HP ThinPro 5.2 - Administrator's Guide

Tabel E-12 root > ConnectionType > xen (vervolg)
Registersleutel Beschrijving
root/ConnectionType/xen/connections/<UUID>/
savePassword
root/ConnectionType/xen/connections/<UUID>/
smartCardModuleKey
Hiermee geeft u de te gebruiken beveiligingsmodule voor een
smartcard-verbinding op.
root/ConnectionType/xen/connections/<UUID>/
startMode
Als deze registersleutel is ingesteld op de standaardfocus en de
verbinding al is gestart, krijgt de verbinding de focus. Anders
wordt een fout geretourneerd met de opmerking dat de
verbinding al is gestart.
root/ConnectionType/xen/connections/<UUID>/
unplugSmartCardAction
Hiermee stelt u de actie in die moet worden uitgevoerd wanneer
een smartcard wordt losgekoppeld tijdens een verbinding. Bij
logoff (afmelden) wordt de gebruiker afgemeld van de huidige
sessie. Bij close (sluiten), worden alle geopende bronnen
gesloten. Bij noaction (geen actie) wordt er niets gedaan.
root/ConnectionType/xen/connections/<UUID>/
username
Stelt de standaardgebruikersnaam in die tijdens het aanmelden
aan de externe host moet worden verstrekt. Doorgaans wordt
deze instelling gebruikt bij kiosk-achtige toepassingen waarbij
een generieke gebruikersnaam wordt gebruikt voor het
aanmelden.
root/ConnectionType/xen/connections/<UUID>/
waitForNetwork
Indien ingesteld op 1, wordt de verbinding pas gestart als het
netwerk beschikbaar is. In een langzaam netwerk wordt de
verbinding dus pas gestart als het netwerk beschikbaar is. Zo
wordt een fout voorkomen.
root/ConnectionType/xen/coreSettings/
USBrelevant
Hiermee wordt aangegeven of dit verbindingstype relevant is voor
USB. Zo ja, is er mogelijk een USB-invoegtoepassing voor het
omleiden van USB-apparaten.
root/ConnectionType/xen/coreSettings/appName
Stelt de interne toepassingsnaam in die voor dit type verbinding
moet worden gebruikt. Deze registersleutel hoeft u over het
algemeen niet te wijzigen.
root/ConnectionType/xen/coreSettings/
autoLogoutDelayAfterLaunch
Deze instelling is van toepassing op Citrix-servers met meerdere
gepubliceerde bronnen. Als deze registersleutel lager is dan 0,
wordt er niet automatisch afgemeld. Anders geeft deze instelling
het aantal seconden aan tussen het sluiten van de laatste Xen-
gepubliceerde bron en het moment waarop de gebruiker
automatisch wordt afgemeld en terugkeert naar het eerste
aanmeldingsscherm. Door vertragingen in het Citrix-proces kan
het automatisch afmelden langer duren.
root/ConnectionType/xen/coreSettings/
autoLogoutDelayBeforeLaunch
Deze instelling is van toepassing op Citrix-servers met meerdere
gepubliceerde bronnen. Als deze registersleutel lager is dan 0,
wordt er niet automatisch afgemeld. Anders geeft deze instelling
het aantal seconden aan dat mag verstrijken terwijl er geen
toepassingen worden gestart voordat de gebruiker automatisch
wordt afgemeld en terugkeert naar het eerste
aanmeldingsscherm. Door vertragingen in het Citrix-proces kan
het automatisch afmelden langer duren.
root/ConnectionType/xen/coreSettings/
className
Stelt de klassenaam van de interne toepassing in die voor dit type
verbinding moet worden gebruikt. Deze registersleutel hoeft u
over het algemeen niet te wijzigen.
root/ConnectionType/xen/coreSettings/editor
Stelt de interne toepassingsnaam in die moet worden gebruikt
wanneer Verbindingsbeheer wordt gestart voor dit type
verbinding. Deze registersleutel hoeft u over het algemeen niet te
wijzigen.
138 Bijlage E Registersleutels