Operation Manual

Blz. 2-12
Variabelen maken
De eenvoudigste manier om een variabele te maken is met K. De volgende
voorbeelden worden gebruikt om de variabelen in de volgende tabel op te
slaan (druk op J om het variabelenmenu te bekijken):
Naam Inhoud Type
α
-0.25 reëel
A12 3×10
5
reëel
Q ‘r/(m+r)' algebraïsch
R [3,2,1] vector
z1 3+5i complex
p1 « r 'π*r^2' » programma
De Algebraic-modus
Zo slaat u de waarde –0.25 op in variabele α:
0.25\K~‚a. Het scherm ziet er als volgt zo
uit:
Druk op ` om de variabele te maken. De variabele wordt nu
weergegeven in de labels van de softmenutoets:
Dit zijn de toetsencombinaties voor de overgebleven variabelen:
A12: 3V5K~a12`