Operation Manual

11-12 Wiskundige functies gebruiken
POLYFORM Veeltermvorm. Creëert een veelterm in variabele1 vanuit
uitdrukking.
POLYFORM(uitdrukking, variabele1)
Voorbeeld
POLYFORM((X+1)^2+1,X) retourneert
X^2+2*X+2.
POLYROOT Wortels van veelterm. Retourneert de wortels voor de
veelterm van de orde n met de aangegeven n+1
coëfficiënten.
POLYROOT([coëfficiënten])
Voorbeeld
Voor x
4
+2x
3
–25x
2
–26x+120:
POLYROOT([1,2,-25,-26,120]) retourneert
[2,-3,4,-5].
TIP
De resultaten van POLYROOT zijn vaak niet gemakkelijk
te zien in HOME door het aantal decimale plaatsen,
vooral als het complexe getallen zijn. Het is beter de
resultaten van POLYROOT in een matrix op te slaan.
Bijvoorbeeld, POLYROOT([1,0,0,-8] M1 slaat
de drie complexe kubieke wortels van 8 op als een
complexe vector naar matrix M1. U kunt ze dan
gemakkelijk bekijken door naar de Matrixcatalogus te
gaan, en ze afzonderlijk gebruiken in berekeningen door
te verwijzen naar M1 (1), M1 (2), enz.
Waarschijnlijkheidsfuncties
COMB Aantal combinaties (zonder rekening te houden met
volgorde) van n zaken die r per keer zijn genomen: n!/
(r!(n-r)).
COMB(n, r)
Voorbeeld
COMB(5,2) retourneert 10 Dat wil zeggen dat er
tien verschillende manieren zijn waarop men een
keus van twee stuks kan maken uit vijf stuks.