Operation Manual

Solve-aplet 7-3
Voer bekende
variabelen in
3. Het scherm met de numerieke weergave van Solve
weergeven.
4. Voer de waarden in
voor de bekende variabelen.
2 7 7 8
1 6 6 7
1 0 0
TIP
Als de instelling Decimaalteken in het invoerformulier
Modi ( modes) op Komma is ingesteld, gebruik
dan in plaats van .
De onbekende
variabele
oplossen
5. Oplossing voor de onbekende variabele (A).
Dus is de versnelling die nodig is om de snelheid van
een auto op te drijven van 16,67 m/s (60 km/h)
naar 27,78 m/s (100 km/h) over een afstand van
100 m gelijk aan ongeveer 2,47 m/s
2
.
Omdat de variabele A in de vergelijking lineair is,
weten we dat we niet hoeven te zoeken naar andere
oplossingen.