Operation Manual

264 D: RPN: Samenvatting
File name : Dutch-MP02-1-040308(Print).doc Print data : 2004/3/9
Gebruik van INPUT voor ENTER en voor R. Behalve in CFLO en SUM
lijsten, voert de
I
toets eveneens de
E
functie uit en de
]
toets de
~
functie.
In lijsten:
I
bewaart getallen. Gebruik
=
om getallen in te voeren in
de geheugenstapel bij rekenkundige bewerkingen.
In lijsten:
[
en
]
om doorheen lijsten te bewegen. Gebruik
~
om door de
inhoud van geheugenstapel te scrollen.
Uitvoeren van berekeningen in RPN
Rekenkundige thema’s beïnvloed door RPN modus
Deze bespreking van rekenkundig gebruik van RPN vervangt die onderdelen
van hoofdstuk 2 die beïnvloed worden door RPN modus. Deze bewerkingen
worden beïnvloed door RPN modus:
Twee–getallen rekenkunde (
+
,
*
,
-
,
/
,
u
).
De percent functie (
%
).
De LAST X functie (
@L
). Zie aanhangsel E.
RPN modus heeft geen invloed op het MATH menu, het terug oproepen en
bewaren van getallen, rekenkundige bewerkingen uitgevoerd in registers,
wetenschappelijke notatie, numerieke nauwkeurigheid, of het bereik van
getallen beschikbaar op de calculator, wat allemaal besproken wordt in
hoofdstuk 2.
Eenvoudige rekenkunde
Hier volgen enkele voorbeelden van eenvoudige rekenkunde. Let op dat
E
getallen van elkaar scheidt die U intoetst.
Het bewerkingsteken (
+
,
-
, etc.) de berekening voltooit.
Eén–getal functies (zoals
v
) hetzelfde werken in ALG en RPN modi.