Operation Manual

Blz. 1-11
e
2.5
, gaat naar niveau 1, niveau 2 geeft de vorige
waarde weer.
+ (3× (5 - 1/(3×3)))/23
3
+
e
2.5
= 12.18369, naar niv.
1.
R ((3× (5 - 1/(3×3)))/23
3
+
e
2,5
) = 3.4905156, naar
1.
Om te wisselen tussen de bedieningsmodi ALG en RPN kunt u ook
systeemvlag 95 wissen/verwijderen door op de volgende toetsen te drukken:
H @)FLAGS —„—„—„—@@CHK@@
Getalopmaak en punt of komma als decimaalteken
Door de getalopmaak te wijzigen, kunt u de manier aanpassen waarop reële
cijfers worden weergegeven door de rekenmachine. Deze functie is bijzonder
handig bij handelingen met tiende machten of om het aantal decimalen van
een uitkomst te beperken.
Om een getalopmaak te selecteren, moet u eerst het invoervenster
CALCULATOR MODES openen door op de toets H te drukken. Gebruik
daarna de toets pijltje omlaag, ˜, om de optie Number format te selecteren.
De standaardwaarde is Std, oftewel Standaardopmaak. In de
standaardopmaak geeft de rekenmachine getallen met zwevende komma
weer met geen ingestelde decimalen en met de maximaal door de
rekenmachine toegestane precisie (12 significante cijfers). U leest meer over
reële getallen in hoofdstuk 2 van deze gebruikshandleiding. Probeer ter
verduidelijking van bovengenoemde en andere getalopmaken de volgende
oefeningen:
Standaardopmaak:
Deze modus wordt het meeste gebruikt, omdat de cijfers in de meest
bekende notatie worden weergegeven. Druk op de softmenutoets !!@@OK#@ ,
met Number format ingesteld op Std, om terug te keren naar het
beeldscherm van de rekenmachine. Voer het getal
123.4567890123456 in (met 16 significante cijfers). Druk op de toets