Operation Manual

Programmeer Zones [52] Galaxy Flex - Installatiehandleiding
90
Kenmerken
Gebruik bij het openen van de programmeermode voor een zone, zoals hierboven beschreven,
A of B om naar een kenmerk te bladeren of typ direct een nummer en druk op ent.
Druk op ent om de programmering op te slaan en terug te keren naar niveau kenmerkselectie.
U kunt bij het toewijzen van de kenmerken 1 en 3 tot en met 13 de programmering op elk
moment afbreken en terugkeren naar de kenmerkselectie door op esc te drukken. Als het
kenmerk 2=Zone Omschrijving is, wordt de toegewezen alfanumerieke tekst opgeslagen.
1=Zone Functie
Het kenmerk Zone Functie geeft het adres en de huidige functie van de geselecteerde zone
weer, samen met het referentienummer van de functie. U kunt door de zonefuncties bladeren
of u kunt het referentienummer van een zonefunctie direct opgeven, bijvoorbeeld 19 voor
19=BRAND. Zie voor zonefunctiedetails de Menu Zonefunctie op pagina 95 en verder.
Zodra de vereiste zonefunctie wordt weergegeven, drukt u op ent om de functie aan de zone
toe te wijzen.
2=Zone Omschrijving
U kunt met dit kenmerk een alfanumerieke beschrijving van maximaal 16 tekens toevoegen
aan een zone. U kunt de karakterlijst en/of bibliotheekopties gebruiken.
Als u het kenmerk opgeeft, wordt de huidige beschrijving (standaard blanco) op de bovenste
regel weergegeven en een onderstrepingsteken geeft aan waar het volgende teken zal komen.
Het alfabet wordt op de onderste regel weergegeven en de cursor knippert op de letter L.
Druk op
om de reeds aan de beschrijving toegewezen tekens te wissen.
Gebruik A of B om het alfabet naar links of rechts te schuiven tot het gewenste teken onder
de knipperende cursor staat. Wanneer het gewenste teken op de juiste plaats staat, drukt op
ent om het teken naar de beschrijving op de bovenste regel te kopiëren. Herhaal deze
procedure tot de gewenste zoneomschrijving compleet is.
Karakterlijst & bibliotheek
Wanneer u het kenmerk invoert, worden de alfanumerieke tekens allemaal als hoofdletters
weergegeven. Druk op # om te schakelen tussen hoofd- en kleine letters.
Druk op # om, als de kleine letters worden weergegeven, over te schakelen naar de
bibliotheekwoorden. Gebruik A of B om door de woorden te bladeren, of typ direct het
referentienummer (zie Bijlage A: Bibliotheek). Wanneer het gezochte woord wordt
weergegeven, drukt u op ent om dit naar de beschrijving te kopiëren.
Opmerking: Bibliotheekwoorden zijn maximaal twaalf tekens lang en bevatten
alleen hoofdletters.
3=Belfunctie
Schakel het kenmerk Belfunctie in om kortstondig een bel te laten klinken als de zone wordt
geopend terwijl het systeem is uitgeschakeld. Het kenmerk Belfunctie wordt standaard voor
alle zonefuncties ingesteld op 0 (uitgeschakeld).