HP ThinPro 5.2 - Administrator's Guide

Tabel E-16 root > Network (vervolg)
Registersleutel Beschrijving
in een generiek ThinPro-proel, omdat alle thin clients hierdoor
hetzelfde IP-adres ontvangen.
root/Network/Wired/Security/CACert
Stelt het pad naar het CA-certicaatbestand in.
root/Network/Wired/Security/EnableMachineAuth
Indien ingesteld op 1, wordt computervericatie voor PEAP
ingeschakeld.
root/Network/Wired/Security/Identity
Stelt de identiteit of anonieme identiteit in.
root/Network/Wired/Security/InnerAuth
Stelt het interne vericatieprotocol voor PEAP in.
root/Network/Wired/Security/InnerAuthTTLS
Stelt het interne vericatieprotocol voor TTLS in.
root/Network/Wired/Security/PEAPVersion
Stelt de PEAP-versie in.
root/Network/Wired/Security/Password
Stelt het wachtwoord in.
root/Network/Wired/Security/PrivateKey
Stelt het pad naar een persoonlijke sleutelbestand in. Deze sleutel
wordt alleen gebruikt voor TLS-vericatie.
root/Network/Wired/Security/Type
Stelt het type 802.1 x-vericatie in.
root/Network/Wired/Security/UserCert
Stelt het pad naar een gebruikerscerticaatbestand in. Deze
sleutel wordt alleen gebruikt voor TLS-vericatie.
root/Network/Wired/Security/Username
Stelt de gebruikersnaam in.
root/Network/Wired/SubnetMask
Stelt het subnetmasker van het apparaat in, bijvoorbeeld
255.255.255.0 (voor een standaardsubnet van klasse C). Deze
instelling wordt pas van kracht als Method is ingesteld op
Static.
root/Network/Wireless/DefaultGateway
Stelt de standaardgateway in die door het apparaat wordt
gebruikt om te communiceren met internet. Doorgaans is dit het
IP-adres van de router. Deze instelling wordt pas van kracht als
Method is ingesteld op Static.
root/Network/Wireless/EnableDefGatewayAsDNS
Indien ingesteld op 1, is de standaardgateway ook de naamserver.
root/Network/Wireless/IPAddress
Stelt het IPv4-adres van de thin client in. Deze instelling wordt
pas van kracht als Method is ingesteld op Static.
root/Network/Wireless/IPv6Enable
Indien ingesteld op 1, is IPv6 ingeschakeld.
root/Network/Wireless/Interface
Stelt de draadloze standaardinterface of draadloze
netwerkadapter in.
root/Network/Wireless/Method
Als deze registersleutel is ingesteld op Automatic, gebruikt de
thin client DHCP om netwerkinstellingen op te halen. Als deze
registersleutel is ingesteld op Static, worden de waarden van
de registersleutels IPAddress, SubnetMask en
DefaultGateway gebruikt. HP raadt af Static te gebruiken
in een generiek ThinPro-proel, omdat alle thin clients hierdoor
hetzelfde IP-adres ontvangen.
root/Network/Wireless/PowerEnable
Indien ingesteld op 1, is energiebeheer van de draadloze
netwerkkaart ingeschakeld.
root/Network/Wireless/SSID
Stelt het draadloze toegangspunt in dat via de SSID moet worden
gebruikt.
root/Network/Wireless/SSIDHidden
Geeft aan of de SSID van het draadloze toegangspunt verborgen
is.
root > Network 155