zodanig worden geprogrammeerd dat ze
functioneren in relatie met andere blokken gedurende de inschakel- en
uitschakelprocedures (zie optie Progr. Zones [52]).
5. Uitgangen kunnen aan elke selectie blokken worden toegewezen. Uitgangen kunnen
worden geactiveerd onafhankelijk van de vraag of de toegewezen blokken ingeschakeld
of uitgeschakeld zijn (zie optie Programmeren Uitgangen [53]).
6. Nadat de zones, codes, bediendelen en uitgangen op de diverse blokken zijn
geprogrammeerd, blijven deze ook geprogrammeerd als de functie BLOKKENMODE
wordt uitgeschakeld. Alleen blok 1 blijft actief.
7. De centrale is voorzien van software waarmee verschillende gebruikers het systeem
tegelijkertijd kunnen bedienen.
A2 Verkoopafd. I
[<],[>],#=Wijzig
naam huidig blok
geselecteerd blok
druk op A of B om
naar een ander blok
te gaan
blokstatus
druk op # om de status te wijzigen