HP ThinPro 5.2 - Administrator's Guide

Tabel E-6 root > ConnectionType > freerdp (vervolg)
Registersleutel Beschrijving
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/ExtraArgs
Geeft extra argumenten op voor de client xfreerdp. Voer
xfreerdp --help uit vanaf een X-terminal om alle
beschikbare argumenten te zien.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/SingleSignOn
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/address
Stelt de hostnaam of het IP-adres in waarmee verbinding moet
worden gemaakt. Het poortnummer kan worden toegevoegd aan
het einde na een dubbele punt. Voorbeeld: servernaam:3389
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/afterStoppedCommand
Stelt de opdracht in die moet worden uitgevoerd nadat de
verbinding is gestopt.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/application
Geeft een alternatieve shell of toepassing aan die moet worden
uitgevoerd.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/attachToConsole
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/audioLatency
Stelt het gemiddelde aantal milliseconden oset in tussen de
audiostream en de weergave van de desbetreende videoframes
na het decoderen.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/authorizations/user/edit
Indien ingesteld op 1, heeft een standaardgebruiker toestemming
om de verbindingsinstellingen voor deze verbinding te wijzigen.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/authorizations/user/execution
Indien ingesteld op 1, heeft een standaardgebruiker toestemming
om deze verbinding uit te voeren.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/autoReconnect
Indien ingesteld op 1, wordt de verbinding opnieuw gestart
wanneer deze gesloten of verbroken is.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/autoReconnectDelay
Stelt de tijd in seconden in dat er wordt gewacht voordat er
opnieuw verbinding wordt gemaakt met de sessie. Met de
standaardwaarde 0 wordt er direct opnieuw verbinding gemaakt.
Deze instelling geldt alleen als autoReconnect is ingesteld op
1.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/autostart
Indien ingesteld op een waarde tussen 1 en 5, wordt de verbinding
automatisch gestart nadat het systeem is opgestart. De waarde 1
heeft hierbij de hoogste prioriteit.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/autostartDelay
Stelt de tijd in seconden in dat er wordt gewacht voordat de
verbinding wordt gestart nadat het systeem is opgestart. Met de
standaardwaarde 0 wordt de verbinding direct gestart. Deze
instelling geldt alleen als autostart is ingesteld op 1.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/beforeStartingCommand
Stelt de opdracht in die moet worden uitgevoerd voordat de
verbinding wordt gestart.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/clipboardExtension
Indien ingesteld op 1, wordt de klembordfunctionaliteit tussen
verschillende RDP-sessies en tussen RDP-sessies en het lokale
systeem ingeschakeld.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/compression
Indien ingesteld op 1, wordt de compressie van RDP-gegevens
verzonden tussen de client en de server ingeschakeld.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/dependConnectionId
Deze registersleutel wordt intern gebruikt of is gereserveerd voor
toekomstig gebruik. De waarde mag niet worden gewijzigd.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/directory
Geeft de opstartmap aan vanuit waar een alternatieve shell-
toepassing wordt uitgevoerd.
root > ConnectionType 101