HP Color LaserJet Enterprise Flow MFP M880 - User Guide
De uitlijning van een afzonderlijke lade instellen .......................................................................... 166
Beeldkwaliteit kopie verbeteren ....................................................................................................................... 168
Controleren of er geen vuil of vlekken op de glasplaat van de scanner zitten ............................. 168
De scanner kalibreren ..................................................................................................................... 169
Papierinstellingen controleren ....................................................................................................... 170
De papiersoort en het configuratietype controleren ................................................... 170
De lade selecteren voor het maken van kopieën ......................................................... 170
De instellingen voor beeldaanpassing controleren ....................................................................... 170
Kopieerkwaliteit optimaliseren voor tekst of afbeeldingen .......................................................... 170
Rand-tot-rand kopiëren .................................................................................................................. 171
De oppakrollen van de documentinvoer en het scheidingskussen reinigen ................................. 171
Beeldkwaliteit scan verbeteren ........................................................................................................................ 173
Controleren of er geen vuil of vlekken op de glasplaat van de scanner zitten ............................. 173
Controleer de instellingen voor scannen/verzenden vanaf het bedieningspaneel van het
product ............................................................................................................................................ 174
Resolutie-instellingen controleren .............................................................................. 174
Kleurinstellingen controleren ...................................................................................... 175
De instellingen voor beeldaanpassing controleren ..................................................... 175
Scankwaliteit optimaliseren voor tekst of afbeeldingen ............................................ 175
De instellingen voor de uitvoerkwaliteit controleren .................................................. 176
De oppakrollen van de documentinvoer en het scheidingskussen reinigen ................................. 176
Beeldkwaliteit fax verbeteren ........................................................................................................................... 178
Kwaliteitsproblemen met verzonden fax ....................................................................................... 178
Controleren of er geen vuil of vlekken op de glasplaat van de scanner zitten ........... 178
Resolutie-instellingen voor het verzenden van faxen controleren ............................ 179
De instellingen voor beeldaanpassing controleren ..................................................... 180
Faxkwaliteit optimaliseren voor tekst of afbeeldingen .............................................. 180
De instellingen voor foutcorrectie controleren ........................................................... 180
Naar een ander faxapparaat verzenden ...................................................................... 181
De oppakrollen en het scheidingskussen in de documentinvoer reinigen .................. 181
Kwaliteitsproblemen met ontvangen fax ...................................................................................... 182
Instelling voor aanpassen aan paginagrootte controleren ......................................... 182
Faxapparaat van de afzender controleren .................................................................. 183
Problemen met bekabelde netwerken oplossen .............................................................................................. 184
Slechte fysieke verbinding .............................................................................................................. 184
De computer maakt gebruik van een onjuist IP-adres voor dit apparaat ..................................... 184
De computer kan niet met het apparaat communiceren ............................................................... 184
Het apparaat maakt gebruik van de verkeerde koppelings- en duplexinstellingen voor het
netwerk ........................................................................................................................................... 185
Nieuwe softwareprogramma's zorgen mogelijk voor compatibiliteitsproblemen ....................... 185
Uw computer of werkstation is mogelijk niet juist ingesteld ........................................................ 185
NLWW vii










