Aan de slag HP notebookcomputer
© Copyright 2012 Hewlett-Packard Development Company, L.P. Bluetooth is een handelsmerk van de desbetreffende eigenaar en wordt door Hewlett-Packard Company onder licentie gebruikt. Intel is een handelsmerk van Intel Corporation in de Verenigde Staten en andere landen. Microsoft en Windows zijn in de Verenigde Staten gedeponeerde handelsmerken van Microsoft Corporation. Het SD-logo is een handelsmerk van de desbetreffende eigenaar. De informatie in deze documentatie kan zonder kennisgeving worden gewijzigd.
Kennisgeving aangaande de veiligheid WAARSCHUWING! U kunt het risico van letsel door verbranding of van oververhitting van de computer beperken door de computer niet op schoot te nemen en de ventilatieopeningen van de computer niet te blokkeren. Gebruik de computer alleen op een stevige, vlakke ondergrond.
iv Kennisgeving aangaande de veiligheid
Inhoudsopgave 1 Welkom ............................................................................................................................................................ 1 Informatie zoeken ................................................................................................................................. 2 2 Vertrouwd raken met de computer ................................................................................................................ 4 Bovenkant ....................
Voorkeuren voor aanwijsapparaten instellen ..................................................................... 26 EasyPoint-muisbesturing gebruiken .................................................................................. 26 Touchpad gebruiken .......................................................................................................... 26 Touchpad in- of uitschakelen ............................................................................ 27 Navigeren ............................
Back-up maken van uw gegevens ..................................................................................................... 55 Systeemherstelactie uitvoeren ........................................................................................................... 56 Windows-herstelprogramma's gebruiken ........................................................................... 56 f11-herstelprogramma's gebruiken ....................................................................................
viii
1 Welkom Nadat u de computer gebruiksklaar heeft gemaakt en heeft geregistreerd, moet u de volgende stappen uitvoeren: ● Maak verbinding met internet: configureer een bekabeld of draadloos netwerk waarmee u verbinding kunt maken met internet. Zie Netwerk op pagina 18 voor meer informatie. ● Update uw antivirussoftware: bescherm uw computer tegen schade door virussen. De software is vooraf geïnstalleerd op de computer. Zie de Naslaggids voor HP notebookcomputer.
Informatie zoeken De computer bevat verschillende hulpmiddelen voor het uitvoeren van uiteenlopende taken.
Hulpmiddelen Informatie over Beperkte garantie* Garantiegegevens U kunt als volgt de garantie weergeven: Selecteer Start > Help en ondersteuning > Gebruikershandleidingen > Garantie-informatie weergeven. – of – Ga naar http://www.hp.com/go/orderdocuments. *De specifiek toegekende HP beperkte garantie die van toepassing is op uw product, kunt u vinden in de gebruikershandleidingen op de computer en/of op de cd/dvd die is meegeleverd in de doos.
2 Vertrouwd raken met de computer Bovenkant Touchpad Onderdeel 4 Beschrijving (1) Linkerknop van de EasyPoint-muisbesturing Deze knop heeft dezelfde functie als de linkerknop op een externe muis. (2) Middenknop van de EasyPointmuisbesturing Deze knop heeft dezelfde functie als de middenknop op een externe muis. (3) EasyPoint-muisbesturing Hiermee kunt u de aanwijzer (ook wel "cursor" genoemd) verplaatsen en onderdelen op het scherm selecteren of activeren.
Onderdeel Beschrijving (7) Linkerknop van het touchpad Deze knop heeft dezelfde functie als de linkerknop op een externe muis. (8) Touchpadzone Hiermee kunt u de aanwijzer (ook wel "cursor" genoemd) verplaatsen en onderdelen op het scherm selecteren of activeren. (9) Aan/uit-knop van het touchpad Hiermee schakelt u het touchpad in en uit.
Lampjes Onderdeel (1) Touchpadlampje ● Oranje: het touchpad is uitgeschakeld. ● Uit: het touchpad is ingeschakeld. (2) Caps Lock-lampje Aan: Caps Lock is ingeschakeld. (3) Aan/uit-lampje ● Aan: de computer is ingeschakeld. ● Knipperend: de computer staat in de slaapstand. ● Uit: de computer is uitgeschakeld of staat in de sluimerstand. (4) Num Lock-lampje Aan: Num Lock is ingeschakeld.
Knoppen en vingerafdruklezer (alleen bepaalde modellen) Onderdeel Beschrijving (1) Aan/uit-knop van het touchpad Hiermee schakelt u het touchpad in en uit. (2) Aan/uit-knop ● Als de computer is uitgeschakeld, drukt u op de aan/ uit-knop om de computer in te schakelen. ● Als de computer is ingeschakeld, drukt u kort op de aan/uit-knop om de slaapstand te activeren. ● Als de computer in de slaapstand staat, drukt u kort op de aan/uit-knop om de slaapstand te beëindigen.
Onderdeel 8 Beschrijving (6) Calculatorknop Hiermee activeert u de calculatorfunctie. (7) Vingerafdruklezer (alleen bepaalde modellen) Hiermee kunt u zich met een vingerafdruk bij Windows aanmelden, in plaats van met een wachtwoord.
Toetsen Onderdeel Beschrijving (1) esc-toets Druk op deze toets in combinatie met de fn-toets om systeeminformatie weer te geven. (2) Functietoetsen Druk op een van deze toetsen in combinatie met de fn-toets om veelgebruikte systeemfuncties uit te voeren. Zie Toetsenbord en aanwijsapparaten op pagina 22 voor meer informatie. (3) fn-toets Druk op deze toets in combinatie met een functietoets, de num lk-toets, de esc-toets of andere toetsen om veelgebruikte systeemfuncties uit te voeren.
Voorkant Onderdeel (1) Mediakaartlezer Ondersteunt de volgende types digitale kaarten: ● Secure Digital-kaart (SD) ● Secure Digital High Capacity-kaart (SDHC) ● Secure Digital XC-geheugenkaart (SDXC) ● MultiMediaCard (MMC) ● MultiMediaCardplus (MMC+) (2) Beeldschermontgrendeling Hiermee opent u de computer. (3) Lampje voor draadloze communicatie ● Wit: een geïntegreerd apparaat voor draadloze communicatie, zoals een draadloosnetwerkmodule en/of een Bluetooth®apparaat, is ingeschakeld.
Onderdeel (6) Beschrijving Lampje van de vaste schijf ● Wit knipperend: er wordt geschreven naar of gelezen van de vaste schijf. ● Oranje: HP 3D DriveGuard heeft tijdelijk de vaste schijf geparkeerd. OPMERKING: zie de Naslaggids voor HP notebookcomputer voor informatie over HP 3D DriveGuard. (7) Luidsprekers (2) Produceren SRS Premium Sound-geluid (alleen bepaalde modellen). OPMERKING: om de SRS Premium Sound-software te gebruiken, selecteert u Start > Alle programma's > SRS Premium Sound.
Rechterkant Onderdeel (1) Beschrijving Audio-uitgang (hoofdtelefoon) Hierop sluit u een audioapparaat aan, zoals optionele stereoluidsprekers met eigen voeding, een hoofdtelefoon, een oortelefoon, een headset of een televisietoestel, om het computergeluid via dat apparaat weer te geven. WAARSCHUWING! Zet het geluidsvolume laag voordat u de hoofdtelefoon, oortelefoon of headset opzet. Zo beperkt u het risico van gehoorbeschadiging.
Linkerkant Onderdeel (1) Beschrijving Bevestigingspunt voor een beveiligingskabel Hiermee bevestigt u een als optie verkrijgbare beveiligingskabel aan de computer. OPMERKING: van de beveiligingskabel moet in de eerste plaats een ontmoedigingseffect uitgaan. Deze voorziening kan echter niet voorkomen dat de computer verkeerd wordt gebruikt of wordt gestolen. (2) USB 3.0-poorten (2) Hierop sluit u optionele USB 3.0-apparaten aan. Deze poorten zorgen voor hogere USB-prestaties.
Achterkant Onderdeel Beschrijving (1) RJ-11-modemconnector Hierop sluit u een modemkabel aan. (2) Ventilatieopeningen (2) Deze openingen zorgen voor luchtkoeling van de interne onderdelen. OPMERKING: de ventilator van de computer start automatisch om interne onderdelen te koelen en oververhitting te voorkomen. Het is normaal dat de interne ventilator automatisch aan- en uitgaat terwijl u met de computer werkt.
Beeldscherm Onderdeel Beschrijving (1) Wanneer u het beeldscherm dicht doet terwijl de computer aan staat, wordt deze schakelaar ingedrukt. Daardoor wordt het beeldscherm uitgeschakeld of wordt de slaapstand geactiveerd. Interne beeldschermschakelaar OPMERKING: de beeldschermschakelaar is niet zichtbaar aan de buitenkant van de computer. (2) WLAN-antennes (3)* Met deze antennes voor draadloze communicatie worden draadloze signalen verzonden en ontvangen binnen een draadloos lokaal netwerk (WLAN).
Onderkant Onderdeel Beschrijving (1) Accuruimte Hierin bevindt zich de accu. (2) SIM-slot Ondersteunt een draadloze SIM-kaart (Subscriber Identity Module). Het SIM-slot bevindt zich in de accuruimte. (3) Accuontgrendeling Hiermee ontgrendelt u de accu. (4) Connector voor een optionele extra accu Hierop sluit u een optionele extra accu aan. (5) Dockingconnector Hierop sluit u een optioneel dockingapparaat aan.
Onderdeel (9) Beschrijving Luidsprekers (2) Hiermee wordt het computergeluid weergegeven. OPMERKING: als u de SRS Premium Soundsoftware wilt gebruiken, selecteert u Start > Alle programma's > SRS Premium Sound. (10) Onderpaneel Biedt toegang tot de vasteschijfruimte, het slot voor de WLAN-module, het slot voor de WWAN-module en de geheugenmoduleslots.
3 Netwerk OPMERKING: de voorzieningen van internethardware en -software variëren, afhankelijk van het computermodel en uw locatie. Uw computer kan een van de volgende of beide onderstaande types internettoegang ondersteunen: 18 ● Draadloos: voor mobiele toegang tot internet gebruikt u een draadloze verbinding. Zie Verbinding maken met een bestaand WLAN op pagina 20 of Nieuw WLAN instellen op pagina 20 voor meer informatie.
Gebruikmaken van een internetprovider Om toegang te krijgen tot internet, moet u een account bij een internetprovider openen. Neem contact op met een lokale internetprovider voor het aanschaffen van een internetservice en een modem. De internetprovider helpt u bij het instellen van het modem, het installeren van een netwerkkabel waarmee u de computer met voorzieningen voor draadloze communicatie aansluit op het modem, en het testen van de internetservice.
Voor meer informatie over draadloze technologie en verbinding maken met een draadloos netwerk raadpleegt u de Naslaggids voor HP notebookcomputer en de informatie en koppelingen naar relevante websites in Help en ondersteuning. Verbinding maken met een bestaand WLAN 1. Schakel de computer in. 2. Controleer of het WLAN-apparaat is ingeschakeld. 3. Klik op het netwerkpictogram in het systeemvak aan de rechterkant van de taakbalk. 4. Selecteer een WLAN waarmee u verbinding wilt maken.
Draadloze router configureren Als u hulp nodig heeft bij het installeren van een draadloos netwerk, raadpleegt u de informatie die de routerfabrikant of uw internetprovider heeft verstrekt. Het besturingssysteem Windows biedt ook hulpprogramma's om u te helpen bij het installeren van een draadloos netwerk.
4 Toetsenbord en aanwijsapparaten Toetsenbord gebruiken Hotkeys herkennen Een hotkey is een combinatie van de fn-toets (1) en ofwel de esc-toets (2) of een van de functietoetsen (3). U gebruikt een hotkey als volgt: ▲ Druk kort op de fn-toets en druk vervolgens kort op de tweede toets van de hotkeycombinatie. Hotkeycombinatie fn+esc 22 Beschrijving Hiermee geeft u systeeminformatie weer.
Hotkeycombinatie fn+f3 Beschrijving Hiermee activeert u de slaapstand, waarbij uw gegevens in het systeemgeheugen worden opgeslagen. Het beeldscherm en andere systeemonderdelen worden uitgeschakeld en de energiebesparingsmodus wordt geactiveerd. Als u de slaapstand wilt beëindigen, drukt u kort op de aan/uit-knop. VOORZICHTIG: sla uw werk op voordat u de slaapstand activeert, om het risico van gegevensverlies te beperken.
Toetsenblokken gebruiken De computer is voorzien van een geïntegreerd numeriek toetsenblok.Daarnaast ondersteunt de computer een optioneel extern numeriek toetsenblok of een optioneel extern toetsenbord met een numeriek toetsenblok. Geïntegreerd numeriek toetsenblok gebruiken (1) Onderdeel Beschrijving Num lk-toets Hiermee schakelt u tussen de navigatiefuncties en numerieke functies op het geïntegreerde numerieke toetsenblok.
Optioneel extern numeriek toetsenblok gebruiken Bij de meeste externe numerieke toetsenblokken is de werking van de toetsen afhankelijk van het wel of niet zijn ingeschakeld van Num Lock. (Num Lock is standaard uitgeschakeld.) Bijvoorbeeld: ● Wanneer num lock is ingeschakeld, kunt u met de meeste toetsenbloktoetsen cijfers types. ● Wanneer num lock is uitgeschakeld, werken de meeste toetsenbloktoetsen als pijltoetsen, page up-toets of page down-toets.
aanwijsapparaten gebruiken OPMERKING: naast de bij de computer horende aanwijsapparaten kunt u een (afzonderlijk aan te schaffen) externe USB-muis gebruiken door deze aan te sluiten op een van de USB-poorten van de computer. Voorkeuren voor aanwijsapparaten instellen Gebruik Eigenschappen voor Muis in Windows om instellingen voor aanwijsapparaten te wijzigen, zoals de configuratie van de knoppen, de kliksnelheid en de opties voor de aanwijzer.
Touchpad in- of uitschakelen Om het touchpad uit en in te schakelen, tikt u twee keer snel achtereen op de aan/uit-knop van het touchpad. Het lampje van het touchpad en de weergavepictogrammen op het scherm geven de status van het touchpad aan. In de volgende tabel worden de touchpadpictogrammen afgebeeld en beschreven. Touchpadlampje Pictogram Beschrijving Oranje Geeft aan dat het touchpad is uitgeschakeld. Uit Geeft aan dat het touchpad is ingeschakeld.
Touchpadbewegingen gebruiken Het touchpad ondersteunt een aantal bewegingen. Om touchpadbewegingen te gebruiken, plaatst u twee vingers gelijktijdig op het touchpad. OPMERKING: touchpadbewegingen worden niet in alle programma's ondersteund. U geeft als volgt een demonstratie van een beweging weer: 1. Klik op het pictogram Verborgen pictogrammen weergeven in het systeemvak aan de rechterkant van de taakbalk. 2.
Schuiven Schuiven kan worden gebruikt om op een pagina of in een afbeelding omhoog, omlaag of opzij te bewegen. Doe het volgende om te schuiven: plaats twee vingers enigszins uit elkaar op het touchpad en sleep deze over het touchpad. Beweeg hierbij omhoog, omlaag, naar links of naar rechts. OPMERKING: de schuifsnelheid wordt bepaald door de snelheid van uw vingers. Knijpen/zoomen Door te knijpen kunt u in- of uitzoomen op afbeeldingen of tekst.
Draaien Door te draaien kunt u items zoals foto's roteren. U draait als volgt: plaats uw linkerwijsvinger in de touchpadzone. Beweeg de rechterwijsvinger in een veegbeweging rond de linkervinger, waarbij u van twaalf uur naar drie uur beweegt. Voor een omgekeerde draaiing beweegt u uw rechterwijsvinger van drie uur naar twaalf uur. OPMERKING: draaien moet worden uitgevoerd binnen de touchpadzone. OPMERKING: draaien is standaard uitgeschakeld.
5 Onderhoud Accu plaatsen of verwijderen OPMERKING: zie de Naslaggids voor HP notebookcomputer voor aanvullende informatie over het gebruik van de accu. U plaatst de accu als volgt: ▲ Plaats de accu (1) in de accuruimte totdat de accu op zijn plaats zit (2). De accuontgrendeling vergrendelt de accu automatisch. U verwijdert de accu als volgt: VOORZICHTIG: bij het verwijderen van een accu die de enige beschikbare voedingsbron voor de computer vormt, kunnen er gegevens verloren gaan.
2. 32 Verwijder de accu uit de computer door deze naar buiten (2) en omhoog te bewegen (3).
Onderpaneel verwijderen of terugplaatsen VOORZICHTIG: neem de volgende richtlijnen in acht om te voorkomen dat gegevens verloren gaan of het systeem vastloopt: Sla uw werk op en sluit de computer af voordat u een geheugenmodule of een vaste schijf toevoegt of vervangt. Als u niet weet of de computer is uitgeschakeld of in de sluimerstand staat, zet u de computer aan door op de aan/uit-knop te drukken. Sluit de computer vervolgens af via het besturingssysteem.
U plaatst het onderpaneel als volgt terug: 1. Kantel het onderpaneel omlaag, zodat de voorrand van het onderpaneel zich vlak bij de voorrand van de computer bevindt (1). 2. Plaats de uitlijningslipjes (2) op de achterrand van het onderpaneel in de uitsparingen op de computer. 3. Schuif het onderpaneel in de richting van de accuruimte tot het onderpaneel vastklikt. 4. Schuif, met de accuruimte naar u toe gericht, de ontgrendeling van het onderpaneel naar links (3).
Vaste schijf vervangen of upgraden VOORZICHTIG: neem de volgende richtlijnen in acht om te voorkomen dat gegevens verloren gaan of het systeem vastloopt: Sluit de computer af voordat u de vaste schijf uit de vasteschijfruimte verwijdert. Verwijder de vaste schijf niet wanneer de computer aanstaat of in de slaapstand of de sluimerstand staat. Als u niet weet of de computer is uitgeschakeld of in de sluimerstand staat, zet u de computer aan door op de aan/uit-knop te drukken.
7. Open het afdekplaatje van de smartcardhouder (2) en houd het verticaal. 8. Draai de schroeven van de vaste schijf los (1). 9. Trek het plasticlipje van de vaste schijf (2) naar de linkerkant van de computer om de vaste schijf los te maken van de connector. 10. Gebruik het plasticlipje om de vaste schijf omhoog te brengen (3) en verwijder de vaste schijf uit de computer. Secundaire vaste schijf verwijderen U verwijdert de secundaire vaste schijf als volgt: 36 1.
3. Leg de computer ondersteboven op een vlakke ondergrond neer, met de ruimte voor de secundaire vaste schijf naar u toe. 4. Verwijder de accu (zie Accu plaatsen of verwijderen op pagina 31). 5. Verwijder het onderpaneel (zie Onderpaneel verwijderen of terugplaatsen op pagina 33). 6. Draai de schroeven van de vaste schijf los (1). 7. Trek het plasticlipje van de vaste schijf (2) naar de rechterkant van de computer om de vaste schijf los te maken van de connector. 8.
8. Draai de schroeven van de vaste schijf vast (3). 9. Steek de lipjes op het afdekplaatje van de vaste schijf (1) in de uitsparingen op de computer. 10. Draai de schroef van de smartcardhouder (2) vast. 11. Breng het onderpaneel weer aan (zie Onderpaneel verwijderen of terugplaatsen op pagina 33). 12. Plaats de accu terug (zie Accu plaatsen of verwijderen op pagina 31). 13. Sluit de netvoeding en externe apparaten aan op de computer. 14. Schakel de computer in.
Secundaire vaste schijf plaatsen U plaatst de secundaire vaste schijf als volgt: 1. Ontkoppel alle externe apparaten die op de computer zijn aangesloten. 2. Haal de stekker van het netsnoer uit het stopcontact. 3. Leg de computer ondersteboven op een vlakke ondergrond neer, met de ruimte voor de secundaire vaste schijf naar u toe. 4. Verwijder de accu (zie Accu plaatsen of verwijderen op pagina 31). 5. Verwijder het onderpaneel (zie Onderpaneel verwijderen of terugplaatsen op pagina 33). 6.
Schijfeenheid in de upgraderuimte vervangen De upgraderuimte kan een vaste schijf of een optischeschijfeenheid bevatten. Vaste schijf vervangen VOORZICHTIG: neem de volgende richtlijnen in acht om te voorkomen dat gegevens verloren gaan of het systeem vastloopt: Sluit de computer af voordat u de vaste schijf uit de upgraderuimte verwijdert. Verwijder de vaste schijf niet wanneer de computer aan staat of in de slaapstand of de sluimerstand staat.
11. Verwijder de vaste schijf uit de upgraderuimte (3). U plaatst als volgt een vaste schijf in de upgraderuimte: 1. Leg de computer ondersteboven op een vlak oppervlak, met de upgraderuimte naar u toe. 2. Plaats de vaste schijf (1) in de upgraderuimte en draai de schroef van de upgraderuimte vast (2).
3. Breng de schroeven van de vaste schijf weer aan. 4. Breng het onderpaneel weer aan (zie Onderpaneel verwijderen of terugplaatsen op pagina 33). 5. Plaats de accu (zie Accu plaatsen of verwijderen op pagina 31). 6. Keer de computer weer om en sluit de netvoeding en de externe apparaten weer aan op de computer. 7. Schakel de computer in.
8. Draai de schroef van de upgraderuimte los (1). 9. Duw met een gewone schroevendraaier voorzichtig tegen het nokje om de optischeschijfeenheid te ontgrendelen (2). 10. Verwijder de optischeschijfeenheid uit de upgraderuimte (3). U plaatst als volgt een optischeschijfeenheid in de upgraderuimte: 1. Leg de computer ondersteboven op een vlak oppervlak, met de upgraderuimte naar u toe. 2. Plaats de optischeschijfeenheid in de upgraderuimte (1). 3. Draai de schroef van de upgraderuimte vast (2). 4.
6. Keer de computer weer om en sluit de netvoeding en de externe apparaten weer aan op de computer. 7. Schakel de computer in. Geheugenmodules toevoegen of vervangen De computer heeft twee geheugenmoduleslots (of vier geheugenmoduleslots als de computer quadcore processoren heeft).
b. Pak de geheugenmodule aan de rand vast (2) en trek de geheugenmodule voorzichtig uit het geheugenmoduleslot. VOORZICHTIG: houd de geheugenmodule alleen vast aan de randen, om schade aan de module te voorkomen. Raak de onderdelen van de geheugenmodule niet aan. Bewaar een verwijderde geheugenmodule in een antistatische verpakking om de module te beschermen. 7. Plaats als volgt een nieuwe geheugenmodule: VOORZICHTIG: houd de geheugenmodule alleen vast aan de randen, om schade aan de module te voorkomen.
8. Breng het onderpaneel weer aan (zie Onderpaneel verwijderen of terugplaatsen op pagina 33). 9. Plaats de accu (zie Accu plaatsen of verwijderen op pagina 31). 10. Sluit de netvoeding en externe apparaten aan op de computer. 11. Schakel de computer in. Geheugenmodule onder het toetsenbord toevoegen of vervangen VOORZICHTIG: neem de volgende richtlijnen in acht om te voorkomen dat gegevens verloren gaan of het systeem vastloopt: Sluit de computer af voordat u geheugenmodules toevoegt of vervangt.
b. Ontgrendel het toetsenbord door de achterkant van het toetsenbord bij de ventilator omlaag te duwen (2). VOORZICHTIG: voorkom beschadiging van de ventilator en het toetsenbord: gebruik niet te veel kracht wanneer u op het toetsenbord drukt en vermijd contact met de ventilatorbladen. Gebruik voor deze procedure een schroevendraaier die goed tussen de ventilatorbladen past. c. Draai de computer weer om, til de bovenrand van het toetsenbord op en leg het toetsenbord op het touchpad.
b. Pak de geheugenmodule aan de rand vast (2) en trek de geheugenmodule voorzichtig uit het geheugenmoduleslot. VOORZICHTIG: houd de geheugenmodule alleen vast aan de randen, om schade aan de module te voorkomen. Raak de onderdelen van de geheugenmodule niet aan. 8. Plaats als volgt een nieuwe geheugenmodule: VOORZICHTIG: houd de geheugenmodule alleen vast aan de randen, om schade aan de module te voorkomen. Raak de onderdelen van de geheugenmodule niet aan. 48 a.
c. Druk de geheugenmodule (3) voorzichtig naar beneden en oefen daarbij druk uit op zowel de linker- als de rechterkant van de geheugenmodule, totdat de borgklemmetjes vastklikken. VOORZICHTIG: zorg ervoor dat u de geheugenmodule niet buigt, om schade aan de module te voorkomen. 9. Plaats het toetsenbord als volgt terug: a. Til het toetsenbord op en draai het om (1), waarbij u het op de computerbehuizing laat rusten. b. Schuif de lipjes van het toetsenbord (2) in de inkepingen in de computerbehuizing.
c. Druk voorzichtig op de linker- en rechterkant van het toetsenbord en druk daarna voorzichtig op de bovenkant van het toetsenbord (3), zodat het vastklikt. d. Leg de computer ondersteboven en draai de drie toetsenbordschroeven vast (4) om het toetsenbord te bevestigen. 10. Breng het onderpaneel weer aan (zie Onderpaneel verwijderen of terugplaatsen op pagina 33). 11. Plaats de accu (zie Accu plaatsen of verwijderen op pagina 31). 12. Sluit de netvoeding en externe apparaten aan op de computer. 13.
DreamColor-beeldscherm gebruiken (alleen bepaalde modellen) Computermodellen met het HP DreamColor-beeldscherm bevatten de vooraf geïnstalleerde software HP Mobile Display Assistant. Met dit programma kunt u kleurinstellingen van het beeldscherm wijzigen, zoals een vooraf ingestelde kleurruimte, wit punt/kleurtemperatuur en lichtsterkte/ helderheid.
Computer schoonmaken Schoonmaakproducten Gebruik de volgende producten om de computer veilig schoon te maken en te desinfecteren: ● Dimethyl benzyl ammonium chloride 0,3 procent maximale concentratie (bijvoorbeeld: kiemdodende wegwerpdoekjes. Deze doekjes zijn er van een aantal merken).
Touchpad en toetsenbord schoonmaken WAARSCHUWING! Gebruik geen stofzuiger om het toetsenbord schoon te maken. Zo beperkt u het risico van een elektrische schok en schade aan de interne onderdelen. Een stofzuiger kan stofdeeltjes op het oppervlak van het toetsenbord achterlaten. VOORZICHTIG: zorg bij het schoonmaken van het touchpad en het toetsenbord dat er geen vloeistoffen tussen de toetsen komen. Hierdoor kunnen interne componenten blijvend beschadigd raken.
6 Back-up en herstel Ter bescherming van uw informatie gebruikt u Back-up maken en terugzetten van Windows om backups te maken van afzonderlijke bestanden en mappen, om back-ups te maken van de volledige vaste schijf (alleen bepaalde modellen), om systeemherstelschijven te maken (alleen bepaalde modellen) met behulp van de geïnstalleerde optischeschijfeenheid (alleen bepaalde modellen) of een optionele externe optischeschijfeenheid, of om systeemherstelpunten te maken.
Herstelmedia maken met HP Recovery Disc Creator HP Recovery Disc Creator is een programma dat een alternatief biedt voor het maken van herstelmedia. Nadat u de computer gebruiksklaar heeft gemaakt, kunt u herstelmedia maken met HP Recovery Disc Creator. Met deze herstelmedia kan een systeemherstelactie worden uitgevoerd als de vaste schijf beschadigd raakt.
● Sla aangepaste instellingen in een venster, werkbalk of menubalk op door een schermafdruk van uw instellingen te maken. Een schermafdruk kan veel tijd besparen als u opnieuw uw voorkeuren moet instellen. ● Gebruik bij het maken van back-ups op schijf een van de volgende schijftypes (afzonderlijk aan te schaffen): cd-r, cd-rw, dvd+r, dvd+r dl, dvd-r, dvd-r dl of dvd±rw. Welke schijven u gebruikt, hangt af van het type optischeschijfeenheid dat u gebruikt.
VOORZICHTIG: met Opstartherstel wordt de inhoud van de vaste schijf volledig gewist en wordt de vaste schijf geformatteerd. Alle bestanden die u heeft gemaakt en alle software die u heeft geïnstalleerd op de computer, worden definitief verwijderd. Wanneer het formatteren gereed is, worden het besturingssysteem, de stuurprogramma's, de software en de hulpprogramma's hersteld middels de back-up. 1. Maak indien mogelijk een back-up van al uw persoonlijke bestanden. 2.
4. Druk op f11 terwijl "Press for recovery" (Druk op F11 voor herstel) op het scherm wordt weergegeven. 5. Volg de instructies op het scherm. Dvd met het besturingssysteem Windows 7 gebruiken (afzonderlijk aan te schaffen) Als u een dvd met het besturingssysteem Windows 7 wilt bestellen, gaat u naar de website van HP. Voor ondersteuning in de VS gaat u naar http://www.hp.com/go/contactHP. Voor wereldwijde ondersteuning gaat u naar http://welcome.hp.com/country/us/en/wwcontact_us.html.
7 Ondersteuning Contact opnemen met de ondersteuning Als de informatie in deze gebruikershandleiding, in de Naslaggids voor HP notebookcomputer of in Help en ondersteuning geen uitsluitsel geeft over uw vragen, kunt u contact opnemen met de ondersteuning. Voor ondersteuning in de VS gaat u naar http://www.hp.com/go/contactHP. Voor wereldwijde ondersteuning gaat u naar http://welcome.hp.com/country/us/en/wwcontact_us.html. Hier kunt u: ● online chatten met een technicus van HP; OPMERKING: Engels.
Labels De labels die zijn aangebracht op de computer, bieden informatie die u nodig kunt hebben wanneer u problemen met het systeem probeert op te lossen of wanneer u de computer in het buitenland gebruikt. ● Servicelabel: bevat belangrijke informatie, waaronder: Onderdeel (1) Productnaam (2) Serienummer (s/n) (3) Artikelnummer/productnummer (p/n) (4) Garantieperiode (5) Modelbeschrijving (alleen bepaalde modellen) Houd deze gegevens bij de hand wanneer u contact opneemt met de ondersteuning.
8 Specificaties Ingangsvermogen De gegevens over elektrische voeding in dit gedeelte kunnen van pas komen als u internationaal wilt reizen met de computer. De computer werkt op gelijkstroom, die kan worden geleverd via netvoeding of via een voedingsbron voor gelijkstroom. De capaciteit van de netvoedingsbron moet 100–240 V en 50–60 Hz zijn.
Omgevingsvereisten Factor Metrisch VS In bedrijf 5 °C tot 35 °C 41 °F tot 95 °F Buiten bedrijf -20 °C tot 60 °C -4 °F tot 140 °F Temperatuur Relatieve luchtvochtigheid (zonder condensatie) In bedrijf 10% tot 90% 10% tot 90% Buiten bedrijf 5% tot 95% 5% tot 95% In bedrijf -15 m tot 3.048 m -50 ft tot 10.000 ft Buiten bedrijf -15 m tot 12.192 m -50 ft tot 40.
Index Symbolen en getallen 1394-poort, herkennen 13 A Aan/uit knop 7 Aan/uit-lampjes 6, 10 Aanwijsapparaten voorkeuren instellen 26 Accu, ontgrendeling 16 Acculampje 10 Accuruimte 60 Accuruimte, herkennen 16 Accu vervangen 31 Antennes voor draadloze communicatie, herkennen 15 Audio-ingang (microfoon), herkennen 12 Audio-uitgang (hoofdtelefoon), herkennen 12 B Back-up maken en terugzetten 56 Beeldscherm, toetsen voor helderheid 23 Beeldschermontgrendeling 10 Besturingssysteem label met Certificaat van Echth
Interne beeldschermschakelaar 15 Interne microfoons, herkennen 15 Internetprovider, gebruikmaken van 19 Internetverbinding instellen 20 K Kennisgevingen label met kennisgevingen 60 labels met keurmerk voor draadloze communicatie 60 Keurmerk voor draadloze communicatie, label 60 Knijpen, touchpadbeweging 29 Knoppen calculator 8 ejectknop van optischeschijfeenheid 12 linkerknop van EasyPointmuisbesturing 4 linkerknop van touchpad 5 middenknop van EasyPointmuisbesturing 4 middenknop van touchpad 4 rechterknop
V Vaste schijf plaatsen van primaire 37 verwijderen 35 verwijderen van secundaire 36 Vaste schijf, herstellen 57 Vaste schijf, lampje 11 Ventilatieopeningen, herkennen 13 Vingerafdruklezer, herkennen 8 Volumetoetsen, herkennen 23 W Webcam 15 Webcam, herkennen 15 Webcamlampje, herkennen 15 Windows 7, dvd met besturingssysteem 58 Windows-applicatietoets, herkennen 9 Windows Back-up maken and terugzetten 54 Windows-logotoets, herkennen 9 WLAN beveiligen 21 verbinding maken 20 WLAN, label 60 WLAN-antennes, herk