HP LaserJet Managed MFP E62655, E62665, HP LaserJet Managed Flow MFP E62665, E62675 Gebruikershandleiding www.hp.com/videos/LaserJet www.hp.com/support/ljE62655mfp www.hp.com/support/ljE62665mfp www.hp.
HP LaserJet Managed MFP E62655, E62665, HP LaserJet Managed Flow MFP E62665, E62675 Gebruikershandleiding
Copyright en licentie Handelsmerken © Copyright 2019 HP Development Company, L.P. Adobe®, Adobe Photoshop®, Acrobat® en PostScript® zijn handelsmerken van Adobe Systems Incorporated. Verveelvoudiging, bewerking en vertaling zonder voorafgaande schriftelijke toestemming zijn verboden, behalve zoals toegestaan door het auteursrecht. Apple en het Apple-logo zijn handelsmerken van Apple Inc., geregistreerd in de VS en andere landen/regio's.
Inhoudsopgave 1 Printeroverzicht ......................................................................................................................................................................................... 1 Waarschuwingspictogrammen .............................................................................................................................................. 2 Mogelijk risico op schokken ...........................................................................................
Inleiding ............................................................................................................................................................... 35 Handmatige invoer voor etiketten .................................................................................................................. 35 Afdrukstand van etiket ......................................................................................................................................
HP ePrint via e-mail .......................................................................................................................................... 62 AirPrint ................................................................................................................................................................. 63 Android-geïntegreerd afdrukken ....................................................................................................................
Stap drie: De snelkoppeling Quick Sets configureren (optioneel) ........................................................... 105 Standaardscaninstellingen voor Opslaan naar USB-station instellen .................................................... 106 Standaardbestandsinstellingen voor Opslaan naar USB-station instellen ............................................ 107 Scannen naar e-mail ..........................................................................................................................
Netwerkinstellingen weergeven of wijzigen ............................................................................................... 149 De naam van de printer in het netwerk wijzigen ....................................................................................... 149 IPv4 TCP/IP-parameters handmatig configureren via het bedieningspaneel ....................................... 150 IPv6 TCP/IP-parameters handmatig configureren via het bedieningspaneel .......................................
Papierstoringen verhelpen in de documentinvoer (31.13) ...................................................................... 173 Papierstoringen in lade 1 oplossen (13.A1) ................................................................................................ 175 Papierstoringen in laden 2, 3, 4, 5 (13.A2, 13.A3, 13.A4, 13.A5) ............................................................ 177 Papierstoringen in de invoerlade met hoge capaciteit voor 2.100 vel verhelpen (13.A, 13.F) ..........
1 Printeroverzicht ● Waarschuwingspictogrammen ● Mogelijk risico op schokken ● Printeraanzichten ● Printerspecificaties ● Printerhardware en -software installeren Voor meer informatie De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie www.hp.com/videos/LaserJet voor video-assistentie. Zie www.hp.com/support/ljE62655mfp, www.hp.com/support/ljE62665mfp of www.hp.com/support/ ljE62675mfp voor actuele informatie.
Waarschuwingspictogrammen Definities van waarschuwingspictogrammen: De volgende waarschuwingspictogrammen kunnen op HP producten worden weergegeven. Wees voorzichticht indien deze van toepassing zijn.
Mogelijk risico op schokken Volg altijd de basisveiligheidswaarschuwingen bij gebruik van dit apparaat om het risico op verwondingen als gevolg van brand of elektrische schokken te verminderen. NLWW ● Lees en begrijp alle instructies in de gebruikershandleiding. ● Neem alle waarschuwingen en instructies op het apparaat in acht. ● Gebruik alleen een geaard stopcontact wanneer u het apparaat op een stroombron aansluit.
Printeraanzichten ● Vooraanzicht van de printer ● Achteraanzicht van de printer ● Interfacepoorten ● Overzicht van het bedieningspaneel Vooraanzicht van de printer 2 3 1 4 5 6 12 7 1 8 9 2 11 15 10 19 20 18 14 21 13 2 16 4 17 3 1 Bedieningspaneel met kleurenaanraakscherm (kan worden gekanteld voor betere weergave) 2 Invoerlade documentinvoer 3 Uitvoerbak documentinvoer 4 Uitvoerverlengstuk documentinvoer (verleng deze bij het scannen van lange papieformaten, zoals Legal) 5
6 Rechterklep (toegang voor het verhelpen van storingen) 7 Lade 1 (multifunctionele lade) 8 Formatter (bevat de interfacepoorten) 9 Sleuf voor kabelslot 10 Netsnoeraansluiting 11 Lade 2 12 Aan-uitknop 13 USB-poort voor direct afdrukken 14 Uitvoerbak 15 Uitvoerbakverlenging 16 Papierinvoer voor 1 x 550 vel met standaard (optioneel accessoire) 17 Papierinvoer voor 3 x 550 vel met standaard (optioneel accessoire) 18 Nietpostbus voor 900 vel met 3 bakken (alleen modellen E62665hs, E6266
2 Klep documentinvoer (toegang voor het verhelpen van papierstoringen) 3 Openingsknop cartridgeklep 4 Cartridgeklep (toegang tot de tonercartridge) 5 Sticker met product- en serienummer Interfacepoorten 1 2 3 4 1 Host USB-poort voor het aansluiten van externe USB-apparaten (er bevindt zich mogelijk een afdekpaneel op deze poort) OPMERKING: Gebruik de USB-poort naast het bedieningspaneel om gemakkelijk af te drukken via USB. 2 Snelle USB 2.
OPMERKING: de printer. De functies die in het beginscherm worden weergegeven zijn afhankelijk van de configuratie van 1 2 3 4 5 6 7 8 13 9 10 12 11 Tabel 1-1 Legenda bedieningspaneel van de printer Afbeeldin gslabel Printercomponent Omschrijving 1 Knop Raak de knop Beginscherm aan om terug te keren naar het beginscherm. 2 Toepassingsgebied beginscherm Raak een pictogram aan om de toepassing te openen. Veeg over het scherm om toegang te krijgen tot meer toepassingen.
Tabel 1-1 Legenda bedieningspaneel van de printer (vervolg) Afbeeldin gslabel Printercomponent Omschrijving 5 Informatie Raak de informatieknop aan om een scherm te openen dat toegang biedt tot verschillende soorten printerinformatie. Raak de knoppen aan de onderkant van het scherm aan voor de volgende informatie: knop ● Schermtaal: Wijzig de taalinstelling voor de huidige sessie van de gebruiker. ● Slaapstand: Plaats de printer in de slaapstand.
Actie Omschrijving Voorbeeld Aanraken Raak een item op het scherm aan om dat item te selecteren of dat menu te openen. U kunt tijdens het bladeren door menu's het scherm kort aanraken om het bladeren te onderbreken. Raak het pictogram Instellingen aan om de app Instellingen te openen. Vegen Raak het scherm aan en schuif met uw vinger horizontaal over het scherm om horizontaal te bladeren. Veeg over het scherm totdat de app Instellingen wordt weergegeven.
Technische specificaties Tabel 1-2 Papierverwerkingsspecificaties Functies voor papierverwerking Model E62655dn Model E62665h, E62665hs Model E62665z, E62675z (Product # 3GY14A) (Product # 3GY16A, 3GY15A) (Product # 3GY17A, 3GY18A) Lade 1 (100 vel) Opgenomen Opgenomen Opgenomen Lade 2 (550 vel) Opgenomen Opgenomen Opgenomen Papierinvoerlade voor 1 x 550 vel Optioneel Optioneel Optioneel Papierinvoer voor 1 x 550 vel met standaard Optioneel Optioneel Optioneel Invoerlade voor 1 x 550 v
Tabel 1-3 Connectiviteitsspecificaties (vervolg) Connectiviteitsfuncties Model E62655dn Model E62665h, E62665hs Model E62665z, E62675z (Product # 3GY14A) (Product # 3GY16A, 3GY15A) (Product # 3GY17A, 3GY18A) HP Jetdirect 2900nw printserveraccessoire voor draadloze verbinding Optioneel Optioneel Optioneel HP Jetdirect 3100w BLE/NFC/ Wireless accessoire voor afdrukken vanaf mobiele apparaten Optioneel Optioneel Optioneel Model E62655dn Model E62665h, E62665hs Model E62665z, E62675z (Product
Tabel 1-5 Kopieer- en scanspecificaties 12 Kopieer- en scanfuncties Model E62655dn Model E62665h, E62665hs Model E62665z, E62675z OPMERKING: Kopieer- en scansnelheden zijn onderhevig aan verandering. Ga voor de meest recente informatie naar www.hp.com/support/ ljE62655mfp, www.hp.com/ support/ljE62665mfp of www.hp.
Tabel 1-6 Specificaties digitaal verzenden Functies digitaal verzenden Model E62655dn Model E62665h, E62665hs Model E62665z, E62675z (Product # 3GY14A) (Product # 3GY16A, 3GY15A) (Product # 3GY17A, 3GY18A) Documenten verzenden naar email, USB en gedeelde mappen in een netwerk Opgenomen Opgenomen Opgenomen Documenten verzenden naar SharePoint® Opgenomen Opgenomen Opgenomen Model E62655dn Model E62665h, E62665hs Model E62665z, E62675z (Product # 3GY14A) (Product # 3GY16A, 3GY15A) (Product
macOS: Mac-computers worden door deze printer ondersteund. Download HP Easy Start vanaf 123.hp.com/ LaserJet of vanaf de printerondersteuningspagina en gebruik HP Easy Start vervolgens om de HP-printerdriver te installeren. 1. Ga naar 123.hp.com/LaserJet. 2. Volg de stappen voor het downloaden van de printersoftware.
Tabel 1-10 Minimale systeemvereisten Windows macOS ● Internetverbinding ● Internetverbinding ● USB 1.1 of 2.0-verbinding of een netwerkverbinding ● USB 1.1 of 2.0-verbinding of een netwerkverbinding ● 2 GB vrije ruimte op de harde schijf ● 1,5 GB vrije ruimte op de harde schijf ● 1 GB RAM (32-bits) of 2 GB RAM (64-bits) OPMERKING: Het software-installatieprogramma van Windows installeert de HP Smart Device Agent Baseservice. De bestandsgrootte is circa 100 kb.
Tabel 1-13 Afmetingen van de papierinvoerlade voor 1 x 550 vel Afmetingen Accessoire geheel gesloten Accessoire geheel geopend Hoogte 148 mm 148 mm Diepte 558 mm 869 mm Breedte 512 mm 617 mm Gewicht 6,8 kg Tabel 1-14 Afmetingen van de papierinvoerlade voor 1 x 550 vel met standaard Afmetingen Accessoire geheel gesloten Accessoire geheel geopend Hoogte 478 mm 478 mm Diepte 658 mm 1.
Stroomverbruik, stroomvoorzieningsspecificaties en geluidsuitstoot Raadpleeg www.hp.com/support/ljE62655mfp, www.hp.com/support/ljE62665mfp of www.hp.com/support/ ljE62675mfp voor recente informatie. VOORZICHTIG: De stroomvereisten zijn gebaseerd op het land/de regio waar de printer wordt verkocht. Verander niets aan de ingestelde spanning. Hierdoor raakt de printer beschadigd en komt de garantie van de printer te vervallen.
Printerhardware en -software installeren Raadpleeg de handleiding voor de hardware-installatie die u bij de printer hebt ontvangen voor eenvoudige installatie-instructies. Ga naar de HP-ondersteuningspagina voor aanvullende instructies. Ga naar www.hp.com/support/ljE62655mfp, www.hp.com/support/ljE62665mfp of www.hp.com/support/ ljE62675mfp voor de uitgebreide Help van HP voor de printer.
2 Papierladen ● Inleiding ● Papier plaatsen in lade 1 (multifunctionele lade) ● Plaats papier in lade 2 en de laden voor 550 vel ● Papier plaatsen in de invoerlade met hoge capaciteit voor 2.100 vel ● Enveloppen afdrukken en laden ● Etiketten afdrukken en plaatsen ● Configureren van de nietpostbus voor 900 vel met 3 bakken (flow-model) Voor meer informatie De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie www.hp.com/videos/LaserJet voor video-assistentie. Zie www.hp.
Inleiding VOORZICHTIG: Breid niet meer dan één papierlade tegelijk uit. Gebruik een papierlade niet als een opstapje. Houd uw handen uit de papierlades wanneer deze worden gesloten. Alle laden moeten zijn gesloten als u de printer verplaatst.
Papier plaatsen in lade 1 (multifunctionele lade) De volgende informatie beschrijft hoe u papier moet plaatsen in lade 1. VOORZICHTIG: Als u papierstoringen wilt vermijden, mag u nooit papier toevoegen aan of verwijderen uit lade 1 tijdens het afdrukken. 1. Open lade 1. 2. Trek het verlengstuk naar buiten om het papier te ondersteunen.
3. Schuif de papiergeleiders met de blauwe afstelvergrendeling naar het juiste formaat en plaats vervolgens het papier in de lade. Raadpleeg Tabel 2-1 Afdrukstand van het papier in lade 1 op pagina 22 voor informatie over de afdrukstand van het papier. Zorg dat het papier onder de vullijn van de papiergeleiders past. OPMERKING: De maximale stapelhoogte is 10 mm of ongeveer 100 vellen papier van 75 g/m2 . 4.
Tabel 2-1 Afdrukstand van het papier in lade 1 (vervolg) Papiersoort Stand afbeelding Liggend Duplexmodus Papierformaat Papier plaatsen Automatisch dubbelzijdig afdrukken of met Alternatieve briefhoofdmodus ingeschakeld Letter, Legal, Executive, Oficio (8,5 x 13), A4, A5, RA4, B5 (JIS), Oficio (216 x 340), 16K 195 x 270 mm, 16K 184 x 260 mm, 16K 197 x 273 mm Afdrukzijde boven Enkelzijdig afdrukken Letter, Legal, Executive, Statement, Oficio (8,5 x 13), 3 x 5, 4 x 6, 5 x 7, 5 x 8, A4, A5, A6, RA4,
Tabel 2-1 Afdrukstand van het papier in lade 1 (vervolg) Papiersoort Stand afbeelding Duplexmodus Papierformaat Papier plaatsen Geperforeerd Staand en liggend Enkelzijdig afdrukken Letter, Legal, Executive, Statement, Oficio (8,5 x 13), 3 x 5, 4 x 6, 5 x 7, 5 x 8, A4, A5, A6, RA4, B5 (JIS), B6 (JIS), L (90 x 130 mm), 10 x 15 cm, Oficio (216 x 340), 16K 195 x 270 mm, 16K 184 x 260 mm, 16K 197 x 273 mm, Japanese Postcard (Postcard (JIS)), Double Japan Postcard Rotated (Double Postcard (JIS)) Gaatjes
Plaats papier in lade 2 en de laden voor 550 vel Inleiding De volgende informatie beschrijft hoe u papier moet plaatsen in lade 2 en de optionele laden voor 550 vel. Deze laden kunnen maximaal 550 vel papier met een gewicht van 75 g/m2 (20 lb) bevatten. OPMERKING: De procedure voor het plaatsen van papier is voor de laden voor 550 vel hetzelfde als voor lade 2. Hier wordt alleen lade 2 weergegeven. OPMERKING: 1. De papiergeleiders zijn mogelijk vergrendeld voor gebruik en niet verstelbaar. Open de lade.
4. Sluit de lade. 5. Een configuratiebericht over de lade wordt op het bedieningspaneel van de printer weergegeven. 6. Raak de knop OK aan om het gedetecteerde formaat en de gedetecteerde soort te accepteren, of raak de knop Wijzigen aan als u een ander papierformaat of een andere papiersoort wilt kiezen. Y X Voor papier van afwijkend formaat moet u de X- en Y-afmetingen opgeven wanneer daarom wordt gevraagd op het bedieningspaneel. 7.
Tabel 2-2 Afdrukstand van lade 2 en de papierrichting van de laden voor 550 vel (vervolg) Papiersoort Geperforeerd Stand afbeelding Duplexmodus Papierformaat Papier plaatsen Liggend Enkelzijdig afdrukken Letter, Legal, Executive, Statement, Oficio (8,5 x 13), 4 x 6, 5 x 7, 5 x 8, A4, A5, A6, RA4, B5 (JIS), B6 (JIS), L (90 x 130 mm), 10 x 15 cm, Oficio (216 x 340), 16K 195 x 270 mm, 16K 184 x 260 mm, 16K 197 x 273 mm, Double Japan Postcard Rotated (Double Postcard (JIS)) Afdrukzijde boven Staand of
Alternatieve briefhoofdmodus gebruiken Met de functie Alternatieve briefhoofdmodus kunt u briefhoofdpapier of voorbedrukt papier voor alle taken op dezelfde manier in de lade plaatsen, of u nu enkelzijdige of dubbelzijdige afdrukken maakt. In deze modus plaatst u het papier op dezelfde manier als bij automatisch dubbelzijdig afdrukken. Als u deze functie wilt gebruiken, kunt u deze inschakelen via de menu's op het bedieningspaneel van de printer.
Papier plaatsen in de invoerlade met hoge capaciteit voor 2.100 vel De volgende informatie beschrijft hoe u het papier moet plaatsen in de invoerlade met hoge capaciteit. Deze lade is onderdeel van de invoereenheid met hoge capaciteit voor 1 x 550 vel en 2.100 vel en kan maximaal 2.100 vel papier van 75 g/m2 bevatten. 1. Open de lade. OPMERKING: gebruik is. 2. Open de lade niet als deze in Zet de papierformaathendel in de juiste positie voor het papier.
3. Plaats het papier in de lade. OPMERKING: Plaats niet te veel papier in de lade om storingen te voorkomen. Let erop dat de bovenkant van de stapel niet boven de indicator voor de maximale stapelhoogte uitkomt. OPMERKING: Als de lade niet goed wordt ingesteld, kan tijdens het afdrukken een foutbericht verschijnen of kan het papier vastlopen. 30 4. Sluit de lade. 5. Een configuratiebericht over de lade wordt op het bedieningspaneel van de printer weergegeven. 6.
Afdrukstand van het papier voor invoerlade met hoge capaciteit Tabel 2-3 Afdrukstand van het papier voor invoerlade met hoge capaciteit Papiersoort Stand afbeelding Duplexmodus Papierformaat Papier plaatsen Briefhoofdpapier of voorbedrukt Staand Enkelzijdig afdrukken Letter, Legal, A4 Afdrukzijde boven Briefhoofdpapier of voorbedrukt Staand Briefhoofdpapier of voorbedrukt Liggend NLWW Bovenrand aan de linkerkant van de lade Automatisch dubbelzijdig afdrukken of met Alternatieve briefhoofdmod
Tabel 2-3 Afdrukstand van het papier voor invoerlade met hoge capaciteit (vervolg) 32 Papiersoort Stand afbeelding Duplexmodus Papierformaat Papier plaatsen Briefhoofdpapier of voorbedrukt Liggend Automatisch dubbelzijdig afdrukken of met Alternatieve briefhoofdmodus ingeschakeld Letter, Legal, A4 Afdrukzijde beneden Geperforeerd Staand of liggend Enkelzijdig afdrukken Letter, Legal, A4 Gaatjes aan de achterkant van de lade Geperforeerd Staand of liggend Automatisch dubbelzijdig afdrukken
Enveloppen afdrukken en laden Inleiding De volgende informatie beschrijft hoe u enveloppen moet afdrukken en plaatsen. Gebruik lade1 of het envelopinvoeraccessoire om af te drukken op enveloppen. Lade 1 kan maximaal 10 enveloppen bevatten. Het envelopinvoeraccessoire biedt plaats aan 75 enveloppen, afhankelijk van het envelopontwerp en de omgevingsomstandigheden. Volg deze stappen om de juiste instellingen te selecteren in de printerdriver voor het printen van enveloppen met de optie handmatige invoer.
● Selecteer het juiste formaat voor de enveloppen in de vervolgkeuzelijst Papierformaat. ● Selecteer Envelop in de vervolgkeuzelijst Papiersoort. ● Selecteer in de vervolgkeuzelijst Papierbron de optie Lade 3 of Lade 4, afhankelijk van welke lade overeenkomt met de envelopinvoer. 5. Klik op de knop OK om het dialoogvenster Documenteigenschappen te sluiten. 6. Klik in het dialoogvenster Afdrukken op de knop OK om de taak af te drukken.
Etiketten afdrukken en plaatsen Inleiding De volgende informatie beschrijft hoe u etiketten moet afdrukken en plaatsen. Gebruik lade 2 of een van de optionele laden voor 550 vel om etiketten af te drukken. OPMERKING: Lade 1 ondersteunt geen etiketten. Volg deze stappen om de juiste instellingen te selecteren in de printerdriver voor het afdrukken van etiketten met de optie handmatige invoer. Stuur daarna de afdruktaak naar de printer en plaats de etiketten in de lade.
Afdrukstand van etiket Lade Etiketten plaatsen Laden 2-5 Afdrukzijde boven Bovenrand aan de rechterkant van de lade 36 Hoofdstuk 2 Papierladen NLWW
Configureren van de nietpostbus voor 900 vel met 3 bakken (flowmodel) De nietpostbus kan documenten in de linkerbovenhoek of rechterbovenhoek nieten en kan tot 900 vellen papier in de drie uitvoerbakken stapelen. De uitvoerbakken hebben drie modusconfiguratieopties: stapelaarmodus, postbusmodus of de functiescheidingsmodus. ● De standaard nietlocatie instellen ● De werkstand configureren De standaard nietlocatie instellen 1.
De werkstand configureren Volg deze procedure om te configureren hoe de printer taken in de uitvoerbakken sorteert. 1. Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en selecteer vervolgens het pictogram Instellingen. 2. Open de volgende menu's: 3. a. Nieter/stapelaar beheren b. Werkstand Selecteer een modus in de lijst met opties en selecteer vervolgens de knop Opslaan.
● a. Klik op de knop Start (of open een zoekvak). b. Type services.msc en vervolgens op de toets Enter. c. Klik met de rechtermuisknop op Afdrukspooler in de lijst met services en selecteer Stop. d. Klik met de rechtermuisknop nogmaals op Afdrukspooler en selecteer Start. Sluit de computer af en start deze opnieuw op. macOS NLWW 1. Klik op Systeemvoorkeuren in het Apple-menu. 2. Selecteer Afdrukken en scannen (of Printers en scanners). 3.
40 Hoofdstuk 2 Papierladen NLWW
3 Benodigdheden, accessoires en onderdelen ● Benodigdheden, accessoires en onderdelen bestellen ● De tonercartridge vervangen ● De nietcassette vervangen Voor meer informatie De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie www.hp.com/videos/LaserJet voor video-assistentie. Zie www.hp.com/support/ljE62655mfp, www.hp.com/support/ljE62665mfp of www.hp.com/support/ ljE62675mfp voor actuele informatie.
Benodigdheden, accessoires en onderdelen bestellen Bestellen Neem contact op met de erkende service- of ondersteuningsleverancier van HP.
De tonercartridge vervangen Informatie over tonercartridges Deze printer geeft aan wanneer het niveau van de tonercartridge laag is. De echte resterende levensduur van het tonercartridge kan variëren. De tonercartridge hoeft nu nog niet te worden vervangen. Zorg dat u een vervangende tonercartridge hebt die u kunt plaatsen wanneer de afdrukkwaliteit niet meer voldoet.
De cartridge verwijderen en vervangen Wanneer een cartridge vrijwel leeg is, verschijnt er een bericht op het bedieningspaneel en wordt de voorklep ontgrendeld zodat u toegang tot de cartridge hebt. 44 1. Druk op de vrijgaveknop van de cartridgeklep om de klep te openen. 2. Trek de lade met de cartridges naar buiten. 3. Trek de gebruikte tonercartridge aan de hendel of de inspringing uit het apparaat.
4. Haal de nieuwe tonercartridge uit de verpakking. 5. Verwijder de transportbescherming van de cartridge. 6. Plaats de nieuwe tonercartridge in de lade.
46 7. Sluit de lade met de tonercartridges. 8. Sluit de cartridgeklep. 9. Stop de gebruikte tonercartridge in de doos waarin de nieuwe cartridge is geleverd. Plak het gefrankeerde etiket op de doos en retourneer de gebruikte cartridge naar HP voor recycling.
De nietcassette vervangen 1. Open de klep van de nietmachine. 2. Trek de gekleurde hendel op de nieteenheid omlaag en trek de nieteenheid recht naar buiten. 2 3. Til de lege nietcassette omhoog om deze te verwijderen uit de nieteenheid. BELANGRIJK: Gooi de lege nieteenheid niet weg. U kunt deze gebruiken voor de nieuwe nietcassette. 4. Plaats de nieuwe nietcassette in de nieteenheid.
5. Plaats de nieteenheid terug in de nietmachine door de gekleurde hendel naar binnen te duwen totdat deze vastklikt. 2 6. 48 Sluit de klep van de nietmachine.
4 Afdrukken ● Afdruktaken (Windows) ● Afdruktaken (macOS) ● Afdruktaken opslaan op de printer om later of privé af te drukken ● Mobiele afdrukoplossingen ● Afdrukken van een USB-flashstation ● Afdrukken met high-speed USB 2.0-poort (bekabeld) Voor meer informatie De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie www.hp.com/videos/LaserJet voor video-assistentie. Zie www.hp.com/support/ljE62655mfp, www.hp.com/support/ljE62665mfp of www.hp.
Afdruktaken (Windows) Afdrukken (Windows) De volgende procedure beschrijft het standaardafdrukproces voor Windows. 1. Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma. 2. Selecteer de printer in de lijst met printers. Als u instellingen wilt wijzigen, klikt u op de knop Eigenschappen of Voorkeuren om de printerdriver te openen. OPMERKING: De naam van de knop verschilt per softwareprogramma. OPMERKING: In Windows-10, 8.
Automatisch dubbelzijdig afdrukken (Windows) Gebruik deze procedure voor printers met een automatische eenheid voor dubbelzijdig afdrukken. Als er op de printer geen automatische eenheid voor dubbelzijdig afdrukken is geïnstalleerd of als u op papiersoorten wilt afdrukken die de eenheid voor dubbelzijdig afdrukken niet ondersteunt, kunt u handmatig dubbelzijdig afdrukken. 1. Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma. 2.
Meerdere pagina's per vel afdrukken (Windows) 1. Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma. 2. Selecteer de printer in de lijst met printers en klik vervolgens op de knop Eigenschappen of Voorkeuren om het printerstuurprogramma te openen. OPMERKING: De naam van de knop verschilt per softwareprogramma. OPMERKING: In Windows-10, 8.1 en 8 hebben deze toepassingen een andere indeling met andere functies ten opzichte van wat hieronder wordt beschreven voor desktoptoepassingen.
Overige afdruktaken Ga naar www.hp.com/support/ljE62655mfp, www.hp.com/support/ljE62665mfp of www.hp.com/support/ ljE62675mfp.
Afdruktaken (macOS) Afdrukken (macOS) In de volgende procedure wordt het standaardafdrukproces voor macOS beschreven. 1. Klik op de optie Afdrukken in het menu Bestand. 2. Selecteer de printer. 3. Klik op Details weergeven of Exemplaren en pagina's en selecteer vervolgens andere menu's om de afdrukinstellingen aan te passen. OPMERKING: 4. De naam van het item verschilt per softwareprogramma. Klik op de knop Afdrukken.
7. Haal de bedrukte stapel uit de uitvoerbak en plaats die met de bedrukte zijde omlaag in de invoerlade. 8. Selecteer, wanneer u hierom wordt gevraagd, de desbetreffende knop op het bedieningspaneel om door te gaan. Meerdere pagina's per vel afdrukken (macOS) 1. Klik op de optie Afdrukken in het menu Bestand. 2. Selecteer de printer. 3. Klik op Details weergeven of Exemplaren en pagina's en klik vervolgens op het menu Lay-out. OPMERKING: De naam van het item verschilt per softwareprogramma. 4.
56 ● Afdrukstand maken ● Een brochure maken ● Een document schalen zodat het past op een bepaald papierformaat ● De eerste of laatste pagina's van het document op ander papier afdrukken ● Watermerken op een document afdrukken Hoofdstuk 4 Afdrukken NLWW
Afdruktaken opslaan op de printer om later of privé af te drukken Inleiding De volgende informatie biedt procedures voor het maken en afdrukken van documenten die zijn opgeslagen op de printer. Deze taken kunnen later of privé worden afgedrukt.
pincode invoeren op het bedieningspaneel. Als u de taak beveiligt, moet degene die de taak afdrukt de vereiste pincode invoeren op het bedieningspaneel. 5. Als u een aangepaste gebruikersnaam of taaknaam wilt gebruiken,klikt u op de knop Aangepast en voert u de gebruikersnaam of taaknaam in. Selecteer welke optie u wilt gebruiken als er al een andere taak bestaat met dezelfde naam: 6. ● Taaknaam + (1-99) gebruiken: Voeg een uniek nummer toe aan het einde van de taaknaam.
Een opgeslagen taak afdrukken Volg deze procedure om een document af te drukken dat in een map met opgeslagen taken op de printer staat. 1. Selecteer Afdrukken in het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer en selecteer vervolgens Afdrukken vanuit taakopslag. 2. Selecteer onder Opgeslagen taken afdrukken de optie Kiezen en selecteer de map waarin het document is opgeslagen. 3. Selecteer het document en raak Selecteren aan.
a. Kopiëren/afdrukken of Afdrukken b. Opgeslagen taken beheren c. Limiet voor opslaan van tijdelijke taken 3. Gebruik het toetsenblok om het aantal taken in te voeren dat wordt opgeslagen in de printer. 4. Selecteer Gereed om de instelling op te slaan. Informatie die naar de printer is verzonden voor de boekhouding Afdruktaken die worden verzonden vanaf stuurprogramma's op de client (bijv. pc) kunnen persoonlijke informatie verzenden naar apparaten voor afdrukken en beeldverwerking van HP.
Mobiele afdrukoplossingen Inleiding HP biedt diverse mobiele printoplossingen voor gemakkelijk afdrukken naar een HP-printer vanaf een laptop, tablet, smartphone of ander mobiel apparaat. Ga naar www.hp.com/go/MobilePrinting om de volledige lijst te zien en te bepalen wat de beste keuze is. OPMERKING: Werk de printerfirmware bij om te zorgen dat alle mobiele afdruk- en ePrint-functies worden ondersteund.
3. a. Netwerken b. Wi-Fi Direct c. Status Selecteer eerst Aan en vervolgens OK om draadloos afdrukken in te schakelen. OPMERKING: In omgevingen waar meer dan één model van dezelfde printer is geïnstalleerd, kan een unieke Wi-Fi Direct-naam voor elke printer handig zijn voor printerherkenning bij het afdrukken via Wi-Fi Direct. U ziet de namen van draadloze netwerken, zoals Wi-Fi, Wi-Fi Direct, enz.
b. Open een webbrowser vanaf een computer op hetzelfde netwerk als de printer. Voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van de pc. De geïntegreerde webserver wordt geopend. OPMERKING: Als de webbrowser een bericht weergeeft dat toegang tot de website mogelijk niet veilig is, selecteert u de optie om door te gaan naar de website.
Afdrukken van een USB-flashstation Inleiding Deze printer beschikt over USB met eenvoudige toegang. U kunt dus snel bestanden afdrukken zonder de bestanden via de computer te verzenden. De USB-poort bij het bedieningspaneel is geschikt voor standaard USB-flashstations. De USB-poort op het bedieningspaneel ondersteunt de volgende bestandstypen: – .pdf – .prn – .pcl – .ps – .
2. Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres exact in zoals dat wordt weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van de pc. De geïntegreerde webserver wordt geopend. OPMERKING: Als de internetbrowser de melding Er is een probleem met het beveiligingscertificaat van deze website weergeeft wanneer u de EWS probeert te openen, klikt u op Doorgaan naar deze website (niet aanbevolen).
Afdrukken met high-speed USB 2.0-poort (bekabeld) De high-speed USB-poort inschakelen voor het afdrukken Deze printer beschikt over een high-speed USB 2.0-poort voor bekabeld afdrukken via USB. De poort bevindt zich in het gebied van de interfacepoorten aan de achterzijde van de printer en is standaard uitgeschakeld. Gebruik een van de volgende methoden om de poort in te schakelen. Zodra de poort is ingeschakeld, moet u de productsoftware installeren om af te drukken met behulp van deze poort.
5 Kopie ● Een kopie maken ● Dubbelzijdig kopiëren (duplex) ● Overige opties voor kopiëren ● Overige kopieertaken Voor meer informatie De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie www.hp.com/videos/LaserJet voor video-assistentie. Zie www.hp.com/support/ljE62655mfp, www.hp.com/support/ljE62665mfp of www.hp.com/support/ ljE62675mfp voor actuele informatie.
Een kopie maken Volg deze stappen als u een kopie wilt maken vanaf de scannerglasplaat of de documentinvoer. 1. Plaats het document met de afdrukzijde naar beneden op de glasplaat van de scanner of plaats het met de afdrukzijde naar boven in de documentinvoer en stel de papiergeleiders in op het documentformaat. 2. Selecteer op het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Kopiëren. 3. Selecteer instellingen in het menu Zijden en het menu Kleur/zwart (kleurenprinters) en selecteer vervolgens Gereed.
Tabel 5-2 Knoppen voorbeeldweergave (vervolg) Knop Omschrijving In- of uitzoomen op de geselecteerde pagina. OPMERKING: Selecteer slechts één pagina voor het gebruik van deze knoppen. De pagina 180 graden draaien. OPMERKING: Deze knop is alleen beschikbaar in de weergave met miniaturen. De geselecteerde pagina's verwijderen. OPMERKING: Deze knop is alleen beschikbaar in de weergave met miniaturen. De pagina's in het document opnieuw rangschikken.
Dubbelzijdig kopiëren (duplex) 1. Plaats het document met de afdrukzijde naar beneden op de glasplaat van de scanner of plaats het met de afdrukzijde naar boven in de documentinvoer en stel de papiergeleiders in op het documentformaat. 2. Selecteer op het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Kopiëren. 3. Selecteer de pijl onder Zijden om de beschikbare opties weer te geven. 4. Selecteer het gedeelte Zijden origineel en selecteer vervolgens de optie die het originele document beschrijft: 5.
Tabel 5-4 Knoppen voorbeeldweergave Knop Omschrijving Schakelen tussen de weergave met twee pagina's en de weergave met miniaturen. In de weergave met miniaturen zijn er meer opties beschikbaar dan in de weergave met twee pagina's. In- of uitzoomen op de geselecteerde pagina. OPMERKING: Selecteer slechts één pagina voor het gebruik van deze knoppen. De pagina 180 graden draaien. OPMERKING: Deze knop is alleen beschikbaar in de weergave met miniaturen. De geselecteerde pagina's verwijderen.
Overige opties voor kopiëren De volgende instellingen zijn beschikbaar in de lijst met Opties voor kopiëren. OPMERKING: De volgende lijst bevat de hoofdset met beschikbare opties voor HP Enterprise MFP-printers. Sommige opties zijn niet beschikbaar op alle printers. Tabel 5-5 Kopieeropties Optie Omschrijving Aantal exemplaren Geef op hoeveel kopieën u wilt maken. Instellingen ophalen en opslaan Quick Set ophalen: Haal de kopieerinstellingen op uit een opgeslagen Quick Set.
Tabel 5-5 Kopieeropties (vervolg) Optie Omschrijving Papierpad Selecteer een specifiek papierpad: Voor printers waarop pagina's in de papierbaan kunnen worden omgeslagen. Bedrukt omhoog (rechtste papierpad): Pagina's worden in tegenovergestelde volgorde naar de bak uitgevoerd dan ze in de documentinvoer zijn geplaatst. Afbeelding aanpassen Scherpte: Maak de afbeelding duidelijker of zachter.
Overige kopieertaken Ga naar www.hp.com/support/ljE62655mfp, www.hp.com/support/ljE62665mfp of www.hp.com/support/ ljE62675mfp.
6 Scan ● Scannen naar e-mail instellen ● Scannen naar netwerkmap instellen ● Scannen naar SharePoint® instellen (alleen Flow-modellen) ● Scannen naar USB-station instellen ● Scannen naar e-mail ● Scannen naar taakopslag ● Scannen naar netwerkmap ● Scannen naar SharePoint ● Scannen naar USB-station ● Overige opties voor scannen ● HP JetAdvantage-bedrijfsoplossingen ● Overige scantaken Voor meer informatie De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie www.hp.
Scannen naar e-mail instellen ● Inleiding ● Voordat u begint ● Stap één: Toegang tot de geïntegreerde webserver van HP (EWS) ● Stap twee: De netwerkidentificatie-instellingen configureren ● Stap drie: De functie Scannen naar e-mail configureren ● Stap vier: De snelkoppeling Quick Sets configureren (optioneel) ● Stap vijf: Instellen dat Scannen naar e-mail gebruikmaakt van Office 365 Outlook (optioneel) Inleiding De printer bevat de functie om een document te scannen en dit naar een of meer e-m
Stap één: Toegang tot de geïntegreerde webserver van HP (EWS) 1. Raak vanaf het beginscherm op het bedieningspaneel van de printer het informatiepictogram aan en raak vervolgens het pictogram Netwerk aan om het IP-adres of de hostnaam weer te geven. 2. Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van de pc. De geïntegreerde webserver wordt geopend.
4. Als het netwerk DNS vereist, controleert u in het gebied TCP/IP-domeinachtervoegsel of het DNSachtervoegsel voor de e-mailclient dat u gebruikt is genoemd. DNS-achtervoegsels hebben het volgende formaat: bedrijfsnaam.com.com, gmail.com, enz. OPMERKING: Als het domeinnaamachtervoegsel niet is ingesteld, gebruikt u het IP-adres. 5. Klik op Toepassen. 6. Klik op OK.
3. Klik in het gebied Wizards E-mail en Scannen naar netwerkmap snel instellen op de koppeling E-mail instellen. OPMERKING: Als er een bericht wordt weergegeven om aan te geven dat de functie Scannen naar e-mail is uitgeschakeld, klikt u op Doorgaan om door te gaan met de configuratie en schakelt u de functie Scannen naar e-mail in als u klaar bent. 4.
-OF○ Altijd deze aanmeldgegevens gebruiken: Selecteer Altijd deze aanmeldgegevens gebruiken, voer de Gebruikersnaam en het Wachtwoord in en klik daarna op Volgende. Optie drie: SMTP-server toevoegen a. Selecteer SMTP-server toevoegen b. Voer de Servernaam en het Poortnummer in en klik vervolgens op Volgende. OPMERKING: In de meeste gevallen hoeft het standaardpoortnummer niet te worden gewijzigd.
Optie Omschrijving Van Selecteer een van de volgende opties in de vervolgkeuzelijst Van: (Verplicht) ● Gebruikersadres (aanmelden vereist) ● Standaardafzender: Voer een standaard e-mailadres en weergavenaam in de velden Standaarde-mailadres van afzender en Standaard weergavenaam in. OPMERKING: Maak een e‑mailaccount voor de printer en gebruik het adres daarvan als het standaard-e‑mailadres.
Optie Omschrijving Kwaliteit en bestandsformaat Selecteer de standaarduitvoerkwaliteit voor het gescande document: Resolutie 7. ● Laag (klein bestand) ● Gemiddeld ● Hoog (groot bestand) Selecteer de standaardscanresolutie voor het gescande document: ● 75 dpi ● 150 dpi ● 200 dpi ● 300 dpi ● 400 dpi ● 600 dpi Controleer het gebied Overzicht en klik vervolgens op Voltooien om de installatie te voltooien. Methode 2: Geavanceerde configuratie met behulp van E-mail instellen 1.
● Selecteer een van de weergegeven servers ● Klik op Toevoegen om de SMTP-wizard te starten. 1. Selecteer in de SMTP-wizard een van de volgende opties: ○ Optie één: Ik weet het adres of de hostnaam van de SMTP-server: Voer het adres van een SMTP-server in en klik vervolgens op Volgende ○ Optie twee: Als u het adres van de SMPT-server niet kent, selecteert u Op het netwerk zoeken naar een server voor uitgaande e-mail en klikt u vervolgens op Volgende. Selecteer de server en klik op Volgende.
OPMERKING: Als de server vraagt om verificatie, is een gebruikersnaam en wachtwoord voor het verzenden van automatische waarschuwingen en rapporten vanaf de printer vereist. 4. 5. Voer in het dialoogvenster Overzicht en test een geldig e-mailadres in het veld Test-e-mail verzenden naar: in en klik vervolgens op Testen. 6. Controleer of alle instellingen juist zijn en klik vervolgens op Voltooien om de configuratie van de server voor uitgaande e-mail te voltooien.
OPMERKING: Deze instellingen zijn alleen beschikbaar op de pagina Geavanceerde instellingen. Instellingen Ondertekenen en coderen: Functie Omschrijving Ondertekening Selecteer of het beveiligingscertificaat moet worden ondertekend. Schakel het selectievakje Door gebruiker aan te passen in om ervoor te zorgen dat deze instelling op het bedieningspaneel van de printer kan worden bewerkt. Hash-algoritme Selecteer het algoritme dat moet worden gebruikt voor het ondertekenen van het certificaat.
8. Functie Omschrijving Bijsnijdopties Selecteer of een taak bijgesneden mag worden en de manier waarop dit moet gebeuren. Randen wissen Selecteer deze instelling om de breedte van de te wissen randmarges in millimeters of inches voor de voor- en achterzijde van een taak op te geven. Stel in het gedeelte Bestandsinstellingen de standaardvoorkeuren voor bestandsinstellingen in.
Functie Omschrijving Meerdere bestanden maken1 Selecteer deze instelling om pagina's naar afzonderlijke bestanden te scannen, op basis van een vooraf bepaald maximum aantal pagina's per bestand. 1 9. Deze instelling is alleen beschikbaar op de pagina Geavanceerde instellingen. Controleer of de geselecteerd opties juist zijn en klik vervolgens op Toepassen om de installatie te voltooien.
De server voor uitgaande e-mail (SMTP) configureren om via een Office 365 Outlook-account e-mails te verzenden 1. Klik in de bovenste EWS-navigatietabbladen op Netwerk. 2. Klik in het linkerdeelvenster op TCP/IP-instellingen. 3. Klik in het gebied TCP/IP-instellingen op het tabblad Netwerkidentificatie. 4. Als het netwerk DNS vereist, controleert u in het gebied TCP/IP-domeinachtervoegsel of het DNSachtervoegsel voor de e-mailclient dat u gebruikt is genoemd.
8. Schakel op de pagina E-mail instellen het selectievakje Scannen naar e-mail inschakelen in. Als dit selectievakje niet ingeschakeld is, is de functie niet beschikbaar op het printerbedieningspaneel. 9. Klik in het gedeelte Servers voor uitgaande e-mail (SMTP) op Toevoegen om de SMTP-wizard te starten. 10. Typ in het veld Ik weet het adres of de hostnaam van de SMTP-server smtp.onoffice.com en klik vervolgens op Volgende. 11.
Scannen naar netwerkmap instellen ● Inleiding ● Voordat u begint ● Stap één: Toegang tot de geïntegreerde webserver van HP ● Stap twee: Scannen naar netwerkmap instellen Inleiding Dit document beschrijft hoe u de functie Scannen naar netwerkmap kunt inschakelen en configureren. De printer bevat de functie om een document te scannen en dit naar een netwerkmap op te slaan. Om deze scanfunctie te gebruiken, moet de printer met een netwerk zijn verbonden.
1. Klik in de bovenste EWS-navigatietabbladen op het tabblad Scannen/Digitaal verzenden. 2. Klik in het linkernavigatievenster op Wizards E-mail en Scannen naar netwerkmap snel instellen. 3. Klik op de koppeling Wizard van de Quick Set voor opslaan in netwerkmap. 4. Klik in het dialoogvenster Quick Set voor opslaan in netwerkmap toevoegen of verwijderen op Toevoegen. OPMERKING: Quick Sets zijn taken die snel kunnen worden gestart vanaf het beginscherm van de printer of in de Quick Sets-toepassing.
TIP: Om in Windows 7 het Windows-domein te vinden, klikt u op Start, Configuratiescherm en vervolgens op Systeem. Om in Windows 8 het Windows-domein te vinden, klikt u op Zoeken, voert u in het zoekvak Systeem in en klikt u vervolgens op Systeem. Het domein wordt vermeld onder Instellingen voor computernaam, domein en werkgroep. d. Klik op Volgende. 7. Stel in het dialoogvenster Instellingen voor bestandsscans configureren de standaardscanvoorkeuren voor de Quick Set in en klik vervolgens op Volgende.
OPMERKING: in een map'). Geef de Quick Set een naam die gebruikers snel kunnen begrijpen (bijv. 'Scannen en opslaan 2. Typ in het veld Beschrijving Quick Set een beschrijving die aangeeft wat de Quick Set zal opslaan. 3.
De bestemmingsmap voor gescande documenten configureren Optie 1: Gedeelde mappen of FTP-mappen Om gescande documenten in een standaard gedeelde map of FTP-map op te slaan, voert u de volgende stappen uit: 1. Selecteer Opslaan in gedeelde mappen of FTP-mappen. 2. Klik op Toevoegen.... Het dialoogvenster Netwerkmappad toevoegen wordt geopend. 3.
1. Selecteer Opslaan in standaard gedeelde netwerkmap. 2. Typ in het veld UNC-mappad een mappad. Het mappad kan de volledige gekwalificeerde domeinnaam (FQDN) (bijv. \ \servernaam.us.bedrijfsnaam.net\scans) zijn of het IP-adres van de server (bijv. \ \16.88.20.20\scans). Controleer of het mappad (bijv. \scans) na de FQDN of het IP-adres komt. OPMERKING: De FQDN is mogelijkerwijs betrouwbaarder dan het IP-adres. Als de server het IPadres via DHCP verkrijgt, dan kan het IP-adres veranderen.
OPMERKING: Als een FTP-site buiten de firewall is, dan moet een proxyserver worden gespecificeerd onder de netwerkinstellingen. Deze instellingen zijn aanwezig in het tabblad EWS Networking, onder de opties Geavanceerd. 1. Selecteer Opslaan op een FTP-server. 2. Typ in het veld FTP-server de naam of het IP-adres van de FTP-server. 3. Typ in het veld Poort het poortnummer. OPMERKING: gewijzigd. In de meeste gevallen hoeft het standaardpoortnummer niet te worden 4.
OPMERKING: Deze mogelijkheid wordt gebruikt in domeinomgevingen waarin de beheerder een gedeelde map voor iedere gebruiker configureert. Als de functie Opslaan in een persoonlijke gedeelde map is geconfigureerd, worden gebruikers gevraagd zich op het bedieningspaneel van de printer aan te melden met hun Windowsaanmeldgegevens of LDAP-verificatie. 1. Selecteer Opslaan in een persoonlijke gedeelde map. 2.
Dialoogvenster drie: Meldingsinstellingen ▲ Voer in het dialoogvenster Melding een van de volgende stappen uit: OPMERKING: Om e-mailmeldingen te verzenden, moet de printer worden ingesteld voor gebruik van een SMTP-server voor het verzenden van e-mailtaken. Raadpleeg voor meer informatie over het instellen van een SMTP-server voor het verzenden van e-mails Scannen naar e-mail instellen (c04017973). ● ● Optie één: Geen melding 1. Selecteer Geen melding. 2.
Functie Omschrijving Tekst/afbeelding optimaliseren Selecteer deze optie om de uitvoer van een bepaald soort inhoud te optimaliseren. Afdrukstand inhoud Selecteer de manier waarop de inhoud van het originele document op de pagina is geplaatst: Staand of Liggend. Achtergrond opruimen Selecteer een waarde om vage beelden of een lichte achtergrondkleur uit de achtergrond te verwijderen. Donkerheid Selecteer een waarde om de donkerheid van het bestand aan te passen.
Functie Omschrijving PDF-codering Als het bestandstype PDF is, wordt met deze optie het PDF-uitvoerbestand gecodeerd. Als onderdeel van de codering moet een wachtwoord worden opgegeven. Hetzelfde wachtwoord moet worden ingevoerd om het bestand te openen. Als er nog geen wachtwoord is opgegeven wanneer op Start wordt gedrukt, wordt de gebruiker gevraagd om voorafgaand aan het scannen van de taak een wachtwoord op te geven. Resolutie Stel de resolutie van het bestand in.
Scannen naar SharePoint® instellen (alleen Flow-modellen) ● Inleiding ● Voordat u begint ● Stap één: Toegang tot de geïntegreerde webserver van HP (EWS) ● Stap twee: Scannen naar SharePoint® inschakelen en een Quick Set maken voor Scannen naar SharePoint ● Quick Set scaninstellingen en opties voor Scannen naar SharePoint® Inleiding Gebruik Scannen naar SharePoint® om documenten direct naar een Microsoft® SharePoint-site te scannen.
1. Klik in de bovenste navigatietabbladen op Scannen/Digitaal verzenden. 2. Klik in het linkerdeelvenster op de link Scannen naar SharePoint®. OPMERKING: Quick Sets zijn taken die snel kunnen worden gestart vanaf het beginscherm van de printer of in de toepassing Quick Sets. 3. Schakel het selectievakje Scannen naar SharePoint® inschakelen in en klik vervolgens op Toevoegen.... 4. Voer een Naam Quick Set in (bijvoorbeeld 'Scannen naar SharePoint') en een Beschrijving Quick Set. 5.
● Selecteer Geen melding voor de Quick Set als er geen melding moet worden gegeven als een taak is voltooid of mislukt. ● Selecteer Melden als taak is voltooid om de Quick Set alleen een melding te laten sturen als een taak succesvol is voltooid. ● Selecteer Alleen mislukte taken melden om de Quick Set alleen een melding te laten sturen als een taak is mislukt.
Tabel 6-1 Scaninstellingen voor Scannen naar SharePoint® (vervolg) Functie Omschrijving Scherpte Selecteer een waarde om de scherpte van het bestand aan te passen. Afbeeldingsvoorbeeld Selecteer of een voorbeeldweergave van de taak vereist of optioneel is of om deze functie uit te schakelen. Bijsnijdopties Selecteer of een taak bijgesneden mag worden en de manier waarop dit moet gebeuren.
Scannen naar USB-station instellen ● Inleiding ● Stap één: Toegang tot de geïntegreerde webserver van HP ● Stap twee: Scannen naar USB-station inschakelen ● Stap drie: De snelkoppeling Quick Sets configureren (optioneel) ● Standaardscaninstellingen voor Opslaan naar USB-station instellen ● Standaardbestandsinstellingen voor Opslaan naar USB-station instellen Inleiding De printer bevat de functie om een document te scannen en dit op een USB-station op te slaan.
1. Klik in het gebied Scannen naar USB-station van het linkernavigatievenster op Quick Sets. 2. Voer een van de volgende handelingen uit: ● Selecteer een bestaande Quick Set onder Quick Sets-toepassing in de tabel. -OF- ● 3. 4. 5. Klik op Toevoegen om de Quick Set-wizard te starten. Als u Toevoegen hebt geselecteerd, wordt de pagina Quick Sets instellen geopend. Vul de volgende gegevens in en klik vervolgens op Volgende. ● Quick Set-naam: Voer een titel in voor de nieuwe Quick Set.
Standaardscaninstellingen voor Opslaan naar USB-station instellen Tabel 6-3 Scaninstellingen voor Opslaan naar USB-station instellen: Functie Omschrijving Formaat origineel Selecteer het paginaformaat van het originele document. Zijden origineel Selecteer of het originele document enkel- of dubbelzijdig is. Tekst/afbeelding optimaliseren Selecteer deze optie om de uitvoer van een bepaald soort inhoud te optimaliseren.
Tabel 6-4 Bestandsinstellingen voor Opslaan naar USB-station instellen: (vervolg) Optienaam Omschrijving Hoge compressie (kleiner bestand) Selecteer deze instelling om het gescande bestand te comprimeren zodat de bestandsgrootte afneemt. Het scanproces voor een bestand met hoge compressie kan echter langer duren dan voor een bestand met normale compressie. PDF-codering Als het bestandstype PDF is, wordt met deze optie het PDF-uitvoerbestand gecodeerd.
Scannen naar e-mail Inleiding De printer bevat de functie om een document te scannen en dit naar een of meer e-mailadressen te verzenden. OPMERKING: Voordat u kunt scannen naar e-mail, moet de printerbeheerder of IT-afdeling de geïntegreerde webserver van HP gebruiken om de functie in te schakelen en te configureren. Scannen naar e-mail 1.
8. Optioneel voorbeeld: Raak de het rechterpaneel van het scherm aan om een voorbeeld van het document te bekijken. Met de knoppen Uitvouwen en Samenvouwen aan de linkerkant van het voorbeeldvenster kunt u het voorbeeldscherm uitvouwen en samenvouwen. Tabel 6-5 Voorbeeldweergave bedieningselementen deelvenster Knop Uitvouwen Knop Samenvouwen Met de knoppen aan de rechterkant van het scherm kunt u de voorbeeldopties aanpassen en pagina's herschikken, draaien, invoegen of verwijderen.
Tabel 6-6 Knoppen voorbeeldweergave (vervolg) Knop Omschrijving Een pagina aan het document toevoegen. De printer vraagt u om aanvullende pagina's te scannen. De wijzigingen in het voorbeeld wissen en overnieuw beginnen. 9. Wanneer het document gereed is, selecteert u Verzenden om het per e-mail te verzenden. OPMERKING: NLWW De printer kan u vragen om uw e-mailadres aan de lijst met contactpersonen toe te voegen.
Scannen naar taakopslag ● Inleiding ● Scannen naar taakopslag op de printer ● Afdrukken vanuit taakopslag op de printer Inleiding De printer bevat de functie om een document te scannen en dit in een taakopslagmap op de printer op te slaan. U kunt het document ophalen van de printer en het indien nodig afdrukken.
Tabel 6-7 Voorbeeldweergave bedieningselementen deelvenster Knop Uitvouwen Knop Samenvouwen Met de knoppen aan de rechterkant van het scherm kunt u de voorbeeldopties aanpassen en pagina's herschikken, draaien, invoegen of verwijderen. Tabel 6-8 Knoppen voorbeeldweergave Knop Omschrijving Schakelen tussen de weergave met twee pagina's en de weergave met miniaturen. In de weergave met miniaturen zijn er meer opties beschikbaar dan in de weergave met twee pagina's.
Tabel 6-8 Knoppen voorbeeldweergave (vervolg) Knop Omschrijving Een pagina aan het document toevoegen. De printer vraagt u om aanvullende pagina's te scannen. De wijzigingen in het voorbeeld wissen en overnieuw beginnen. 9. Wanneer het document gereed is, selecteert u Opslaan om het bestand op te slaan in de opslagmap. Afdrukken vanuit taakopslag op de printer Volg deze procedure om een gescand document vanuit een taakopslagmap op de printer af te drukken. 1.
Scannen naar netwerkmap Inleiding De printer kan een bestand scannen en opslaan in een gedeelde map op het netwerk. OPMERKING: Voordat u kunt scannen naar een netwerkmap, moet de printerbeheerder of IT-afdeling de geïntegreerde webserver van HP gebruiken om de functie in te schakelen en de gedeelde mappen te configureren. Scannen naar netwerkmap OPMERKING: Het is mogelijk dat u zich moet aanmelden op de printer om deze functie te kunnen gebruiken. 1.
Tabel 6-9 Voorbeeldweergave bedieningselementen deelvenster Knop Uitvouwen Knop Samenvouwen Met de knoppen aan de rechterkant van het scherm kunt u de voorbeeldopties aanpassen en pagina's herschikken, draaien, invoegen of verwijderen. Tabel 6-10 Knoppen voorbeeldweergave Knop Omschrijving Schakelen tussen de weergave met twee pagina's en de weergave met miniaturen. In de weergave met miniaturen zijn er meer opties beschikbaar dan in de weergave met twee pagina's.
Tabel 6-10 Knoppen voorbeeldweergave (vervolg) Knop Omschrijving Een pagina aan het document toevoegen. De printer vraagt u om aanvullende pagina's te scannen. De wijzigingen in het voorbeeld wissen en overnieuw beginnen. 7. NLWW Wanneer het document gereed is, selecteert u Verzenden om het bestand op te slaan in de netwerkmap.
Scannen naar SharePoint Inleiding Als u een workflowprinter gebruikt, kunt u een document scannen en het verzenden naar een Microsoft® SharePoint-site. Met deze functie hoeft u niet meer documenten naar een netwerkmap, USB-flashstation of emailbericht te scannen en vervolgens de bestanden handmatig naar de SharePoint-site te uploaden.
Tabel 6-12 Knoppen voorbeeldweergave Knop Omschrijving Schakelen tussen de weergave met twee pagina's en de weergave met miniaturen. In de weergave met miniaturen zijn er meer opties beschikbaar dan in de weergave met twee pagina's. In- of uitzoomen op de geselecteerde pagina. OPMERKING: Selecteer slechts één pagina voor het gebruik van deze knoppen. De pagina 180 graden draaien. OPMERKING: Deze knop is alleen beschikbaar in de weergave met miniaturen. De geselecteerde pagina's verwijderen.
Scannen naar USB-station Inleiding De printer kan een bestand scannen en vervolgens opslaan op een USB-flashstation. OPMERKING: Voordat u kunt scannen naar een USB-station, moet de printerbeheerder of IT-afdeling de geïntegreerde webserver van HP gebruiken om de functie in te schakelen en te configureren. Scannen naar USB-station OPMERKING: Het is mogelijk dat u zich moet aanmelden op de printer om deze functie te kunnen gebruiken. 1.
Tabel 6-14 Knoppen voorbeeldweergave Knop Omschrijving Schakelen tussen de weergave met twee pagina's en de weergave met miniaturen. In de weergave met miniaturen zijn er meer opties beschikbaar dan in de weergave met twee pagina's. In- of uitzoomen op de geselecteerde pagina. OPMERKING: Selecteer slechts één pagina voor het gebruik van deze knoppen. De pagina 180 graden draaien. OPMERKING: Deze knop is alleen beschikbaar in de weergave met miniaturen. De geselecteerde pagina's verwijderen.
Overige opties voor scannen De volgende instellingen zijn beschikbaar in de lijst met Opties voor faxen. OPMERKING: De volgende lijst bevat de hoofdset met beschikbare opties voor HP Enterprise MFP-printers. Sommige opties zijn niet beschikbaar op alle printers.
Tabel 6-15 Scanopties Optie Omschrijving Bestandstype en resolutie Sla een gescand document op een van de beschikbare bestandsindelingen. De volgende standaardbestandstypen zijn beschikbaar: ● PDF: Dit bestandstype biedt in het algemeen de beste kwaliteit voor afbeeldingen en tekst. Voor het bekijken van PDF-bestanden hebt u Adobe® Acrobat® Reader-software nodig. ● JPEG: Dit bestandstype is een goede keuze voor de meeste afbeeldingen.
Tabel 6-15 Scanopties (vervolg) Optie Omschrijving Kleur/zwart Geef op of de gescande afbeelding in kleur, zwart en grijstinten of alleen zwart-wit moet worden uitgevoerd. Alleen voor kleurenprinters. Scanmodus OPMERKING: Deze functie is niet beschikbaar voor alle firmwareversies. Mogelijk moet u de firmware van de printer bijwerken om deze functie te kunnen gebruiken. Standaarddocument: Scan een pagina of een stapel pagina's via de documentinvoer of afzonderlijk op de glasplaat.
Tabel 6-15 Scanopties (vervolg) NLWW Optie Omschrijving Melding Selecteer of u wilt dat er een melding over de status van scantaken wordt verzonden. De printer kan de melding afdrukken of naar uw e-mailadres sturen. Ondertekenen en coderen Ondertekenen: Stuur een e-mail met een digitale handtekening. OPMERKING: Deze functie wordt alleen ondersteund voor scannen naar e-mail. Coderen: Verzend een e-mail als een gecodeerd bestand.
HP JetAdvantage-bedrijfsoplossingen HP JetAdvantage-oplossingen zijn gebruiksvriendelijke workflow- en afdrukoplossingen voor netwerken en de cloud. HP JetAdvantage oplossingen zijn geschreven waarmee grote en kleine organisaties in allerlei bedrijfstakken, zoals gezondheidszorg, financiële dienstverlening, productiebedrijven en de publieke sector, meerdere printers en scanners kunnen beheren.
Overige scantaken Ga naar www.hp.com/support/ljE62655mfp, www.hp.com/support/ljE62665mfp of www.hp.com/support/ ljE62675mfp.
128 Hoofdstuk 6 Scan NLWW
7 Fax ● Fax instellen ● Faxconfiguratie wijzigen ● Een fax versturen ● Overige faxtaken Voor meer informatie De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie www.hp.com/videos/LaserJet voor video-assistentie. Zie www.hp.com/support/ljE62655mfp, www.hp.com/support/ljE62665mfp of www.hp.com/support/ ljE62675mfp voor actuele informatie.
Fax instellen Inleiding Deze informatie is van toepassing op fax- en Flow-modellen of op andere printers als een optioneel analoog faxaccessoire is geïnstalleerd. Sluit voordat u doorgaat de printer aan op een telefoonlijn (voor de analoge fax) of op een internet- of netwerkfaxservice. Fax instellen via het bedieningspaneel van de printer 1. Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en selecteer vervolgens het pictogram Instellingen. 2.
Faxconfiguratie wijzigen OPMERKING: De instellingen die via het bedieningspaneel zijn geconfigureerd, hebben voorrang op de instellingen die zijn opgegeven in de geïntegreerde webserver van HP. ● Kiesinstellingen voor fax ● Algemene instellingen faxverzending ● Instellingen faxontvangst Kiesinstellingen voor fax 1. Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en selecteer vervolgens het pictogram Instellingen. 2. Open de volgende menu's: a.
Menuoptie Omschrijving Volume aansluitingscontrole Met de instelling Volume aansluitingscontrole kunt u het kiesvolume van de printer tijdens het verzenden van faxen instellen. kiesmodus Met de instelling Kiesmodus bepaalt u het type kiestoon dat wordt gebruikt: toonkiezen (telefoons met druktoetsen) of pulskiezen (telefoons met draaischijf).
Instellingen faxontvangst 1. Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en selecteer vervolgens het pictogram Instellingen. 2. Open de volgende menu's: a. Faxen b. Instellingen faxontvangst c. Faxontvangst instellen Configureer de volgende instellingen en selecteer vervolgens Gereed: Menuoptie Omschrijving Ontvangstmodus De instelling Ontvangstmodus bepaalt hoe het faxaccessoire faxtaken ontvangt.
Een fax versturen 1. Plaats het document met de afdrukzijde naar beneden op de glasplaat van de scanner of plaats het met de afdrukzijde naar boven in de documentinvoer en stel de papiergeleiders in op het documentformaat. 2. Selecteer op het beginscherm van het bedieningspaneel Fax. Mogelijk moet u een gebruikersnaam en wachtwoord invoeren. 3.
Tabel 7-2 Knoppen voorbeeldweergave Knop Omschrijving Schakelen tussen de weergave met twee pagina's en de weergave met miniaturen. In de weergave met miniaturen zijn er meer opties beschikbaar dan in de weergave met twee pagina's. In- of uitzoomen op de geselecteerde pagina. OPMERKING: Selecteer slechts één pagina voor het gebruik van deze knoppen. De pagina 180 graden draaien. OPMERKING: Deze knop is alleen beschikbaar in de weergave met miniaturen. De geselecteerde pagina's verwijderen.
Overige faxtaken Ga naar www.hp.com/support/ljE62655mfp, www.hp.com/support/ljE62665mfp of www.hp.com/support/ ljE62675mfp.
8 De printer beheren ● Geavanceerde configuratie met de geïntegreerde webserver van HP (EWS) ● IP-netwerkinstellingen configureren ● Functies voor beveiliging van de printer ● Instellingen voor energiebesparing ● HP Web Jetadmin ● Software- en firmware-updates Voor meer informatie De volgende informatie is correct op het moment van uitgave. Zie www.hp.com/videos/LaserJet voor video-assistentie. Zie www.hp.com/support/ljE62655mfp, www.hp.com/support/ljE62665mfp of www.hp.
Geavanceerde configuratie met de geïntegreerde webserver van HP (EWS) ● Inleiding ● De geïntegreerde webserver van HP (EWS) openen ● Functies van de geïntegreerde webserver van HP Inleiding Met de geïntegreerde webserver van HP kunt u via de computer afdrukfuncties beheren in plaats van via het bedieningspaneel van de printer.
Tabel 8-1 Browservereisten (vervolg) Besturingssysteem Browser macOS Safari (versie 5.x of hoger) Google Chrome (versie 34.x of hoger) Linux Google Chrome (versie 34.x of hoger) Firefox (versie 20.x of hoger) De geïntegreerde webserver van HP (EWS) openen 1. Zoek het IP-adres van de printer: Selecteer vanaf het beginscherm op het bedieningspaneel van de printer en vervolgens het pictogram Netwerk om het IP-adres of de hostnaam het pictogram Informatie weer te geven. 2.
Tabblad Informatie Tabel 8-2 Tabblad Informatie van de geïntegreerde webserver van HP Menu Omschrijving Status apparaat Hiermee geeft u de status van de printer weer en de geschatte resterende levensduur van benodigdheden van HP. Op deze pagina worden ook de soort en het formaat weergegeven van het papier dat voor elke lade is ingesteld. Klik op de koppeling Instellingen wijzigen om de standaardinstellingen te wijzigen. Configuratiepagina Toont de informatie op de configuratiepagina.
Tabel 8-3 Tabblad Algemeen van de geïntegreerde webserver van HP (vervolg) Menu Omschrijving Bestelinformatie Voer informatie in voor het bestellen van vervangende cartridges. Deze informatie wordt weergegeven op de statuspagina voor benodigdheden. Apparaatgegevens Hiermee kunt u de printer een naam geven en er een artikelnummer aan toekennen. Voer de naam in voor de primaire contactpersoon die informatie over de printer ontvangt.
Tabel 8-4 Tabblad Kopiëren/afdrukken van de geïntegreerde webserver van HP (vervolg) Menu Omschrijving Kopieerinstellingen Hiermee configureert u standaardopties en Quick Sets voor kopieertaken. OPMERKING: Als de taakspecifieke opties voor kopieerinstellingen niet aan het begin van een taak via het bedieningspaneel zijn ingesteld, worden de standaardinstellingen gebruikt voor de taak. Laden beheren Hiermee configureert u instellingen voor papierladen.
Tabel 8-5 Tabblad Scannen/digitaal verzenden van de geïntegreerde webserver van HP (vervolg) Menu Omschrijving Instellingen Scannen naar USB-station Hiermee kunt u de USB-instellingen voor digitaal verzenden configureren, inclusief de volgende instellingen: Contactpersonen Wizards E-mail en Scannen naar netwerkmap snel instellen ● Instellingen voor Quick Sets-taken die zijn opgeslagen op een USB-flashstation ● Instellingen voor notificaties ● Standaardscaninstellingen voor taken die zijn opgeslag
Tabel 8-6 Tabblad Faxen van de geïntegreerde webserver van HP (vervolg) Menu Omschrijving Faxsnelkiesnummers Hiermee beheert u de snelkiesnummers. Zo kunt u: ● .CSV-bestanden met e-mailadressen, faxnummers of gebruikersrecords importeren als u die gegevens op deze printer wilt gebruiken. ● E-mailadressen, faxnummers of gebruikersrecords van de printer exporteren naar een bestand op de computer als back-up, of de records importeren op een andere HP-printer.
Tabblad Beveiliging Tabel 8-9 Tabblad Beveiliging van de geïntegreerde webserver van HP Menu Omschrijving Algemene beveiliging Instellingen voor algemene beveiliging, waaronder het volgende: ● Hiermee kunt u een beheerderswachtwoord configureren zodat u de toegang tot bepaalde functies op de printer kunt beperken. ● Hiermee kunt u een PJL‑wachtwoord instellen voor het uitvoeren van PJL‑opdrachten.
Tabblad Netwerk Op het tabblad Netwerk kunt u de netwerkinstellingen van de printer configureren en beveiligen wanneer dit is aangesloten op een IP-netwerk. Dit tabblad wordt niet weergegeven als de printer op een ander soort netwerk is aangesloten.
Bevoegdheid Hiermee regelt u het configuratiebeheer en gebruik van deze printer, waaronder het volgende: ● Hier kunt u een beheerderswachtwoord instellen of wijzigen om de toegang tot configuratieparameters te regelen. ● Hier kunt u digitale certificaten voor de HP Jetdirect-printserver aanvragen, installeren en beheren. ● U kunt hosttoegang tot deze printer beperken met een ACL (toegangscontrolelijst) (alleen voor bepaalde printservers op IPv4-netwerken).
Tabel 8-12 Lijst Overige koppelingen van de geïntegreerde webserver van HP Menu Omschrijving HP Instant Support Hiermee gaat u naar de website van HP, waar u oplossingen kunt vinden voor mogelijke vragen en problemen. Benodigdheden aanschaffen Hiermee gaat u naar de website SureSupply van HP, waar u informatie vindt over het aanschaffen van originele HP-benodigdheden, zoals cartridges en papier.
IP-netwerkinstellingen configureren ● Disclaimer voor printer delen ● Netwerkinstellingen weergeven of wijzigen ● De naam van de printer in het netwerk wijzigen ● IPv4 TCP/IP-parameters handmatig configureren via het bedieningspaneel ● IPv6 TCP/IP-parameters handmatig configureren via het bedieningspaneel ● Instellingen voor koppelingssnelheid en duplex Disclaimer voor printer delen HP ondersteunt geen peer-to-peer netwerken, aangezien dit een functie is van Microsoft-besturingssystemen en niet
2. Open een internetbrowser en voer in de adresregel het IP-adres of de hostnaam in zoals die wordt weergegeven op het bedieningspaneel van de printer. Druk op de toets Enter op het toetsenbord van de pc. De geïntegreerde webserver wordt geopend. OPMERKING: Als de webbrowser een bericht weergeeft dat toegang tot de website mogelijk niet veilig is, selecteert u de optie om door te gaan naar de website. Toegang tot deze website zal de computer niet beschadigen. 3. Open het tabblad Algemeen. 4.
a. Netwerken b. Ethernet c. TCP/IP d. IPv6-instellingen 3. Selecteer Inschakelen, Aan en vervolgens OK. 4. Open het menu Adres. 5. Open het menu Handmatige instellingen en selecteer vervolgens Adres. Gebruik het toetsenblok om het adres in te voeren en selecteer vervolgens OK. Instellingen voor koppelingssnelheid en duplex OPMERKING: Deze informatie geldt alleen voor ethernetnetwerken, niet voor draadloze netwerken.
4. ● 100TX auto: 100 Mbps, automatische duplexwerking ● 1000T vol: 1000 Mbps, volledige duplexwerking Selecteer OK. De printer wordt uit- en weer ingeschakeld.
Functies voor beveiliging van de printer Inleiding De printer bevat beveiligingsopties waarmee toegang tot configuratie-instellingen en beveiligde gegevens kan worden beperkt. Ook kan toegang tot belangrijke hardwarecomponenten worden ontzegd.
4. In het gedeelte Het lokale beheerderswachtwoord instellen voert u de naam in bij het wachtwoord in het veld Gebruikersnaam. 5. Voer in het vak Nieuw wachtwoord het wachtwoord in en doe dit opnieuw in het vak Wachtwoord bevestigen. OPMERKING: Als u een bestaand wachtwoord wilt wijzigen, moet u eerst het huidige wachtwoord invoeren in het veld Oud wachtwoord. 6. Klik op de knop Toepassen. OPMERKING: Noteer het wachtwoord en bewaar het op een veilige plaats.
Instellingen voor energiebesparing Inleiding ● Afdrukken met EconoMode ● De sluimertimer instellen en de printer zo configureren dat het maximaal 1 watt verbruikt ● Het sluimerschema instellen Configureer de sluimermodus om het stroomverbruik te beperken wanneer de printer niet actief is. Afdrukken met EconoMode Deze printer beschikt over de optie EconoMode, waarmee u conceptversies van documenten kunt afdrukken. Door EconoMode te gebruiken, verbruikt u minder toner.
1. Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en selecteer vervolgens het pictogram Instellingen. 2. Open de volgende menu's: 3. a. Algemene instellingen b. Energie-instellingen c. Sluimerinstellingen Selecteer Sluimermodus na inactiviteit om het aantal minuten van inactiviteit in te stellen voordat de slaapstand wordt ingeschakeld. Voer de juiste tijdsperiode in. OPMERKING: De sluimermodus duurt standaard 0 minuten.
HP Web Jetadmin HP Web Jetadmin is een bekroond, toonaangevend hulpprogramma voor het efficiënt beheren van een groot scala aan HP-apparaten binnen een netwerk, inclusief printers, multifunctionele printers en digitale verzendapparatuur.
Software- en firmware-updates HP geeft regelmatig updates voor software en firmware uit om problemen op te lossen en functies toe te voegen. Om te profiteren van de meest recente updates, downloadt u het meest recente driverbestand, firmware-bestand of allebei van internet. Ga naar www.hp.com/support/ljE62655mfp, www.hp.com/support/ljE62665mfp of www.hp.com/support/ ljE62675mfp. Klik op Software en drivers.
9 Problemen oplossen ● Klantondersteuning ● Help-systeem op het bedieningspaneel ● Fabrieksinstellingen terugzetten ● Het bericht 'Cartridge bijna leeg' of 'Cartridge vrijwel leeg' wordt weergegeven op het bedieningspaneel van de printer ● De printer pakt geen papier op of het papier wordt verkeerd ingevoerd ● Papierstoringen verhelpen ● Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen ● Beeldkwaliteit kopie verbeteren ● Beeldkwaliteit scan verbeteren ● Beeldkwaliteit fax verbeteren ● Faxpro
Klantondersteuning Tabel 9-1 Opties voor klantondersteuning Type ondersteuning Contactgegevens Telefonische ondersteuning voor uw land/regio Telefoonnummers voor land/regio vindt u op de folder in de doos van de printer of op support.hp.com. Zorg dat u de printernaam, het serienummer, de aankoopdatum en een probleemomschrijving bij de hand hebt 24 uur per dag ondersteuning via internet en hulpprogramma's en drivers downloaden www.hp.com/support/ljE62655mfp, www.hp.com/support/ ljE62665mfp of www.hp.
Help-systeem op het bedieningspaneel De printer heeft een ingebouwd Help-systeem dat uitleg geeft over het gebruik van elk scherm. U opent het Help-systeem door de knop Help in de rechterbovenhoek van het scherm te selecteren. Voor sommige schermen opent Help een algemeen menu waarin kan worden gezocht naar specifieke onderwerpen. U kunt door de menustructuur bladeren door het aanraken van de menuknoppen.
Fabrieksinstellingen terugzetten Inleiding Gebruik een van de volgende methoden om de fabrieksinstellingen van de printer terug te zetten. OPMERKING: Met deze functie worden de meeste printerinstellingen opnieuw ingesteld op de fabriekswaarden. Sommige instellingen, zoals taal, datum, tijd en bepaalde netwerkconfiguratie-instellingen, blijven echter ongewijzigd. Methode 1: Fabrieksinstellingen terugzetten via het bedieningspaneel van de printer 1.
Het bericht 'Cartridge bijna leeg' of 'Cartridge vrijwel leeg' wordt weergegeven op het bedieningspaneel van de printer Cartridge bijna leeg De printer geeft aan wanneer een tonercartridge vrijwel leeg is. De werkelijke resterende levensduur van een tonercartridge kan afwijken. Zorg dat u een vervangende tonercartridge hebt die u kunt plaatsen wanneer de afdrukkwaliteit niet meer voldoet.
De printer pakt geen papier op of het papier wordt verkeerd ingevoerd Inleiding U kunt het volgende proberen wanneer de printer geen papier of meerdere vellen tegelijkertijd oppakt uit de papierlade. In de volgende situaties kan een papierstoring optreden.
4. Zorg ervoor dat de papiergeleiders in de lade zijn afgestemd op het papierformaat. Pas de geleiders aan tot de juiste inspringing in de lade. De pijl op de geleider in de lade moet precies zijn uitgelijnd met de markering op de lade. OPMERKING: Plaats de papiergeleiders niet te strak tegen de papierstapel. Pas de papiergeleiders aan op basis van de inkepingen of de markeringen in de lade.
5. Controleer of de vochtigheid in de ruimte voldoet aan de specificaties voor deze printer en of het papier in ongeopende pakken wordt bewaard. Papier wordt meestal in vochtwerende pakken verkocht om het papier droog te houden. In omgevingen met een hoge luchtvochtigheid kan het papier bovenaan op de stapel in de lade vocht absorberen en er golvend of ongelijkmatig uitzien. Als dit gebeurt, verwijdert u de bovenste 5 tot 10 vellen papier van de stapel.
1. Verwijder de stapel papier uit de lade, buig de stapel, draai deze 180 graden en draai hem vervolgens om. Waaier het papier niet uit. Plaats de stapel papier terug in de lade. OPMERKING: Het uitwaaieren van het papier veroorzaakt statische elektriciteit. In plaats van het papier uit te waaieren, buigt u de stapel door deze aan beide uiteinden vast te houden en de uiteinden omhoog te duwen in de vorm van een U. Duw de uiteinden daarna omlaag om de U-vorm om te keren.
5. Zorg dat de lade niet te vol is door de markeringen voor de stapelhoogte in de lade te controleren. Als de lade te vol is, verwijdert u de hele stapel papier uit de lade, legt u de stapel recht en plaatst u een deel van de stapel papier terug in de lade. In de volgende afbeeldingen staan voorbeelden van de inkepingen voor de stapelhoogte in de laden voor verschillende printers. De meeste HP-printers hebben vergelijkbare markeringen.
6. Zorg ervoor dat de papiergeleiders in de lade zijn afgestemd op het papierformaat. Pas de geleiders aan tot de juiste inspringing in de lade. De pijl op de geleider in de lade moet precies zijn uitgelijnd met de markering op de lade. OPMERKING: Plaats de papiergeleiders niet te strak tegen de papierstapel. Pas de papiergeleiders aan op basis van de inkepingen of de markeringen in de lade.
Het papier in de documentinvoer loopt vast of scheef of er worden meerdere vellen tegelijk doorgevoerd OPMERKING: Deze informatie is alleen van toepassing op MFP-printers. ● Mogelijk zit er iets op het origineel, zoals een nietje of een zelfhechtend memoblaadje, dat moet worden verwijderd. ● Controleer of alle rollen goed zijn geplaatst en of de klep van de rollen in de documentinvoer gesloten is. ● Zorg dat de bovenste klep van de documentinvoer gesloten is.
Papierstoringen verhelpen Inleiding De volgende informatie beschrijft hoe u papierstoringen op de printer kunt verhelpen. NLWW ● Papierstoringenlocaties ● Autonavigatie voor het verhelpen van papierstoringen ● Frequente of terugkerende papierstoringen? ● Papierstoringen verhelpen in de documentinvoer (31.13) ● Papierstoringen in lade 1 oplossen (13.A1) ● Papierstoringen in laden 2, 3, 4, 5 (13.A2, 13.A3, 13.A4, 13.A5) ● Papierstoringen in de invoerlade met hoge capaciteit voor 2.
Papierstoringenlocaties 1 1 2 3 2 4 2 3 3 5 6 1 Documentinvoer 2 Duplexer en fuser 3 Lade 1 4 Uitvoerbak, HP-nietpostbus 5 HCI-invoer voor 2.
Autonavigatie voor het verhelpen van papierstoringen Bij het verhelpen van storingen verschaft de autonavigatiefunctie stapsgewijze instructies op het bedieningspaneel. Nadat u een stap hebt uitgevoerd, toont de printer instructies voor de volgende stap tot u alle stappen van de procedure hebt voltooid. Frequente of terugkerende papierstoringen? Probeer de volgende oplossingen om papierstoringen te voorkomen. ● Gebruik uitsluitend papier dat voldoet aan de specificaties van HP voor deze printer.
1. Trek de vergrendeling omhoog om de klep van de documentinvoer te ontgrendelen. 1 2. Open de klep van de documentinvoer.
3. Verwijder vastgelopen papier. 4. Sluit de klep van documentinvoer. 1 OPMERKING: Zorg ervoor dat de geleiders in de documentinvoerlade stevig tegen het papier aanzitten. Verwijder alle nietjes en paperclips uit de originele documenten. OPMERKING: Originele documenten die zijn afgedrukt op zwaar, glanzend papier kunnen vaker vast te komen zitten dan originelen op gewoon papier. Papierstoringen in lade 1 oplossen (13.A1) De volgende informatie beschrijft hoe u een papierstoring in lade 1 verhelpt.
1. Als in lade 1 vastgelopen papier zichtbaar is, verwijdert u dit door het papier voorzichtig recht uit het apparaat te trekken. 2. Als u het papier niet kunt verwijderen of als in lade 1 geen vastgelopen papier zichtbaar is, sluit u lade 1 en opent u de rechterklep.
3. Trek al het vastgelopen papier er voorzichtig uit. 2 4. Sluit de rechterklep. 1 2 Papierstoringen in laden 2, 3, 4, 5 (13.A2, 13.A3, 13.A4, 13.A5) De volgende informatie beschrijft hoe u papierstoringen in laden 2, 3, 4 of 5 verhelpt. Wanneer er een blokkade is, geeft het bedieningspaneel een van de volgende berichten weer plus een animatie om u te helpen bij het verhelpen van de blokkade. ● 13.A2.XX - Storing in lade 2 ● 13.A3.XX - Storing in lade 3 ● 13.A4.XX - Storing in lade 4 ● 13.A5.
1. Trek de lade geheel uit de printer door deze uit te trekken en daarbij iets op te tillen. 2. Verwijder vastgelopen of beschadigde vellen papier uit de lade. 3. Verwijder eventueel vastgelopen papier uit de invoerrollen in de printer. 4. Plaats lade terug en sluit deze.
5. Open de rechterklep. 1 2 6. Verwijder vastgelopen papier. 2 7. Verwijder de fuser door de twee geleiders aan de zijkant vast te pakken en de fuser recht uit de printer te trekken. WAARSCHUWING: Tijdens het gebruik van de printer kan de fuser heet worden. Wacht totdat de fuser is afgekoeld voordat u deze aanraakt.
8. Verwijder vastgelopen papier uit de fuseropening. 9. Plaats de fuser terug. 10. Sluit de rechterklep.
Papierstoringen in de invoerlade met hoge capaciteit voor 2.100 vel verhelpen (13.A, 13.F) De volgende informatie beschrijft hoe u papierstoringen in de invoerlade met hoge capaciteit voor 2.100 vel kunt verhelpen. Wanneer er een blokkade is, geeft het bedieningspaneel een van de volgende berichten weer plus een animatie om u te helpen bij het verhelpen van de blokkade. ● 13.AY.XX - Storing in lade Y, waarbij Y verwijst naar het ladenummer dat is toegewezen aan de HCI ● 13.FF.EE - Storing: klep open 1.
3. Verwijder het papier uit de lade. 4. Til de lade op, trek deze recht naar voren en verwijder deze vervolgens. 5. Als er papier in het toevoergebied is vastgelopen, trek het papier omlaag om het te verwijderen.
6. Plaats de lade terug en plaats een stapel papier in de lade. In de lade passen 2.100 vellen papier. OPMERKING: Vul voor de beste resultaten met volledige papierstapels. Verdeel de riemen niet in kleinere delen. 7. Sluit de lade. Papierstoringen in de rechterklep en het fusergebied verhelpen (13.B9, 13.B2, 13.FF) Volg de onderstaande procedure om papierstoringen in de rechterklep, de duplexeenheid en het fusergebied te verhelpen.
1. Open de rechterklep. 1 2 2. Verwijder vastgelopen papier. 2 3. Verwijder de fuser door de twee geleiders aan de zijkant vast te pakken en de fuser recht uit de printer te trekken. WAARSCHUWING: Tijdens het gebruik van de printer kan de fuser heet worden. Wacht totdat de fuser is afgekoeld voordat u deze aanraakt.
4. Verwijder vastgelopen papier uit de fuseropening. 5. Plaats de fuser terug. 6. Sluit de rechterklep.
Papierstoringen in de uitvoerbak oplossen (13.E1) De volgende informatie beschrijft hoe u een papierstoring in de uitvoerlade verhelpt. Wanneer er een blokkade is, geeft het bedieningspaneel het volgende bericht weer plus een animatie om u te helpen bij het verhelpen van de blokkade. ● 1. 13.E1. XX - Storing in de standaarduitvoerbak Als in de uitvoerbak vastgelopen papier zichtbaar is, pakt u dit vast bij de voorste rand en verwijdert u het. 1 2 Papierstoringen verhelpen in de duplexeenheid (13.C, 13.
2. Verwijder vastgelopen papier. 3. De rechterklep sluiten 1 2 Papierstoringen in de envelopinvoer verhelpen (13.A) Volg de onderstaande procedure om storingen in de envelopinvoer te verhelpen. Wanneer er een blokkade is, geeft het bedieningspaneel een van de volgende berichten weer plus een animatie om u te helpen bij het verhelpen van de blokkade. NLWW ● 13.A3.XX - Storing in lade 3 ● 13.A4.
1. Trek de lade geheel uit de printer door deze uit te trekken en daarbij iets op te tillen. 2. Verwijder vastgelopen of beschadigde enveloppen uit de lade.
3. Verwijder eventuele enveloppen uit de invoerrollen in de printer. 4. Plaats lade terug en sluit deze. Papierstoringen verhelpen in de nietpostbus van HP voor 900 vel en 3 bakken (13.E, 13.7) De volgende informatie beschrijft hoe u een papierstoring in de nietpostbus verhelpt. Wanneer er een blokkade is, geeft het bedieningspaneel een van de volgende foutberichten weer plus een animatie om u te helpen bij het verhelpen van de blokkade. NLWW ● 13.E1. XX - Storing in de standaarduitvoerbak ● 13.70.
1. Verwijder vastgelopen papier uit de bakken. 2. Open de klep voor toegang bij storing aan de achterkant van de nietpostbus. Als er vastgelopen papier zichtbaar is in deze toegangsklep, trekt u dit recht naar buiten. 3. Sluit de toegangsklep van de nietpostbus.
Nietstoringen verhelpen (13.8) De volgende informatie beschrijft hoe u een nietstoring in de nietpostbus van HP voor 900 vel met 3 bakken verhelpt. Wanneer er een blokkade is, geeft het bedieningspaneel een animatie weer die helpt bij het verhelpen van de blokkade. ● 13.8X.XX - Storing in nietmachine/stapelaar 1. Open de klep van de nietmachine. 2. Trek de gekleurde hendel op de nietcassette omhoog en trek de cassette recht naar buiten.
3. Trek de cassette omhoog met behulp van de kleine hendel aan de achterkant. 4. Verwijder de vastgelopen nietjes. 5. Sluit de klep aan de achterkant van de nietcassette. Controleer of deze vastklikt.
6. Plaats de nietcassette in de nietmachine en duw de gekleurde hendel omlaag totdat deze vastklikt. 2 7. Sluit de klep van de nietmachine.
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen Inleiding Gebruik onderstaande informatie voor het oplossen van problemen met de afdrukkwaliteit, waaronder problemen met de afbeeldingskwaliteit.
De instelling voor de papiersoort op de printer controleren 1. Open de lade. 2. Controleer of de juiste papiersoort in de lade is geplaatst. 3. Sluit de lade. 4. Volg de instructies op het bedieningspaneel om de instellingen voor de papiersoort van de lade te bevestigen of aan te passen. De instelling voor de papiersoort controleren (Windows) 1. Selecteer de afdrukoptie vanuit het programma. 2. Selecteer de printer en klik vervolgens op de knop Eigenschappen of Voorkeuren. 3.
Stap twee: Voorraad controleren 1. Bepaal met behulp van het voorraadstatusrapport de geschatte resterende levensduur van de tonercartridge en indien nodig de status van andere vervangbare onderdelen. Als u een tonercartridge gebruikt waarvan het einde van de levensduur is bereikt, kunnen zich problemen met de afdrukkwaliteit voordoen. De statuspagina van toebehoren geeft aan wanneer een onderdeel bijna moet worden vervangen.
VOORZICHTIG: Raak de afbeeldingsdrum niet aan. Vingerafdrukken op de afbeeldingsdrum kunnen problemen geven met de afdrukkwaliteit. 4. Vervang de tonercartridge als zich krassen, vingerafdrukken of andere beschadigingen op de afbeeldingsdrum bevinden. 5. Plaats de tonercartridge terug en druk enkele pagina's af om te zien of het probleem is opgelost.
1. Navigeer van het beginscherm van het bedieningspaneel van de printer naar de toepassing Instellingen en selecteer vervolgens het pictogram Instellingen. 2. Selecteer de volgende menu's: a. Kopiëren/afdrukken of Afdrukken b. Afdrukkwaliteit c. Afbeeldingsregistratie 3. Selecteer Lade en selecteer vervolgens de lade die u wilt aanpassen. 4. Selecteer de knop Testpagina afdrukken en volg de instructies op de afgedrukte pagina's. 5.
Beeldkwaliteit kopie verbeteren Als de printer problemen heeft met kopieerkwaliteit, probeer dan de volgende oplossingen in de gegeven volgorde om het probleem op te lossen.
2. Open het deksel van de scanner. 3. Reinig de scannerglasplaat en de stroken voor documentinvoer met een zachte doek of spons die is bevochtigd met een niet-agressief reinigingsmiddel. VOORZICHTIG: Gebruik geen schuurmiddelen, aceton, benzeen, ammonia, ethylalcohol of tetrachloorkoolstof op enig deel van de printer omdat deze de printer kunnen beschadigen. Plaats geen vloeistof direct op de glasplaat of achterplaat. Ze kunnen in de printer lekken en deze beschadigen.
a. Onderhoud b. Kalibratie/reiniging c. Kalibratie scanner 3. Selecteer de knop Start om het kalibratieproces te starten. Volg de instructies op het scherm op. 4. Wacht tot de printer is gekalibreerd en probeer vervolgens opnieuw te kopiëren. Papierinstellingen controleren Volg deze stappen als gekopieerde pagina's vlekken bevatten, onscherp of donker zijn afgedrukt, als het papier is gekruld, of als pigmentgebieden zijn weggevallen. De opties voor papierselectie controleren 1.
Kopieerkwaliteit optimaliseren voor tekst of afbeeldingen Optimaliseer de kopieertaak voor het type afbeelding dat u wilt scannen: tekst, afbeeldingen of foto's. 1. Selecteer in het beginscherm van het bedieningspaneel de knop Kopiëren. 2. Selecteer Opties en selecteer vervolgens Tekst/afbeelding optimaliseren. 3. Selecteer een van de gedefinieerde opties. 4. Selecteer Kopiëren om de taak te kopiëren. OPMERKING: Deze instellingen zijn tijdelijk.
Beeldkwaliteit scan verbeteren ● Controleren of er geen vuil of vlekken op de glasplaat van de scanner zitten ● Resolutie-instellingen controleren ● De instellingen voor beeldaanpassing controleren ● Scankwaliteit optimaliseren voor tekst of afbeeldingen ● De instellingen voor de uitvoerkwaliteit controleren Probeer eerst deze eenvoudige stappen: ● Gebruik de flatbedscanner in plaats van de documentinvoer. ● Gebruik hoogwaardige originelen.
2. Open het deksel van de scanner. 3. Reinig de scannerglasplaat en de stroken voor documentinvoer met een zachte doek of spons die is bevochtigd met een niet-agressief reinigingsmiddel. VOORZICHTIG: Gebruik geen schuurmiddelen, aceton, benzeen, ammonia, ethylalcohol of tetrachloorkoolstof op enig deel van de printer omdat deze de printer kunnen beschadigen. Plaats geen vloeistof direct op de glasplaat of achterplaat. Ze kunnen in de printer lekken en deze beschadigen.
● Scannen naar USB-station ● Scannen naar SharePoint® 3. Selecteer Opties en selecteer vervolgens Bestandstype en resolutie. 4. Selecteer een van de vooraf gedefinieerde opties voor Resolutie en selecteer vervolgens Gereed. 5. Selecteer Verzenden of Opslaan om de scan te starten. De instellingen voor beeldaanpassing controleren Pas de volgende aanvullende instellingen aan om de scankwaliteit te verbeteren: ● Scherpte: Maak de afbeelding duidelijker of zachter.
● Scannen naar e-mail ● Scannen naar netwerkmap ● Scannen naar USB-station ● Scannen naar taakopslag ● Scannen naar SharePoint® 3. Selecteer Opties en selecteer vervolgens Tekst/afbeelding optimaliseren. 4. Selecteer een van de gedefinieerde opties. 5. Selecteer Verzenden of Opslaan om de scan te starten. OPMERKING: Deze instellingen zijn tijdelijk. Nadat u de taak hebt voltooid, keert de printer terug naar de standaardinstellingen.
Beeldkwaliteit fax verbeteren Als de printer problemen heeft met de faxkwaliteit, probeer dan de volgende oplossingen in de aangegeven volgorde om het probleem te verhelpen.
2. Open het deksel van de scanner. 3. Reinig de scannerglasplaat en de stroken voor documentinvoer met een zachte doek of spons die is bevochtigd met een niet-agressief reinigingsmiddel. VOORZICHTIG: Gebruik geen schuurmiddelen, aceton, benzeen, ammonia, ethylalcohol of tetrachloorkoolstof op enig deel van de printer omdat deze de printer kunnen beschadigen. Plaats geen vloeistof direct op de glasplaat of achterplaat. Ze kunnen in de printer lekken en deze beschadigen.
De instellingen voor beeldaanpassing controleren Pas de volgende aanvullende instellingen aan om de kwaliteit bij het verzenden van faxen te verbeteren: ● Scherpte: Maak de afbeelding duidelijker of zachter. Als u voor meer scherpte kiest, wordt de tekst bijvoorbeeld duidelijker weergegeven, en als u voor minder scherpte kiest, kunnen foto's vloeiender lijken. ● Donkerheid: Vergroot of verklein de hoeveelheid zwart en wit in de kleuren op gescande afbeeldingen.
3. a. Faxen b. Instellingen faxverzending c. Algemene instellingen faxverzending Selecteer de optie Foutcorrectiemodus. Selecteer de knop Gereed. Instelling voor aanpassen aan paginagrootte controleren Als de instelling Aanpassen aan pagina is ingeschakeld en de ontvangen fax groter is dan het standaardpaginaformaat, probeert de printer de fax zodanig te verkleinen dat deze op de pagina past. Als deze instelling is uitgeschakeld, worden grotere faxen over meerdere pagina's verspreid. 1.
Faxproblemen oplossen ● Controlelijst voor het oplossen van faxproblemen ● Algemene faxproblemen Controlelijst voor het oplossen van faxproblemen Gebruik de onderstaande controlelijst om de oorzaak van faxproblemen te bepalen: ● Gebruikt u het faxsnoer dat bij de faxmodule is geleverd? Deze faxmodule is met het bijgeleverde faxsnoer getest en voldoet met gebruik van dit snoer aan de RJ11-specificaties en functionele eisen. Gebruik geen ander faxsnoer.
Gebruikt u een berichtenservice van het telefoonbedrijf of een antwoordapparaat? Als de instelling voor het aantal beltonen voor de berichtenservice lager is dan voor de faxmodule, beantwoordt de berichtenservice de oproep en kan de faxmodule geen faxberichten ontvangen. Als de instelling voor het aantal beltonen voor de faxmodule lager is dan voor de berichtenservice, worden alle oproepen door de faxmodule beantwoord.
Tabel 9-2 Oplossingen status faxaccessoires (vervolg) 1 Status Definitie/oplossing Beschadigd/Aan/Uit1 Er heeft zich een fout in de faxmodule voorgedaan. Plaats de faxmodulekaart opnieuw en controleer of de pinnetjes niet verbogen zijn. Vervang de faxmodulekaart als de status BESCHADIGD blijft. AAN geeft aan dat de analoge faxmodule is ingeschakeld. UIT geeft aan dat de LAN-fax is ingeschakeld (en de analoge fax is uitgeschakeld).
Dit is normaal. Er worden zowel namen als nummers weergegeven in het vak met ontvangers Er kunnen zowel namen als nummers worden weergegeven. Dit is afhankelijk van hun herkomst. Ontvangers die in het faxadresboek staan, worden met hun naam weergegeven. Ontvangers uit een andere database worden met hun nummer weergegeven Dit is normaal.
Index Symbolen en getallen 2.
duplex-instellingen voor netwerk, wijzigen 151 E energieverbruik maximaal 1 watt 155 energieverbruik, optimaliseren 155 envelopinvoer storingen verhelpen 187 enveloppen afdrukstand 22 enveloppen, laden 33 ethernetpoort (RJ-45) locatie 6 etiket afdrukstand 35 etiketten afdrukken 35 afdrukken (Windows) 52 etiketten, plaatsen 35 Explorer, ondersteunde versies geïntegreerde webserver van HP 138 F fabrieksinstellingen herstellen 162 fax instellen 130 instellingen 131 invoerproblemen 213 vereiste instellingen 130
instellingen voor scannen geïntegreerde webserver van HP 142 interfacepoorten locatie 6 Internet Explorer, ondersteunde versies geïntegreerde webserver van HP 138 invoerproblemen 213 IPsec 153 IP Security 153 IPv4-adres 150 IPv6-adres 150 J Jetadmin, HP Web 157 JetAdvantage 126 K kalibreren scanner 200 klantondersteuning online 160 kleine marges 202 knop Beginscherm locatie 6 knop Kopiëren starten locatie 6 kopieerinstellingen geïntegreerde webserver van HP 141 kopiëren dubbelzijdig 70 meerdere exemplaren 6
plaatsen in de invoerlade met hoge capaciteit voor 2.
USB-opslagaccessoires afdrukken vanaf 64 USB-poort inschakelen 64, 66 locatie 6 USB-printen met eenvoudige toegang 64 V vereiste instellingen fax 130 vergrendelen formatter 154 vervangen nietcassettes 47 tonercartridge 43 verwijderen opgeslagen taken 59 verzenden naar e‑mail documenten verzenden voedingsaansluiting locatie 5 Voorrangsinvoerlade etiketten plaatsen 35 109 W webbrowservereisten geïntegreerde webserver van HP 138 websites HP Web Jetadmin, downloaden 157 klantondersteuning 160 NLWW Index 219
220 Index NLWW