User guide
2 Parallelle splitter
3 DSL/ADSL-lter
4
Gebruik een telefoonsnoer van minimaal 26 AWG en sluit deze aan op de poort van de printer.
U moet mogelijk het telefoonsnoer op uw land-/regioadapter aansluiten.
5 DSL/ADSL-modem
6 Computer
7 Telefoon
OPMERKING: U moet een parallelle splitter aanschaen. Een parallelle splitter heeft een RJ-11-poort aan
de voorkant en twee RJ-11-poorten aan de achterkant. Gebruik geen telefoonsplitters voor twee lijnen,
seriële splitters of parallelle splitters met twee RJ-11-poorten aan de achterzijde.
Afbeelding 4-10 Voorbeeld van een parallelle splitter
De printer installeren met een DSL/ADSL-computermodem
1. U kunt een DSL-lter aanschaen bij uw DSL-provider.
OPMERKING: Telefoons die elders thuis of op kantoor hetzelfde telefoonnummer delen met de DSL-
dienst, moeten met extra DSL-lters zijn verbonden om ruis tijdens telefoongesprekken te voorkomen.
2. Sluit het ene uiteinde van het telefoonsnoer aan op de DSL-lter en het andere uiteinde op de poort
aan de achterkant van de printer.
OPMERKING: U moet mogelijk het telefoonsnoer op uw land-/regioadapter aansluiten.
3. Als u een parallel telefoonsysteem hebt, verwijdert u de witte plug van de poort met het label achter
op de printer en sluit u vervolgens een telefoon aan op deze poort.
4. Verbind de DSL-lter met de parallelle splitter.
5. Verbind de DSL-modem met de parallelle splitter.
6. Verbind de parallelle splitter met de wandcontactdoos.
7. Voer een faxtest uit.
Wanneer de telefoon overgaat, antwoordt de printer automatisch na het aantal belsignalen dat u hebt
ingesteld met de instelling Hoe vaak overgaan . De printer begint tonen voor het ontvangen van een fax uit te
zenden naar het verzendende faxapparaat en ontvangt de fax.
Als u problemen heeft met het installeren van extra apparatuur op de printer, neem dan contact op met uw
lokale serviceprovider of verkoper voor hulp.
NLWW Bijkomende faxinstallatie 113










