Operation Manual

Blz. 2-18
Om twee variabelen tegelijkertijd te verwijderen, bijvoorbeeld variabelen R
en Q, maken we eerst een lijst (in de RPN-modus hoeven de elementen in de
lijst niet te worden gescheiden door komma’s zoals in de Algebraic-modus).
J„ä³@@@R!@@ ™³@@@Q!@@ `
Druk vervolgens op I@PURGE@ om de variabelen te verwijderen.
Raadpleeg hoofdstuk 2 in de gebruikshandleiding van de rekenmachine voor
meer informatie over het bewerken van variabelen.
De functies UNDO en CMD
De functies UNDO en CMD zijn handig voor het oproepen van recent
gebruikte commando’s of om een handeling terug te draaien als er een fout is
gemaakt. Deze functies zitten onder de HIST-toets: UNDO wordt uitgevoerd
met de toetsen ‚¯, terwijl CMD wordt uitgevoerd met de
toetsencombinatie „®.
CHOOSE boxes en Soft-MENU
In sommige oefeningen in dit hoofdstuk hebben we menulijsten met
commando’s op het scherm gezien. Deze menulijsten noemen we ook wel
CHOOSE boxes. De volgende oefening is bedoeld om u te laten zien u hoe u
van CHOOSE boxes naar Soft-MENU’s en andersom kunt wijzigen.
Hoewel we geen specifiek voorbeeld gebruiken, laat deze oefening de twee
opties voor menu’s in de rekenmachine zien (CHOOSE boxes en soft-
MENU’s). We gebruiken in deze oefening het commando ORDER om de
variabelen te sorteren in een directory. Dit wordt als volgt gedaan in ALG-
modus:
„°˜ Toon menulijst PROG en selecteer MEMORY