HP ThinPro 5.2 - Administrator's Guide
Tabel E-6 root > ConnectionType > freerdp (vervolg)
Registersleutel Beschrijving
ingesteld op 0, zal er steeds opnieuw worden geprobeerd
verbinding te maken.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/timeoutRecovery
Stelt het aantal milliseconden in dat moet worden gewacht nadat
de verbinding is verbroken, voordat via het netwerk wordt
geprobeerd om de verbinding te herstellen zonder geforceerd
opnieuw te verbinden.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/timeoutWarning
Stelt het aantal milliseconden in dat moet worden gewacht nadat
de verbinding is verbroken, voordat de gebruiker een
waarschuwing ontvangt dat de verbinding verbroken is.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/timeoutWarningDialog
Indien ingesteld op 1, wordt er een dialoogvenster weergegeven
en wordt het scherm getoond in grijstinten wanneer er een end-
to-end-verbinding is verbroken. Anders worden er berichten naar
het verbindingslogboek geschreven en wordt de sessie bevroren.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/timeoutsEnabled
Indien ingesteld op 1, wordt de status van end-to-end-
verbindingen gecontroleerd.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/usbMiscRedirection
Indien ingesteld op 0, is omleiding uitgeschakeld voor alle overige
USB-apparaten, behalve de apparaten afgehandeld via sound,
printerMapping, portMapping,
usbStorageRedirection en
localPartitionRedirection. Indien ingesteld op 2,
worden alle overige USB-apparaten omgeleid naar de externe
host zoals geconīgureerd in de USB Manager.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/usbStorageRedirection
Indien ingesteld op 1, worden USB-apparaten via de uitbreiding
Storage omgeleid naar de externe host. Indien ingesteld op 0, is
de uitbreiding uitgeschakeld. Indien ingesteld op 2, worden USB-
opslagapparaten omgeleid zoals geconīgureerd in de USB
Manager.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/username
Stelt de standaardgebruikersnaam in die tijdens het aanmelden
aan de externe host moet worden verstrekt. Doorgaans wordt
deze instelling gebruikt bij kiosk-achtige toepassingen waarbij
een generieke gebruikersnaam wordt gebruikt voor het
aanmelden.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/waitForNetwork
Indien ingesteld op 1, wordt de verbinding pas gestart als het
netwerk beschikbaar is. In een langzaam netwerk wordt de
verbinding dus pas gestart als het netwerk beschikbaar is. Zo
wordt een fout voorkomen.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/windowMode
Als deze sleutel is ingesteld op Remote Application, wordt
RDP uitgevoerd in de RAIL-modus (Remote Application Integrated
Locally). Dit vereist dat de RemoteApp-server de gewenste
toepassing toestaat als externe toepassing te worden uitgevoerd.
De toepassing wordt weergegeven in een afzonderlijk venster
binnen de bureaubladomgeving, waardoor het lijkt alsof de
toepassing onderdeel is van het lokale systeem. Zie ook de
registersleutel remoteApp . Indien ingesteld op Alternate
Shell, wordt er een niet-standaard-shell opgeroepen. Zie ook
de registersleutels application en directory.
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/windowSizeHeight
root/ConnectionType/freerdp/connections/
<UUID>/windowSizePercentage
root > ConnectionType 107