Windows Embedded Standard 7 for HP Thin Clients Administrator's Guide

3 Conguratie
BELANGRIJK: Zorg ervoor dat u het schrijilter uitschakelt voordat u conguratiewijzigingen aanbrengt.
Nadat u klaar bent met het aanbrengen van wijzigingen, moet u het schrijilter weer inschakelen.
Gebruikeraccounts beheren
Met het hulpprogramma gebruikersaccounts kunt u de meeste aspecten van de standaardaccounts gebruiker
en beheerder beheren, evenals extra gebruikersaccounts aanmaken.
BELANGRIJK: Vanwege de beperkte schijfruimte op het ash-station moet u het aantal gebruikersaccounts
tot een minimum beperken.
Zo opent u het hulpprogramma Gebruikersaccounts:
Selecteer in het Conguratiescherm Gebruikersaccounts.
Een wachtwoord wijzigen
Het wachtwoord voor een gebruikersaccount wijzigen:
Druk op Ctrl+Alt+Delete, selecteer Change a password (Een wachtwoord wijzigen) en volg de instructies
op het scherm voor het voltooien van de procedure.
OPMERKING: Wachtwoorden kunnen niet worden gewijzigd zonder beheerdersrechten.
Meerdere gebruikersaccounts maken
Gebruik het hulpprogramma Gebruikersaccounts om nieuwe gebruikersaccounts te maken. Een zojuist
gemaakte account is automatisch lid van de lokale gebruikersgroep, maar om dit aan te passen aan de
standaardgebruikersaccount moet u de nieuwe account toevoegen aan de hoofdgebruikersgroep. Anders kan
de nieuwe gebruiker geen lokale printer toevoegen.
OPMERKING: Raadpleeg HP Logon Manager op pagina 10 voor meer informatie over het congureren van
de account van een specieke gebruiker voor het automatisch aanmelden bij het opstarten van het systeem.
Een nieuwe gebruikersaccount beschikt over een nieuw proel op basis van een standaardsjabloon. Een
gebruikersproel bevat conguratiegegevens voor een gebruikersaccount, zoals bureaubladinstellingen,
netwerkverbindingen, en programma-instellingen. Een gebruikersproel kan ofwel lokaal zijn (speciek voor
een thin client) of roaming (op basis van de server en toegankelijk van meerdere verschillende thin clients).
OPMERKING: Lokale kopieën van zwervende proelen moeten naar de ashdrive (C:) worden geschreven.
Deze moet voldoende vrije ruimte hebben om te kunnen werken. Roaming-proelen worden niet bewaard
wanneer het systeem opnieuw wordt opgestart.
De draadloze functionaliteit uitschakelen
Als u de draadloze functionaliteit op het systeem wilt uitschakelen, volgt u de onderstaande stappen.
4 Hoofdstuk 3 Conguratie