hp LaserJet 3200/3200m printer · fax · kopieerapparaat · scanner gebruikershandleiding all in one LaserJet
hp LaserJet 3200/3200m product gebruikershandleiding
Copyright en licenties © Hewlett-Packard Company 2001 Alle rechten voorbehouden. De reproductie, bewerking en vertaling van dit document is niet toegestaan zonder voorafgaande schriftelijke goedkeuring, tenzij dit wordt toegestaan door de copyrightwetten of teksten hierin.
Handelsmerken Microsoft, Windows, en MS-DOS zijn gedeponeerde Amerikaanse handelsmerken van Microsoft Corporation. ENERGY STAR is een Amerikaans gedeponeerd servicemerk van de Amerikaanse EPA. CompuServe is een handelsmerk van CompuServe, Inc. Alle overige hier genoemde producten kunnen handelsmerken van de betreffende bedrijven.
DU
Inhoud 1 Over deze handleiding Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .11 Gebruik deze handleiding wanneer u de functies van uw product gebruikt . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .12 2 Kennismaking met het product Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .13 Wat u met het apparaat kunt doen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Instellen van automatisch afdrukken van de faxactiviteitenlog . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .46 Een faxbelrapport afdrukken. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .47 Instellen wanneer het faxbelrapport wordt afgedrukt . . . . . . .48 Inclusief de eerste pagina van iedere fax van het faxbelrapport . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .49 Een rapport met sneltoetsen, snelkiescodes en groepkiescodes afdrukken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
Tekens invoeren . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .82 Gegevens in de faxkopregel wijzigen . . . . . . . . . . . . . . . . . . .83 Het standaard contrast en de standaard resolutie wijzigen voor uitgaande faxen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .85 Toonkiezen of pulskiezen selecteren . . . . . . . . . . . . . . . . . . .86 De wijze van opnieuw kiezen door het apparaat wijzigen. . . .87 Een kiesvoorvoegsel invoegen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .
6 Kopiëren Inleiding . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .127 Kopieertaken . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .128 Het maken van zwartwitkopieën . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .129 Het maken van kleurenkopieën . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .131 Het gebruik van de toets Contrast voor het aanpassen van het contrast van de huidige fax- of kopieertaak . .
Problemen met het invoeren van papier oplossen . . . . . . . . . . .180 Vastgelopen papier uit de printerbanen verwijderen. . . . . . .180 Vastgelopen papier uit het scannergedeelte verwijderen . . .187 Problemen met de beeldkwaliteit oplossen . . . . . . . . . . . . . . . . .191 Problemen oplossen die worden aangegeven door foutberichten op het bedieningspaneel . . . . . . . . . . . . . . . . .205 Algemene Macintosh-problemen. . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .213 Problemen met de Kiezer . . .
Hoofdstuk B Informatie over service en ondersteuning Garantie-informatie . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .255 Verklaring van beperkte garantie van Hewlett-Packard . . . .255 Hardwareservice . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .257 Het apparaat terugsturen . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .257 Serviceformulier . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . . .258 Softwarelicentieovereenkomst . . . . . . . . . .
1 Over deze handleiding Inleiding In deze gebruikershandleiding vindt u meer informatie over het uitvoeren van taken vanaf het bedieningspaneel op het apparaat, het wijzigen van niet vaak gebruikte instellingen, het oplossen van problemen en over hoe u contact kunt opnemen met de afdeling klantondersteuning van HP. In deze handleiding krijgt u bovendien een overzicht van de werking van de software.
Gebruik deze handleiding wanneer u de functies van uw product gebruikt Omdat de functionaliteit van het apparaat per installatie verschilt, vindt u bij alle procedures in deze handleiding een of meer van de volgende pictogrammen om aan te geven in welke configuratie u die procedure kunt uitvoeren. In deze gebruikershandleiding ligt de nadruk op de procedures van het bedieningspaneel, waarvan sommige ook via de software kunnen worden uitgevoerd. Boven een procedure kan meer dan één pictogram verschijnen.
2 Kennismaking met het product Inleiding De HP LaserJet 3200 is een krachtige tool voor bedrijven die u alle kantoorapparatuurfuncties biedt. U kunt het apparaat gebruiken voor de volgende werkzaamheden: DU ! Faxen – U kunt het apparaat gebruiken als standalone fax voor het ontvangen en verzenden van faxen van laserkwaliteit en het uitvoeren van geavanceerde taken zoals het doorsturen van faxen naar een andere locatie. Zie “Faxen” op pagina 55 voor meer informatie.
! Software gebruiken – Met de software kunt u ook gescande documenten opslaan en beheren, zodat u een factuur, ontvangstbewijs of visitekaartje van weken geleden gemakkelijk kunt terugvinden. Zie de software-Help voor meer informatie over het gebruik van de software. Dank zij dit multifunctionele apparaat wordt uw productiviteit verhoogd omdat u meerdere taken tegelijk kunt uitvoeren.
Wat u met het apparaat kunt doen In onderstaande tabellen ziet u welke functies tegelijkertijd met andere functies kunnen worden uitgevoerd. ! Wanneer het product direct is aangesloten op een computer, or ! Wanneer het apparaat is aangesloten op een netwerk. Wanneer het product direct is aangesloten op een computer Onderstaande tabel geeft een overzicht van de functies die tegelijkertijd kunnen worden uitgevoerd als het apparaat rechtstreeks is aangesloten op de computer.
Wanneer het product Een Een is: afdruktaak papieren verzenden fax ontvangen Kopiëren Ja. Wordt afgedrukt wanneer het kopiëren klaar is. Nee. Een computerfax ontvangen Een Ja. computerfax verzenden Scannen Ja. Kan ik dan ook? Een papieren fax versturen Ja, wanneer de documentinvoerlade niet gebruikt wordt. Nee. Nee. Telefoon- Wordt lijn is verzonden bezet. wanneer eerste faxtaak klaar is. Nee. Ja. Wordt Telefoon- verzonden lijn is wanneer bezet. eerste faxtaak klaar is. Ja. Nee.
Wanneer het apparaat is aangesloten op een netwerk Onderstaande tabel geeft een overzicht van de functies die actief zijn wanneer u of een andere netwerkgebruiker andere functies gebruiken en wanneer het apparaat is aangesloten op een netwerk via een ondersteunde HP JetDirect printserver. Wanneer het product Een Een is: afdruktaak papieren verzenden fax ontvangen Ja. Wordt Een afgedrukt bestand afdrukken wanneer eerste afdruktaak klaar is. Kan ik dan ook? Een papieren fax versturen Ja. Wordt Ja.
Wanneer het product Een Een is: afdruktaak papieren verzenden fax ontvangen Een computerfax ontvangen Een computerfax verzenden Scannen Nee. Netwerkgebruikers kunnen geen computerfaxen ontvangen Ja. Nee. Netwerkgebruikers kunnen geen computerfaxen ontvangen Nee. Telefoonlijn is bezet. Ja. Ja. Kan ik dan ook? Een papieren fax versturen Een computerfax ontvangen Naar de Een computer- computer scannen fax versturen Kopiëren Nee. Netwerkgebruikers kunnen geen computerfaxen ontvangen Ja.
Identificatie van productonderdelen Via de onderwerpen in dit gedeelte kunt u vertrouwd raken met het gebruik van het bedieningspaneel. Er worden tevens afbeeldingen van het apparaat weergegeven waarop u de verschillende externe hardwareonderdelen kunt herkennen.
5 Toets Back Space – Hiermee kunt u een 6 niveau omhoog gaan in de menu-instellingen of een plaats terug gaan bij het typen van tekst. Toets Pijl terug (<) – Hiermee gaat u terug in items op hetzelfde menuniveau of gaat u achteruit door de tekst. 7 Toets Pijl vooruit (>) – Hiermee gaat u vooruit 8 in items op hetzelfde menuniveau of voert u een spatie in tijdens het invoeren van tekst. Toets Stop/Opheffen – Hiermee stopt of wist u de actie die wordt uitgevoerd of verlaat u de menu-instellingen.
Hoofdmenu en eerste submenu van het bedieningspaneel Hieronder volgt een overzicht van de opties uit het hoofdmenu en het bijbehorende eerste submenu van het bedieningspaneel. Hoofdmenu Submenu FAXTAAKSTATUS FAXFUNCTIES VERZEND FAX LATER STOP ONTV. DOOR PC LTST FXN OPN. AFDR ONTVANGST OPVRAGEN NAVRAAGONTVANGST TIJD/DATUM, KOPTEKST TIJD/DATUM FAXHEADER KOPIESETUP STANDAARDKWALITEIT STANDAARDCONTRAST STANDAARDSORTERINGN STAND.KOPIEËNAANT. STAND.VERKL/VERGR.
Identificatie van hardwareonderdelen In onderstaande afbeeldingen zijn de externe onderdelen van het apparaat weergegeven.
8 10 7 11 6 9 6 Documentinvoerlade 7 Papieruitvoerbak 8 Invoergleuf voor afzonderlijke vellen 9 Papierinvoerlade 10 Papiergeleiders 11 Hendel voor speciale media DU Identificatie van productonderdelen 23
Afdrukmateriaal selecteren In dit hoofdstuk vindt u informatie over: ! Het selecteren van de af te drukken materiaal ! Het selecteren van materiaal voor faxen, kopiëren of scannen Het selecteren van de af te drukken materiaal Indien het in uw regio verkrijgbaar is, raadt HP u aan om HP LaserJetpapier of HP Multipurpose-papier te gebruiken (speciaal ontworpen voor uw apparaat) of papier dat voldoet aan de HP-specificaties.
Formaat van afdrukmateriaal De papierinvoerlade kan maximaal 125 vellen afdrukmateriaal van 75 g/m2 bevatten. In de invoergleuf voor losse vellen kunt u één vel plaatsen. Zowel de bak als de gleuf kunnen worden ingesteld op afdrukmateriaal van 76,2 x 127 mm (3 x 5 inch) tot 216 x 356 mm (8,5 x 14 inch). U kunt dus o.a.
Het selecteren van materiaal voor faxen, kopiëren of scannen Het apparaat kan materiaal scannen van verschillende formaten vanaf 51 x 89 mm (visitekaartjes) tot 215 x 356 mm en kan materiaal faxen and kopiëren van 51 x 89 mm tot 215 x 889 mm. Het apparaat accepteert bankpostpapier, cellofaan, krantenpagina’s, tijdschriftpagina’s, kringlooppapier, transparanten, foto’s en ander materiaal in documenthouders. Het is makkelijker om grof papier te scannen dan glad materiaal.
Afdrukmateriaal laden In dit hoofdstuk vindt u informatie over: ! Het laden van afdrukmateriaal voor faxen, kopiëren of scannen ! Af te drukken materiaal laden ! Selecteren van de uitvoerbaan Het laden van afdrukmateriaal voor faxen, kopiëren of scannen De procedure voor het laden van het document is hetzelfde, of u nu wilt faxen, kopiëren of scannen. Als u een document op papier van normaal gewicht gebruikt (van 46 tot 105 g/m2), zie “Voor het laden van normaal afdrukmateriaal” op pagina 27.
Speciaal materiaal laden Als u materiaal laadt om te faxen, kopiëren of scannen, dient u klein, kwetsbaar, licht (minder dan 46 g/m2) of onregelmatig gevormd materiaal zoals bonnetjes, uitgeknipte krantenartikelen, foto’s of oude en verweerde documenten te beschermen. 1 Voer een van de volgende handelingen uit: • Plaats het item in een documenthouder. U kunt een documenthouder kopen of er een maken door een transparant en een vel papier langs één van de korte zijden met tape aan elkaar te plakken.
VOORZICHTIG Beweeg de hendel niet meer nadat het apparaat is begonnen met het verzenden van de pagina. 4 Opmerking Laad per keer één vel in de lade voor documentinvoer, met de bovenkant eerst en de bedrukte zijde naar beneden. Als u een visitekaartje laadt, dient u dit in te voeren met de lange kant eerst. 5 Verplaats de hendel voor speciale media weer naar links na het invoeren van speciaal materiaal.
2 Plaats niet meer dan 125 vellen papier in de papierinvoerlade. Zorg er voor dat u niet te veel papier in de lade plaatst. Opmerking Wanneer u papier toevoegt aan de stapel in de papierinvoerbak, dient u eerst het papier uit de bak te halen en samen met het nieuwe papier een rechte stapel te maken, om te voorkomen dat het papier vastloopt of dat er meerdere vellen tegelijk worden ingevoerd. Opmerking Als u speciaal afdrukmateriaal hebt geladen, dient u de onderste papieruitvoerbaan te kiezen.
De invoergleuf voor losse vellen gebruiken Via de invoergleuf voor losse vellen kunt u één vel tegelijk afdrukken zonder de papierinvoerlade te gebruiken. Dit apparaat voert altijd eerst het afdrukmateriaal in dat in de gleuf voor losse vellen is geladen, voordat papier uit de papierinvoerlade wordt ingevoerd. Opmerking U kunt de invoergleuf voor losse vellen goed gebruiken als de eerste pagina van uw taak anders is dan de rest.
3 Opmerking Stel de geleiders zo in, dat het vel wordt gecentreerd. Als u speciaal afdrukmateriaal hebt geladen, dient u de onderste papieruitvoerbaan te kiezen. Zie “Als u de uitvoerbaan wilt selecteren” op pagina 33.
Selecteren van de uitvoerbaan Bij het selecteren van de uitvoerbaan wordt bepaald of het afgedrukte materiaal uit de papieruitvoerbak komt of uit de papieruitvoergleuf aan de voorkant. Kies voor de papieruitvoergleuf aan de voorkant als u speciaal afdrukmateriaal afdrukt, zoals papier met een gewicht van 100 g/m2 of zwaarder, enveloppen, transparanten of etiketten. Dit voorkomt dat het papier gaat kreukelen of opkrullen.
Functies die alleen via de software beschikbaar zijn De tools en opties die in bovenstaande hoofdstukken worden beschreven, zijn alleen beschikbaar via de software die bij de HP LaserJet 3200 zijn geleverd. Opmerking ! De HP LaserJet Director gebruiken ! De HP LaserJet Document Manager (Windows) of de HP LaserJet Workplace (Mac OS) gebruiken Zie de software-Help voor meer informatie over het gebruik van de tools en de opties.
U opent de HP LaserJet Director in Mac OS door te dubbelklikken op de alias voor de HP LaserJet Director die op het bureaublad verschijnt zoals hieronder aangegeven. In het volgende voorbeelds van de HP LaserJet Director voor Windows en Mac OS ziet u alleen de standaardknoppen.
In de volgende tabel worden de knoppen verklaard die op de HP LaserJet Director verschijnen. Knop Beschrijving Scannen Emailen Scant het document in de lade voor documentinvoer. Hangt een kopie van het document in de invoerlade aan een nieuw e-mailbericht en geeft het nieuwe emailbericht weer zodat u het bericht kunt adresseren en verzenden. Faxen Opent het HP LaserJet Fax verzenden dialoogvenster. In het dialoogvenster kunt u geadresseerden toevoegen, een voorblad toevoegen en het bericht verzenden.
De HP LaserJet Director uitschakelen Doe het volgende wanneer u niet wilt dat de HP LaserJet Director verschijnt wanneer een document in de invoerlade wordt geplaatst. Windows Opmerking 1 Klik op de knop Aanpassen op de werkbalk van de HP LaserJet Director 2 Selecteer het tabblad Apparaat bewaken. 3 Verwijder het vinkje in het hokje Director gebruiken om acties van apparaat te bewaken en klik vervolgens op OK om het uitschakelen van de HP LaserJet Director te bevestigen.
De HP LaserJet Document Manager (Windows) of de HP LaserJet Workplace (Mac OS) gebruiken De HP LaserJet Document Manager voor Windows-compatibele computers of de HP LaserJet Workplace voor Macintosh-compatibele computers is een complete serie hulpmiddelen die u kunt gebruiken om al uw document-input en -output te verrichten. Met de HP LaserJet Document Manager en de HP LaserJet Workplace kunt u: ! uw documentenbureaublad organiseren.
3 Het beheren van algemene standaardinstellingen, logboeken en rapporten Inleiding In dit hoofdstuk worden de procedures beschreven waarmee u rapporten kunt afdrukken en de standaardinstellingen van het apparaat kunt wijzigen. Zie de bijbehorende hoofdstukken voor informatie over faxen, afdrukken, kopiëren en scannen. De aanwijzingen in dit hoofdstuk zijn bestemd voor het bedieningspaneel. U kunt de instellingen meestal het gemakkelijkst aanpassen via de software.
Wijzigen van de standaardinstellingen Dit gedeelte bevat meer informatie over de volgende onderwerpen: ! Wijzigen van het standaard papierformaat voor de papierinvoerlade ! Het geluidsvolume regelen ! De taal wijzigen op het bedieningspaneelscherm ! De fabrieksinstellingen herstellen Wijzigen van het standaard papierformaat voor de papierinvoerlade Het papierformaat moet zijn ingesteld op het formaat van het papier dat u gewoonlijk in de papierinvoerlade laadt.
Het geluidsvolume regelen U kunt het volume regelen van: ! De faxgeluiden die zijn gekoppeld aan binnenkomende en uitgaande faxen. ! Het belsignaal voor binnenkomende faxen. ! De waarschuwingsgeluiden die het product afgeeft, bijvoorbeeld wanneer de printerklep is geopend ! De pieptonen die worden gemaakt als u op de knoppen van het bedieningspaneel drukt. Het volume van de faxgeluiden (lijnmonitorvolume) regelen Opmerking De fabrieksinstelling is Laag. 1 Druk op VOLUME.
Het volume van de waarschuwingstoon regelen De waarschuwingstoon is te horen wanneer het apparaat een waarschuwing geeft of een kritieke foutmelding. De lengte van de waarschuwingstoon is één of drie seconden, afhankelijk van het fouttype. Opmerking De fabrieksinstelling voor het volume van de waarschuwingstoon is Laag. 1 Druk op ENTER/MENU. 2 Druk op de < of de > toets om ALGEMENE INST. te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU.
De taal wijzigen op het bedieningspaneelscherm Volg deze procedure als u berichten en rapporten van het bedieningspaneelscherm in een andere taal wilt hebben dan de standaard voor uw land. De taal wijzigen op het bedieningspaneelscherm 1 Druk op ENTER/MENU. 2 Druk op < en de knop > om ALGEMENE INST. te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU. 3 Gebruik de knoppen < en > om TAAL te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU. 4 Gebruik de knoppen < en > om de gewenste taal te selecteren.
Logboeken en rapporten beheren Dit hoofdstuk bevat de volgende procedures voor het afdrukken van rapporten en het opstellen van een schema voor het afdrukken van bepaalde rapporten.
De faxactiviteitenlog afdrukken Als u wilt, kunt u een logboek afdrukken van de laatste 40 faxen.
Instellen van automatisch afdrukken van de faxactiviteitenlog De faxactiviteitenlog geeft een chronologisch overzicht van de laatste 40 faxen die zijn ontvangen, verzonden of gewist en van de fouten die zijn opgetreden. U kunt aangeven of u wel of niet automatisch een faxlog wilt afdrukken wanneer er 40 faxen zijn ontvangen of verzonden. De standaardinstelling is Ja. Als u wilt instellen wanneer de faxlog moet worden afgedrukt, gaat u als volgt te werk 1 Druk op ENTER/MENU.
Een faxbelrapport afdrukken Een faxbelrapport is een beknopt rapport met de status van de laatst verzonden of ontvangen fax. U kunt het automatisch afdrukken van een faxbelrapport instellen. Zie “Instellen wanneer het faxbelrapport wordt afgedrukt” op pagina 48 voor meer informatie. Een faxbelrapport afdrukken DU 1 Druk op ENTER/MENU. 2 Druk op de < of de > toets om RAPPORTEN te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU.
Instellen wanneer het faxbelrapport wordt afgedrukt Een faxbelrapport bevat informatie over de laatst verzonden of ontvangen fax. In de volgende gevallen kunt u kiezen voor het afdrukken van het rapport: ! Voor iedere faxfout (standaard) ! Voor faxverzendfouten ! Voor faxontvangstfouten ! Voor iedere fax ! Alleen voor verzonden faxen ! Nooit Als u de instelling Nooit kiest, hebt u geen aanwijzing dat het verzenden van een fax is mislukt totdat u een faxlog afdrukt.
Inclusief de eerste pagina van iedere fax van het faxbelrapport Wanneer deze optie is ingeschakeld, zal het faxbelrapport een miniatuurafbeelding weergeven (verkleining van 50%) van de eerste pagina van de laatst verzonden ontvangen fax. De standaardinstelling van de miniatuurafbeelding is Aan. De eerste pagina van iedere fax aan het faxbelrapport toevoegen DU 1 Druk op ENTER/MENU. 2 Druk op de < of de > toets om RAPPORTEN te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU.
Een rapport met sneltoetsen, snelkiescodes en groepkiescodes afdrukken Dit rapport bestaat uit een lijst met faxnummers die zijn toegewezen aan sneltoetsen en snelkies- en groepkiescodes. Als u een rapport met sneltoetsen, snelkiescodes en groepkiescodes wilt afdrukken, gaat u als volgt te werk 1 Druk op ENTER/MENU. 2 Druk op de < of de > toets om RAPPORTEN te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU. 3 Druk op de < of de > toets om SNELKIESRAPPORT te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU.
Een configuratierapport afdrukken Druk dit rapport af voor een overzicht van de huidige apparaatinstellingen. Als u een configuratierapport wilt afdrukken, gaat u als volgt te werk 1 Druk op ENTER/MENU. 2 Druk op de < of de > toets om RAPPORTEN te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU. 3 Druk op de < of de > toets om CONFIGURATIERAPPORT te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU. De menuinstellingen van het apparaat worden afgesloten en het rapport wordt afgedrukt.
Een PCL-lettertypenlijst afdrukken Volg deze procedure als u een PCL-lettertypenlijst wilt afdrukken. Een PCL-lettertypenlijst afdrukken 1 Druk op ENTER/MENU. 2 Druk op de < of de > toets om RAPPORTEN te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU. 3 Druk op de < of de > toets om PCL FONTLIJST te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU. De menu-instellingen van het apparaat worden afgesloten en de lijst wordt afgedrukt.
Alle faxrapporten afdrukken Via deze procedure kunt de volgende rapporten tegelijk afdrukken: ! Faxactiviteitenlog ! Een rapport met sneltoetsen, snelkiescodes en groepkiescodes ! Configuratierapport ! Lijst met geblokkeerde faxen Afdrukken van alle faxrapporten 1 Druk op ENTER/MENU. 2 Druk op de < of de > toets om RAPPORTEN te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU. 3 Druk op de < of de > toets om ALLE FAXRAPPORTEN te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU.
Instellen wanneer het T.30 protocol trace rapport wordt afgedrukt U kunt het afdrukken van het T.30 protocol trace rapport instellen op: ! Nooit (standaard) ! Bij het optreden van fouten. ! Na iedere ontvangen en verzonden fax. Instellen wanneer het T.30 protocol trace rapport wordt afgedrukt 1 Druk op ENTER/MENU. 2 Druk op de < of de > toets om ONDERHOUD te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU. 3 Druk op de < of de > toets om PRINT T.
4 Faxen Inleiding Alle gebruikers kunnen van en naar het apparaat faxen. Het apparaat functioneert als een normaal faxapparaat; het is niet nodig om de software te installeren of de computer in te schakelen. Vanaf het bedieningspaneel kunt u papieren faxen verzenden en ontvangen en kunt u alle benodigde instellingen voor het faxen aanpassen. Normaalgesproken worden ontvangen faxen door het apparaat afgedrukt.
Faxen verzenden Dit hoofdstuk bevat de volgende onderwerpen: ! Faxen verzenden naar één ontvanger ! Het snel programmeren van snelkiescodes of sneltoetsen ! Faxen verzenden naar meerdere ontvangers ! Een fax op een later tijdstip verzenden ! Handmatig herkiezen ! Met de toets Contrast kunt u het contrast van de huidige fax- of kopieertaak aanpassen ! De resolutie van de huidige taak aanpassen ! Resolutie-opties ! De huidige faxtaak annuleren ! Een faxtaak annuleren met behulp van Faxtaaks
Faxen verzenden naar één ontvanger In deze procedure wordt de verzending van een fax aan één ontvanger beschreven. Tip Wanneer u de kwaliteit van het papieren document vóór het faxen wilt verbeteren, kunt u het document eerst scannen en de afbeelding gladstrijken of schoonmaken. Vervolgens verzendt u het document als fax vanuit de software. Raadpleeg de software-Help voor meer informatie. Een fax verzenden 1 Kies het faxnummer volgens één van onderstaande methodes: • Gebruik de numerieke toetsen.
Het snel programmeren van snelkiescodes of sneltoetsen Met behulp van onderstaande methode kunt u op eenvoudige wijze snelkiescodes en sneltoetsen programmeren in het bedieningspaneel van het apparaat. Het snel programmeren van snelkiescodes of sneltoetsen Opmerking Via deze procedure kunnen geen groepkiescodes geprogrammeerd worden. Zie “Groepkiescodes programmeren” op pagina 76.
Faxen verzenden naar meerdere ontvangers U kunt een fax op papier naar verscheidene faxnummers tegelijk verzenden. Als u een fax wilt verzenden naar een groep faxnummers waaraan u een kiescode voor groepen hebt toegewezen, zie “Een fax verzenden via een groepkiescode”. Als u een fax wilt verzenden naar maximaal 20 nummers zonder een kiescode voor groepen, see “Een fax verzenden naar een ad-hoc groep”.
Als u een fax wilt verzenden naar een ad hoc groep, gaat u als volgt te werk 1 Kies het eerste faxnummer met behulp van een van de volgende methoden: • Gebruik de numerieke toetsen. • Als voor het faxnummer dat u belt een sneltoets bestaat, drukt u op die toets. • Als het faxnummer dat u belt een snelkiescode heeft, drukt u op SNELKIEZEN, voert u de snelkiescode in en drukt op ENTER/ MENU.
Een fax op een later tijdstip verzenden U kunt programmeren dat een fax op een later tijdstip automatisch naar een of meer personen wordt verzonden. Als u klaar bent met deze procedure, scant het apparaat het document in het geheugen en gaat terug naar de stand Gereed zodat u andere taken kunt uitvoeren. Opmerking Deze functie wordt niet ondersteund door Microsoft Windows 95.
6 Gebruik de numerieke toetsen voor het invoeren van de datum en druk vervolgens op ENTER/MENU. - Of Accepteer de standaardinstelling door op ENTER/MENU te drukken. 7 Voer het faxnummer in, de snelkiescode of druk op de sneltoets. (Deze functie ondersteunt geen ad hoc groepen.) Druk op ENTER/MENU of op FAXEN/VERZENDEN. Het apparaat scant het document naar het geheugen en verzendt de fax op het aangewezen tijdstip.
Met de toets Contrast kunt u het contrast van de huidige fax- of kopieertaak aanpassen De instelling van het contrast beïnvloedt de helderheid of donkerheid van een uitgaande fax terwijl deze wordt verzonden of van het resulterende kopie. Met de volgende procedure wijzigt u het contrast alleen voor de huidige taak. Na het verzenden van de fax of het maken van de kopie wordt de standaardinstelling voor het contrast opnieuw ingesteld.
De resolutie van de huidige taak aanpassen De resolutie beïnvloedt de kwaliteit in dots per inch (dpi) van de documenten die worden gefaxt. De resolutie beïnvloedt tevens de verzendsnelheid. Voor een discussie over de beste resolutie, zie “Resolutie-opties” hieronder. U kunt met deze procedure de resolutie uitsluitend wijzigen voor de huidige taak. Na het verzenden van de fax wordt de standaardinstelling voor de resolutie opnieuw ingesteld.
Resolutie-opties U kunt met behulp van deze tabel vaststellen welke resolutieinstelling u het beste kunt kiezen voor uw fax. U dient er rekening mee te houden dat elke kwaliteitsverbetering de verzendtijd verlengt. Kies deze resolutie: Om het volgende resultaat te bereiken: Standaard (203 bij 98 dpi) Standaardkwaliteit voor tekst. ! U kunt deze instelling gebruiken als snelheid belangrijker is dan kwaliteit. Dit is de snelste van de resolutie-instellingen.
De huidige faxtaak annuleren Via de volgende procedure kunt u het kiezen, verzenden of ontvangen van een enkele fax stopzetten. U kunt de huidige faxtaak als volgt annuleren: Druk op STOP/OPHEFFEN op het bedieningspaneel. Pagina’s die nog niet zijn verzonden, worden geannuleerd. Een faxtaak annuleren met behulp van Faxtaakstatus U kunt met deze procedure een fax annuleren die: ! wacht op herkiezen na een in-gespreksignaal of geen gehoor. ! naar een groep nummers moet worden verzonden.
Faxen ontvangen U kunt faxen met het apparaat of met de computer ontvangen. Over het algemeen worden inkomende faxen automatisch door het apparaat ontvangen. Wanneer u echter de apparaten wijzigt die zijn aangesloten op dezelfde telefoonlijn als het apparaat dient u de manier waarop het apparaat faxen ontvangt te wijzigen. Zie het onderwerp “De manier waarop het apparaat inkomende faxen ontvangt wijzigen” op pagina 95 in het hoofdstuk “Geavanceerde faxverzendfuncties en -instellingen”.
Faxen opnieuw afdrukken Als een fax niet is afgedrukt omdat de toner op was of omdat de fax werd afgedrukt op het verkeerde soort afdrukmateriaal, kunt u proberen de fax opnieuw af te drukken. Het werkelijke aantal faxen dat voor mogelijk opnieuw afdrukken wordt opgeslagen, is afhankelijk van het beschikbare geheugen. De meest recente fax wordt als eerste afgedrukt, de oudste fax als laatste. Deze faxen worden continu opgeslagen. Als ze opnieuw worden afgedrukt, worden ze niet uit het geheugen verwijderd.
Faxnummers blokkeren of de blokkering ervan opheffen Als u geen faxen wilt ontvangen van bepaalde personen of bedrijven, kunt u de bijbehorende faxnummers blokkeren via het bedieningspaneel. U kunt maximaal 30 faxnummers blokkeren. Wanneer u een faxnummer blokkeert en men u een fax wil versturen vanaf het geblokkeerde nummer wordt op het bedieningspaneel aangegeven dat het nummer geblokkeerd is. De fax wordt niet afgedrukt en niet in het geheugen opgeslagen.
5 Voer een van de volgende handelingen uit: • Als u een faxnummer wilt blokkeren: Druk op de < of de > toets om INVOER TOEVOEGEN te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU. Voer het faxnummer zoals aangegeven in de kopregel (inclusief spaties), en druk vervolgens op ENTER/MENU. Voer een naam in voorhet geblokkeerde nummer en druk vervolgens op ENTER/MENU.
Geavanceerde faxverzendfuncties en -instellingen In dit hoofdstuk worden de geavanceerde procedures en instellingen beschreven voor het verzenden van faxen.
Sneltoetsen, snelkiescodes en groepkiescodes Als u het kiesproces voor een faxnummer dat u regelmatig kiest via het besturingspaneel wilt versnellen, kunt u het nummer opslaan als sneltoets, snelkiescode of groepkiescode. In het adresboek zijn er in totaal 250 codes voor het HP LaserJet 3200 en 3200m product die kunnen worden gebruikt voor snelkiescodes en groepkiescodes.
Snelkiescodes en sneltoetsen instellen De snelkiescodes met de nummers 110 worden tevens gekoppeld aan de overeenkomstige sneltoetsen op het bedieningspaneel. De sneltoetsen kunnen worden gebruikt voor snelkiescodes of groepkiescodes. U kunt alle codes programmeren als snelkiescodes. U kunt maximaal 50 tekens invoeren per faxnummer. Tip Snelkiescodes en sneltoetsen kunnen gemakkelijker worden ingesteld via de software. Sneltoetsen en snelkiescodes instellen Opmerking DU 1 Druk op ENTER/MENU.
9 Opmerking Voer een naam in voor het faxnummer met behulp van de numerieke toetsen. Druk een aantal malen op de numerieke toets voor de letter die u nodig hebt, totdat deze verschijnt. (Zie “Tekens invoeren” op pagina 82 voor een lijst met letters.) Als u bijvoorbeeld als eerste letter een “C” nodig heeft, drukt u een aantal keren op 2 totdat er een C wordt weergegeven. Druk op > om naar de volgende plaats te gaan.
Sneltoets instellen voor ondersteuning bij alternatief internationaal bellen Als u gebruikmaakt van een dienst voor alternatief internationaal bellen, kunt u een sneltoets instellen waarmee vóór een faxnummer het toegangsnummer van de ondersteuning wordt gekozen. Druk op deze sneltoets indien u de toets nodig heeft, voer het faxnummer in en druk op FAXEN/VERZENDEN. Zowel het toegangsnummer en het faxnummer worden dan samen gedraaid.
Groepkiescodes programmeren Wanneer u regelmatig informatie wilt versturen naar dezelfde groep mensen, kunt u een kiescode voor groepen programmeren. U kunt een willekeurig resterende snelkiescode gebruiken voor groepkiescodes. De groepkiescodes met de nummers 1-10 worden tevens gekoppeld aan de overeenkomstige sneltoetsen op het bedieningspaneel. Afzonderlijke nummers kunnen aan de groep worden toegevoegd.
Opmerking 7 Voer met behulp van de numerieke toetsen het nummer in dat u aan deze groep wilt toekennen en druk op ENTER/MENU. Als u de nummers 110 kiest, wordt de groep ook gekoppeld aan de bijbehorende sneltoets. 8 Voer een naam in voor de groep met behulp van de numerieke toetsen. Druk een aantal malen op de numerieke toets voor de letter die u nodig hebt, totdat deze verschijnt. (Zie “Tekens invoeren” op pagina 82 voor een lijst met letters.
Een afzonderlijk nummer wissen in een groepkiescode 1 Druk op ENTER/MENU. 2 Druk op de < of de > toets om FAXSETUP te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU. 3 Druk op ENTER/MENU om SNELKIEZEN te selecteren. 4 Druk op de < of de > toets om GROEPSSETUP te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU. 5 Druk op de < of de > toets om NR. VERW. IN GROEP te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU.
Handmatig kiezen Noenrmaalgesproken kiest het apparaat een nummer nadat u op FAXEN/VERZENDEN heeft gedrukt. In sommige gevallen is het echter mogelijk dat u wilt dat het apparaat ieder nummer kiest nadat u dit heeft ingevoerd. Als u bijvoorbeeld uw faxverzending wilt laten afschrijven van een telefoonkaart, moet u het faxnummer kiezen, wachten op de acceptatietoon van de telefoonmaatschappij en vervolgens het nummer van de telefoonkaart kiezen.
Een fax verzenden door te kiezen via een telefoon Het kan voorkomen dat u een faxnummer wilt kiezen vanaf een telefoon die op dezelfde lijn is aangesloten als het apparaat. Dit is bijvoorbeeld het geval als u een fax verstuurt naar een persoon van wie het apparaat op Handmatig is ingesteld. U kunt dan eerst bellen om te laten weten dat de fax onderweg is. U kunt als volgt een fax verzenden door het faxnummer te kiezen via een telefoon 1 Plaats het document in de lade voor documentinvoer.
Een pauze of wachttijd invoegen in een faxnummer U kunt pauzes invoegen in faxnummers die u kiest of instelt als sneltoets, snelkiescode of kiescode voor groepen. Pauzes zijn vaak vereist wanneer u een internationaal nummer kiest of wanneer u verbinding maakt met een buitenlijn. Een pauze of wachttijd invoegen Druk op OPNIEUW/PAUZE om een pauze van drie seconden in uw kiesreeks in te voeren. Er verschijnt een komma op het scherm van het bedieningspaneel, op de plaats van de pauze in de kiesreeks.
Tekens invoeren Wanneer u het bedieningspaneel gebruikt om uw naam in te voeren in de kopregel, een naam op te geven voor een sneltoets, snelkiescode of groepkiescode, moet u meerdere malen op een numerieke toets drukken totdat de gewenste letter verschijnt. Vervolgens drukt u op > om de letter te selecteren en door te gaan naar de volgende plaats.
Gegevens in de faxkopregel wijzigen U hebt al informatie in de faxkopregel ingevoerd tijdens de eerste installatie van het product. U hoeft deze procedure alleen uit te voeren om de datum, de tijd, uw faxnummers en uw bedrijfsnaam te wijzigen voor de faxkopregel. Datum en tijd wijzigen De datum en tijd worden opgenomen in de kopregel die wordt afgedrukt boven aan de faxen die u verzendt. De tijd en datum zijn ook zichtbaar op het scherm van het bedieningspaneel als het apparaat niet actief is.
Het faxnummer en de bedrijfsnaam wijzigen U hebt deze informatie al ingevoerd bij het installeren van de software of gebruiksklaar maken van het apparaat. U hoeft deze procedure alleen uit te voeren als u de informatie via het bedieningspaneel wilt veranderen. De kopregel bevat informatie over uw naam, bedrijfsnaam en faxnummer. Als een verzonden fax op zijn bestemming aankomt, wordt deze kopregel boven aan de pagina afgedrukt. Het is wettelijk verplicht om deze gegevens in te vullen.
Het standaard contrast en de standaard resolutie wijzigen voor uitgaande faxen De instelling van het contrast beïnvloedt de helderheid of donkerheid van een uitgaande fax terwijl deze wordt verzonden. De resolutie beïnvloedt de scherpte van uitgaande faxen. De resolutie heeft ook invloed op de verzendsnelheid van faxen. Zie “Resolutie-opties” op pagina 65 voor meer informatie. Het standaardcontrast veranderen Het standaardcontrast is het contrast dat gewoonlijk wordt gebruikt voor items die worden gefaxt.
Als u de standaardresolutie wilt veranderen, gaat u als volgt te werk Mogelijke instellingen zijn Fijn (de fabrieksinstelling), Standaard, Superfijn en Foto. Zie “Resolutie-opties” op pagina 65 voor meer informatie. Opmerking Indien u de resolutie uitsluitend voor de huidige taak wilt aanpassen, zie “De resolutie van de huidige taak aanpassen” op pagina 64. 1 Druk op ENTER/MENU. 2 Druk op de < of de > toets om FAXSETUP te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU.
De wijze van opnieuw kiezen door het apparaat wijzigen Wanneer het apparaat geen fax heeft kunnen verzenden omdat de ontvangende fax niet opneemt of in gesprek was, zal het apparaat proberen om het nummer opnieuw te kiezen op basis van de opties Opnieuw kiezen bij in gesprek en Opnieuw kiezen bij niet opnemen. Volg de procedures in dit hoofdstuk om deze opties in- of uit te schakelen.
De optie Opnieuw kiezen bij niet opnemen in- of uitschakelen Het apparaat is ingesteld om twee maal automatisch opnieuw te kiezen bij geen antwoord voor alle andere landen. 1 Druk op ENTER/MENU. 2 Druk op de < of de > toets om FAXSETUP te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU. 3 Druk op de < of de > toets om FAXVERZENDING SETUP te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU. 4 Druk op de < of de > toets om OPNIEUW: GEEN ANTW te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU.
Een kiesvoorvoegsel invoegen Een kiesvoorvoegsel bestaat uit een of meerdere cijfers die automatisch worden gekozen vóór elk faxnummer dat u kiest via het bedieningspaneel of de software. De functie voor kiesvoorvoegsels is standaard uitgeschakeld. U kunt deze functie bijvoorbeeld inschakelen als u een nummer zoals een “9” moet kiezen om toegang te krijgen tot een externe telefoonlijn. Wanneer deze instelling is ingeschakeld, kunt u nog steeds faxnummers kiezen zonder voorvoegsel via Handmatig Kiezen.
De optie Kiestoon detecteren wijzigen Het apparaat wacht normaal op een kiestoon voordat wordt begonnen met het kiezen van een faxnummer. Wanneer u het apparaat op dezelfde lijn als uw telefoon gebruikt, schakel dan de optie voor het detecteren van de kiestoon aan. Zi voorkomt u dat het apparaat een fax verzendt wanneer er iemand aan de telefoon is. Als u de detectie van de kiestoon wilt wijzigen, gaat u als volgt te werk 1 Druk op ENTER/MENU.
Geavanceerde faxverzendfuncties en -instellingen In dit hoofdstuk worden de geavanceerde procedures en instellingen beschreven voor het ontvangen van faxen.
Faxen doorsturen U kunt het apparaat zo instellen dat een binnenkomende fax naar een ander faxnummer wordt doorgestuurd. Als de fax op uw apparaat binnenkomt, wordt deze in het geheugen opgeslagen. Vervolgens kiest het apparaat het faxnummer dat u hebt opgegeven en verzendt de fax. Als de fax als gevolg van een fout niet kan worden verzonden, omdat het nummer bijvoorbeeld in gesprek was en het herkiezen is mislukt, wordt de fax door het apparaat afgedrukt.
Een fax opvragen bij een ander faxapparaat (polling) Als iemand anders een fax zo heeft ingesteld dat deze kan worden opgevraagd, kunt u de fax naar uw apparaat laten verzenden. (Dit wordt ook wel navragen genoemd.) Als u een fax wilt opvragen bij een ander faxapparaat (navragen), gaat u als volgt te werk 1 Druk op ENTER/MENU. 2 Druk op de < of de > toets om FAXFUNCTIES te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU.
Faxen uit het geheugen wissen Gebruik deze procedure alleen als u zich zorgen maakt dat iemand anders toegang heeft tot uw apparaat en mogelijk faxen in het geheugen opnieuw probeert af te drukken. VOORZICHTIG Naast het wissen van het afdrukgeheugen kunt u met deze procedure faxen wissen die op dat moment worden verzonden evenals faxen die gepland zijn voor een latere verzending en niet afgedrukte of doorgestuurde faxen.
De manier waarop het apparaat inkomende faxen ontvangt wijzigen U kunt de antwoordmodus instellen tijdens de installatie van het apparaat. U hoeft deze instellingen alleen aan te passen als u de apparaten verandert die op deze telefoonlijn zijn aangesloten. De antwoordmodus instellen op automatisch of handmatig DU 1 Druk op ENTER/MENU. 2 Druk op de < of de > toets om FAXSETUP te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU.
Antwoordpatronen wijzigen Wanneer u geabonneerd bent op een belpatroondienst bij uw telefoniebedrijf, schakel dan de detectie van belpatronen in van uw apparaat. Wanneer u geen gebruik maakt van een belpatroondienst en u deze instelling wijzigt, kan het apparaat geen faxen ontvangen. Wat is een belpatroondienst? Belpatroondiensten, zoals een specifiek belsignaal, zijn verkrijgbaar bij een aantal lokale telefoniebedrijven. Hiermee is het mogelijk om twee of drie telefoonnummers per lijn te gebruiken.
Hoe weet u dat het werkt? Nadat de installatie van het apparaat voltooid is, kunt u een bekende vragen om u een fax te sturen. Zorg ervoor dat u het juiste faxnummer doorgeeft. Het beantwoorden van belpatronen wijzigen Opmerking Opmerking DU De standaardinstelling Alle bellen niet wijzigen wanneer u geen abonnement heeft op een belpatroondienst bij uw telefoniebedrijf.
Een extra telefoon aansluiten Wanneer deze instelling is ingesteld, kunt u het apparaat waarschuwen om de inkomende fax te ontvangen door achtereenvolgens op 1-2-3 op de telefoontoetsen te drukken. De standaardinstelling is Ja. Zet deze instelling alleen uit wanneer u tevens gebruik maakt van een dienst van uw telefoniebedrijf waarvoor ook de toetsvolgorde 1-2-3 gebruikt wordt en deze dienst als gevolg daarvan niet werkt. 1 Druk op ENTER/MENU.
De stiltedetectiemodus wijzigen Deze instelling bepaalt of u faxen kunt ontvangen van oudere faxapparaten die tijdens het zenden geen faxsignaal uitzenden. Op het moment dat deze tekst gepubliceerd wordt, worden deze “stille” faxapparaten echter bijna niet meer gebruikt. De standaardinstelling is Nee. Wijzig deze instelling alleen als u regelmatig faxen ontvangt van iemand die een ouder faxapparaat gebruikt.
De optie Automatische verkleining instellen voor binnenkomende faxen Wanneer de optie Aanpassen aan pagina is ingesteld, verkleint het apparaat automatisch lange faxen zodat deze op het papier passen. Als de functie is uitgeschakeld, worden lange faxen op meerdere pagina’s afgedrukt. Wanneer u de optie voor het merken van pagina’s heeft ingesteld, wilt u deze optie misschien inschakelen.
Het merken van ontvangen faxen inschakelen Dit product is zo ingesteld dat de gegevens van de afzender boven aan iedere binnenkomende fax worden afgedrukt. U kunt er ook voor kiezen om uw faxkopregel toe te voegen om de datum en het tijdstip van ontvangst van de fax te bevestigen. Wanneer u wilt dat het apparaat uw faxkopregel toevoegt aan iedere ontvangen fax, volg dan onderstaande procedure. De standaardinstelling is Uit.
Foutcorrectie instellen Normaalgesproken controleert het apparaat het signaal op de telefoonlijn wanneer een fax wordt verzonden of ontvangen. Wanneer het apparaat een foutsignaal detecteert tijdens de transmissie en de instelling Foutcorrectie is ingeschakeld, kan het apparaat verzoeken om een gedeelte van de fax opnieuw te verzenden. De fabrieksinstelling van deze functie is Aan.
Faxen met behulp van de software Dit hoofdstuk bevat informatie over het verzenden en ontvangen van faxen met behulp van de software die met het product is meegeleverd en informatie over het maken van uw eigen voorblad. Alle andere onderwerpen die te maken hebben met de software komen aan bod in de on line Help.
Faxen verzenden via de software U kunt digitale documenten vanaf uw computer verzenden wanneer: ! de HP LaserJet rechtstreeks is aangesloten op uw computer of is aangesloten op uw computer op een netwerk via een HP JetDirect printserver ! de software op uw computer is geïnstalleerd, en ! u gebruikt Microsoft Windows 98, 2000 of NT 4.0, of Mac OS 8.6 of 9.0.
Faxen ontvangen op de computer Om faxen te kunnen ontvangen op uw computer dient u de instelling Ontvangen naar PC in de software in te schakelen. (Zie de on line Help voor instructies.) Als u een telefoonlijn hebt waarop zowel faxberichten als telefoongesprekken worden ontvangen (een gedeelde lijn) en een antwoordapparaat of voicemail per computer op deze lijn hebt, moet u het antwoordapparaat of de voicemail uitschakelen om faxen op de computer te kunnen ontvangen.
Uw eigen faxvoorblad maken Met behulp van de HP LaserJet Voorbladeditor kunt u uw eigen faxvoorblad maken voor al uw uitgaande faxen Met behulp van de HP LaserJet Voorbladeditor kunt u tekst, afbeeldingen en speciale velden toevoegen voor het invullen van de geadresseerde, de afzender, de datum en het aantal gefaxte pagina’s . Opmerking Zie de software-Help voor meer informatie over faxvoorbladen.
Uw eigen faxvoorblad maken (Mac OS) 1 Open de HP LaserJet Workplace. in het menu Bestand kiest u Nieuw voorblad. In de pagina-editor wordt een nieuw voorblad geopend samen met Hulpmiddelen, Uitlijnen en Eigenschappen. 2 In het menu Bestand klikt u op Pagina-instelling. Gebruik het dialoogvenster Pagina-instelling om de paginagrootte en -richting voor het nieuwe voorblad in te stellen. 3 Klik op OK.
108 Hoofdstuk 4 - Faxen DU
5 Afdrukken Inleiding In dit hoofdstuk vindt u basisinformatie over afdrukwerkzaamheden en tips voor het uitvoeren van afdrukwerkzaamheden op speciaal materiaal. Alle opdrachten die te maken hebben met afdrukken, worden uitgevoerd via het programma waarmee het document wordt gemaakt. Raadpleeg daarom de documentatie bij het desbetreffende programma voor instructies over het afdrukken van documenten.
Printerstuurprogramma’s Printerstuurprogramma’s regelen de functies van het apparaat en maken de communicatie van de computer met de printer mogelijk. In dit hoofdstuk worden de printerstuurprogramma’s besproken die tegelijk zijn geïnstalleerd met de productsoftware. Een printerstuurprogramma kiezen Kies een printerstuurprogramma op basis van de manier waarop u het apparaat gebruikt. Opmerking ! Gebruik het PCL 6-stuurprogramma om volledig profijt te hebben van de functies van het apparaat.
Toegang krijgen tot het printerstuurprogramma Na de installatie kunt u toegang krijgen tot uw printerinstellingen via het printerstuurprogramma van de software van het apparaat of via een andere softwaretoepassing. Besturingssysteem Standaardinstellingen wijzigen (voor alle toepassingen) Instellingen tijdelijk wijzigen (via een softwaretoepassing) Windows 95 en 98 Kies in het menu Bestand Afdrukken en vervolgens Eigenschappen. (Deze stappen kunnen verschillen.
Printertaken Gebruik het apparaat voor de volgende procedures: ! Afdrukken op briefhoofdpapier en enveloppen ! Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal ! Een afdruktaak onderbreken ! Toner besparen bij het afdrukken van kladversies ! Dubbelzijdig afdrukken ! Meerdere pagina’s op één vel papier afdrukken ! Watermerken aanmaken en gebruiken 112 Hoofdstuk 5 - Afdrukken DU
Afdrukken op briefhoofdpapier en enveloppen In dit gedeelte vindt u tips voor het afdrukken op briefhoofdpapier en enveloppen. U kunt als volgt afdrukken op briefhoofdpapier 1 Als u wilt afdrukken op een vel papier met een briefhoofd, gevolgd door normale vellen papier, plaatst u het vel met een briefhoofd in de invoergleuf voor losse vellen (A) en de normale vellen in de papierinvoerlade (B).
Opmerking Wanneer u papier toevoegt aan de stapel in de papierinvoerbak, dient u het papier er eerst uit te halen en van al het papier samen een rechte stapel te maken voordat u het papier opnieuw laadt, om te voorkomen dat er meerdere vellen tegelijk worden ingevoerd. Als u afdrukt op gegaufreerd of voorgedrukt papier, moet dit papier wel voldoen aan de papierspecificaties van de HP. Voor het bestellen van de Printermateriaalhandleiding voor HP LaserJet printers, zie “Onderdelen bestellen” op pagina 267.
DU 3 Open de klep van de papierbaan aan de voorkant voor het verwijderen van gekrulde enveloppen. 4 Wanneer u klaar bent met het afdrukken op enveloppen dient u de klep van de papierbaan aan de voorzijde te sluiten.
Afdrukken op speciaal afdrukmateriaal Het apparaat is bij uitstek geschikt om op een verscheidenheid aan afdrukmateriaal, waaronder transparanten, enveloppen en aangepast papier, af te drukken. Zie “Het selecteren van de af te drukken materiaal” op pagina 24 voor meer informatie. Het is raadzaam HP afdrukmateriaal te gebruiken of afdrukmateriaal dat voldoet aan de specificaties van HP.
2 Voer een van de volgende handelingen uit: ! Wanneer u een afdruk maakt op één vel papier, stel dan de geleiders op de invoer voor losse vellen af op het formaat van het materiaal dat u gebruikt. -Of- DU ! Wanneer u afdrukken maakt op meerdere vellen, stel dan de geleiders af op de papierinvoerlade. 3 Plaats het afdrukmateriaal met de zijde waarop moet worden afgedrukt naar voren en de bovenzijde naar beneden in de invoergleuf voor losse vellen of in de papierinvoerlade.
Een afdruktaak onderbreken Wanneer het apparaat bezig is met afdrukken, kunt u de afdruktaak onderbreken door op STOP/OPHEFFEN te drukken op het bedieningspaneel. VOORZICHTIG Wanneer u op STOP/OPHEFFEN drukt, wordt de huidige afdruktaak gewist. Toner besparen bij het afdrukken van kladversies In de EconoMode (toner besparen) verbruikt de printer minder toner voor iedere pagina. Wanneer u deze optie selecteert, verbruikt de printer minder toner en beperkt u de kosten per pagina.
Dubbelzijdig afdrukken Opmerking Als u een Windows-compatibele computer of een Macintoshcompatibele computer gebruikt, is deze optie niet beschikbaar voor het PostScript-printerstuurprogramma dat met het product is meegeleverd. Voor het maken van dubbelzijdige afdrukken (handmatig) dient u het papier twee maal door de printer te voeren. U kunt de papieruitvoerbak of de rechte uitvoerbaan gebruiken. HP raadt het gebruik van de papieruitvoerbak aan voor lichtgewicht papier.
B Pagina’s zijwaarts spiegelen (liggend) – Iedere afbeelding wordt rechtop afgedrukt. Naast elkaar liggende pagina’s worden van boven naar onder gelezen; eerst de linker pagina en dan de rechterpagina. C Pagina’s naar boven spiegelen (liggend) – Deze layout wordt veel gebruikt voor boekhoudkundige documenten, gegevensverwerking en spreadsheettoepassingen. De beelden worden om en om ondersteboven afgedrukt. Pagina’s naast elkaar worden steeds van boven naar beneden gelezen.
Meerdere pagina’s op één vel papier afdrukken U kunt het aantal pagina’s selecteren dat u op één vel papier wilt afdrukken. Wanneer u meerdere pagina’s op één vel wilt afdrukken, zullen de pagina’s worden verkleind zodat zij op het papier passen. U kunt maximaal 16 pagina’s per vel afdrukken. Watermerken aanmaken en gebruiken Met behulp van de optie Watermerk kunt u tekst op de achtergrond van een bestaand document plaatsen.
Printerinstellingen Zie onderstaande twee hoofdstukken voor meer informatie over de verschillende printerinstellingen Opmerking ! De resolutie aanpassen ! Printerinstellingen opslaan voor verschillende afdruktaken Zie de software-Help voor meer informatie over het gebruik van de printerinstellingen.
Printerinstellingen opslaan voor verschillende afdruktaken Met behulp van de functie Snelinstellingen kunt u de huidige printerinstellingen opslaan en opnieuw gebruiken. Opgeslagen instellingen worden Snelinstellingen genoemd. Zo kunt u bijvoorbeeld een Snelinstellingen aanmaken voor enveloppen of voor het afdrukken van de eerste pagina van een document op een vel papier met briefhoofd.
Tips voor het afdrukken Dit hoofdstuk bevat: ! Aanvullende tips voor aangepaste formaten ! Tips voor het afdrukken op enveloppen ! Tips voor het afdrukken op etiketten Zie de Printermateriaalhandleiding (zie “Onderdelen bestellen” op pagina 267) voor meer informatie over het gebruik van afdrukmateriaal op HP LaserJet printers. Aanvullende tips voor aangepaste formaten ! Druk niet af op afdrukmateriaal dat kleiner is dan 76,2 mm (3 inch) breed of 127 mm (5 inch) lang.
Tips voor het afdrukken op etiketten DU ! Gebruik geen etiketten die zijn losgeraakt van het beschermvel of die op één of andere wijze gekreukeld of beschadigd zijn. ! Gebruik geen vel etiketten waarop etiketten ontbreken. ! Voer niet meer dan één vel etiketten per keer door het apparaat. ! Controleer zo mogelijk of de kleefrand van de envelop een temperatuur van 200° C kan weerstaan (392° F). Dit is de temperatuur van het verhittingsstation van de printer tijdens het afdrukken.
126 Hoofdstuk 5 - Afdrukken DU
6 Kopiëren Inleiding Iedereen kan kopiëren met behulp van het bedieningspaneel van het apparaat. Als u de HP LaserJet Director wilt gebruiken, moet uw computer rechtstreeks op het apparaat zijn aangesloten. In dit hoofdstuk vindt u informatie over het maken van kopieën op het apparaat en het wijzigen van kopieerinstellingen. Tip DU Wanneer u een overzicht wenst van de huidige instellingen van het apparaat kunt u een configuratierapport afdrukken (zie “Een configuratierapport afdrukken” op pagina 51).
Kopieertaken Het product functioneert als een standalone kopieerapparaat — u hoeft geen software te installeren of de computer in te schakelen om kopieën te maken. Kopieën kunnen over het algemeen het eenvoudigst en het snelst worden gemaakt via het bedieningspaneel. Kopieën kunnen over het algemeen het eenvoudigst en het snelst worden gemaakt via het bedieningspaneel. Gebruik de software voor het sorteren van omvangrijke taken en het maken van kleurenkopieën.
Het maken van zwartwitkopieën Met behulp van de volgende procedure kunt vanaf het apparaat kopieën maken. U kunt maar liefst 99 kopieën maken van een document dat maximaal 30 pagina’s lang is (afhankelijk van de dikte van de pagina’s). Wanneer de pagina’s van het document langer zijn dan het geselecteerde standaard papierformaat in de papierinvoerlade, dan worden de exemplaren op meerdere vellen afgedrukt. Zie “Wijzigen van het standaard papierformaat voor de papierinvoerlade” op pagina 40.
Het maken van zwartwitkopieën 1 Laad het document in de lade voor documentinvoer. 2 Pas de opties aan, zoals het contrast of de grootte van de kopie. 3 Druk op KOPIËREN als u slechts één kopie maakt. - Of Als u meerdere kopieën maakt, voer dan het aantal gewenste kopieën in en druk op KOPIËREN.
Het maken van kleurenkopieën U kunt kleurenkopieën maken door het apparaat het origineel te laten scannen en een kleurenprinter te gebruiken voor het maken van meerdere kopieën. De HP LaserJet 3200 maakt geen kleurenafdrukken Zie de software-Help voor meer informatie over het maken van kleurenkopieën.
De kopieerkwaliteit voor de huidige taak aanpassen De kopieerkwaliteit is standaard ingesteld op Tekst. Deze instelling is het beste voor items die voornamelijk tekst bevatten. Bij het kopiëren van een foto of afbeelding kunt u Foto selecteren om de kwaliteit te verbeteren. Wanneer u toner wilt besparen en u de kopieerkwaliteit niet zo belangrijk vindt, kunt u de optie Schets selecteren. Voor het wijzigen van het standaard kopieerkwaliteit, zie “De standaard kopieerkwaliteit veranderen” op pagina 135.
Kopieën voor de huidige taak verkleinen of vergroten Het apparaat kan kopieën verkleinen tot maximaal 25 procent van het origineel of vergroten tot maximaal 200 procent van het origineel. Het kan tevens automatisch de volgende verkleiningen en vergrotingen maken. Letter naar A4, A4 naar Letter en Legal naar Letter. Met de volgende procedure wijzigt u de verkleining of vergroting alleen voor de huidige taak.
Standaard kopieerinstellingen U kunt de standaard kopieerinstellingen via de software wijzigen. Zie onderstaande onderwerpen voor meer informatie.
De standaard kopieerkwaliteit veranderen Mogelijke instellingen zijn Tekst (de fabrieksinstelling), Foto en Schets. Opmerking Wanneer u de kwaliteit uitsluitend voor de huidige afdruktaak wilt aanpassen, zie “De kopieerkwaliteit voor de huidige taak aanpassen” op pagina 132. Als u de standaard kopieerkwaliteit wilt wijzigen, gaat u als volgt te werk 1 Druk op ENTER/MENU. 2 Druk op de < of de > toets om KOPIESETUP te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU.
Het standaard kopieercontrast veranderen Contrast is het verschil tussen de donkere en de lichte delen van een afbeelding. De schuifknop staat in het midden als het kopieercontrast op standaard is ingesteld. Opmerking Wanneer u het contrast uitsluitend voor de huidige kopieertaak wilt aanpassen, zie “Het gebruik van de toets Contrast voor het aanpassen van het contrast van de huidige fax- of kopieertaak” op pagina 131.
Het standaard kopieerformaat veranderen Het standaardkopieformaat duidt het percentage aan waarmee kopieën gewoonlijk worden verkleind of vergroot. Als u de fabrieksinstelling ORIGINEEL (100%) niet wijzigt, krijgen alle kopieën hetzelfde formaat als het origineel. Opmerking Wanneer u het kopieerformaat uitsluitend voor de huidige taak wilt aanpassen, zie “Kopieën voor de huidige taak verkleinen of vergroten” op pagina 133.
De standaard kopieersortering wijzigen U kunt het apparaat zodanig instellen dat meerdere exemplaren van documenten worden gesorteerd. Als u de functie voor sorteren hebt ingeschakeld en bijvoorbeeld twee kopieën maakt van drie pagina’s, worden de pagina’s in deze volgorde afgedrukt: 1,2,3,1,2,3. Als de functie voor sorteren niet is ingeschakeld, worden de pagina’s in deze volgorde afgedrukt: 1,1,2,2,3,3. De instelling voor sorteren geldt voor alle kopieën, totdat u de instelling verandert.
Het standaard aantal kopieën wijzigen U kunt het standaard aantal kopieën instellen tussen de 1 en de 99. De fabrieksinstelling is 1. Het standaard aantal kopieën wijzigen DU 1 Druk op ENTER/MENU. 2 Druk op de < of de > toets om KOPIESETUP te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU. 3 Druk op de < of de > toets om STAND.KOPIEËNAANT. te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU. 4 Voer het standaard aantal kopieën in (een getal tussen de 1 en de 99).
140 Hoofdstuk 6 - Kopiëren DU
7 Scannen Inleiding Het apparaat kan met een resolutie van 600 pixels per inch (ppi) scannen. Op de scanner kunnen kleurenscans worden gemaakt en zowel zwartwit- als keurenscans zijn zeer gedetailleerd. In dit hoofdstuk wordt een korte beschrijving gegeven van onderwerpen met betrekking tot de scanner zoals het scannen met behulp van software of vanaf het bedieningspaneel van het apparaat, de werking van de OCR-software en het verzenden van gescande items in de bijlage van e-mailberichten.
Basisinformatie over scannen Met dit product kunnen items op drie manieren worden gescand. Namelijk: Opmerking ! Via de software: Gebruik de HP LaserJet Director om het scannen te starten en voltooi het scannen via de software. Zie voor meer informatie “Scannen vanuit de productsoftware” op pagina 143. ! Via het apparaat: Plaats een item in de invoerlade voor documenten en druk op de SCANNEN toets op het bedieningspaneel van het apparaat.
Scannen vanuit de productsoftware In dit hoofdstuk wordt de scanmethode in twee fasen beschreven. 1 Beginnen met scannen – In dit hoofdstuk wordt het gebruik van de HP LaserJet Director beschreven voor het starten van een scan, het selecteren van scaninstellingen en het scannen van alle pagina’s te gelijk of per pagina. 2 Met gescande items werken – wanneer u voor scannen per pagina kiest, geeft dit hoofdstuk u informatie over de verschillende manieren waarop u een gescand item kunt bewerken.
3 Klik op de Scannen knop op de HP LaserJet Director. Het dialoogvenster van de HP LaserJet Scan-viewer verschijnt. 4 Een scanbestemming selecteren 5 Selecteer een kleurenscan door Scannen in kleur af te vinken. Het apparaat scant automatisch zwart-wit wanneer u deze optie niet aankruist. 6 Kies of u alle pagina’s tegelijk wilt scannen of pagina voor pagina. Wanneer u alle pagina’s tegelijk wilt scannen, klik dan op Scannen.
DU 3 Klik op de knop Scan op HP LaserJet Director. Het dialoogvenster van HP LaserJet Scan-viewer verschijnt. 4 Een scanbestemming selecteren 5 U selecteert de optie voor scannen in kleur door te klikken op “Scannen in kleur”. (Als deze optie niet is geselecteerd, scant het apparaat automatisch in zwart-wit.) 6 Kies of u alle pagina’s tegelijk wilt scannen of pagina voor pagina. Wanneer u alle pagina’s tegelijk wilt scannen, klik dan op Scan.
Met gescande items werken Wanneer u pagina per pagina wilt scannen, kunt u de bewerkingsfuncties op iedere pagina uitvoeren. De bewerkingsfuncties bestaan onder meer uit het lichter en donkerder maken van foto’s, het toevoegen of verwijderen van paginagedeeltes, het wijzigen van gebieden en het bijsnijden van gedeeltes. Met gescande items werken 1 Klik op Eerste pagina scannen. De eerste pagina wordt gescand en verschijnt in het afdrukvoorbeeldvenster.
Uitzoomen in het afdrukvoorbeeldvenster, weergave van het vorige voorbeeld of weergave van de volledige pagina (volledig uitzoomen). Uitzoommodus DU 3 Klik op Volgende pagina scannen to om bewerkingen van de vorige pagina op te slaan en de volgende pagina in de documentinvoerlade te scannen. Herhaal de stappen 2 en 3 voor de overige pagina’s in de documentinvoerlade. - Of Klik op Verzenden. De bewerkingen worden opgeslagen en de rest van de pagina’s wordt automatisch gescand.
De OCR-software Optical Character Recognition (OCR) is een technologie die letters in een gescande afbeelding herkent en converteert naar ASCII-tekens of bewerkbare tekst. OCR programma’s converteren sommige teksten preciezer dan andere teksten. Omdat OCR-technologie nooit perfect is, dienen alle geconverteerde teksten nauwkeurig te worden nagelezen om te controleren of de tekens correct zijn geconverteerd. De volgende teksttypen worden het meest nauwkeurig geconverteerd.
Scannen vanaf het bedieningspaneel van het apparaat U kunt documenten volledig scannen vanaf het bedieningspaneel van het apparaat (bewerken is niet mogelijk) en de documenten versturen naar een bestemming zoals Microsoft Word of een e-mailadres. Bestemmingen kunnen worden toegevoegd of worden verwijderd (zie “Scanbestemmingen toevoegen of verwijderen” op pagina 150). Opmerking Deze functie wordt niet ondersteund door Microsoft Windows 95.
Scanbestemmingen toevoegen of verwijderen U kunt de knop SCANNEN op het bedieningspaneel programmeren voor het scannen van items en het verzenden hiervan naar een bestemming. Elke Windows-compatibele computer die direct op het apparaat of op een netwerk is aangesloten, kan maximaal vijf bestemmingen toewijzen. Voor netwerkomgevingen is de standaardinstelling Archief. Het totaal aantal toegestane bestemmingen in een netwerk bedraagt 20.
3 Kruis de optie Deze actie uitvoeren wanneer de knop Scannen op het apparaat wordt ingedrukt aan. 4 Selecteer een item in de lijst Bestemmingen en klik vervolgens op Toevoegen. 5 Klik op Bewerken. 6 Voer in Bestemmingsnaam Toepassing de naam in van de bestemming zoals u deze op het bedieningspaneel van het apparaat wilt weergeven. Wanneer de bestemming die u toevoegt een e-mailadres is, voer dan het e-mailadres in bij E-mailadres. 7 Herhaal de stappen 4 tot en met 6 voor andere bestemmingen.
Opmerking 2 Klik op de knop Aanpassen op HP LaserJet Director. 3 In het tabblad Algemeen klikt u op “Een scan laten starten vanaf het apparaat” om deze optie te selecteren. 4 Selecteer een item uit de lijst en klik op Toepassen. U kunt u voor de knop SCANNEN op het apparaat slechts één bestemming kiezen. 5 Klik op OK om het dialoogvenster Aanpassen te sluiten.
Scannen met TWAIN-software Opmerking Wanneer u een document wilt scannen in Windows 95, dient u gebruik te maken van TWAIN-compatibele software. Voor alle andere besturingssystemen is het gebruik van TWAIN-compatibele software optioneel. Het apparaat is compatibel met TWAIN en werkt met Windows- en Macintosh-programma’s die het scannen met TWAIN ondersteunen.
Gescande items als bijlagen in een e-mailbericht versturen Het product en de software die bij het apparaat zijn geleverd werken met compatibele e-mailprogramma’s zodat u uw e-maildocumenten in PDF-formaat kunt versturen. Er zijn tevens andere opties mogelijk afhankelijk van de bestandsformaten die door uw e-mailprogramma worden ondersteund. De ontvanger kan deze documenten lezen en afdrukken met behulp van Adobe Acrobat Reader, dat van de website van Adobe kan worden gedownload.
Een e-mail verzenden in Microsoft Windows 95 Opmerking 1 Open een programma dat TWAIN ondersteunt om vanaf de toepassing te scannen. 2 Sla het bestand op. 3 Open uw e-mailprogramma. 4 Doe het document als bijlage bij het bericht en verzend de e-mail. Zie voor meer informatie “Scannen met TWAIN-software.”. E-mail versturen met Macintosh OS 8.6 en 9.
Een e-mail versturen in de alternatieve modus U kunt een document versturen in een e-mailbericht via de alternatieve modus. ! U hebt geen compatibel e-mailprogramma. ! De Emailen knop op de HP LaserJet Director verschijnt niet. ! Wanneer u geen toegang heeft tot de HP LaserJet Director. Een e-mail versturen in de alternatieve modus 1 Plaats het document in de lade voor documentinvoer. 2 Scan het document via de HP LaserJet Director of de software naar het bureaublad of de documentviewer.
8 Problemen oplossen en apparaatonderhoud Inleiding In dit hoofdstuk worden oplossingen gegeven voor problemen die u tijdens het gebruik van het apparaat kunt ondervinden. Het bevat tevens een beschrijving van de onderhoudstaken om de optimale functionaliteit van uw apparaat te garanderen. Opmerking De meeste antwoorden op vragen met betrekking tot de software vindt u in de Help voor de software.
Checklist voor het oplossen van algemene problemen Wanneer het apparaat niet naar behoren werkt, controleer dan eerst het volgende: ! Brandt het (groene) lampje Gereed en knippert het niet? Als het (gele) lampje Fout brandt, controleert u of er een bericht op het scherm van het bedieningspaneel wordt weergegeven.. ! Er worden geen foutberichten weergegeven op het computerscherm of op het bedieningspaneel van het apparaat. ! Het netsnoer is goed aangesloten op het apparaat en op een werkend stopcontact.
Problemen met faxen oplossen Zie de volgende hoofdstukken voor het oplossen van algemene faxproblemen en problemen bij het verzenden en ontvangen van faxen.
Hebt u een speciaal, gedeeld, PBX, of uitgebreid nummer? ! Speciale aansluiting: Er is een uniek fax- of telefoonnummer toegekend voor het ontvangen of verzenden van faxen en de telefoonkabel is aangesloten op de poort aan de achterzijde van het product die is niet voorzien van een etiket met een telefoonsymbool. ! Gedeelde telefoonlijn: Een systeem waarin zowel telefoon- en faxgesprekken worden ontvangen en verzonden via hetzelfde telefoonnummer en dezelfde telefoonlijn.
Het HP LaserJet apparaat wordt gedeeld met een ander apparaat Antwoordapparaat van telefoon (TAM) Een antwoordapparaat dient rechtstreeks op de poort met het telefoonsymbool aan de achterzijde van het apparaat te worden aangesloten of dient te worden gedeeld op dezelfde telefoonlijnextensie. DU ! Zet het aantal keren dat het apparaat moet overgaan op één toon meer dan het antwoordapparaat van de telefoon. Raadpleeg de software-Help voor meer informatie.
Algemene faxproblemen Gebruik de tabel in dit hoofdstuk voor het oplossen van faxproblemen. Probleem Oorzaak Oplossing Er is geen parallelle poort of USB-poort beschikbaar of de parallelle poort of USB-poort wordt gedeeld met een ander apparaat. Het apparaat moet waarschijnlijk rechtstreeks worden aangesloten op de parallelle poort of de USB-poort van de computer. Het apparaat kan de parallelle poort niet delen met een ander apparaat.
Problemen met het verzenden van faxen Gebruik de tabel in dit hoofdstuk voor het oplossen van eventuele problemen bij het verzenden van faxen. Probleem Oorzaak Oplossing De verzending Het ontvangende faxapparaat werkt van faxen stopt mogelijk niet goed. halverwege. Verzend de fax naar een ander faxapparaat. Op het apparaat worden faxen ontvangen, maar niet verzonden. Als het apparaat is geïnstalleerd op een PBX-systeem, genereert het PBXsysteem een kiestoon die niet wordt herkend door het apparaat.
Probleem Oorzaak Oplossing Faxen die u verzendt, komen niet aan bij het ontvangende faxapparaat. Het ontvangende faxapparaat is uitgeschakeld of bevat een foutconditie, bijvoorbeeld omdat het papier op is. Bel de ontvanger en controleer of zijn of haar faxapparaat aan staat en gereed is om faxen te ontvangen.
Problemen met het ontvangen van faxen Gebruik de tabel in dit hoofdstuk voor het oplossen van eventuele problemen bij het ontvangen van faxen Probleem Oorzaak Oplossing Het ontvangen van faxen van een extern toestel kan niet worden gestart. De instelling Extra toestel is mogelijk uitgeschakeld. Zie “Een extra telefoon aansluiten” op pagina 98 voor het wijzigen van deze instelling. De telefoonkabel is mogelijk niet goed aangesloten.
Probleem Oorzaak Oplossing Inkomende faxoproepen worden niet beantwoord door het apparaat. De antwoordmodus is mogelijk ingesteld op Handmatig. Als de antwoordmodus is ingesteld op Handmatig, worden oproepen door het apparaat niet beantwoord. U moet de telefoon zelf opnemen en de fax ontvangen. De optie Aantal belsignalen is mogelijk niet goed ingesteld. Controleer de instelling voor Aantal belsignalen in uw configuratie.
Probleem Oorzaak De optie Ontvangen naar PC De faxen is mogelijk ingeschakeld. worden niet zoals verwacht afgedrukt. Faxen die worden verzonden naar de computer, worden ontvangen op het apparaat. Faxen worden zeer traag verzonden of ontvangen. DU Oplossing Schakel de optie Ontvangen naar PC uit in de HP LaserJet Apparaatuurconfiguratie: 1 Klik op Start, Programma’s, HP LaserJet 3200, Extra en klik vervolgens op HP LaserJet Apparaatuurconfiguratie.
Probleem Oorzaak Faxen worden De papierinvoerlade is leeg. niet of niet goed afgedrukt op het apparaat. De optie Ontvangen op PC is geselecteerd en faxen worden ontvangen op de computer. Oplossing Afdrukmateriaal laden Faxen die worden ontvangen terwijl het papier op is, worden opgeslagen in het geheugen en worden afgedrukt nadat het papier is bijgevuld.
Afdrukproblemen oplossen Raadpleeg onderstaande hoofdstukken voor het oplossen van algemene afdrukproblemen. Opmerking ! Algemene afdrukproblemen ! Afdrukproblemen bij het gebruik van MS-DOS Zie ook “Problemen met de beeldkwaliteit oplossen” op pagina 191. Algemene afdrukproblemen Gebruik de tabel in dit hoofdstuk voor het oplossen van afdrukproblemen. Probleem Oorzaak Het apparaat moet rechtstreeks zijn Er is geen parallelle poort aangesloten op de parallelle poort of de USB-poort van de computer.
Probleem Oorzaak Oplossing Het apparaat antwoordt niet nadat “Afdrukken” is geselecteerd in de software, of u krijgt een bericht op het computerscher m waarin wordt gemeld dat er een fout is opgetreden tijdens het afdrukken naar de parallelle poort of USB-poort. De printer is een complexe afbeelding aan het afdrukken. Geef de computer extra tijd om de afbeelding te verzenden. De afdruktaak is onderbroken. Hervat het afdrukken vanuit het venster Printers.
Probleem Oorzaak Oplossing Het product werkt niet goed. Het apparaat antwoordt niet nadat “Afdrukken” is geselecteerd in de software, Een ander apparaat veroorzaakt of u krijgt een een conflict met de parallelle poort. bericht op het computerscher m waarin wordt gemeld dat er een fout is opgetreden tijdens het afdrukken naar de parallelle poort. Probeer af te drukken vanuit een ander programma. Probeer een configuratierapport af te drukken (zie “Een configuratierapport afdrukken” op pagina 51).
Probleem Oorzaak Oplossing Tijdens het afdrukken vanuit een MS-DOSprogramma dat onder Windows is gestart, verschijnt het bericht: “Er is een fout opgetreden bij het schrijven naar LPT1: voor de printer (naam van printer, niet bekend of niet ingevuld): Krijg geen toegang tot poort...” Het aankruisvakje MS-DOS printopdrachten spoolen kan zijn geselecteerd voor andere printerstuurprogramma’s op de computer.
Afdrukproblemen bij het gebruik van MS-DOS Met behulp van de informatie in dit hoofdstuk kun u problemen oplossen tijdens het afdrukken in MS-DOS. Een basisverbinding met het apparaat opstarten 1 Klik voor Windows 95 en 98 op Start en klik vervolgens op Sluiten. 2 Klik op De computer opnieuw opstarten in MS-DOS modus. 3 Voer na de opdrachtprompt Dir>PRN in en druk op ENTER op het keyboard. 4 Raadpleeg de antwoorden van de computer en de mogelijke oplossingen in onderstaande tabel.
Kopieerproblemen oplossen Zie onderstaande tabel voor het oplossen van algemene kopieerproblemen. Zie ook “Problemen met de beeldkwaliteit oplossen” op pagina 191 en “Problemen met het invoeren van papier oplossen” op pagina 180. Probleem Oorzaak Oplossing Er is geen parallelle poort of USB-poort beschikbaar of de parallelle poort of USB-poort wordt gedeeld met een ander apparaat.
Probleem Oorzaak Oplossing Er wordt slechts één exemplaar van een taak gekopieerd, hoewel er meerdere kopieën zijn opgegeven. Het hele document dat u wilt kopiëren moet in het geheugen passen, anders wordt slechts één exemplaar afgedrukt. Gebruik de HP LaserJet Director om meerdere kopieën van een groot document te maken. - Of Verdeel de taak in kleinere taken met minder pagina’s. Op de afdruk zijn lichte of donkere verticale strepen te zien. De glasplaat van de scanner is vuil.
Scannerproblemen oplossen Gebruik de volgende tabel voor het oplossen van kwaliteitsproblemen met scannen. Zie ook “Problemen met de beeldkwaliteit oplossen” op pagina 191 en “Problemen met het invoeren van papier oplossen” op pagina 180. Probleem Oorzaak Het bericht op De parallelle poort van de computer ondersteunt bidirectionele het scherm communicatie niet volledig. meldt een probleem bij het openen van de scanner. TWAIN-bron kan niet worden geopend.
Probleem Oorzaak Oplossing De scanner stopt halverwege met scannen. De maximumlengte voor pagina’s die worden gescand is 88,90 cm (889 mm). Als de pagina langer is, stopt het scannen bij 88,90 cm (889 mm). Probeer de pagina niet uit de scanner te trekken omdat u daarmee de scanner zou kunnen beschadigen. Zie voor het verwijderen van de pagina “Vastgelopen papier uit het scannergedeelte verwijderen” op pagina 187.
Probleem Oorzaak Oplossing Gescande items verschijnen niet op de computer. Het item is niet opgeslagen als een Zorg ervoor dat u gescande items opslaat als bestand. bestand. Zie “De OCR-software” op pagina 148. De gescande tekst kan niet worden bewerkt. Als het item in de software geladen is, kan de tekst niet worden bewerkt. Converteer de tekst met een OCR-programma (meegeleverd met het apparaat) en open de tekst in een tekstverwerkingsprogramma. Er is niet genoeg schijfruimte.
Probleem Oorzaak Oplossing Er verschijnt een groot aantal onjuiste tekens in een item dat met de OCRkoppeling is geconverteerd. De betrouwbaarheid van de OCRkoppeling hangt af van de kwaliteit, de grootte en de structuur van het originele document en van de kwaliteit van de scan zelf. Om de best mogelijke resultaten te krijgen bij het gebruik van de OCR-koppeling kiest u de scaninstelling voor tekst en verwerkt u alleen heldere, duidelijke tekst.
Problemen met het invoeren van papier oplossen Raadpleeg bovengenoemde hoofdstukken voor het oplossen van problemen met het invoeren van papier ! Vastgelopen papier uit de printerbanen verwijderen ! Vastgelopen papier uit het scannergedeelte verwijderen Vastgelopen papier uit de printerbanen verwijderen Af en toe kan er papier vastlopen in de papierinvoerbak, de invoergleuf voor losse vellen, de papieruitvoerbak of de papieruitvoergleuf aan de voorkant.
Raadpleeg de volgende tabel voor specifieke oorzaken en oplossingen voor vastgelopen papier in de printerbanen. Probleem Oorzaak Oplossing Het afdrukmateriaal in de Pagina’s worden gekruld papieruitvoerbak is gekruld of gevouwen. of gekreukeld uitgevoerd uit het apparaat. Maak gebruik van de uitvoergleuf aan de voorkant door de papierbaanhendel in de laagste positie te zetten. Zie “Selecteren van de uitvoerbaan” op pagina 33. Papier is niet juist opgeslagen.
Probleem Oorzaak Oplossing De afdruk is niet goed uitgelijnd op de pagina (gekantelde pagina’s). Er zit wellicht te veel papier in de papierinvoerlade. Haal wat papier uit de papierinvoerbak. De papiergeleiders zijn niet goed afgesteld. Zorg dat u het papier centreert met behulp van de geleiders. Controleer ook of de geleiders niet te strak of te los tegen het papier zijn geplaatst. Het gewicht of het oppervlak van het papier voldoet niet aan de specificaties van HP.
Probleem Oorzaak Oplossing Geleiders zijn niet juist ingesteld. Het apparaat voert meerdere vellen tegelijk door of loopt regelmatig vast in de papierinvoerlade of de invoergleuf voor afzonderlijke Er is extra papier toegevoegd aan de vellen. Verwijder het papier uit de papierinvoerbak of de invoergleuf voor losse vellen. Maak een rechte stapel en plaats die terug in de invoerbak. Of plaats het losse vel terug in de invoergleuf.
U verwijdert vastgelopen papier op de volgende manier uit de invoerbak of invoergleuf Als het grootste deel van het vastgelopen vel papier nog zichtbaar is in de papierinvoerbak of de invoergleuf voor losse vellen, trekt u het vastgelopen papier er rechtop en met beide handen uit. Stapel het afdrukmateriaal weer recht op en voer het opnieuw in. Opmerking Zorg dat u het papier centreert met behulp van de geleiders.
2 Verwijder de tonercassette. Bescherm de cassette tegen licht zolang deze zich niet in de printer bevindt. VOORZICHTIG Vermijd het aanraken van de lange, zwarte sponsrol aan de binnenkant van het apparaat. Als u de sponsrol aanraakt, kan dat de afdrukkwaliteit verminderen. 3 Als het vastgelopen papier zich in de buurt van de tonercartridge bevindt, maar nog niet de fuser en de roller heeft bereikt, kunt u proberen het vel er voorzichtig en recht uit te trekken.
5 Als het papier in de papieruitvoergleuf aan de voorkant is vastgelopen, pakt u het vel vast en trekt u het voorzichtig recht omhoog en naar buiten. 6 Als het vastgelopen papier alleen zichtbaar is als u van voren door de uitvoergleuf aan de voorkant naar binnen kijkt, tilt u de voorklep met één hand een klein stukje op. Met uw andere hand pakt u het vel vast en trekt u het naar u toe.
Vastgelopen papier uit het scannergedeelte verwijderen Het kan voorkomen dat papier vastloopt in de documentinvoerlade. Zie “Identificatie van hardwareonderdelen” op pagina 22 voor meer informatie. Dit hoofdstuk bevat informatie over de volgende onderdelen.
Probleem Oorzaak De hendel voor speciale media staat niet Het apparaat voert meerdere in de juiste stand. vellen tegelijk door of loopt vaak vast in de documentinvoerlade. Oplossing De hendel voor speciale media moet naar links worden verplaatst als u documenten op normaal papier invoert. De hendel moet naar rechts worden verplaatst als u dikke documenten verwerkt, die maar met één pagina per keer kunnen worden ingevoerd.
Vastgelopen papier uit het scannergedeelte verwijderen Volg onderstaande procedure voor het verwijderen van vastgelopen papier in de scanner U verwijdert vastgelopen papier op de volgende manier uit het scannergedeelte: 1 Trek met beide handen de klep voor het vrijmaken van documenten (bedieningspaneel) naar u toe. 2 Verwijder al het afdrukmateriaal dat is vastgelopen. VOORZICHTIG Gebruik alleen uw handen om het vastgelopen papier te verwijderen.
3 Controleer of alle stukjes afdrukmateriaal zijn verwijderd en sluit vervolgens de klep. 4 Om het vastlopen van papier in de toekomst te voorkomen, zorgt u ervoor dat de hendel voor speciale media in de juiste positie staat voor het document dat u laadt. Zie “Afdrukmateriaal laden” op pagina 27.
Problemen met de beeldkwaliteit oplossen Aan de hand van dit hoofdstuk van de handleiding kunt problemen met de afdrukkwaliteit vaststellen en oplossen. Problemen met de afdrukkwaliteit kunnen over het algemeen vrij eenvoudig worden verholpen door ervoor te zorgen dat uw printer goed wordt onderhouden en door papier te gebruiken dat conform de specificaties van HP is.
Zie “Tonervlekken” op pagina 196 Zie “Vlekken” op Zie “Horizontal pagina 196 zwarte strepen of vegen” op pagina 197 Zie “Herhalende afbeelding” op pagina 197 Zie “Herhalende defecten” op pagina 198 Zie Zie “Losse toner” Zie “Gekantelde “Tonervegen” op op pagina 199 pagina” op pagina 198 pagina 199 Zie “Kreukels Zie “Vervormde en vouwen” op tekens” op pagina 204 pagina 200 Zie “Verticale Zie “Grijze Zie “Bandensporen” witte strepen” op achtergrond” op pagina 200 op pagina 204 pagina 201 Zie “Witte vle
Lichte afdruk (gedeeltelijke pagina) De tonercartridge is mogelijk bijna op. Vervang de tonercartridge. Lichte afdruk (hele pagina) 1 Wanneer u bezig bent met afdrukken, klik dan op het tabblad Afwerking in uw printerstuurprogramma om de EconoMode uit te schakelen. 2 Ga naar het menu ALGEMENE INST. in het bedieningspaneel om de tonerdichtheid te verhogen. 3 Het is mogelijk dat het contrast op een lichtere instelling is ingesteld. 4 Probeer ander papier te gebruiken.
Randen van afbeeldingen worden niet afgedrukt. Het apparaat kan de randen van het papier niet afdrukken. Op het apparaat zijn langs alle randen minimummarges ingesteld van 6,4 mm (0,25 inch). Bij afdrukken of kopiëren is de optie voor verkleining niet correct ingesteld. ! Bij het afdrukken controleert u de instelling voor de automatische verkleining in het venster Afdrukken van het programma dat u gebruikt.
Vervaagde afdruk of witte strepen 1 Controleer of de tonercartridge bijna op is. 2 Het papier dat u gebruikt voldoet niet aan de papierspecificaties van HP (het is bijvoorbeeld te vochtig of te ruw). 3 De instelling voor de tonerdichtheid moet mogelijk worden bijgesteld. 4 Het is mogelijk dat een gedeelte van het product is beschadigd. Zie “Het beheren van HP LaserJet toner cartridges” op pagina 228. 5 Pas de instelling vanaf het bedieningspaneel aan. 6 Neem voor ondersteuning contact op met HP.
Tonervlekken Na een papierstoring kunnen er tonervlekken op een pagina verschijnen. 1 Druk nog een aantal pagina’s af om te controleren of het probleem van zelf wordt verholpen. 2 Wanneer dit probleem zich regelmatig voordoet, stel u printer dan in op het automatisch doorvoeren van een reinigingsblad (zie “De afdrukbaan reinigen” op pagina 223.) 3 Controleer de tonercartridge op lekken. Wanneer de tonercartridge lekt, vervang deze dan.
Horizontal zwarte strepen of vegen Opmerking 1 Controleer of de tonercartridge correct geïnstalleerd is. 2 Controleer of u alle tape van de tonercartridge heeft verwijderd voordat u de cartridge installeerde. Als u dit heeft gedaan, is de tonercartridge mogelijk defect en dient deze te worden vervangen. Zie “De toner cartridge installeren” in de Beknopte handleiding. De tonercartridge kan nog onder de garantie vallen. Zie “Garantieinformatie” op pagina 255.
Herhalende defecten 1 Druk nog een aantal pagina’s af om te controleren of het probleem van zelf wordt verholpen. 2 Wanneer de afstand tussen de vlekken 38 mm of 94 mm is, moet de tonercartridge mogelijk worden vervangen. 3 Zie “De afdrukbaan reinigen” op pagina 223. 4 Zie “Herhalende afbeelding” op pagina 197 onderstaande oplossing. Tonervegen Zie ook “Losse toner” op pagina 199. 1 Druk nog een aantal pagina’s af om te controleren of het probleem van zelf wordt verholpen.
Losse toner Losse toner verwijst in deze context naar toner die van de pagina kan worden geveegd. 1 Wanneer één zijde van het afdrukmateriaal ruwer is, probeer dan op de gladdere zijde af te drukken. 2 Zorg ervoor dat de omgevingspecificaties van de printer worden gehandhaafd (zie “Algemene specificaties” op pagina 238). 3 Zorg dat het type en de kwaliteit van het afdrukmateriaal conform de specificaties van HP zijn (zie “Afdrukmateriaal selecteren” op pagina 24).
Grijze achtergrond 1 Gebruik geen papier dat reeds door de printer is gevoerd. 2 Druk nog een aantal pagina’s af om te controleren of het probleem van zelf wordt verholpen. 3 Draai de papierstapel in de papierinvoerbak om. Probeer het papier tevens 180° te draaien. 4 Ga naar het Menu Afdrukkwaliteit in het bedieningspaneel van de printer om de tonerdichtheid lager in te stellen. 5 Zorg ervoor dat de omgevingspecificaties van de printer worden gehandhaafd, Zie “Algemene specificaties”.
Gescande afbeeldingen zijn te licht of te donker 1 Pas de instellingen voor resolutie en/of contrast aan in het dialoogvenster dat verschijnt als u op Scannen klikt in de HP LaserJet Director. 2 Als de originele afbeelding op gekleurd papier was afgedrukt, of op bruin kringlooppapier, is de tekst misschien niet duidelijk leesbaar. Pas de instellingen voor resolutie, contrast en/of licht en donker aan in het dialoogvenster dat verschijnt als u op Scannen klikt in de HP LaserJet Director.
Witte vlekjes op zwart 1 Druk nog een aantal pagina’s af om te controleren of het probleem van zelf wordt verholpen. 2 Zorg dat het type en de kwaliteit van het afdrukmateriaal conform de specificaties van HP zijn. 3 Zorg ervoor dat de omgevingspecificaties van de printer worden gehandhaafd, 4 Vervang de tonercartridge. Krullen of golven 1 Draai de papierstapel in de papierinvoerbak om. Probeer het papier tevens 180° te draaien.
Zwarte pagina 1 De tonercartridge is misschien niet goed geïnstalleerd. Verwijder de tonercartridge en plaats deze opnieuw in de printer. 2 De tonercartridge is mogelijk beschadigd. De tonercartridge kan nog onder de garantie vallen. Zie “Garantie-informatie” op pagina 255. 3 Het apparaat dient mogelijk te worden gerepareerd wanneer het probleem zich blijft voordoen nadat de tonercartridge is vervangen. Zie “Informatie over service en ondersteuning” op pagina 255.
Er worden steeds lege pagina’s afgedrukt 1 Controleer of u alle tape van de tonercartridge heeft verwijderd voordat u de cartridge installeerde. 2 Vervang de tonercartridge. 3 Druk een zelftestpagina af. Kreukels en vouwen 1 Druk nog een aantal pagina’s af om te controleren of het probleem van zelf wordt verholpen. 2 Zorg ervoor dat de omgevingspecificaties van de printer worden gehandhaafd, 3 Draai de papierstapel in de papierinvoerbak om. Probeer het papier tevens 180° te draaien.
Problemen oplossen die worden aangegeven door foutberichten op het bedieningspaneel De foutberichten op het bedieningspaneel zijn alfabetisch gerangschikt. De foutberichten op het bedieningspaneel zijn alfabetisch gerangschikt. Bericht Oorzaak Oplossing ###: [GROEPNAAM] IS GROEP. DRUK OP 50.X FUSERFOUT Het apparaat wacht totdat u op een geprogrammeerde sneltoets drukt of een snelkiescode invoert voor en groepkiescode. Voeg faxnummers toe aan de kiescode voor groepen.
Bericht Oorzaak Oplossing 62.X PRINTERFOUT Er is een interne hardware fout opgetreden in het apparaat. Verwijder het snoer uit het apparaat, wacht ten minste 30 seconden, sluit het snoer opnieuw aam en wacht totdat het apparaat is opgestart. Wanneer het bericht niet verdwijnt, dient het apparaat te worden nagekeken. 79 SERVICE (####) Er is een interne hardware fout opgetreden in het apparaat.
Bericht Oorzaak Oplossing COMMUNICATIEFOUT Er is een faxcommunicatiefout opgetreden tussen het apparaat en de zender of ontvanger. Probeer nogmaals een fax te zenden met het apparaat. Haal de telefoonkabel uit de telefoonaansluiting, sluit een telefoontoestel aan en breng een gesprek tot stand. Sluit de telefoonkabel van het apparaat aan op een andere telefoonaansluiting. Zie “Problemen met faxen oplossen” op pagina 159.
Bericht Oorzaak Oplossing FAX ANTWOORDT NIET OP KIEZEN IN WACHT U wilde een fax verzenden, maar de ontvangende faxlijn gaf geen antwoord. Het apparaat zal proberen over een paar minuten opnieuw te kiezen. Probeer nogmaals een fax te zenden met het apparaat. Bel de ontvanger om te controleren of zijn faxapparaat ingeschakeld en gereed is. Controleer of u het juiste faxnummer hebt ingevoerd.
Bericht Oorzaak Oplossing FAXVERZENDFOUT Er is een fout opgetreden tijdens het verzenden van een fax. Probeer de fax opnieuw te verzenden. Verzend de fax naar een ander faxnummer. Controleer of de telefoonkabel goed is aangesloten door deze uit de aansluiting te halen en er weer in te stoppen. Controleer de kiestoon door te drukken op FAXEN/VERZENDEN. Controleer of de telefoon werkt.
Bericht Oorzaak Oplossing GEEN KIESTOON Het apparaat heeft geen kiestoon aangetroffen. Haal de telefoonkabel uit het apparaat en de telefoonaansluiting en sluit de kabel opnieuw aan. Haal de telefoonkabel uit de telefoonaansluiting, sluit een telefoontoestel aan en breng een gesprek tot stand. Sluit de telefoonkabel van het apparaat aan op een andere telefoonaansluiting. Zie “De optie Kiestoon detecteren wijzigen”. Zie “Problemen met faxen oplossen” op pagina 159. GEEN DOC.
Bericht Oorzaak HERSTEL STROOMFOUT FAXEN AFDRUKKEN HERSTEL STROOMFOUT VERZ: [FAXNUMMER] APPARAAT UIT CONTROLEER DIMM #[1-3] PAPIER IN PRINTER ONTRUIM PAPIERBAAN Het apparaat drukt alle ontvangen faxen Het apparaat heeft een stroomstoring gevonden en drukt alle faxen af die nog af die nog niet waren afgedrukt. Nadat de faxen zijn afgedrukt, gaat het niet waren afgedrukt. apparaat terug naar de gereed stand. PRINTERDEUR OPEN GEEN TONERCARTRIDGE PRINTERPAPIERLADE IS LEEG.
Bericht Oorzaak Oplossing ONTVANG. FAX BEZIG. OPNW KIEZEN IN WACHT Het faxnummer waarnaar u een fax verzendt is bezet. Het apparaat kiest het nummer dat in gesprek is automatisch opnieuw. (Zie “De wijze van opnieuw kiezen door het apparaat wijzigen” op pagina 87.) Probeer nogmaals een fax te zenden met het apparaat. Bel de ontvanger om te controleren of zijn faxapparaat ingeschakeld en gereed is. Controleer of u het juiste faxnummer hebt ingevoerd.
Algemene Macintosh-problemen In dit hoofdstuk worden de volgende algemene Macintosh-problemen besproken: ! Problemen met de Kiezer ! Afdrukfouten ! USB-problemen ! Een andere PPD selecteren ! De naam van het printerstuurprogramma wijzigen ! PostScript-fouten oplossen Problemen met de Kiezer Opmerking Zie voor meer informatie over de Kiezer de Mac OS-Help op uw computer. Probleem Oorzaak De De software is niet goed pictogrammen geïnstalleerd.
Probleem De productnaam verschijnt niet in het vak “Selecteer een PostScript printer” in de Kiezer. Oorzaak Oplossing Controleer of de kabels goed zijn aangesloten, of het apparaat is ingeschakeld en of het lampje Gereed brandt. Controleer of in de Kiezer het juiste printerstuurprogramma is geselecteerd. Als het apparaat zich bevindt op een netwerk met meerdere zones, controleer dan of in het vak “AppleTalk-zones” in de Kiezer de juiste zone is geselecteerd. Controleer of AppleTalk is ingeschakeld.
Afdrukfouten Zie voor meer informatie over de Kiezer de Mac OS-Help op uw computer. Probleem Oorzaak Oplossing Een afdruktaak Mogelijk heeft een andere printer met Controleer de AppleTalk-naam van is niet naar de dezelfde of een vergelijkbare naam de printer die op de zelf-testpagina gewenste printer uw afdruktaak ontvangen. wordt weergegeven. gestuurd. Controleer of de kabels goed zijn aangesloten, of het product is ingeschakeld en of het lampje Gereed brandt.
USB-problemen Gebruik onderstaande tabel om problemen op te lossen die kunnen optreden als het apparaat op uw Macintosh is aangesloten met een USB-kabel. Probleem Oorzaak Oplossing Er kan niet worden afgedrukt vanaf een USB-kaart van derden. Deze fout doet zich voor wanneer de software voor USB-printers niet is geïnstalleerd. Als u een USB-kaart van derden toevoegt, hebt u mogelijk de USB Adapter Card Support software van Apple nodig.
Probleem Het HP LaserJet 3200 apparaat verschijnt niet in het installatieprogramma van het All in one product. DU Oorzaak Oplossing Softwareproblemen oplossen Controleer of uw Macintosh USB ondersteunt. Controleer of uw Macintosh Mac OS 8.6 of hoger heeft. Hardwareproblemen oplossen Controleer of de printer is ingeschakeld. Controleer of de USB-kabel goed is aangesloten. Controleer of u de juiste high-speed USB-kabel gebruikt. Controleer of er niet te veel USB-apparaten voeding aan de keten onttrekken.
Een andere PPD selecteren U kunt een andere PostScript Printer Description (PPD) selecteren. PPD’s hebben samen met het stuurprogramma toegang tot de printerfuncties en stellen de computer in staat met het apparaat te communiceren. Een andere PPD selecteren 1 Open de Kiezer in het Apple-menu. 2 Klik op het pictogram HP LaserJet Print. 3 Als u bent aangesloten op een netwerk met meerdere zones, selecteert u in het vak AppleTalk-zones de zone waar de printer zich bevindt.
De naam van het printerstuurprogramma wijzigen Als u de naam van het printerstuurprogramma gaat wijzigen, doet u dit voordat u de printer in de Kiezer selecteert. Als u de naam van het printerstuurprogramma wijzigt nadat u het in de Kiezer hebt geselecteerd, moet u teruggaan naar de Kiezer en het opnieuw selecteren. Gebruik in het hulpprogramma van de HP LaserJet de functie Stel printernaam in om de naam van het printerstuurprogramma te wijzigen.
Probleem Oorzaak Oplossing Er wordt een PS-foutpagina afgedrukt. De afdruktaak is mogelijk geen PS. Controleer of de afdruktaak een PS-taak is. Controleer of de softwaretoepassing verwacht dat een setup- of PS-headerbestand naar de printer wordt gezonden header. Grenscontrolefout Afdruktaak is te complex. Mogelijk moet u de taak afdrukken met 600 punten per inch, de complexiteit van de pagina verminderen of meer geheugen installeren.
Herstellen van fabrieksinstellingen Wanneer u alle standaardinstellingen wilt wijzigen in de fabrieksinstellingen en een faxkopregel en een bedrijfsnaam wilt toevoegen, volg dan onderstaande instructies. Het apparaat opnieuw instellen DU 1 Druk op ENTER/MENU. 2 Druk op < of de > toets om ONDERHOUD te selecteren en druk vervolgens op ENTER/MENU. 3 Druk op de < of de > toets om HERSTEL STAND.WRDN te selecteren, druk op ENTER/MENU en vervolgens nogmaals op ENTER/MENU om uw selectie te bevestigen.
De software verwijderen Gebruik de procedures in dit hoofdstuk om de HP LaserJet 3200 software te verwijderen van een Windows-compatibele computer en een Macintosh-compatibele computer. Software verwijderen op een Windows-compatibele computer Met de optie voor het ongedaan maken van de installatie kunt u het apparaat en de Readiris-software van uw computer verwijderen. Opmerking Om de software te verwijderen in Windows NT 4.0 of Windows 2000 dient u zich aan te melden als Beheerder.
Apparaatonderhoud Dit hoofdstuk bevat de volgende onderwerpen: ! De afdrukbaan reinigen ! De scannerbaan reinigen ! De scanner opnieuw kalibreren ! Het beheren van HP LaserJet toner cartridges ! Geheugen gebruiken (DIMM’s) ! Een nieuwe scheidingsbaan voor documenten in de scanner installeren De afdrukbaan reinigen Volg deze procedure wanneer u tonervlekken op afdrukken aantreft. Tijdens deze procedure wordt een pagina met toner afgedrukt die moet worden weggegooid.
De scannerbaan reinigen U zult onderdelen van de scanner moeten schoonmaken als de toner op het papier dat u scant, met de hand kan worden uitgeveegd, of als er veel stof of vuil op het papier zit. Deze onderdelen moeten ook worden schoongemaakt als er vlekken of andere sporen op documenten of op scans van documenten zitten. Waarschuwing! Voordat u de HP LaserJet 3200 gaat reinigen, moet u eerst de stekker uit het stopcontact halen.
VOORZICHTIG Als u alcohol moet gebruiken, gebruik dan maar een kleine hoeveelheid. Het blootstellen van interne onderdelen aan druppelende alcohol kan tot beschadigingen leiden 3 Als de lange, glazen strook tegenover de witte strook vuil is, maakt u deze schoon met een droge katoenen doek. Als er nog steeds wat vuil op de glazen strook aanwezig is, doopt u een doekje in een kleine hoeveelheid isopropyl-alcohol en maakt u het glas voorzichtig schoon.
5 Inspecteer het drukkussen en de drie drukvoetjes bijna bovenaan op de binnenkant van de klep voor het vrijmaken van documenten op vuil en papierresten. Als ze vuil zijn maakt u ze schoon met een pluisvrije doek, met een klein beetje alcohol. 6 Poets met een droge, pluisvrije doek in een heen-en-weergaande beweging de rollen, drukkussens en drukvoetjes om losgekomen vuil te verwijderen. 7 Sluit de klep nadat de alcohol in het scannergebied geheel is opgedroogd.
De scanner opnieuw kalibreren De HP LaserJet 3200 is in de fabriek gekalibreerd. Het kan echter noodzakelijk zijn de scanner opnieuw te kalibreren als u merkt dat er zwarte of witte strepen lopen door faxen, kopieën of items die naar de computer zijn gescand. Als u de scanner opnieuw wilt kalibreren, gaat u als volgt te werk DU 1 Maak de HP LaserJet 3200 schoon voordat u het apparaat opnieuw kalibreert. (Zie “De scannerbaan reinigen” op pagina 224.) 2 Op het bedieningspaneel drukt u op ENTER/MENU.
Het beheren van HP LaserJet toner cartridges Het is raadzaam HP LaserJet-tonercartridges te gebruiken. Met de combinatie van het apparaat, de tonercartridge en de tonerformule garandeert HP optimale afdrukkwaliteit en betrouwbaarheid. Voor het bestellen van HP LaserJet toner cartridges, zie “Onderdelen bestellen” op pagina 267. Met een tonercartridge kunt u ongeveer 2500 pagina’s afdrukken, als u gangbare zakelijke brieven afdrukt waarvan de tekst circa 5 procent van de pagina beslaat.
Als u de toner opnieuw wilt verdelen, gaat u als volgt te werk: DU 1 Trek de printerklep open met behulp van de twee klemmetjes voor de klepontgrendeling. 2 Met behulp van de hendel kunt u de tonercartridge uit het apparaat verwijderen. 3 Schud de tonercartridge circa twee keer per seconde heen en weer om de toner gelijkmatig te verdelen.
4 Houd de cartridge aan de handgreep vast (op zo’n manier dat de pijlen in de richting van het apparaat wijzen) en schuif de cartridge in de zwarte sleuven in het apparaat. Draai de cartridge stevig op zijn plaats, sluit de printerklep en sluit de klep van de papierbaan aan de voorkant.
Geheugen gebruiken (DIMM’s) Het apparaat is voorzien van drie sleuven voor DIMMs (Dual in-line memory module). U kunt de DIMM vinden door de klep van het printergeheugen aan de achterzijde van het apparaat te openen. Twee van de drie sleuven worden gebruikt maar de derde DIMM (het dichtst bij de klep naar het printergeheugen) kan voor extra geheugen worden gebruikt. U kunt extra geheugen bij HP bestellen (zie “Onderdelen bestellen” op pagina 267).
3 Verwijder de DIMM chip uit zijn antistatische zak door de chip aan de bovenrand vast te pakken. 4 Plaats de DIMM chip over de buitenste sleuf heen die zich het dichtst bij de geheugenklep van de printer bevindt. De gouden contacten dienen naar beneden te wijzen en de uitsparingen dienen zich aan de linkerzijde te bevinden. 5 Druk de DIMM chip voorzichtig helemaal de sleuf in en zorg dat de chip hierbij rechtop staat. De nokken klemmen dienen naar binnen te draaien.
6 Vergrendel de nokkenklemmen door de hendels naar elkaar toe te drukken, 7 Sluit de geheugenklep van het apparaat. De DIMM installatie testen Druk een configuratierapport af om te controleren of de zojuist geïnstalleerde DIMM door het apparaat geregistreerd is. Zie “Een configuratierapport afdrukken” op pagina 51. Het configuratierapport geeft de hoeveelheid geheugen weer die het apparaat gebruikt.
DIMMs verwijderen Volg onderstaande instructies voor het verwijderen van DIMMS. VOORZICHTIG Statische elektriciteit kan de DIMM’s beschadigen. Draag bij het hanteren van DIMM’s een antistatische polsband of raak regelmatig het oppervlak van de antistatische verpakking van de DIMM aan, en raak vervolgens blank metaal op de printer aan. 1 Haal de stekker van het apparaat uit het stopcontact.
4 Pak de DIMM-chip bij de bovenste rand, trek de DIMM voorzichtig omhoog en verwijder de chip uit de computer. VOORZICHTIG Plaats de DIMM-chip in een antistatische zak. 5 DU Sluit de geheugenklep van het apparaat.
Een nieuwe scheidingsbaan voor documenten in de scanner installeren De scheidingsbaan voor documenten in de scanner kan door de gebruiker worden vervangen en maakt onderdeel uit van de kit van het HP LaserJet 3200 apparaat.
A Specificaties Inleiding Dit hoofdstuk bevat informatie over productspecificaties en overheidsinformatie.
Productspecificaties Dit hoofdstuk bevat de volgende specificaties voor het HP LaserJet 3200 apparaat: ! Algemene specificaties ! Faxspecificaties ! Afdrukspecificaties ! Kopieerspecificaties ! Scannerspecificaties Algemene specificaties Afmetingen en gewicht Hoogte 272 mm Diepte 390 mm Breedte 384 mm Gewicht (cartridge geïnstalleerd) 10,6 kg Stroomvoorziening Stroomvereisten 100 tot 127 volt +/-10% 50 tot 60 hertz (voor 110-volt eenheden) 220 tot 240 volt +/-10% 50 tot 60 hertz (voor 220
Faxspecificaties Beschrijving Specificatie Faxverzendsnelheid 3 seconden/pagina (ITU-T testafbeelding #1) Marges voor afgedrukte pagina’s 6,3 mm links en rechts .
Kopieerspecificaties Beschrijving Specificatie Kopieersnelheid 9 ppm Meerdere kopieën Maximaal 99 per taak Verkleinen of vergroten van kopieën 25 tot 200% Geluidsuitstoot (Volgens ISO 9296) tijdens kopiëren Geluidsniveau van 6,3 Bel Scannerspecificaties Beschrijving Specificatie Marges voor gescande items 3,05 mm links en rechts 4,06 mm boven en onder Maximumcapaciteit scanner 2.
Papierspecificaties HP LaserJet printers leveren een uitstekende afdrukkwaliteit. Op deze printer kan op divers materiaal worden afgedrukt zoals gesneden papiervellen (ook kringlooppapier), enveloppen, etiketten, transparanten, velijn en speciaal papier. Eigenschappen zoals gewicht, vezels en vochtgehalte zijn belangrijke factoren die van invloed zijn op de prestaties van de printer en de kwaliteit van het afgedrukte materiaal.
Equivalentietabel voor papiergewicht (bij benadering) In onderstaande tabel worden de equivalente gewichten gegeven van de verschillende papiersoorten die u gebruikt voor uw afdruk-, kopieer- en faxhandelingen. Gebruik deze tabel om de equivalente specificaties voor papiergewichten op te zoeken.
US Bond gewicht (17 x 22 in) US Bristol US Text/book US Cover gewicht gewicht gewicht (22,5 x (25 x 96,52 cm) (20 x 66,04 cm) 72,39 cm) Us Index gewicht (25,5 x 77,47 cm) US Tag gewicht Metrisch (24 x 91,44 cm) gewicht 58# 146# 80# 98# 120# 133# 65# 165# 90# 111# 135# 150# 66# 169# 92# 114# 138# 154# 67# 171# 94# 115# 140# 155# 70# 178# 98# 120# 146# 162# 72# 183# 100# 123# 150# 166# DU 216 g/m2 244 g/m2 250 g/m2 253 g/m2 264 g/m2 271 g/m2 Papierspecificaties 243
Transport Zie niet actieve magnetisch-veldemissies, IATAverpakkingsinstructies 902 Laserveiligheidsverklaring Het Center for Devices and Radiological Health (CDRH) van de Amerikaanse Food and Drug Administration heeft een aantal voorschriften geïmplementeerd voor laserproducten die zijn gefabriceerd na 1 augustus 1976.
FCC-voorschriften Deze apparatuur is getest en blijkt te voldoen aan de vereisten voor een digitaal apparaat Klasse B, volgens lid 15 van de FCC-voorschriften. De limieten in deze voorschriften zijn ontwikkeld om redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke interferentie in een woonomgeving. Deze apparatuur genereert en gebruikt radiofrequentie-energie en kan deze ook uitstralen.
FCC-vereisten lid 68 Deze apparatuur voldoet aan lid 68 van de FCC-voorschriften. Aan de achterzijde van het apparaat bevindt zich een etiket waarop onder andere het FCC-registratienummer en het REN-nummer (ringer equivalent number) voor dit apparaat staan aangegeven. Indien hierom wordt verzocht, moet deze informatie worden doorgegeven aan het telefoonbedrijf. De REN wordt gebruikt om te bepalen hoeveel apparaten er mogen worden aangesloten op de telefoonlijn.
Als de problemen schade veroorzaken aan het telefoonnetwerk, kan het telefoonbedrijf u verzoeken de apparatuur van het netwerk te verwijderen totdat het probleem is opgelost. De volgende reparaties kunnen door de klant zelf worden verricht: Vervangen van alle oorspronkelijke onderdelen die bij het apparaat zijn geleverd. Hiermee worden de tonercartridge, de steunen voor papierbakken en -laden, het netsnoer en de telefoonkabel bedoeld.
Informatie over voorschriften voor landen van de Europese Unie Deze apparatuur is ontworpen om alleen te worden gebruikt in de verschillende landen van de Europese Economische Ruimte (openbare telefoonnetwerken). De compatibiliteit met het netwerk is afhankelijk van de interne software-instellingen. Neem contact op met de leverancier van de apparatuur als u de apparatuur wilt aansluiten op een ander telefoonnet. Voor meer informatie over de apparatuur kunt u contact opnemen met Hewlett-Packard.
Verklaring van conformiteit volgens ISO/IEC-leidraad 22 en EN 45014 Naam van fabrikant: Hewlett-Packard Company Adres van fabrikant: 11311 Chinden Boulevard Boise, Idaho 83714-1021, USA verklaart dat het product Productnaam: LaserJet 3200 Series (Printer/Fax/Scanner/Kopieermachine) Modelnummer: C7053A, C7055A Productopties: ALLE in overeenstemming is met de volgende productspecificaties: Veiligheid: IEC60950:1991+A1+A2+A3+A4 / EN 60950:1992+A1+A2+A3+A4+A11 IEC60825-1:1993+A1 / EN 60825-1:1994+A11
Productprogramma ten behoeve van milieubeheer Hewlett-Packard Company heeft toegezegd om kwaliteitsproducten te leveren op een manier die het milieu zo weinig mogelijk schaadt. Voor deze HP LaserJet-printer is een aantal attributen ontwikkeld die de gevolgen voor ons milieu tot een minimum beperken. Raadpleeg de website over de milieudoelstellingen van HP op http://www.hp.com/ abouthp/environment voor meer informatie.
Tonerverbruik Afhankelijk van het type stuurprogramma dat u gebruikt, kunt u mogelijk de stand “concept” selecteren. In deze stand wordt 50% minder toner verbruikt zodat uw tonercartridge langer meegaat. Deze tonerbesparing is alleen mogelijk met behulp van de eigenschappen van het printerstuurprogramma tijdens het afdrukken of kopiëren vanuit de software. Papiergebruik Afhankelijk van het soort programma dat u gebruikt, kunt u op elke afgedrukte pagina mogelijk 2 of 4 documentpagina’s afdrukken.
Retourneren Om gebruikte cartridges en andere afdrukbenodigdheden in te zamelen op een manier die het milieu zo weinig mogelijk belast, wordt u gevraagd om deze materialen in grotere hoeveelheden terug te zenden. Verpak daarom twee of meer cartridges of andere afdrukbenodigdheden en verzend deze kosteloos met behulp van het gefrankeerde geadresseerde UPS-label dat aanwezig is in de verpakking. Voor meer informatie in de VS of in Canada, bel (1) (800) 340-2445 (U.S.) of (1) (800) 387-3867.
Informatieblad materiaalveiligheid De informatiebladen voor materiaalveiligheid (MSDS) voor de tonercartridge en afdrukdrum zijn verkrijgbaar op de HP web-site http://www.hp.com/go/msds. Selecteer HP LaserJet Printer Supplies op deze website. Als u zich in de Verenigde Staten of in Canada bevindt en geen toegang hebt tot Internet, kunt u bellen met U.S. HP First (fax op aanvraag) op nummer 1-800-231-9300. Gebruik indexnummer 7 voor een lijst met MSDS-bladen voor de tonercartridge en afdrukdrum.
Levensduur: De batterij is ontworpen om minstens even lang mee te gaan als het product. Batterijfabrikanten: Rayovac, Madison, WI, USA; and Panasonic, Secaucus, NJ, USA. Het ontwerp en de specificaties kunnen zonder kennisgeving worden gewijzigd.
B Informatie over service en ondersteuning Garantie-informatie Verklaring van beperkte garantie van Hewlett-Packard HP LaserJet 3200 product DU BEPERKTE GARANTIE VAN EEN JAAR 1 HP garandeert u, de eindgebruiker, dat de hardware, accessoires en toebehoren van HP vrij zijn van materiaal- en fabricagefouten vanaf de datum van aankoop voor de duur van bovenvermelde periode.
5 De garantie is niet van toepassing op defecten die het resultaat zijn van (a) onjuist of onvoldoende onderhoud of een verkeerde afstemming, (b) software, verbindingen, onderdelen of toebehoren die niet door HP zijn geleverd, (c) niet-geautoriseerde aanpassing of misbruik, (d) gebruik buiten de aangegeven omgevingsspecificaties voor het product of (e) onjuiste voorbereiding of onjuist onderhoud van de locatie. 6 HP GEEFT GEEN ANDERE UITDRUKKELIJKE GARANTIE OF VOORWAARDE, SCHRIFTELIJK NOCH MONDELING..
Hardwareservice Als uw apparatuur tijdens de garantieperiode gebreken vertoont, biedt HP u de volgende mogelijkheden tot ondersteuning: ! HP reparatieservice. Afhankelijk van waar u zich bevindt, kunt u uw product naar een reparatiecentrum van HP sturen. ! Snelle ophaal- en leveringsservice. HP haalt het apparaat bij u op, repareert het, en stuurt het apparaat binnen 10 dagen terug, afhankelijk van waar u zich bevindt.
Serviceformulier Wie retourneert de apparatuur? Contactpersoon: Datum: Telefoon: Bij geen gehoor: Telefoon: Adres voor retourzending: Speciale verzendinstructies: Wat wordt er gestuurd? Modelnummer: Serienummer: Zend eventuele relevante afdrukken mee bij het retourneren van de apparatuur. Zend geen accessoires mee die niet nodig zijn voor de reparatie (handleidingen, schoonmaakartikelen, etc.). Wat moet er gebeuren? 1.
Softwarelicentieovereenkomst ATTENTIE: HET GEBRUIK VAN DE SOFTWARE VALT ONDER DE ONDERSTAANDE LICENTIEVOORWAARDEN VOOR HP SOFTWARE. HET GEBRUIKEN VAN DE SOFTWARE BETEKENT AANVAARDING VAN DEZE LICENTIEVOORWAARDEN. INDIEN U DEZE LICENTIEVOORWAARDEN NIET AANVAARDT, KUNT U DE SOFTWARE RETOURNEREN TEGEN VOLLEDIGE VERGOEDING. INDIEN DE SOFTWARE IS GEBUNDELD MET EEN ANDER PRODUCT, KUNT U HET HELE, ONGEBRUIKTE PRODUCT RETOURNEREN TEGEN VOLLEDIGE VERGOEDING.
Overdracht. Uw licentie wordt automatisch beëindigd bij eventuele overdracht van de software. Bij de overdracht dient u de software, evenals eventuele kopieën en gerelateerde documentatie, aan de verkrijger te leveren. De verkrijger dient deze licentievoorwaarden te aanvaarden als voorwaarde bij de overdracht. Beëindiging. HP kan uw licentie beëindigen bij kennisname van schending van deze licentievoorwaarden.
HP Klantenondersteuning Bij het product dat u hebt aangeschaft, is ook een aantal ondersteunende services inbegrepen van Hewlett-Packard en de partners van HP. Deze services zijn speciaal ontworpen om u snel en professioneel te helpen zodat u de beste resultaten kunt bereiken. On line service: voor 24 uur per dag toegang tot informatie via uw modem raden wij onderstaande services aan. World Wide Web URL - Voor specifieke informatie over het HP LaserJet 3200 apparaat: http://www.hp.
Opties voor wereldwijde klantenondersteuning Naast onderstaande telefoonnummers bevat “HP verkoop- en servicekantoren” hoofdstuk op pagina 263 wereldwijde verkoop- en serviceadressen en telefoonnummers. Europees klantenondersteuningscentrum van HP, hulp in eigen taal of land is beschikbaar Geopend op werkdagen van 8.30 tot 18.00 uur Tijdens de garantieperiode biedt HP gratis telefonische ondersteuning. Wanneer u een van onderstaande telefoonnummers kiest, wordt u doorverbonden met het team van de helpdesk.
HP verkoop- en servicekantoren Zorg dat u het nummer van het juiste klantenondersteuningscentrum kiest uit de lijst “HP Klantenondersteuning” op pagina 261 wanneer u een verkoop- en servicekantoor van HP belt. U dient geen producten te retourneren naar onderstaande kantoren.
Griekenland Groot-Brittannië Hewlett-Packard Hellas 62 Kiffisias Av. Polis Center Maroussi 151 25 Athene Griekenland Telefoon: (30) (1) 619-6411 Fax: (30) (1) 619-6512 Hewlett-Packard Ltd. Cain Road Bracknell Berkshire RG12 1HN Telefoon: (44) (0) 8705 47 47 47 (44) (0) 207 512 5202 Fax: (44) (134) 436-3344 Hongarije Israël Hewlett-Packard Magyarország Kft. Neumann János u.
DU Noorwegen Oekraïne Hewlett-Packard Norge A/S Postboks 60 Skøyen Drammensveien 169 N-0212 Oslo Telefoon: (47) 2273 -5600 Fax: (47) 2273-5610 Hewlett-Packard Trading S.A. 14, Bekhterevskiy Pereulok, Block E 04053 Kiev Telefoon: (380) 44 490 61 20 Fax: (380) 44.490 61 21 Oostenrijk Polen Hewlett-Packard GmbH Lieblgasse 1 A-1222 Wenen Telefoon: (43) (1) 25000-555 Fax: (43) (1) 25000-500 Hewlett-Packard Polska Al.
Verre Oosten Zweden Hewlett-Packard Asia Pacific Ltd.
Onderdelen bestellen Onderdelen bestelt u als volgt: ! Bezoek de website van HP’s op http://www.partsdirect.hp.com ! In de VS, bel HP Direct Ordering op (800) 538-8787 voor de meeste items. Voor het bestellen van HP LaserJet papier, bel (800) 471-4701. - Of Om een leverancier bij u in de buurt te vinden, of als uw leverancier tijdelijk zonder voorraad zit, belt u het HP klanteninformatiecentrum (800) 752-0900.
Scheidingsbaankit voor de scanner RY7-5055-000CN Printerscheidingsbaan RF5-2886-000CN Printer rollenpick-up RB2-4026-000CN JetDirect printservers HP JetDirect printservers Compatibel met de HP LaserJet 3200. 70X (J4155A), 170X (J3258B), 300X (J3263), of 500X (J3265) Aanvullende documentatie Printermateriaalgids voor HP LaserJet printers Een gids voor het gebruik van papier en ander afdrukmateriaal HP LaserJet printers. Papieren versie: 5963-7863 Web-site van HP: http://www.hp.
Software bestellen Neem contact op met Hewlett-Packard Support voor het bestellen van software wanneer u uw cd-rom kwijt bent of als de cd-rom beschadigd is. In de Verenigde Staten: Aanvraag via het Internet Aanvraag per telefoon: Aanvraag per fax: Aanvraag per post: http://www.software.hp.com 661-257-5565 (Ma. - Za., 24 uur per dag) 661-257-6995 Amerikaans Fulfillment Pack voor Hewlett-Packard P.O.
270 Hoofdstuk B - Informatie over service en ondersteuning DU
Woordenlijst 10-BaseT Een soort Ethernet-netwerk waarin de knooppunten met kabels bestaande uit getwiste aderparen op het netwerk zijn aangesloten. 100-BaseTX Een soort Ethernet-netwerk, ook Fast Ethernet genaamd, waarin de knooppunten op het netwerk zijn aangesloten met kabels bestaande uit getwiste aderparen. 10/100-BaseTX Deze term geeft aan dat een apparaat compatibel is met zowel 10-BaseTX als 100-BaseTX.
BNC Een soort netwerkaansluiting die meestal wordt gebruikt bij coaxiale netwerkbekabeling. Een BNC-aansluiting heeft twee sleuven die op twee bijbehorende knoppen op een netwerkinterfacekaart passen als u de aansluiting draait. container-programma Een programma waarin een OLE-object is ingevoegd. Dat programma is dan de container voor het object. contrast Het verschil tussen de donkere en lichte delen van een afbeelding. Hoe lager het getal, hoe meer de gearceerde delen op elkaar zullen lijken.
e-mail (electronic mail) Een afkorting voor electronic mail. Software die u kunt gebruiken om items elektronisch te verzenden over een communicatienetwerk. Ethernet Een veel voorkomend soort lokaal netwerk dat als bedrijfsstandaard wordt erkend. Ethernet is ook bekend als IEEE 802.3. De informatie wordt opgesplitst in “pakketten” die op volgorde worden verzonden totdat ze op hun bestemming arriveren zonder botsingen met andere “pakketten”.
.gif Graphics Interchange Format, een afbeeldingsformaat dat wordt gebruikt door CompuServe en overige on line indelingen. grijswaarden Grijstinten die de lichte en donkere delen van een afbeelding aangeven. Afbeeldingen in kleur kunnen ook worden geconverteerd naar grijswaarden, waarbij kleuren worden aangegeven met verschillende grijstinten. halftone Een soort afbeelding waarbij grijstinten worden gesimuleerd door het aantal dots of stippen te variëren.
.hpd .HPD bestanden zijn gescande documenten die via de HP LaserJet Document Manager worden opgeslagen. hyperlinks Een koppeling van een gedeelte van een document naar een ander gedeelte. Als er op een gekoppeld woord of zinsdeel of gekoppelde afbeelding wordt geklikt, springt de gebruiker naar het gekoppelde woord of zinsdeel, of naar de gekoppelde afbeelding. inzoomen Een pagina op het scherm vergroten zodat meer details zichtbaar worden.
koppelingenbalk De werkbalk onderaan op het bureaublad of de viewer met de pictogrammen van programma’s die op uw computer zijn geïnstalleerd, bijvoorbeeld uw e-mailprogramma. NetBEUI (NetBIOS Extended User Interface) Het netwerktransportprotocol dat in alle netwerksystemen van Microsoft en de op een LAN-server gebaseerde systemen van IBM wordt gebruikt. De HP LaserJet 3200 functioneert alleen in het netwerk als u naast het protocol NetBEUI ook het netwerkprotocol TCP/IP of IPX/SPX gebruikt.
plakkertje Een aantekening op een briefje van meerdere regels waarvan het formaat kan worden aangepast. Net als een papieren plakkertje wordt het boven op de informatie van het item eronder geplakt. U kunt een plakkertje verplaatsen of samenvouwen naar een pictogram. Met de opdracht Zoeken kunt u op een plakkertje naar tekst zoeken. PostScript-lettertypen Lettertypen die zijn gedefinieerd in termen van de PostScript-taal, bedoeld om te worden afgedrukt op een PS-printer.
RJ45 Een netwerkaansluiting die veel weg heeft van een normale telefoonaansluiting, maar dan breder (8 kabels in plaats van 4). Dit soort netwerkaansluiting wordt zowel in Ethernet (10/100BaseTX), als in Token Ring netwerken gebruikt. samenvattingsinformatie Informatie over het item, bijvoorbeeld de naam van de auteur of trefwoorden die u aan een item kunt toevoegen via het dialoogvenster Samenvatting en waarmee u het item snel kunt terugvinden.
Token ring Een lokaal netwerk waarin verzendconflicten worden vermeden door het uitreiken van “tokens” die toestemming geven om te zenden. Een netwerkknooppunt houdt het token tijdens het verzenden van een bericht vast als er inderdaad een bericht moet worden verzonden en geeft het token vervolgens door aan het volgende knooppunt. IEEE 802.5 is het meest voorkomende type token ring netwerk.
280 Hoofdstuk - Woordenlijst DU
Index A aanpassen automatisch opnieuw kiezen 87 belpatroon 96 contrast, fax 63 contrast, kopie 131 geleiders 183 instellingen, standaard 39 kopieerkwaliteit 132 resolutie, faxen 64 resolutie, printer 122 talen, bedieningspaneelscherm 43 volume 41 aansluiten Fax- en telefoonlijnaansluiting 159 parallelle poorten 162 aantal kopieën, standaard 139 aarden 231 activiteitenlogs, afdrukken 45 ad hoc groepen, faxen naar 60 adresboeken, elektronisch gebruik van 57 verwijderen 222 afbeeldingen Zie ook kwaliteit van a
antwoordmodus, wijzigen 95 apparaten, gedeeld 162 automatisch logs afdrukken 46 automatisch opnieuw kiezen aanpassen 87 standaardinstellingen 62 automatische verkleining, faxen 100 B bakken.
verklaring ten aanzien van laserveiligheid 244 conformiteit, verklaring 249 contactinformatie conformiteit 249 verkoop- en servicekantoren 263 contrast bedieningspaneeltoets 20 faxinstellingen, standaard 85 faxtaakinstellingen, aanpassen 63 gescande afbeeldingen 201 kopieerinstellingen, standaard 136 kopieertaakinstellingen, aanpassen 131 problemen oplossen 193 converteren van scans naar tekst 148 D dag, invoeren in een faxkopregel 83 datum, faxhoofd menu's voor 21 ongeldig 209 wijzigen 83 delen in Windows
contrast, aanpassen 63 doorsturen 92 één ontvanger 57 extra telefoons, ontvangen van 98 foutcorrectie instellingen 102 geblokkeerde nummers rapporten, afdrukken 51 handmatig herkiezen 62 handmatig kiezen 79 HP LaserJet Director knop 36 invoerproblemen 162 kiescodes voor groepen, gebruik 59 kopiëren tijdens 16, 18 later verzenden 61 later verzenden, wissen 94 marges 239 meerdere ontvangers 59 meervoudige taken tijdens 16, 18 menu's voor 21 merken, inschakelen 101 ontvangen 67 ontvangen op computer 105 opnieu
functies meervoudig gebruik 15, 17 overzicht 13 pictogrammen voor 12 functies, pictogrammen voor 12 G garantie 255 gebruikersforums 261 gebruikershandleiding pictogrammen voor 12 geen antwoord, probleem oplossen 170 geheugen bestellen 267 faxbeperkingen 59 faxen doorsturen 92 faxen opnieuw afdrukken vanuit 68 opslaan van faxen voor latere verzending 61 sorteren, onvoldoende voor 138 specificaties 238 testen 233 toevoegen 231 verwijderen 94 wissen 234 gekantelde pagina's, problemen oplossen 182, 199 gekante
I in gesprektonen annuleren van faxen na 66 groepfaxen 59 later faxen 61 incorrecte doorvoer. Zie doorvoerproblemen; papierstoringen Informatie over voorschriften Europese Unie 248 Informatie over voorschriften voor landen van de Europese Unie 248 Informatieblad materiaalveiligheid 253 inkomende faxoproepen, doorsturen 166 inkt.
kiezen beperkt aantal tekens voor 164 handmatig 79 instructies voor 57 internationaal 79, 81 pauzes, invoegen 81 problemen oplossen 208 puls 86 telefoon 80 telefoonkaarten 79 toon 86 toondetectie, uitschakelen 90 voorvoegsels, invoegen 89 kladstand 118 klantenondersteuning Zie ook web-sites HP klantenondersteuning 261 onderdelen bestellen 267 reparatieservice 257 serviceformulier 258 software, bestellen 269 verkoop- en servicekantoren 263 klantenondersteuning, HP 261 klemmetjes voor vrijmaken printerklep 22
lettertypenlijst, PostScript 52 levensduur batterij 253 levensduur, tonercartridges 228 licentie, software 259 lichte afdruk, problemen oplossen 193 lichtgewicht materiaal, laden 28 lichtheid.
snelkiescodes 72 sneltoetsen 76 opslagknop 36 optical character recognition (OCR) gebruik van 148 HP LaserJet Director knop 36 problemen oplossen 179 overeenkomst, softwarelicentie 259 overzees faxen, instellingen voor 102 overzichten.
faxproblemen 162 formaat, verkeerd 171 gedeelde poorten 162 gekantelde pagina's 182, 199 gesprekken 165 grijze achtergrond 200 herhalende afbeeldingen 197 herhalende defecten 198 inkomende gesprekken 166 invoerproblemen 180 kiescodes voor groepen 163 kiezen 208 kopiëren 174 kreukels 204 kromme scans 182 krullend papier 202 kwaliteit, beeld 191 lege pagina's 203 lichte afdruk 193 logs 162 losse toner 199 OCR 179 opmaakcodes 178 opnieuw kiezen 208 paginavolgorde 169 papier 183 parallelle poorten 162 PBX syste
rollen reinigen 225 vastgelopen tussen 184 S satelliettelefoonverbindingen, instellingen voor 102 scannen afdrukken tijdens 16, 18 afdrukmateriaal laden 27 afdrukmateriaal, selecteren 26 bedieningspaneeltoets 20, 150 bestanden toevoegen aan een email 156 bestandsformaat 148 contrast, aanpassen 201 faxen tijdens 16, 18 HP LaserJet Director 143 kopiëren tijdens 16, 18 kromme resultaten, problemen oplossen 182 marges 240 meervoudige taken tijdens 16, 18 methoden 146 OCR gebruiken 148 opslaan 148 originelen, l
speciale formaten, afdrukken op 124 specificaties batterij 253 fax 239 geheugen 238 kopiëren 240 omgeving 238 papier 24, 241 papiergids, bestellen 268 printer 239 product; 238 scannen 240 stroomvoorziening 238 transport 244 specifiek belsignaal installeren 96 problemen oplossen 166 spiegel, vervuild 201 standaard faxresolutie 65 standaardinstellingen aanpassen 40 faxen 85 herstellen 43 kopiëren 134 standaardinstellingen, herstellen 221 standen antwoord, wijzigen 95 EconoMode 118 scannen 146 stiltedetectie 9
toevoegen geheugen 231 papier 30 tonen, geen 210 toner bijna op 193 faxen opnieuw afdrukken 68 losse 199 op tijdens het faxen 168 opnieuw verdelen 228 opslaan 118 vegen 198 verbruik 251 toner cartridges beschermen 185 bijna op 193 hergebruik 228, 251 Informatieblad materiaalveiligheid 253 installatie, problemen oplossen 197 levensduur 228 maximumcapaciteit 228 onderdeelnummer 267 toner opnieuw verdelen 228 verwijderen voor onderhoud 257 toner opnieuw verdelen 228 tonervlekken, problemen oplossen 196 toon ki
vastgelopen papier binnen in apparaat 184 vastgelopen papier in het scannergedeelte 187, 189 vastgelopen papier in invoer 184 verzekeren van verzendingen 257 verzenden, voor reparatieservice 257 verzendsnelheid aanpassen 65 problemen oplossen 167 viewerstanden, scanner 146 visitekaartjes, laden 29 vlekjes, problemen oplossen 202 vlekken, problemen oplossen 196 vochtigheid, omgeving 238 voicemail belpatrooninstellingen 96 volume, regelen 41 Volumetoets 20 voorblad 106 voorkomen van papierstoringen 26, 29, 30
Copyright! 2001 Hewlett-Packard company http://www.hp.