User manual
Table Of Contents
- Aan de slag
- Belangrijke veiligheidsinformatie
- Eigenschappen en onderdelen van het product
- De monitor installeren
- De monitor gebruiken
- Ondersteuning en problemen oplossen
- De monitor onderhouden
- Technische specificaties
- Toegankelijkheid

3 Ondersteuning en problemen oplossen
Eenvoudige problemen oplossen
In de volgende lijst ziet u een overzicht van problemen die zich met de monitor kunnen voordoen, met bij elk
probleem de mogelijke oorzaken en de aanbevolen oplossingen.
Probleem Mogelijke oorzaak Oplossing
Het scherm is leeg of de
video ikkert.
Het netsnoer is niet aangesloten. Sluit het netsnoer aan.
Monitor is uitgeschakeld. Druk de aan/uit-knop van de monitor in.
Videokabel is niet aangesloten. Sluit een videokabel aan op het bronapparaat en op de
monitor. Zorg ervoor dat de computer is uitgeschakeld terwijl
u de videokabel aansluit. Zie De kabels aansluiten op pagina 6
voor meer informatie.
Het systeem staat in de slaapstand. Druk op een toets op het toetsenbord of beweeg de muis om
de computer uit de slaapstand te halen.
Videokaart is niet compatibel. Vervang de videokaart of sluit de videokabel aan op een van
de onboard videobronnen van de computer.
Het beeld is onscherp,
onduidelijk of te donker.
Helderheidsinstelling is te laag. Open het schermmenu en selecteer Helderheid om de
helderheidsschaal indien nodig aan te passen.
'Invoersignaal niet gevonden'
wordt op het scherm
weergegeven.
De videokabel van het beeldscherm is
niet aangesloten.
Sluit een videokabel aan op het bronapparaat en op de
monitor. Zorg ervoor dat de computer is uitgeschakeld terwijl
u de videokabel aansluit. Zie De kabels aansluiten op pagina 6
voor meer informatie.
'Invoersignaal buiten bereik'
wordt op het scherm
weergegeven.
De videoresolutie en/of
vernieuwingsfrequentie zijn hoger
ingesteld dan wat de monitor
ondersteunt.
Wijzig de instellingen in een ondersteunde waarde (zie Vooraf
ingestelde beeldschermresoluties op pagina 27).
De monitor gaat niet naar
een energiebesparende
slaapstand.
De energiebeheerfunctie van de
monitor is uitgeschakeld.
Open het schermmenu en selecteer Voeding, selecteer
Automatische slaapstand en stel de automatische
slaapstand in op Aan.
Knopvergrendelingen
Als u de aan/uit-knop of de Menu-knop gedurende tien seconden ingedrukt houdt, wordt de functionaliteit
van deze knop vergrendeld. U kunt de functionaliteit herstellen door de knop opnieuw gedurende tien
seconden ingedrukt te houden. Deze functie is alleen beschikbaar wanneer de monitor is ingeschakeld, een
actief signaal wordt weergegeven en het schermmenu niet is geopend.
De functie voor automatische aanpassing gebruiken (analoge
invoer)
De functie Automatisch aanpassen activeert automatisch en probeert het scherm in de volgende situaties te
optimaliseren:
Eenvoudige problemen oplossen 19










