HP geïntegreerde webserver Gebruikershandleiding
Copyright en garantie Handelsmerken en credits © 2007 Copyright Hewlett-Packard Development Company, L.P. Adobe® en PostScript® zijn handelsmerken van Adobe Systems Incorporated. Verveelvoudiging, bewerking of vertaling zonder voorafgaande schriftelijke toestemming is verboden, behalve zoals toegestaan door het auteursrecht. Microsoft® en Windows® zijn in de VS geregistreerde handelsmerken van Microsoft Corp. De informatie in dit document kan zonder kennisgeving worden gewijzigd.
Inhoudsopgave 1 Overzicht Wat is een geïntegreerde webserver? ................................................................................................ 2 Functies .............................................................................................................................. 2 HP Web Jetadmin en de HP geïntegreerde webserver ....................................................... 3 Systeemvereisten ........................................................................................
Kerberos-verificatietaken ................................................................................................... 54 Kerberos-verificatie initialiseren ........................................................................ 54 Verificatiebeheer configureren voor Kerberos-verificatie .................................. 56 Adresinstellingen configureren voor Kerberos-verificatie .................................. 56 Gebruik het MFP-bedieningspaneel voor Kerberos-verificatie .......................
Overzicht .......................................................................................................................................... 106 6 Overige koppelingen als hulpbron gebruiken hp instant support ............................................................................................................................ 110 Hoe werkt hp instant support? .........................................................................................
vi NLWW
Lijst van tabellen Tabel 1-1 Tabel 2-1 Tabel 2-2 Tabel 2-3 Tabel 2-4 Tabel 2-5 Tabel 2-6 Tabel 2-7 Tabel 2-8 Tabel 3-1 Tabel 3-2 Tabel 3-3 Tabel 3-4 Tabel 3-5 Tabel 3-6 Tabel 3-7 Tabel 3-8 Tabel 3-9 Tabel 3-10 Tabel 3-11 Tabel 3-12 Tabel 3-13 Tabel 3-14 Tabel 3-15 Tabel 4-1 Tabel 4-2 Tabel 4-3 Tabel 4-4 Tabel 4-5 Tabel 4-6 Tabel 4-7 Tabel 4-8 Tabel 4-9 Tabel 4-10 Tabel 5-1 NLWW HP geïntegreerde webserver .....................................................................................................
viii NLWW
Lijst van afbeeldingen Afbeelding 1-1 Afbeelding 1-2 Afbeelding 2-1 Afbeelding 2-2 Afbeelding 2-3 Afbeelding 2-4 Afbeelding 2-5 Afbeelding 2-6 Afbeelding 2-7 Afbeelding 2-8 Afbeelding 2-9 Afbeelding 2-10 Afbeelding 2-11 Afbeelding 2-12 Afbeelding 3-1 Afbeelding 3-2 Afbeelding 3-3 Afbeelding 3-4 Afbeelding 3-5 Afbeelding 3-6 Afbeelding 3-7 Afbeelding 3-8 Afbeelding 3-9 Afbeelding 3-10 Afbeelding 3-11 Afbeelding 3-12 Afbeelding 3-13 Afbeelding 3-14 Afbeelding 3-15 Afbeelding 3-16 Afbeelding 3-17 Afbeelding 3
Afbeelding 4-4 Afbeelding 4-5 Afbeelding 4-6 Afbeelding 4-7 Afbeelding 4-8 Afbeelding 4-9 Afbeelding 4-10 Afbeelding 4-11 Afbeelding 4-12 Afbeelding 4-13 Afbeelding 4-14 Afbeelding 4-15 Afbeelding 4-16 Afbeelding 4-17 Afbeelding 5-1 Afbeelding 6-1 x Scherm Geavanceerde e-mailinstellingen ............................................................................... 82 Het scherm Adresboek e-mail ..................................................................................................
1 NLWW Overzicht 1
Wat is een geïntegreerde webserver? Een webserver biedt een omgeving waarin webprogramma's kunnen worden uitgevoerd op dezelfde manier als een besturingssysteem, zoals Microsoft® Windows®, een omgeving biedt waarbinnen programma's op uw computer kunnen worden uitgevoerd. Een webbrowser, zoals Microsoft Internet Explorer, Apple Safari of Mozilla Firefox, kan de gegevens van een webserver weergeven.
● Voor elke dag wektijden instellen zodat het apparaat klaar is met initialiseren en kalibreren wanneer u het wilt gebruiken. ● Informatie over de configuratie van het apparaat en het gebruik van de benodigdheden regelmatig naar uw serviceprovider verzenden. HP Web Jetadmin en de HP geïntegreerde webserver HP Web Jetadmin is een hulpprogramma voor systeembeheer op het web dat u met een webbrowser kunt gebruiken.
Systeemvereisten Om de HP EWS te kunnen gebruiken, hebt u de volgende componenten nodig: ● 4 Een ondersteunde webbrowser. Onder andere de volgende browsers ondersteunen geïntegreerde webservers: ● Konqueror 3.5 of later ● Microsoft Internet Explorer 6.0 of later ● Mozilla Firefox 1.0 of later ● Opera 9.0 of later ● Safari 1.0 of later ● Een TCP/IP-netwerkaansluiting (Transmission Control Protocol/Internet Protocol).
De HP geïntegreerde webserver openen Volg de onderstaande procedure om de HP EWS te openen. OPMERKING: U kunt de schermen van de HP EWS niet bekijken van buiten een firewall. 1. Open uw ondersteunde webbrowser. 2. Typ het IPv4- of IPv6-TCP/IPadres dat aan het product is toegewezen, de hostnaam of de geconfigureerde hostnaam in het veld Adres of Ga naar. Hieronder volgen een paar voorbeelden: ● IPv4 TCP/IP-adres: http://192.168.1.
Aanmelden en afmelden De HP EWS heeft schermen die kunnen worden gebruikt om productinformatie te bekijken en om de configuratieopties te wijzigen. Welke schermen en instellingen verschijnen, is afhankelijk van de manier waarop u toegang hebt tot de HP EWS: als een algemene gebruiker, een IT-beheerder of een serviceprovider. Deze wachtwoorden kunnen door een IT-beheerder of een serviceprovider worden aangepast.
Afmelden als beheerder Volg de onderstaande procedure om u af te melden. 1. Klik op de koppeling Afmelden. 2. Sluit de browser om het afmelden te voltooien. VOORZICHTIG: Wanneer u de browser niet afsluit, blijft de verbinding met de HP EWS in stand. Dit kan beveiligingsrisico's tot gevolg hebben.
Door de HP geïntegreerde webserver bladeren U kunt door de schermen van de HP EWS bladeren door op een van de tabbladen te klikken (zoals Informatie of Instellingen). Klik vervolgens op een van de menu's op de navigatiebalk die u aan de linkerzijde van het scherm kunt vinden. In de volgende afbeelding en tabel wordt informatie over de schermen van de HP EWS gegeven. OPMERKING: Het uiterlijk van de schermen van de HP EWS kan verschillen van de afbeeldingen in deze gebruikershandleiding.
Tabel 1-1 HP geïntegreerde webserver (vervolg) Onderdeel Kenmerk van het scherm van de HP EWS Omschrijving Meer informatie 2 Tabbladen Tabblad Informatie Hierop kunt u informatie over het product bekijken. U kunt het product niet configureren met de schermen op dit tabblad. Zie De productstatus bekijken op de informatieschermen van de HP EWS op pagina 11. Tabblad Instellingen Gebruik de functies op dit tabblad om het product te configureren.
Tabel 1-1 HP geïntegreerde webserver (vervolg) 10 Onderdeel Kenmerk van het scherm van de HP EWS Omschrijving 5 Afmelden/ aanmelden Afhankelijk van soort gebruiker Aanmelding als ITbeheerder of serviceprovider. Zie Aanmelden en afmelden op pagina 6. 6 Scherm Afhankelijk van het menuonderdeel Klik op een menuonderdeel om een scherm weer te geven. ● Zie De productstatus bekijken op de informatieschermen van de HP EWS op pagina 11.
2 De productstatus bekijken op de informatieschermen van de HP EWS De schermen van het tabblad Informatie zijn alleen voor informatieve doeleinden bestemd. U kunt het apparaat niet vanaf deze schermen configureren. Als u het apparaat wilt configureren via HP EWS, gaat u naar Het product configureren vanaf de schermen van het tabblad Instellingen op pagina 29. OPMERKING: Sommige producten ondersteunen niet alle bovengenoemde schermen.
Status apparaat Gebruik het scherm Status apparaat om de huidige status van het product te bekijken. In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u dit scherm kunt gebruiken. Afbeelding 2-1 Scherm Status apparaat Tabel 2-1 Status apparaat Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 HP EWS-tabbladen en -menu's Zie voor meer informatie Door de HP geïntegreerde webserver bladeren op pagina 8.
Configuratiepagina Gebruik het scherm Configuratiepagina om de huidige productinstellingen te bekijken, printerproblemen op te lossen en de installatie van optionele accessoires, zoals de DIMM's (dual inline memory modules) te controleren. In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u dit scherm kunt gebruiken.
Afbeelding 2-3 Scherm Configuratiepagina – 2 van 2 Tabel 2-2 Configuratiepagina Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 HP EWS-tabbladen en -menu's Zie voor meer informatie Door de HP geïntegreerde webserver bladeren op pagina 8. 2 Apparaatgegevens Geeft het serienummer, de versienummers en overige informatie voor het apparaat weer. 3 Opties Geeft informatie over optionele accessoires en configuraties weer.
Tabel 2-2 Configuratiepagina (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 5 Beveiliging Geeft informatie over vergrendeling van het bedieningspaneel, opties voor schrijfbeveiliging van de schijf en direct connect-poorten (USB of parallel). U kunt de status van direct connect-poorten wijzigen via het tabblad Instellingen op het scherm Beveiliging door het selectievakje Direct Ports uitschakelen in of uit te schakelen.
Status benodigdheden Het scherm Status benodigdheden geeft gedetailleerde informatie over de benodigdheden weer en toont onderdeelnummers voor de originele HP-benodigdheden. (Wanneer u nieuwe producten bestelt, is het handig het onderdeelnummer bij de hand te hebben.) In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u dit scherm kunt gebruiken.
Tabel 2-3 Status benodigdheden (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied onderdeel; het desbetreffende serienummer en het HP onderdeelnummer; en een indicatie of het onderdeel bijna leeg of versleten is. Als de optie Negeren bij leeg ingeschakeld is op het bedieningspaneel van het product, verschijnt er bij een lege cartridge een bericht dat de negeeroptie ingeschakeld is.
Logbestand Op het scherm Logbestand staan de meest recente apparaatgebeurtenissen, waaronder papierstoringen, verwerkingsfouten en andere printerfouten. In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u dit scherm kunt gebruiken. Afbeelding 2-5 Scherm Logbestand Tabel 2-4 Logbestand 18 Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 HP EWS-tabbladen en -menu's Zie voor meer informatie Door de HP geïntegreerde webserver bladeren op pagina 8.
Gebruikspagina De Gebruikspagina geeft het aantal pagina's weer voor elk soort afdrukmateriaal dat door het apparaat is verwerkt alsmede het aantal dubbelzijdige pagina's. Het totale aantal wordt berekend door de som van het aantal afgedrukte pagina's te vermenigvuldigen met het aantal eenheden. De informatie op dit scherm kan worden gebruikt om vast te stellen hoeveel toner of papier in voorraad moet blijven. In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u dit scherm kunt gebruiken.
Afbeelding 2-7 Scherm Gebruikspagina – 2 van 2 Tabel 2-5 Gebruikspagina 20 Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 HP EWS-tabbladen en -menu's Zie voor meer informatie Door de HP geïntegreerde webserver bladeren op pagina 8. 2 Gebruiksstatistieken (equivalent) Geeft de soorten pagina's aan die zijn afgedrukt, het aantal enkelzijdige pagina's dat is afgedrukt, het aantal dubbelzijdige pagina's dat is afgedrukt en het totale aantal pagina's dat is afgedrukt.
Diagnostische pagina Het scherm Diagnostische pagina geeft informatie over kalibratie, kleurdichtheid en parameters. Afbeelding 2-8 Scherm Diagnostische pagina Tabel 2-6 Diagnostische pagina Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 HP EWS-tabbladen en -menu's Zie voor meer informatie Door de HP geïntegreerde webserver bladeren op pagina 8.
Tabel 2-6 Diagnostische pagina (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied worden de tonerdots verspreid, waardoor de dekkingsgraad minder dan 100% bedraagt. 22 3 Kleurdichtheid Weergave van de waarden voor hoge lichten, middentinten en schaduwen van cyaan, magenta, geel en zwart (CMYK).
Apparaatgegevens Op het scherm Apparaatgegevens wordt de volgende informatie weergegeven: ● Apparaatnaam ● Apparaatlocatie ● Activanummer ● Bedrijfsnaam ● Contactpersoon ● Productnaam ● Apparaatmodel ● Serienummer apparaat De productnaam, het apparaatmodel en het serienummer van het apparaat worden automatisch gegenereerd. U kunt de overige gegevens op dit scherm configureren vanuit het scherm Apparaatgegevens op het tabblad Instellingen.
Foto van bedieningspaneel Op het scherm Foto van bedieningspaneel ziet u het display van het bedieningspaneel van het product zoals u dit ziet wanneer u voor het product staat. Deze weergave geeft de productstatus weer die u kan helpen bij het oplossen van problemen met het product. OPMERKING: Het uiterlijk van het scherm is afhankelijk van uw product.
Logboek kleurgebruiktaak Gebruik het Logboek kleurgebruiktaak om gebruiksgegevens van de printer te bekijken. In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u het scherm Logboek kleurgebruiktaak kunt gebruiken. Afbeelding 2-11 Scherm Logboek kleurgebruiktaak Tabel 2-7 Logboek kleurgebruiktaak Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 Apparaatgegevens Geeft het serienummer en de naam van de printer weer.
Afdrukken OPMERKING: Het scherm Afdrukken (en het menu Afdrukken aan de linkerzijde) is alleen beschikbaar als dit is geconfigureerd om op het tabblad Beveiliging onder het tabblad Instellingen te verschijnen. Gebruik het scherm Beveiliging om het scherm Afdrukken uit te schakelen als u dit om beveiligingsredenen niet wilt weergeven. Zie voor meer informatie Beveiliging op pagina 45.
Tabel 2-8 Pagina Afdrukken (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 2 Status apparaat Geeft de apparaatstatus weer (dezelfde informatie als op het scherm Status apparaat en als in het display op het bedieningspaneel). 3 Bestand kiezen Drukt vanaf uw laptop, computer of netwerkserver bestanden af die gereed zijn om af te drukken (zoals .pdf- of .txt-bestanden).
28 Hoofdstuk 2 De productstatus bekijken op de informatieschermen van de HP EWS NLWW
3 Het product configureren vanaf de schermen van het tabblad Instellingen Gebruik de schermen op het tabblad Instellingen om het apparaat vanaf uw computer te configureren.
Apparaat configureren U kunt het scherm Apparaat configureren gebruiken om de pagina's met apparaatgegevens af te drukken en om het apparaat op afstand te configureren. De menu's op dit scherm lijken op de menu's die beschikbaar zijn op het bedieningspaneel van uw apparaat. Sommige van de bedieningspaneelmenu's van het product zijn niet beschikbaar vanaf de HP EWS. Zie de documentatie die bij uw apparaat is geleverd voor meer informatie over de verschillende menu's die door uw apparaat worden ondersteund.
Tabel 3-1 Apparaat configureren (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 2 Selecteer een menu Menu Informatie Hiermee kunt u de pagina's met apparaatgegevens afdrukken. Deze pagina's bevatten details over het apparaat en de configuratie hiervan. Menu Standaard taakopties Gebruik dit menu om voor iedere functie de standaard taakopties te definiëren.
Formaten/typen laden In het scherm Formaten/typen laden kunt u papierformaten en -soorten toewijzen aan iedere lade van het apparaat. In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u dit scherm kunt gebruiken. Afbeelding 3-2 Scherm Formaten/typen laden Tabel 3-2 Formaten/typen laden 32 Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 HP EWS-tabbladen en -menu's Zie voor meer informatie Door de HP geïntegreerde webserver bladeren op pagina 8.
E-mailserver Gebruik het scherm E-mailserver om de e-mailinstellingen voor uitgaande e-mail te configureren. Gebruik de instellingen op dit scherm om e-mailberichten te verzenden en te ontvangen, inclusief de productwaarschuwingen. In de volgende afbeelding, tabel en procedures wordt beschreven hoe u dit scherm kunt gebruiken.
Uitgaande e-mail configureren U moet de uitgaande e-mail configureren als u de functies Waarschuwingen of AutoSend wilt gebruiken. 1. Verzamel de volgende informatie. (Doorgaans beschikt uw netwerk- of e-mailbeheerder over de benodigde informatie voor het configureren van uitgaande e-mail.) ● Het TCP/IP-adres van de SMTP-server (Simple Mail Transfer Protocol) op uw netwerk. De EWS gebruikt het TCP/IP-adres van de SMTP-server voor het doorsturen van e-mailberichten naar andere computers.
Waarschuwingen Vanuit het scherm Waarschuwingen kunnen IT-beheerders het product zodanig instellen dat probleem- en statuswaarschuwingen via e-mail naar personen van uw keuze kunnen worden gestuurd. Wanneer deze functie is geconfigureerd, kunnen waarschuwingen automatisch worden verzonden met informatie over benodigdheden, de status van de papierbaan, service en adviezen. U kunt meerdere personen waarschuwingen sturen waarbij elke persoon slechts díe waarschuwingen ontvangt die zijn aangegeven.
Afbeelding 3-4 Scherm Waarschuwingen Tabel 3-4 Waarschuwingen 36 Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 HP EWS-tabbladen en -menu's Zie voor meer informatie Door de HP geïntegreerde webserver bladeren op pagina 8. 2 Overzicht van bestemmingslijst Geeft de huidige selecties weer voor elke bestemming. 3 Bewerken Met deze knop kunt u wijzigingen aanbrengen in de bestemming of bestemmingslijst.
Het scherm Waarschuwingen gebruiken met een apparaat U kunt vier verschillende lijsten instellen met maximaal 20 ontvangers per lijst. Het scherm Waarschuwingen - instellen dat wordt weergegeven als u op Bewerken of Nieuwe bestemmingslijst klikt, lijkt op de volgende afbeelding.
38 Afbeelding 3-5 Scherm Waarschuwingen - instellen Hoofdstuk 3 Het product configureren vanaf de schermen van het tabblad Instellingen NLWW
Waarschuwingen configureren 1. Voer een van de volgende handelingen uit: ● Klik op Nieuwe bestemmingslijst om een nieuwe bestemmingslijst te maken. -of- ● Klik naast de lijst die u wilt wijzigen op Bewerken om een bestaande bestemmingslijst te wijzigen. Het scherm Waarschuwingen – instellen verschijnt. 2. Typ een naam in het veld Lijstnaam, zoals Service of Benodigdheden. 3. Voer het e-mailadres in van de personen die de waarschuwingen moeten ontvangen.
Selecteer de optie XML-gegevens als een van de gekozen bestemmingen voor de ontvangst van waarschuwingen een geautomatiseerd computersysteem is. Elk item dat u selecteert, wordt aan uw e-mailbericht toegevoegd. Als u bijvoorbeeld Gebruikspagina en Pagina Logbestand selecteert, ontvangt u een e-mailbericht met twee bijlagen, een voor elke selectie.
De configuratie van een bestemmingslijst testen 1. Klik op de knop Test naast de bestemmingslijst die u wilt testen. Het onderstaande dialoogvenster wordt weergegeven. NLWW Waarschuwingen Afbeelding 3-6 Scherm Waarschuwingen - testen 2. Selecteer de bestemmingen die u wilt testen.
3. Het retouradres is het e-mailadres van het apparaat. Voer uw e-mailadres in het veld Retouradres in als u berichten over eventuele fouten wilt ontvangen, die worden gegenereerd door de testwaarschuwing (bijvoorbeeld een kennisgeving bij een onjuist bestemmingsadres). 4. Indien gewenst kunt u aanvullende informatie die aan het begin van de e-mailwaarschuwing verschijnt, invoeren in het tekstveld Uw opmerkingen (optioneel). 5. Klik op OK. Bestemmingen en bestemmingslijsten verwijderen 42 1.
AutoSend Gebruik het scherm AutoSend om informatie over de configuratie van het apparaat en de gebruiksgegevens over de benodigdheden te verzenden naar door u gewenste e-mailbestemmingen, zoals serviceproviders. Via deze functie kunt u een relatie onderhouden met Hewlett-Packard Company of een andere serviceprovider die u services biedt zoals vervanging van printcartridges, contracten voor betaling per pagina, afspraken over ondersteuning en registratie van gebruiksgegevens.
Tabel 3-5 AutoSend (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied Klik op Hewlett-Packard Online Privacyverklaring voor meer informatie over hoe HP de informatie behandelt die via AutoSend wordt verzonden. 6 Test Klik op deze knop om uw instellingen op te slaan en de informatie direct te versturen, zodat u zeker weet dat de ontvanger het bericht ontvangt.
Beveiliging In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u het scherm Beveiliging kunt gebruiken. Afbeelding 3-8 Scherm Beveiliging Tabel 3-6 Beveiliging Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 HP EWS-tabbladen en -menu's Zie voor meer informatie Door de HP geïntegreerde webserver bladeren op pagina 8.
Verificatiebeheer Gebruik het scherm Verificatiebeheer om de apparaatfuncties in te stellen die gebruikers pas na aanmelding kunnen gebruiken. In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u dit scherm kunt gebruiken. Afbeelding 3-9 Scherm Verificatiebeheer Tabel 3-7 Verificatiebeheer 46 Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 HP EWS-tabbladen en -menu's Zie voor meer informatie Door de HP geïntegreerde webserver bladeren op pagina 8.
Tabel 3-7 Verificatiebeheer (vervolg) Onderdeel 4 NLWW Gebied op het scherm Toekomstige installaties Informatie over of mogelijkheden van het gebied ● Opgeslagen taak maken ● Secundaire e-mail DSS (Digital Sending Service) ● Workflow DSS (Digital Sending Service) Geef een aanmeldingsmethode op voor gebruikers die toegang willen tot nieuwe functies die in de toekomst worden geïnstalleerd.
LDAP-verificatie Gebruik de pagina LDAP-verificatie om een LDAP-server (Lightweight Directory Access Protocol) te configureren voor verificatie van apparaatgebruikers. Als LDAP-verificatie is geselecteerd als de aanmeldingsmethode voor een of meer apparaatfuncties op de pagina Verificatiebeheer, moet de gebruiker bij het apparaat geldige gebruikersgegevens (gebruikersnaam en wachtwoord) invoeren om toegang te krijgen tot deze functies. De verificatie bestaat uit twee onderling afhankelijke stappen.
Tabel 3-8 LDAP-verificatie Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 HP EWS-tabbladen en -menu's Zie voor meer informatie Door de HP geïntegreerde webserver bladeren op pagina 8. 2 Bindmethode LDAPserver Met de instelling voor Bindmethode LDAP-server kunt u bepalen hoe het apparaat verbinding maakt met de LDAP-server. Vraag de beheerder van uw LDAP-server om vast te stellen welke methode het meest geschikt voor u is.
Tabel 3-8 LDAP-verificatie (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied Tijdens de controle van de gegevens wordt deze waarde gecombineerd met de RDN tot de complete DN (Distinguished Name) van de gebruiker. Tijdens het zoeken naar gebruikersinformatie wordt deze waarde gebruikt als de DN van het LDAPvermelding waarin de zoekopdracht begint.
Kerberos-verificatie Gebruik de pagina Kerberos-verificatie om het apparaat (multifunctioneel randapparaat of digitale zender) te configureren voor verificatie van gebruikers van een Kerberos-domein. Als Kerberosverificatie is geselecteerd als de aanmeldingsmethode voor een of meer apparaatfuncties op de pagina Verificatiebeheer, moet de gebruiker bij het apparaat geldige gebruikersgegevens (gebruikersnaam, wachtwoord en domein) invoeren om toegang te krijgen tot deze functies.
Tabel 3-9 Kerberos-verificatie Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 HP EWS-tabbladen en -menu's Zie voor meer informatie Door de HP geïntegreerde webserver bladeren op pagina 8. 2 Standaard Kerberos-domein Het standaard Kerberos-domein is de overal gehanteerde domeinnaam van het Kerberos-domein.
Tabel 3-9 Kerberos-verificatie (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied Als u Kerberos als bindmethode wilt gebruiken, dan moet u eerst de instellingen van Kerberos configureren. Als u gebruik maakt van "gebruikersgegevens", zorg er dan voor dat Kerberos-verificatie voor e-mail verplicht is. 6 Gegevens In het gedeelte voor het configureren van de gegevens kunt u bepalen welke gegevens worden gebruikt om verbinding te maken (verifiëren) met de LDAP-server.
Tabel 3-9 Kerberos-verificatie (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 11 Ophalen van het e-mailadres van de MFPgebruiker met behulp van het attribuut... Nadat de gebruiker van het apparaat in de LDAPdatabase is gevonden, kan het e-mailadres van de gebruiker worden opgehaald in de database met het LDAP-attribuut dat in het veld E-mailadres van de apparaatgebruiker ophalen met behulp van attribuut van is gespecificeerd.
4. Voer onder het gedeelte Toegang tot de LDAP-server de volgende stappen uit: a. Selecteer Kerberos in het vervolgkeuzemenu van de Bindmethode LDAP-server. b. Klik hier om de methode van gebruiksgegevens te selecteren die u wilt gebruiken. Als u Openbare gegevens gebruiken kiest, typt u een gebruikersnaam en een wachtwoord. OPMERKING: Onthoud hoe u de gebruikersnaam op het LDP-scherm hebt ingesteld.
Verificatiebeheer configureren voor Kerberos-verificatie Voer deze stappen uit om door te gaan met het configureren van de Kerberos-verificatie voor uw product. 1. Klik op Verificatiebeheer op het tabblad Instellingen in de HP EWS. 2. Voer de volgende stappen uit: 3. a. Selecteer onder het gedeelte Toegang tot het beginscherm de optie Kerberos in het vervolgkeuzemenu Meteen aanmelden. b.
4. 5. Voer onder het gedeelte De database doorzoeken de volgende stappen uit. a. Typ het zoekprefix in het veld Zoekopdracht. b. Selecteer een van de drie opties in het vervolgkeuzemenu Ophaalmethode gebruikersinformatie van apparaat. De juiste keuze hangt af van uw netwerkomgeving. ● Selecteer Standaardinstellingen Exchange 5.5 als er Exchange 5.5-servers worden gebruikt bij de LDAP-adressering. ● Selecteer Standaardinstellingen Active Directory voor Windows 2000 of latere netwerkomgevingen.
Verificatie PIN-code apparaat Wanneer op de pagina Verificatiebeheer de optie Verificatie PIN-code is geselecteerd voor één of meer apparaatfuncties, wordt de gebruiker gevraagd een PIN-code in te voeren voordat deze toegang krijgt tot de apparaatfuncties. Als de onjuiste PIN-code is ingevoerd, gaat de gebruiker terug naar het vorige scherm. Als de juiste PIN-code is ingevoerd, krijgt de gebruiker toegang tot alle functies waarvoor die PIN-code geldt.
Verificatie PIN-code gebruiker Op de pagina Verificatie PIN-code gebruiker kunt u records voor PIN-codes van gebruikers afzonderlijk in het apparaat opslaan, en records voor PIN-codes van gebruikers die al in het apparaat zijn opgeslagen wijzigen of verwijderen. Ook kunt u de functie Importeren/Exporteren van het apparaat gebruiken om in één keer een lange lijst met gebruikers te laden in plaats van deze één voor één toe te voegen.
Afbeelding 3-13 Het scherm Verificatie PIN-code gebruiker Nieuwe gebruikers toevoegen U kunt een nieuwe gebruiker en een PIN-code toevoegen door op Nieuwe gebruiker toevoegen... te klikken. Op deze manier komt u op de pagina Gebruiker toevoegen, waar u de instructies vindt om deze taak uit te voeren. Een nieuwe gebruiker toevoegen Als u een nieuwe gebruiker en PIN-code wilt toevoegen, dan gaat u als volgt te werk: 60 1. Klik op Nieuwe gebruiker toevoegen... De pagina Gebruiker toevoegen wordt geopend.
OPMERKING: Als de optie voor validatie van e-mailadressen op het apparaat is ingeschakeld, dan moet het e-mailadres een @-teken bevatten. 4. Typ de PIN-code van de gebruiker in het veld Toegangs-PIN gebruiker. Deze PIN-code moet tussen de 4 en 8 cijfers lang zijn. 5. Als u het e-mailadres van de nieuwe gebruiker aan het adresboek van het apparaat wilt toevoegen, dan schakelt u het selectievakje Gebruiker automatisch aan e-mailadresboek toevoegen in. 6.
Overige koppelingen bewerken Gebruik het scherm Overige koppelingen bewerken om maximaal vijf koppelingen aan de gewenste websites toe te voegen of aan te passen (zie de volgende opmerking). Deze koppelingen verschijnen op de schermen van de HP EWS in het veld Overige koppelingen onder de linkernavigatiebalk. Drie permanente koppelingen (hp instant support, Benodigdheden bestellen en Productondersteuning) zijn al ingesteld.
Tabel 3-10 Overige koppelingen bewerken (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 4 Overige koppelingen hp instant support Hiermee kunt u een verbinding met webbronnen tot stand brengen die u kunnen helpen bij het oplossen van specifieke problemen en kunt u zien welke aanvullende diensten er voor uw apparaat beschikbaar zijn. (Gedetailleerde informatie, waaronder serienummer en foutstatus, wordt doorgestuurd naar de klantenservice van HP.
Apparaatgegevens Gebruik het scherm Apparaatgegevens om een naam voor het apparaat in te voeren, om een artikelnummer toe te kennen en om de bedrijfsnaam, de contactpersoon van het apparaat en de fysieke locatie van het apparaat te configureren. De apparaatnaam, het apparaatmodel en serienummer van het apparaat zijn ook op dit scherm te vinden. Afbeelding 3-15 Scherm Apparaatgegevens OPMERKING: Als u wijzigingen aanbrengt op het scherm Apparaatgegevens, klikt u op Toepassen om de wijzigingen op te slaan.
Taal Gebruik het scherm Taal om de taal te selecteren waarin de schermen van de HP EWS verschijnen. In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u dit scherm kunt gebruiken. Afbeelding 3-16 Scherm Taal VOORZICHTIG: Als u de optie Pagina's bekijken in de Printer of de optie Selecteer een taal kiest, wordt de taal gewijzigd voor iedereen die gebruikmaakt van de HP EWS.
OPMERKING: De standaardtaal is de taal die de webbrowser op dit moment gebruikt. Als uw browser en het bedieningspaneel beide een taal gebruiken die niet beschikbaar is voor de HP EWS, wordt Engels als standaardtaal geselecteerd. Als u wijzigingen aanbrengt op het scherm Taal, klikt u op Toepassen om de wijzigingen op te slaan.
Datum & tijd Gebruik het scherm Datum & tijd om de producttijd te updaten. In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u dit scherm kunt gebruiken. Afbeelding 3-17 Scherm Datum & tijd Tabel 3-12 Datum & tijd NLWW Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 HP EWS-tabbladen en -menu's Zie voor meer informatie Door de HP geïntegreerde webserver bladeren op pagina 8.
Datum-/tijdsindeling Gebruik het scherm Datum-/tijdsindeling om de door u gewenste wijze van notatie voor datum (onder Datumindeling) en tijd (onder Tijdsindeling) te selecteren. De volgende afbeelding geeft het scherm Datum-/tijdsindeling weer. Afbeelding 3-18 Scherm Datum-/tijdsindeling Tijdafwijkingscorrectie Gebruik het scherm Datum en tijd – tijdafwijkingscorrectie om tijdafwijkingscorrectie in te schakelen. De volgende afbeelding geeft het scherm weer.
Afbeelding 3-19 Scherm Datum en tijd – tijdafwijkingscorrectie Volg de onderstaande procedure om een netwerktijdserver voor tijdafwijkingscorrectie te configureren. OPMERKING: Dit proces voorkomt dat de klok gaat afwijken (voor- of achterlopen), maar synchroniseert de klok niet met de klok van de netwerktijdserver. 1. Schakel het selectievakje Tijdafwijkingscorrectie inschakelen in. 2.
Wektijd Een IT-beheerder kan het scherm Wektijd gebruiken om het apparaat dagelijks in te schakelen vanuit de sluimermodus. Het apparaat kan bijvoorbeeld zo worden ingesteld dat het om 07:30 uur wordt ingeschakeld. Dit betekent dat het apparaat om 08:00 uur klaar is met initialiseren en kan worden gebruikt. De beheerder kan slechts één wektijd per dag instellen, maar voor elke dag kan een andere wektijd worden ingesteld.
Kleur beperken Gebruik het scherm Kleur beperken om het afdrukken in kleur te beperken. U kunt afdrukken in kleur voor alle gebruikers, voor bepaalde gebruikers of voor bepaalde toepassingen beperken. In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u dit scherm kunt gebruiken.
Tabel 3-14 Kleur beperken (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 2 Toegang tot kopiëren in kleur Selecteer deze optie wanneer u toegang wilt tot het menu Kleur beperken vanaf het bedieningspaneel van het apparaat. 3 Hiermee kunt u de opties voor het afdrukken in kleur instellen Selecteer of alle kleurentaken in kleur of in zwart-wit moeten worden afgedrukt, of volgens aangepaste machtigingsinstellingen.
Als u op de pagina Kleur beperken op de optie KLEUR INDIEN TOEGESTAAN klikt, worden de functies Machtigingen voor gebruikers en Machtigingen voor toepassingen van het scherm ingeschakeld. Zie de afbeelding hieronder.
Tabel 3-15 Kleur beperken – KLEUR INDIEN TOEGESTAAN (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 4 Machtiging Hier kunt u het machtigingsniveau voor kleurgebruik selecteren voor de gebruiker die wordt weergegeven in het veld Naam systeemgebruiker.
4 Opties voor digitaal versturen instellen Beheerders kunnen de schermen van het tabblad Digitaal versturen gebruiken om de digitale verzendopties van bepaalde apparaten in te stellen. OPMERKING: Sommige producten ondersteunen niet alle bovengenoemde schermen.
Algemene instellingen Gebruik het scherm Algemene instellingen om beheerdersgegevens voor Digitaal versturen in te stellen. In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u dit scherm kunt gebruiken. Afbeelding 4-1 Scherm Algemene instellingen Tabel 4-1 Algemene instellingen 76 Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 HP EWS-tabbladen en -menu's Zie voor meer informatie Door de HP geïntegreerde webserver bladeren op pagina 8.
Verzenden naar map Gebruik het scherm Verzenden naar map om gescande documenten te verzenden naar gedeelde mappen of FTP-sites. OPMERKING: De gedeelde mappen of FTP-sites moeten functioneren voordat u dit hulpmiddel gebruikt, anders kunt u ze niet als bestemming toevoegen. In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u het scherm Verzenden naar map kunt gebruiken.
Tabel 4-2 Instellingen voor Verzenden naar map (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 6 Verwijderen Klik op Verwijderen om de geselecteerde map uit de lijst met vooraf gedefinieerde mappen te verwijderen. 7 Alles verwijderen Klik op Alles verwijderen om alle vooraf gedefinieerde mappen uit de lijst te verwijderen. 8 Toegang tot map testen Klik op Toegang tot map testen om te testen of een vooraf gedefinieerde map voor het apparaat toegankelijk is.
Een vooraf gedefinieerde map bewerken of bekijken Voer deze stappen uit om een vooraf gedefinieerde map te bewerken of te bekijken. 1. Selecteer een map in de lijst Vooraf gedefinieerde mappen door erop te klikken. 2. Klik op bewerken. U gaat naar een nieuwe webpagina waarin u de instellingen voor de vooraf gedefinieerde map kunt bekijken of bewerken. Klik vervolgens op de knop OK om terug te gaan naar deze pagina als u instellingen hebt gewijzigd.
E-mailinstellingen Voor het product is een SMTP-gatewayserver (Simple Mail Transfer Protocol) nodig om e-mailberichten naar hun bestemmingen te kunnen versturen. Als de SMTP-gateway niet antwoordt of niet geconfigureerd is, verschijnt het volgende bericht op het scherm: 0.0.0.0 antwoordt niet of is geen geldige SMTP-gatewayserver.
Tabel 4-3 E-mailinstellingen (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied OPMERKING: Sommige apparaten herkennen alleen TCP/IPadressen. In zulke gevallen worden hostnamen naar het bijbehorende TCP/IP-adres geconverteerd. 5 Maximumgrootte van bijlagen Selecteer hier de maximumgrootte van e-mailbijlagen die de SMTP-gateway kan verwerken.
Geavanceerde e-mailinstellingen In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u het scherm Geavanceerde e-mailinstellingen kunt gebruiken. Afbeelding 4-4 Scherm Geavanceerde e-mailinstellingen Tabel 4-4 Geavanceerde e-mailinstellingen 82 Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 HP EWS-tabbladen en -menu's Zie voor meer informatie Door de HP geïntegreerde webserver bladeren op pagina 8.
Adresboek e-mail Een e-mailadresboek is een lijst met e-mailadressen die in het apparaat zijn opgeslagen. In het adresboek kunt u vaak gebruikte e-mailadressen opslaan zodat u snel het juiste e-mailadres kunt kiezen als u een document wilt verzenden vanaf het voorpaneel van het apparaat. In het e-mailadresboek kunt u e-mailadressen afzonderlijk in het apparaat opslaan en e-mailadressen die al in het apparaat zijn opgeslagen bewerken.
Een e-mailadres toevoegen Voor het toevoegen van een nieuw e-mailadres gaat u als volgt te werk: 1. Klik E-mailadres toevoegen... De pagina E-mailadres toevoegen wordt geopend. 2. Typ de naam van de betreffende persoon in het veld Naam. Deze naam wordt weergegeven in de lijst die op het bedieningspaneel van het apparaat verschijnt wanneer een gebruiker een e-mailadres zoekt. Afhankelijk van de gebruikte taal is de maximumlengte 245 tekens of minder. 3. Typ het e-mailadres in het veld E-mailadres.
Faxinstellingen Het product kan gescande documenten naar een faxnummer verzenden en op deze manier de verzendfuncties van een faxapparaat simuleren. Als het product beschikt over een faxmodem, kan het ook worden ingesteld om faxen te ontvangen. OPMERKING: Het scherm Faxinstellingen (en het menu Verzenden naar fax aan de linkerzijde) is alleen beschikbaar als uw product beschikt over een faxmodemkaart.
Tabel 4-5 Verzenden naar fax (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 3 Faxen verzenden rechtstreeks vanaf de interne modem van het apparaat via de Digital Sendingservice Faxen worden rechtstreeks vanaf het apparaat verzonden.
Afbeelding 4-7 Scherm Geavanceerde faxinstellingen Tabel 4-6 Geavanceerde faxinstellingen NLWW Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 HP EWS-tabbladen en -menu's Zie voor meer informatie Door de HP geïntegreerde webserver bladeren op pagina 8. 2 Help Klik hierop om een Help-bestand te openen dat informatie bevat over de schermen op het tabblad Digitaal versturen.
Tabel 4-6 Geavanceerde faxinstellingen (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 5 Ontvangen Selecteer hier de instellingen voor ontvangen faxen. U kunt aangeven in welke uitvoerbak de faxen moeten worden afgeleverd en of de inkomende faxen passend gemaakt moeten worden op het formaat papier in de invoerlade. Bovendien kunt u het nummer opgeven van een andere fax waarnaar binnenkomende faxen doorgestuurd moeten worden.
is. Het rapport wordt op de MFP afgedrukt wanneer hiertoe opdracht wordt gegeven of conform uw instellingen. In het veld Signaalsterkte kan de signaalsterkte van de fax worden aangepast, die gebruikt wordt om op de telefoonlijn te communiceren. VOORZICHTIG: De Signaalsterkte-instelling kan niet worden aangepast, tenzij dit door een ervaren servicetechnicus wordt aangeraden om slecht functionerende faxcommunicaties te corrigeren.
Faxadresboek Een faxadresboek is een lijst met faxnummers die in het apparaat zijn opgeslagen. In het adresboek kunt u vaak gebruikte faxnummers opslaan zodat u snel de juiste bestemming kunt kiezen als u een document wilt faxen vanaf het voorpaneel van het MFP-apparaat. Op de pagina Faxadresboek kunt u faxnummers afzonderlijk in het apparaat opslaan en faxnummers die al in het apparaat zijn opgeslagen bewerken.
Een faxnummer toevoegen Voor het toevoegen van een faxnummer gaat u als volgt te werk: 1. Klik op Faxnummer toevoegen... De pagina Faxnummer toevoegen wordt geopend. 2. Typ de naam van de betreffende persoon in het veld Naam. Deze naam wordt weergegeven in de lijst die op het bedieningspaneel van het apparaat verschijnt wanneer een gebruiker een faxnummer zoekt. Afhankelijk van de gebruikte taal is de maximumlengte 245 tekens of minder. 3. Typ het faxnummer in het veld Faxnummer.
Importeren/exporteren Gebruik deze pagina om een adresboek en gebruikersinformatie te importeren en exporteren naar en vanuit het apparaat. Als u gegevens naar het apparaat importeert, voegt u nieuwe e-mailadressen, faxnummers of gebruikersrecords toe, zodat u deze kunt gebruiken vanaf dit apparaat. Op deze manier kunt u gemakkelijk beginlijsten maken of kunt u uw HP-apparaat actueel houden met de meest recente veranderingen binnen uw organisatie.
Notepad. Zorg ervoor dat u het bestand, nadat u dit hebt gemaakt, opslaat of exporteert als .CSVbestandstype. U kunt ook een gegevensbestand maken door contactpersonen vanuit Microsoft Outlook of een andere e-mailclient te exporteren en dit op te slaan als een CSV-bestand. Een adresboek importeren Als u een adresboek of gebruikersgegevens wilt importeren, dan gaat u als volgt te werk: 1. Maak een gegevensbestand dat een koprij bevat met de voor uw gegevens vereiste kolommen.
4. Als u het bronbestand naar het apparaat wilt importeren, klikt u op Bladeren... naast het veld Bestandsnaam adresboek op de pagina Importeren/Exporteren om naar het bronbestand te gaan op uw computer. 5. Klik op Importeren om het gegevensbestand naar het apparaat te importeren. Afhankelijk van de netwerksnelheid duurt het importproces ongeveer 1 minuut voor elke 1000 records.
3. Selecteer Door lijstscheidingstekens gescheiden waarden (CSV) en klik op Volgende. 4. Selecteer de map Contactpersonen en klik op Volgende. 5. Typ een naam voor het bestand met de extensie .csv. Klik op Bladeren om de locatie te kiezen waar u het bestand op uw computer wilt opslaan. Klik op Volgende. 6. Klik op Voltooien om de wizard te voltooien en het bestand te exporteren. 7. Als u het .
Adresseringsinstellingen OPMERKING: Het LDAP-protocol wordt doorgaans alleen gebruikt in e-mailomgevingen van bedrijven. Als u een ISP gebruikt voor e-mailservices, raadt HP u aan de functie Adresboek e-mail te gebruiken. U dient een of meer bestemmingsadressen in te voeren zodat het product gescande documenten kan verzenden. De adresseringsfunctie van het product vereenvoudigt dit proces door de LDAP-server op het netwerk te openen.
Tabel 4-7 Adresseringsinstellingen (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 3 Directe toegang van apparaat tot LDAP-adresboek toestaan Schakel dit selectievakje in om het apparaat rechtstreekse toegang te geven tot een LDAP-adresboek. 4 Bindmethode LDAP-server Anoniem Selecteer deze optie om verbinding te maken met de LDAP-server indien de LDAP-server geen gebruikersgegevens nodig heeft voor toegang tot de LDAPdatabase.
Tabel 4-7 Adresseringsinstellingen (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 11 Zoekopdracht Voer de Distinguished Name (DN) van de vermelding in de LDAPdirectorystructuur in waarmee het zoeken naar het adres moet beginnen. Een DN bestaat uit paren van "attribuut=waarde", gescheiden door komma's. Bijvoorbeeld: ou=naam afdeling,o=naam bedrijf ou=marketing,o=Hewlett Packard,c=VS o=hp.
Geavanceerde adresseringsinstellingen In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u het scherm Geavanceerde adresseringsinstellingen kunt gebruiken. Afbeelding 4-13 Scherm Geavanceerde adresseringsinstellingen Tabel 4-8 Geavanceerde adresseringsinstellingen Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 HP EWS-tabbladen en -menu's Zie voor meer informatie Door de HP geïntegreerde webserver bladeren op pagina 8.
Log Gebruik het scherm Log om informatie over de digitale verzendtaak te krijgen, zoals eventueel optredende fouten. In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u dit scherm kunt gebruiken. OPMERKING: Als de HP DSS is geïnstalleerd, worden digitale verzendtaken in de HP DSS geregistreerd in plaats van in de HP EWS. Open de HP MFP DSS Configuration Utility en klik op het tabblad Log om het log te zien.
Tabel 4-9 Log (vervolg) Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 6 Gebeurtenis Geeft aan of de handeling is gelukt of dat er een fout is opgetreden. 7 Tijd Geeft de tijd voor elke logvermelding weer. 8 Opslaan Klik op deze knop om de loggegevens in een bestand op te slaan. 9 Details Selecteer de logvermelding en klik op de knop Details om de loginvoergegevens te bekijken.
Afbeelding 4-16 Scherm Problemen oplossen 102 Hoofdstuk 4 Opties voor digitaal versturen instellen NLWW
Voorkeuren Gebruik het scherm Voorkeursinstellingen om algemene instellingen voor de digitale verzendfuncties te configureren. In de volgende afbeelding en tabel wordt beschreven hoe u dit scherm kunt gebruiken. Afbeelding 4-17 Scherm Voorkeursinstellingen Tabel 4-10 Voorkeursinstellingen NLWW Onderdeel Gebied op het scherm Informatie over of mogelijkheden van het gebied 1 HP EWS-tabbladen en -menu's Zie voor meer informatie Door de HP geïntegreerde webserver bladeren op pagina 8.
De HP DSS-software gebruiken De HP Color LaserJet CM4730 MFP omvat de Digital Sending Software (HP DSS) die kan worden gebruikt om digitale verzendtaken uit te voeren. Als de HP DSS is geïnstalleerd, zijn alle HP EWSschermen voor Digitaal versturen beschikbaar voor alleen-lezen. Als u echter probeert wijzigingen op te slaan in een van de schermen HP EWS Digitaal versturen, verschijnt het volgende bericht: Het apparaat wordt onderhouden door de Digital Sending Software op .
5 NLWW Netwerkfuncties beheren vanuit de schermen van het tabblad Netwerk 105
Overzicht Gebruik de netwerkschermen om uw apparaat op uw netwerk te configureren en te beheren. Het uiterlijk en de eigenschappen van de schermen die beschikbaar zijn vanaf het tabblad Netwerk kunnen verschillen, afhankelijk van het model en de versie van uw HP Jetdirect-printserver. Het volgende scherm lijkt op het scherm dat u ziet als u klikt op Netwerk. Klik in de linkernavigatiebalk op het menu Netwerk voor het scherm dat u wilt bekijken.
● Een wachtwoord instellen om de toegang tot het product en de configuratie-instellingen van het netwerk te beheren. Dit wachtwoord is gesynchroniseerd met het wachtwoord dat u op het scherm Beveiliging onder het tabblad Instellingen instelt. U kunt het dus via elk van deze twee schermen instellen of opnieuw instellen. ● De beveiliging van uw apparaat configureren met behulp van wachtwoorden, toegangslijsten en beheerdersprotocollen.
108 Hoofdstuk 5 Netwerkfuncties beheren vanuit de schermen van het tabblad Netwerk NLWW
6 Overige koppelingen als hulpbron gebruiken Het veld Overige koppelingen bevat drie permanente koppelingen die snel toegang bieden tot productspecifieke informatie zoals interactieve probleemoplossingen en bestelinformatie voor originele HP-onderdelen. Afbeelding 6-1 scherm Apparaatgegevens OPMERKING: U kunt het scherm Overige koppelingen bewerken op het tabblad Instellingen gebruiken om maximaal vijf aangepaste koppelingen naar websites van uw keuze toe te voegen.
hp instant support Hewlett-Packard Company biedt hp instant support, een op Internet gebaseerd ondersteuningssysteem dat diagnostische informatie verzamelt van uw product en deze vergelijkt met de informatiedatabase van HP. Bij hp instant support kunt u intelligente oplossingen vinden waarmee u snel en eenvoudig problemen kunt oplossen. Hoe werkt hp instant support? Er wordt informatie van uw product verzameld en verzonden (beveiligd) naar Hewlett-Packard Company als u op hp instant support klikt.
Benodigdheden bestellen Via de koppeling Benodigdheden bestellen gaat u naar een webpagina waarmee u eenvoudig online benodigdheden bij een leverancier naar keuze kunt bestellen. De benodigdheden die u nodig hebt, zijn al geselecteerd voor u. U kunt de hoeveelheden wijzigen of extra onderdelen selecteren. Uw onderdelen worden in het winkelwagentje gedaan en zodra u klaar bent, wordt er gecontroleerd of de juiste benodigdheden zijn besteld door uw leverancier.
Productondersteuning De koppeling Productondersteuning maakt verbinding met een webpagina die een uitgebreid menu met ondersteuningsbronnen weergeeft, speciaal voor bedrijven. Via deze webpagina kunt u deze taken uitvoeren en nog veel meer: ● Een lijst van HP-producten op een site zoeken: computers, werkstations, servers, opslagapparaten, printers, scanners, apparatuur voor digitale weergave en mobiele apparatuur. ● Technische ondersteuning verkrijgen.
Mijn Serviceprovider en Mijn Servicecontract De koppelingen Mijn Serviceprovider en Mijn Servicecontract verschijnen alleen als deze door de serviceprovider op het scherm Overige koppelingen op het tabblad Instellingen zijn gemaakt (en eventueel een nieuwe naam hebben gekregen). De koppeling kan worden aangeklikt door elke gebruiker voor informatie over de serviceprovider en het servicecontract. De informatie kan maximaal 50 tekens bevatten en wordt opgeslagen in het permanente geheugen van het apparaat.
114 Hoofdstuk 6 Overige koppelingen als hulpbron gebruiken NLWW
Index status 12 statuspagina 16 benodigdheden bestellen 63, 111 berichten, fout logbestanden digitaal versturen 100 berichten, fouten logbestand 18 bestanden afdrukken 26, 27 bestemmingslijsten maken 37 testen 41 verwijderen 42 beveiliging adressering 97 faxmodem 88 instellingen, algemeen 45 Kerberos-verificatie 51 LDAP-verificatie 48 status 15 Verificatiebeheer 46 verzenden naar e-mail 80 bijlagen, e-mail 81, 82 bijwerken, firmware 26 bladeren 8, 31 browsers definitie 2 ondersteund 4 sluiten na afmelden 7
gebruikersnaam 45 gebruiksinformatie, AutoSend Gebruikspagina 19 gedeelte Overige koppelingen 62, 109 geheugen, installatie controleren 13 Geïnstall. personality's en opties 14 geïntegreerde webserver definitie 2 functies 2 43 H help instant support 63, 110 productondersteuning 63, 112 HP geïntegreerde webserver definitie 2 functies 2 HP geïntegreerde webserver openen 5 hp instant support 63, 110 HP Jetdirect-printserver 106 HP Web Jetadmin 3 I inktcartridge.
R retour-e-mailadres 34 S Safari, ondersteunde versies 4 schema AAN/UIT 70 scherm Afdrukken 26 scherm Algemeen, digitaal versturen 76 scherm Apparaat configureren 30 scherm Apparaatgegevens 23, 64 Scherm Beveiliging 45 scherm Configuratiepagina 13 scherm Datum & tijd 67 scherm E-mailserver 33 schermen voor digitaal versturen Adressering 96 Algemeen 76 Geavanceerde e-mailinstellingen 82 Geavanceerde faxinstellingen 86 informatie 75 Kerberos-verificatie 51 Log 100 Verzenden naar e-mail 80 Verzenden naar fax 8
118 Index NLWW
© 2007 Hewlett-Packard Development Company, L.P. www.hp.