User Manual

Table Of Contents
2 DSL-lter (of ADSL-lter) en het door de DSL-provider geleverde snoer.
3
Gebruik een telefoonsnoer van minimaal 26 AWG en sluit deze aan op de poort
van de printer.
U moet mogelijk het telefoonsnoer op uw land-/regioadapter aansluiten.
De printer installeren met een DSL-lijn
1. U kunt een DSL-lter aanschaen bij uw DSL-provider.
2. Sluit het ene uiteinde van het telefoonsnoer aan op het DSL-lter en sluit vervolgens het andere einde
op de poort met het label
aan de achterkant van de printer.
OPMERKING: U moet mogelijk het telefoonsnoer op uw land-/regioadapter aansluiten.
Als u niet het meegeleverde snoer gebruikt om het DSL-lter aan te sluiten op de printer, kunt u mogelijk
niet goed faxen. Dit speciale telefoonsnoer verschilt van de telefoonsnoeren die u mogelijk thuis of op
kantoor gebruikt.
U hebt voor deze conguratie mogelijk extra telefoonsnoeren nodig.
3. Maak met een extra telefoonsnoer een verbinding van de DSL-lter naar de wandcontactdoos.
4. Voer een faxtest uit.
Als u problemen heeft met het installeren van extra apparatuur op de printer, neem dan contact op met uw
lokale serviceprovider of verkoper voor hulp.
Situatie C: De printer congureren met een PBX-telefoonsysteem of een ISDN-lijn
Als u een PBX- of een ISDN-converter/terminaladapter gebruikt, dient u het volgende te doen:
Sluit de printer aan op de poort die voor fax- en telefoongebruik is bedoeld als u een PBX- of een ISDN-
converter/terminaladapter gebruikt. Zorg ook dat de adapter zo mogelijk is ingesteld op het juiste
switch-type voor uw land/regio.
OPMERKING: Bij sommige ISDN-systemen kunt u de poorten congureren voor specieke
telefoonapparatuur. U kunt bijvoorbeeld een poort toewijzen aan een telefoon en Groep 3-faxapparaat
en een andere voor meerdere doelen. Als u steeds problemen ondervindt wanneer u bent verbonden
met de fax-/telefoonpoort van uw ISDN-converter, kunt u proberen om het apparaat aan te sluiten op de
multifunctionele poort. Die kan gemarkeerd zijn als "multi-combi" of iets dergelijks.
Als u gebruik maakt van een telefooncentrale (PBX), stelt u de wisselgesprektoon in op 'uit'.
OPMERKING: Vele digitale PBX-systemen hebben een wachttoon die standaard op "aan" is ingesteld.
De wachttoon verstoort de overdracht van faxen, waardoor u geen faxen kunt verzenden of ontvangen
met de printer. Raadpleeg de documentatie die bij uw PBX-telefoonsysteem is geleverd voor instructie
over hoe u de wachttoon kunt uitschakelen.
Als u een PBX-telefooncentrale hebt, draait u het nummer van een buitenlijn voordat u het faxnummer
draait.
U moet mogelijk het telefoonsnoer op uw land-/regioadapter aansluiten.
Als u problemen heeft met het installeren van extra apparatuur op de printer, neem dan contact op met uw
lokale serviceprovider of verkoper voor hulp.
NLWW Bijkomende faxinstallatie 85