HP ThinPro 5.2 - Administrator's Guide

Tabel E-9 root > ConnectionType > telnet (vervolg)
Registersleutel Beschrijving
interactie mogelijk met de gebruiker. Als deze is ingesteld op
inactive, is de widget verborgen. Als deze is ingesteld op
read-only, is de widget zichtbaar in een 'alleen-lezen'-status.
root/ConnectionType/telnet/gui/TelnetManager/
widgets/port
Bepaalt de status van de widget Port (Poort) in
Verbindingsbeheer voor dit type verbinding. Als de registersleutel
is ingesteld op active, is de widget zichtbaar in de UI en is er
interactie mogelijk met de gebruiker. Als deze is ingesteld op
inactive, is de widget verborgen. Als deze is ingesteld op
read-only, is de widget zichtbaar in een 'alleen-lezen'-status.
root/ConnectionType/telnet/gui/TelnetManager/
widgets/waitForNetwork
Bepaalt de status voor de widget Wait for network before
connecting (Wachten op netwerk voordat u verbinding maakt) in
Verbindingsbeheer voor dit type verbinding. Als de registersleutel
is ingesteld op active, is de widget zichtbaar in de UI en is er
interactie mogelijk met de gebruiker. Als deze is ingesteld op
inactive, is de widget verborgen. Als deze is ingesteld op
read-only, is de widget zichtbaar in een 'alleen-lezen'-status.
root > ConnectionType > view
Tabel E-10 root > ConnectionType > view
Registersleutel Beschrijving
root/ConnectionType/view/authorizations/
user/add
Indien ingesteld op 1, heeft een standaardgebruiker toestemming
om een nieuwe verbinding van dit type toe te voegen met behulp
van Verbindingsbeheer. Deze sleutel heeft geen gevolgen voor
Smart Zero.
root/ConnectionType/view/authorizations/user/
general
Indien ingesteld op 1, heeft een standaardgebruiker toestemming
om de algemene instellingen voor dit type verbinding te wijzigen
met behulp van Verbindingsbeheer. Deze sleutel heeft geen
gevolgen voor Smart Zero.
root/ConnectionType/view/connections/<UUID>/
ExtraArgs
Geeft extra argumenten aan voor de VMware Horizon View-client.
Voer view_client --help of vmware-view --help uit
vanaf een X-terminal om alle beschikbare argumenten te zien.
root/ConnectionType/view/connections/<UUID>/
SingleSignOn
root/ConnectionType/view/connections/<UUID>/
afterStartedCommand
Stelt de opdracht in die moet worden uitgevoerd nadat de
verbinding is gestart.
root/ConnectionType/view/connections/<UUID>/
afterStoppedCommand
Stelt de opdracht in die moet worden uitgevoerd nadat de
verbinding is gestopt.
root/ConnectionType/view/connections/<UUID>/
appInMenu
Indien ingesteld op 1, worden alle toepassingen voor deze
verbinding weergegeven in het taakbalkmenu.
root/ConnectionType/view/connections/<UUID>/
appOnDesktop
Indien ingesteld op 1, worden alle toepassingen voor de
verbinding weergegeven op het bureaublad.
root/ConnectionType/view/connections/<UUID>/
applicationSize
Stelt het formaat in waarmee toepassingen worden gestart door
de VMware Horizon View-client.
root/ConnectionType/view/connections/<UUID>/
attachToConsole
122 Bijlage E Registersleutels