Operation Manual

13-8 Matrices
Om de twee matrices M1 en M2, die u voor het
voorgaande voorbeeld hebt gecreëerd, te delen, druk op
de volgende toetsen:
M1
M2
Een matrix
omkeren
In HOME kunt u een vierkante matrix omkeren door de
matrix (of zijn variabelennaam) in te typen en te drukken
op x
–1
. Of u kunt de INVERSE-opdracht
van de matrix gebruiken. Voer in HOME
INVERSE(matrixnaam) in en druk op .
Teken veranderen In een matrix kunt u het teken van elk element veranderen
door te drukken op voor de matrixnaam.
Systemen van lineaire vergelijkingen oplossen
Voorbeeld Los het volgende lineaire systeem op:
1. Open de
Matrixcatalogus en
creëer een vector.
MATRIX
2. Creëer de vector van
de constanten in het
lineaire systeem.
5 7
1
2x 3y 4z++ 5
xyz+7
4xy–2z+1
=
=
=