HP Color LaserJet CM4730 MFP Gebruikershandleiding
Copyright en licentie Handelsmerken © 2007 Copyright Hewlett-Packard Development Company, L.P. Adobe®, Acrobat® en PostScript® zijn handelsmerken van Adobe Systems Incorporated. Verveelvoudiging, bewerking en vertaling zonder voorafgaande schriftelijke toestemming zijn verboden, behalve zoals toegestaan door het auteursrecht. De informatie in dit document kan zonder vooraankondiging worden gewijzigd.
Inhoudsopgave 1 Basiskenmerken van het product Productvergelijking ............................................................................................................................... 2 HP Color LaserJet CM4730 MFP ........................................................................................ 2 HP Color LaserJet CM4730f MFP ....................................................................................... 3 HP Color LaserJet CM4730fsk MFP ..........................................
menu Herstellen ................................................................................................................................. 56 Menu Service ..................................................................................................................................... 57 3 Software voor Windows Ondersteunde Windows-versies ........................................................................................................ 60 De software voor het printsysteem installeren ......
Papier en afdrukmateriaal Het gebruik van papier en afdrukmateriaal ........................................................................................ 90 Ondersteunde formaten papier en afdrukmateriaal ............................................................................ 91 Aangepaste papierformaten ............................................................................................................... 93 Richtlijnen voor speciaal papier of afdrukmateriaal .............................
Een persoonlijke taak afdrukken ..................................................................... 113 Een persoonlijke taak verwijderen .................................................................. 113 De functie QuickCopy gebruiken ..................................................................................... 115 Een snelkopieertaak maken ............................................................................ 115 Meerdere afdrukken maken van snelkopieertaken ...........................
Afdrukken op beiden zijden van de pagina (dubbelzijdig afdrukken) ............................... 134 Automatisch dubbelzijdig afdrukken (duplex) .................................................. 134 Automatisch dubbelzijdig afdrukken op het bedieningspaneel inof uitschakelen ................................................................................ 135 Automatisch dubbelzijdig afdrukken in het Macintosh printerstuurprogramma in- of uitschakelen .....................................
Halftoonopties ................................................................................................. 156 Neutrale grijstinten .......................................................................................... 157 RGB-kleur ....................................................................................................... 157 Randinstelling .................................................................................................. 158 11 Kopiëren Werken met het kopieerscherm ..
De geïntegreerde webserver openen .............................................................................. 192 Tabblad Informatie .......................................................................................... 193 Tabblad Instellingen ........................................................................................ 193 Tabblad Digitaal verzenden ............................................................................ 194 Tabblad Netwerken .........................................
Een upgrade uitvoeren op de firmware in een netwerkverbinding met FTP ................................................................................................................. 212 Een upgrade uitvoeren op de firmware met HP Web Jetadmin ...................... 213 Een upgrade uitvoeren op de firmware met MS-DOS-commando's ............... 213 De HP Jetdirect-firmware gebruiken ................................................................................ 214 Geheugen beheren ........................
Papierstoringen verhelpen in de uitvoeraccessoire-brug ................................................. 266 Papierstoringen verhelpen in de ADF .............................................................................. 267 Problemen met de papierverwerking ................................................................................................ 269 De printer voert meerdere vellen tegelijk in .....................................................................
De MFP kalibreren ........................................................................................................... 299 Liniaal voor repeterende onvolkomenheden .................................................................... 299 Faxproblemen oplossen ................................................................................................................... 301 E-mailproblemen oplossen .....................................................................................................
Bijlage D Overheidsinformatie Naleving van FCC-regelgeving ........................................................................................................ 332 Declaration of Conformity ................................................................................................................. 333 Milieuvriendelijk productiebeleid ....................................................................................................... 334 Milieubescherming ........................................
xiv NLWW
1 NLWW Basiskenmerken van het product ● Productvergelijking ● Productkenmerken ● Productintroductie 1
Productvergelijking HP Color LaserJet CM4730 MFP De HP Color LaserJet CM4730 MFP is het basismodel en wordt standaard met de volgende onderdelen geleverd: 2 ● Multifunctionele invoerlade voor 100 vel (lade 1) ● Drie invoerladen voor 500 vel ● ADF (Automatic document feeder) voor maximaal 50 pagina's ● Een geïntegreerde HP Jetdirect-printserver voor aansluiting op een 10/100Base-TX-netwerk ● 256 MB RAM ● Een duplexmodule ● Een vaste schijf Hoofdstuk 1 Basiskenmerken van het product NLWW
HP Color LaserJet CM4730f MFP De HP Color LaserJet CM4730f MFP heeft dezelfde kenmerken als het basismodel, plus een analoge faxmodule.
HP Color LaserJet CM4730fm MFP De HP Color LaserJet CM4730fm MFP heeft dezelfde kenmerken als het basismodel, plus de volgende onderdelen: 4 ● Analoge faxmodule ● Uitvoeraccessoire-brug ● Postbus met drie bakken Hoofdstuk 1 Basiskenmerken van het product NLWW
Productkenmerken Functies ● Dubbelzijdig kopiëren (duplex) ● Digitaal verzenden in kleur ● Toegangsbeheer voor kleur ● Afdrukken via netwerk Snelheid en doorvoer ● 31 pagina's per minuut (ppm) bij het kopiëren en afdrukken op papier met Letter-formaat; 30 ppm bij het kopiëren en afdrukken op papier met A4-formaat ● Schaalbaarheid van 25 tot 400% bij gebruik van de scannerglasplaat ● 25% tot 200% vergroten/verkleinen met de ADF ● Minder dan 10 seconden voor het afdrukken van de eerste pagina
Talen en lettertypen ● HP Printer Command Language (PCL) 6 ● HP PCL 5 ● Printer Management Language ● XHTML ● 80 schaalbare TrueType-lettertypen ● HP PostScript® 3-emulatie (PS) Kopiëren en verzenden ● Modi voor tekstbestanden, grafische bestanden en combinaties van tekst en afbeeldingen ● Een functie voor het onderbreken van taken (per kopie) ● Meerdere pagina's per vel ● Animaties voor ingrijpen van de gebruiker (bijvoorbeeld bij een papierstoring) ● Scannen en verzenden naar een e-ma
● ● Dubbelzijdig afdrukken en kopiëren: Voor dubbelzijdig afdrukken en kopiëren (op beide zijden van het papier). ● Dubbelzijdig scannen met ADF: De ADF is voorzien van een automatische duplexeenheid voor het scannen van dubbelzijdige documenten. Uitvoer ● Standaarduitvoerbak: De standaarduitvoerbak bevindt zich aan de linkerkant van de MFP. Deze bak is geschikt voor maximaal 500 vel papier. ● Uitvoerbak van ADF: De uitvoerbak van de ADF bevindt zich onder de invoerbak van de ADF.
8 ● Groepsgewijze pincodeverificatie (Groep 1 en Groep 2) ● Pincodeverificatie gebruiker Hoofdstuk 1 Basiskenmerken van het product NLWW
Productintroductie Vooraanzicht NLWW 1 Bovenklep van ADF 2 Invoerlade automatische documentinvoer (ADF) voor het kopiëren/scannen/faxen van originelen 3 Statuslampjes van bedieningspaneel 4 Display bedieningspaneel met aanraakschermfuncties 5 Toetsenblok van bedieningspaneel 6 Rechterkleppen (voor toegang tot de printcartridges en andere verbruiksartikelen) 7 Laden 2, 3 en 4 8 Indicator voor aantal vellen 9 Aan/uit-schakelaar 10 Uitvoerbak 11 Scannervergrendeling Productintroductie
Achteraanzicht 10 1 Uitvoerbak 2 Interfacepoorten 3 Aan/uit-schakelaar 4 Voedingsaansluiting Hoofdstuk 1 Basiskenmerken van het product NLWW
Interfacepoorten De MFP beschikt over vijf poorten voor aansluiting op een computer of een netwerk. De poorten bevinden links in de hoek aan de achterzijde van de MFP. 1 Foreign Interface Harness (FIH) 2 USB 2.
serial number Afbeelding 1-1 Voorbeeld van een label met model- en serienummer 12 Modelnaam Modelnummer HP Color LaserJet CM4730 MFP CB480A HP Color LaserJet CM4730f MFP CB481A HP Color LaserJet CM4730fsk MFP CB482A HP Color LaserJet CM4730fm MFP CB483A Hoofdstuk 1 Basiskenmerken van het product NLWW
2 NLWW Bedieningspaneel ● Het bedieningspaneel gebruiken ● Navigeren in het menu Beheer ● Menu Informatie ● Standaard taakopties ● Menu Tijd/schema's ● Menu Beheer ● Menu Begininstellingen ● Menu Werking apparaat ● Menu Afdrukkwaliteit ● Menu Probleemoplossing ● menu Herstellen ● Menu Service 13
Het bedieningspaneel gebruiken Het bedieningspaneel heeft een VGA-aanraakscherm dat toegang biedt tot alle functies van het apparaat. Gebruik de knoppen en het numerieke toetsenbord om taken en de apparaatstatus te regelen. De LED's geven de algemene status van apparaat weer. Indeling bedieningspaneel Het bedieningspaneel bestaat uit een grafisch aanraakscherm, bedieningsknoppen voor taken, een numeriek toetsenbord en drie LED's voor de status.
Beginscherm Het beginscherm biedt toegang tot de apparaatfuncties en geeft de huidige status van het apparaat weer. Opmerking De functies die op het beginscherm worden weergegeven zijn afhankelijk van de ingestelde apparaatconfiguratie.
7 Netwerkadres Raak Netwerkadres aan om gegevens over de netwerkverbinding op te zoeken. 8 Datum en tijd Hier worden de huidige datum en tijd weergegeven. De systeembeheerder kan de indeling instellen die het apparaat gebruikt om de datum en tijd weer te geven, bijvoorbeeld de 12-uurs indeling of de 24-uurs indeling. Knoppen op het aanraakscherm De statusregel op het aanraakscherm biedt informatie over de status van het apparaat. Hier kunnen verschillende knoppen worden weergegeven.
Navigeren in het menu Beheer Raak op het beginscherm Beheer aan om de menustructuur te openen. Mogelijk moet u omlaag bladeren in het beginscherm om deze functie te zien. Het menu Beheer heeft verschillende submenu's die op de linkerzijde van het scherm staan. Raak de naam van een menu aan om de structuur uit te klappen. Een plus-teken (+) naast een menunaam betekent dat het menu submenu's bevat. Ga door met het openen van de structuur totdat u bij de optie komt die u wilt configureren.
Menu Informatie Beheer > Informatie U kunt dit menu gebruiken om informatiepagina's en rapporten die intern op het apparaat zijn opgeslagen af te drukken. Tabel 2-1 Menu Informatie Menu-item Submenu-item Configuratie-/ statuspagina's 18 Waarden Omschrijving Menustructuur Beheer Afdrukken Toont de basisstructuur van het menu Beheer en de huidige beheerinstellingen. Configuratie-/ statuspagina's Afdrukken Een reeks configuratiepagina's die de huidige instellingen van het apparaat weergeven.
Tabel 2-1 Menu Informatie (vervolg) Menu-item Submenu-item Faxrapporten Activiteitenlogboek Oproeprapport Submenu-item Waarden Omschrijving Afdrukken Bevat een lijst van de faxen die zijn verzonden of ontvangen door dit apparaat. Oproeprapport Afdrukken Een gedetailleerd rapport van de laatste verzonden of ontvangen fax. Miniatuur op rapport Ja Kies of u al dan niet een miniatuur van de eerste pagina van de fax op het rapport wenst.
Standaard taakopties Beheer > Standaard taakopties Met dit menu kunt u voor elke functie standaardtaakopties definiëren. Deze worden gebruikt als er bij het maken van de taak geen andere opties worden opgegeven.
Afbeelding aanpassen Beheer > Standaard taakopties > Afbeelding aanpassen Tabel 2-3 Menu Afbeelding aanpassen Menuoptie Waarden Omschrijving Donkerheid Selecteer een waarde. Selecteer het dichtheidsniveau voor de afdruk (hoe donker moet deze zijn). Achtergrond opruimen Pas de waarde aan binnen het bereik. Verhoog de instelling voor Achtergr. verwijd. als u vage afbeeldingen van de achtergrond wilt verwijderen of een lichte achtergrondkleur wilt verwijderen.
Standaardkopieeropties Beheer > Standaard taakopties > Standaardkopieeropties Tabel 2-4 Menu Standaardkopieeropties Menuoptie Submenuoptie Waarden Omschrijving Aantal kopieën Typ het aantal exemplaren. De fabrieksinstelling is 1. Stel het standaard aantal exemplaren voor een kopieertaak in. Aantal zijden 1 Stel het standaard aantal zijden voor kopieën in. 2 Kleur/zwart Kleur (standaard) Kies of standaard in kleur of zwart-wit moet worden gekopieerd.
Standaardfaxopties Beheer > Standaard taakopties > Standaardfaxopties Tabel 2-5 Menu Fax verzenden Menuoptie Submenuoptie Resolutie Waarden Omschrijving Standaard (100x200 dpi) (standaard) Stel de resolutie voor verzonden documenten in. Afbeeldingen met een hogere resolutie bevatten meer dpi (dots per inch), dus de afbeelding wordt gedetailleerder weergegeven. Afbeeldingen met een lagere resolutie bevatten minder dpi en worden minder gedetailleerd weergegeven, maar de bestanden zijn minder groot.
Standaard e-mailopties Beheer > Standaard taakopties > Default E-mail Options (Standaarde-mailopties) Menuoptie Waarden Omschrijving Bestandstype document PDF (standaard) Selecteer de bestandsindeling voor e-mail. JPEG TIFF M-TIFF Uitvoerkwaliteit Hoog (groot bestand) Door een hogere kwaliteit voor de uitvoer te selecteren, wordt het uitvoerbestand groter. Gemiddeld (standaard) Laag (klein bestand) Resolutie 300 dpi Selecteer de resolutie.
Standaardopties Verzenden naar map Beheer > Standaard taakopties > Default Send To Folder Options (Standaardopties voor Verzenden naar map) Menuoptie Waarden Omschrijving Kleur/zwart Kleurenscan Geef op of het bestand zwart of in kleur moet worden weergegeven. Zwart-witscan (standaard) Bestandstype document PDF (standaard) Selecteer de bestandsindeling voor het bestand. M-TIFF TIFF JPEG TIFF-versie TIFF 6.0 (standaard) Geef op in welke TIFF-versie gescande bestanden moeten worden opgeslagen.
Standaardafdrukopties Beheer > Standaard taakopties > Standaardafdrukopties Tabel 2-7 Menu Standaardafdrukopties Menuoptie Waarden Omschrijving Kopieën per taak Typ een waarde. Stel het standaard aantal exemplaren voor afdruktaken in. Standaard papierformaat (Lijst met ondersteunde formaten) Selecteer een papierformaat. Millimeter Configureer het standaardpapierformaat dat wordt gebruikt wanneer de gebruiker Speciaal selecteert als het papierformaat voor een afdruktaak.
Menu Tijd/schema's Beheer > Tijd/schema's Met dit menu stelt u opties in voor het instellen van de tijd en het in- en uitschakelen van de sluimermodus. Opmerking Waarden die zijn voorzien van “(standaard)” zijn de fabrieksinstellingen. Sommige menu-items hebben geen standaardwaarde.
Tabel 2-8 Menu Tijd/schema's (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Alle ontvangen faxberichten opslaan Als u zorgen hebt over de beveiliging van privé-faxen gebruikt u deze functie om faxen op te slaan in plaats van ze automatisch te laten afdrukken door een afdrukschema op te stellen.
Menu Beheer Beheer > Beheer Met dit menu stelt u de algemene opties voor apparaatbeheer in. Opmerking Waarden die zijn voorzien van “(standaard)” zijn de fabrieksinstellingen. Sommige menu-items hebben geen standaardwaarde. Tabel 2-9 Menu Beheer Menu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Beheer opgeslagen taken Opslaglimiet snelkopieertaken Selecteer het Met dit menu opent en beheert u alle taken die op het maximumaantal taken dat apparaat zijn opgeslagen. moet worden opgeslagen.
Tabel 2-9 Menu Beheer (vervolg) Menu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Kleurgebruik beperken Toegang tot kleurenafdrukken Kleur inschakelen (standaard) Kleur uitschakelen Met deze optie kan de systeembeheerder het afdrukken in kleur uitschakelen of beperken. Als u de instelling Kleur indien toegestaan wilt gebruiken, moet u machtigingen voor gebruikers en/of toepassingen instellen in de geïntegreerde webserver, HP Easy Printer Care of in Web Jetadmin.
Menu Begininstellingen Beheer > Eerste installatie Het menu Eerste installatie bevat de getoonde submenu's: ● Menu Netwerk en I/O ● Menu Fax instellen ● Menu E-mailinstallatie Opmerking Waarden die zijn voorzien van “(standaard)” zijn de fabrieksinstellingen. Sommige menu-items hebben geen standaardwaarde.
Tabel 2-11 Jetdirect-menu's (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden en beschrijving IPV4-instellingen Configuratiemethode Specificeert de methode waarmee TCP/IPv4parameters worden geconfigureerd op de Jetdirectprintserver. Bootp: Gebruik BootP (Bootstrap Protocol) voor automatische configuratie van een BootP-server. DHCP: Gebruik DHCP (Dynamic Host Configuration Protocol) voor de automatische configuratie vanaf een DHCPv4-server.
Tabel 2-11 Jetdirect-menu's (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden en beschrijving Syslog-server: Het IP-adres van de syslog-server. Dit wordt gebruikt voor de ontvangst en de opslag van syslog-berichten. Standaardgateway: Het IP-adres van de gateway of router voor communicatie met andere netwerken. Time-out bij inactiviteit: De tijdsperiode in seconden waarna een niet-actieve TCPafdrukgegevensverbinding wordt verbroken (standaard is 270 seconden, 0 schakelt de time-out uit).
Tabel 2-11 Jetdirect-menu's (vervolg) Menu-item Submenu-item Proxyserver Submenu-item Waarden en beschrijving Specificeert de proxyserver die moet worden gebruikt door toepassingen die in het apparaat zijn geïntegreerd. Een proxyserver wordt gewoonlijk gebruikt voor Internet-toegang door netwerkclients. Deze slaat webpagina's op en biedt bepaalde Internetbeveiliging voor deze clients. Als u een proxyserver wilt opgeven, voert u het IPv6adres of een volledige domeinnaam in.
Tabel 2-11 Jetdirect-menu's (vervolg) Menu-item Submenu-item Beveiliging Bev. pagina afdrukken Submenu-item Waarden en beschrijving Ja (standaard): Drukt een pagina af met de huidige beveiligingsinstellingen op de HP Jetdirectprintserver. Nee: Er wordt geen pagina met beveiliginginstellingen afgedrukt. Beveiligd web Geef voor het configuratiebeheer op of de geïntegreerde webserver voor communicatie alleen HTTPS (veilige HTTP) of zowel HTTP als HTTPS accepteert.
Tabel 2-11 Jetdirect-menu's (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden en beschrijving HTTP-test Deze test controleert de werking van HTTP door voorgedefinieerde pagina's van het apparaat op te halen en test de geïntegreerde webserver. Selecteer Ja om deze test te kiezen of Nee om deze test niet te kiezen. SNMP-test Deze test controleert de werking van SNMPcommunicatie via toegang tot voorgedefinieerde SNMP-objecten op het apparaat.
Tabel 2-11 Jetdirect-menu's (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Ping-test NLWW Waarden en beschrijving Deze test wordt gebruikt om de netwerkcommunicatie te controleren. Deze test zendt link-levelpakketten naar een externe netwerkhost en wacht dan op een juiste respons. Stel de volgende items in om een pingtest uit te voeren: Bestemmingstype Geef aan of het doelapparaat een IPv4- of IPv6knooppunt is. Bestemmings-IP4 IPv4: Typ het IPv4-adres. Bestemmings-IP6 IPV6: Typ het IPv6-adres.
Tabel 2-11 Jetdirect-menu's (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Ping-resultaten Verbindingssnelheid Waarden en beschrijving Met dit item kunt u de ping-teststatus en de resultaten bekijken op het bedieningspaneel. U kunt de volgende items selecteren: Verzonden pakketten Geeft het aantal pakketten (0 - 65535) weer dat naar de externe host is verzonden sinds de meest recente test is gestart of voltooid.
Tabel 2-11 Jetdirect-menu's (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden en beschrijving 100TX Half: 100 Mbps, half-duplex-werking. 100TX Volledig: 100 Mbps, volledige duplex-werking. 100TX Auto: Beperkt de automatische onderhandeling tot een maximale linksnelheid van 100 Mbps. 1000TX Volledig: 1000 Mbps, volledige duplexwerking. Protocols afdrukken NLWW Met dit item drukt u een pagina af met de configuratie van de volgende protocollen: IPX/SPX, Novell NetWare, AppleTalk, DLC/LLC.
Faxsetup Beheer > Eerste installatie > Fax instellen Tabel 2-12 Menu Fax instellen Menu-item Submenu-item Benodigde instellingen Land/regio Submenu-item Waarden Omschrijving (Vermelde landen/ regio's) De instellingen configureren die wettelijk vereist zijn voor uitgaande faxen. Uitgeschakeld Met deze functie schakelt u PCfaxverzending in of uit. Met PCfaxverzending kunnen gebruikers vanaf hun computer faxen verzenden via het apparaat, als het Send Fax-stuurprogramma is geïnstalleerd.
Tabel 2-12 Menu Fax instellen (vervolg) Menu-item Submenu-item Instellingen faxverzending Volume kiestoon fax Submenu-item Waarden Omschrijving Uitschakelen Met deze functie stelt u het volume in van de tonen die u hoort wanneer het apparaat het faxnummer kiest.
Tabel 2-12 Menu Fax instellen (vervolg) Menu-item Submenu-item Submenu-item Waarden Omschrijving Interval opnieuw kiezen Het bereik ligt tussen 1 en 5 minuten. De fabrieksinstelling is 5 minuten. Met deze functie stelt u het aantal minuten in tussen de belpogingen als het nummer van de ontvanger bezet is of niet reageert. Kiestoon detecteren Ingeschakeld Met deze functie stelt u in of het apparaat moet controleren of er een kiestoon is voordat de fax wordt verzonden.
E-mail instellen Beheer > Eerste installatie > E-mailinstallatie Met dit menu schakelt u de e-mailfunctie in en configureert u de standaard e-mailinstellingen. Opmerking Gebruik de geïntegreerde webserver om geavanceerde e-mailinstellingen te configureren. Raadpleeg Geïntegreerde webserver voor meer informatie. Tabel 2-13 Menu E-mailinstallatie Menu-item Waarden Omschrijving Adresvalidatie Aan (standaard) Met deze optie kan het apparaat de e-mailsyntaxis controleren als u een e-mailadres typt.
Menu Werking apparaat Beheer > Werking apparaat Tabel 2-15 Menu Werking apparaat Menuoptie Submenuoptie Submenuoptie Waarden Omschrijving Taal Selecteer de taal uit de lijst. Selecteer een andere taal voor berichten op het bedieningspaneel. Als u een andere taal selecteert, verandert mogelijk ook de toetsenbordindeling. Toetsgeluid Aan (standaard) Met deze functie bepaalt u of u een geluid wilt horen wanneer u het scherm of de knoppen op het bedieningspaneel aanraakt.
Tabel 2-15 Menu Werking apparaat (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Gedrag van lade Gewenste lade gebr. Submenuoptie Waarden Omschrijving Exclusief (standaard) Bepaal hoe het apparaat taken uitvoert waarvoor een specifieke invoerlade is opgegeven.
Tabel 2-15 Menu Werking apparaat (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Algemene kopieerwerking Alvast beginnen met scannen Submenuoptie Waarden Omschrijving Ingeschakeld (standaard) Schakel Onmiddellijk scannen in. Als Alvast beginnen met scannen is ingeschakeld, worden de pagina's in het originele document naar schijf gescand en vastgehouden tot het apparaat beschikbaar is.
Tabel 2-15 Menu Werking apparaat (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Algemene afdrukwerking A4/Letter negeren Submenuoptie Waarden Omschrijving Nee U kunt deze functie gebruiken om af te drukken op papier van Letter-formaat als een A4-taak naar het apparaat is verzonden, maar er geen papier van A4-formaat in het apparaat is geplaatst (of omgekeerd). Deze optie wisselt tevens A3- met Ledger-formaat en omgekeerd. Ja (standaard) Handinvoer Ingeschakeld Uitgeschakeld (standaard) Lttrtyp.
Tabel 2-15 Menu Werking apparaat (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Submenuoptie Waarden Omschrijving PCL Paginalengte Voer een waarde tussen 5 en 128 regels in. De fabrieksinstelling is 60 regels. PCL is een reeks printeropdrachten die Hewlett-Packard heeft ontwikkeld om printerfuncties te kunnen benaderen. Afdrukstand staand (standaard) Selecteer de afdrukstand die het meest voor afdruktaken wordt gebruikt.
Menu Afdrukkwaliteit Beheer > Afdrukkwaliteit Tabel 2-16 Menu Afdrukkwaliteit Menuoptie Submenuoptie Waarden Omschrijving Kleur aanpassen Highlights Dichtheid cyaan. Dichtheid magenta. Dichtheid geel. Dichtheid zwart Stel de dichtheid van lichte vlakken (donkerder of lichter) op een afgedrukte pagina bij. Lagere waarden geven lichtere highlights en hogere waarden geven donkerdere highlights op een afgedrukte pagina. +5 tot –5. De standaardinstelling is 0. Middentinten Dichtheid cyaan.
Tabel 2-16 Menu Afdrukkwaliteit (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Waarden Omschrijving Autodetectiemodus Lade 1 Autodet. Volledige detectie (standaard) Wanneer Uitgebreide detectie is geselecteerd, herkent het apparaat normaal papier, transparanten voor overheadprojectors, glanzend papier en extra stevig papier. Wanneer Alleen transparant is geselecteerd, herkent het apparaat alleen transparanten voor overheadprojectors en voor andere doeleinden.
Tabel 2-16 Menu Afdrukkwaliteit (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Waarden Omschrijving Kalibreren/Reinigen Automatisch reinigen Ingeschakeld Als automatisch reinigen is ingeschakeld, drukt het apparaat een reinigingspagina af wanneer het aantal pagina's is bereikt dat u hebt ingesteld voor Reinig. interval. Uitgeschakeld (standaard) Reinig. interval 1000 (standaard) 2000 Stel het interval in wanneer de reinigingspagina moet worden afgedrukt.
Menu Probleemoplossing Beheer > Probleemoplossing Opmerking Veel van de menuopties in het menu Probleemoplossing zijn bedoeld voor geavanceerde probleemoplossing. Tabel 2-17 Menu Probleemoplossing Menuoptie Submenuoptie Submenuoptie Waarden Omschrijving Logbestand Afdrukken Hiermee worden de gebeurteniscodes en de bijbehorende engine-cycli op het bedieningspaneel weergegeven.
Tabel 2-17 Menu Probleemoplossing (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Modus faxluidspreker Submenuoptie Waarden Omschrijving Normaal (standaard) Een technicus kan deze functie gebruiken om faxproblemen op te sporen en te onderzoeken door de geluiden van faxmodulaties te beluisteren. Diagnose Sensoren papierbaan Start een test van de papierbaansensors.
Tabel 2-17 Menu Probleemoplossing (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Submenuoptie Waarden Omschrijving Papierbaantest wordt voltooid Nietjes Afwerkingsopties Kies uit een lijst met beschikbare opties. Test de papierverwerkingsfuncties voor de afwerkeenheid. Selecteer de optie die u wilt testen. Mediagrootte Letter Selecteer het papierformaat voor de test. Legal A4 Executive (JIS) 8,5 x 13 Mediatype Selecteer uit een lijst met typen. Selecteer de papiersoort voor de test.
Tabel 2-17 Menu Probleemoplossing (vervolg) Menuoptie Submenuoptie Submenuoptie Waarden Onderdelentest Hiermee activeert u afzonderlijke onderdelen om geluiden, lekkages en andere problemen te isoleren. Selecteer een van de onderdelen om de test te starten. De test wordt zoveel keer uitgevoerd als is opgegeven in de optie Herhalen. Mogelijk wordt u tijdens de test verzocht onderdelen uit het apparaat te verwijderen. Druk op de knop Stop om de test af te breken.
menu Herstellen Beheer > Herstellen Tabel 2-18 Menu Herstellen Menu-item Waarden Omschrijving Lokaal adresboek wissen Wissen Hiermee kunt u alle adressen wissen uit de adresboeken die op het apparaat zijn opgeslagen. Faxactiviteitenlog wissen Ja Hiermee kunt u alle gebeurtenissen uit het faxactiviteitenlog wissen.
Menu Service Beheer > Service Het menu Service is vergrendeld. U hebt een PIN-code nodig om het te openen. Dit menu is alleen bestemd voor bevoegde onderhoudstechnici.
58 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
3 NLWW Software voor Windows ● Ondersteunde Windows-versies ● De software voor het printsysteem installeren ● Ondersteunde printerdrivers ● Software voor Windows verwijderen ● Selecteer de juiste printerdriver ● Prioriteit van afdrukinstellingen ● De printerdrivers openen 59
Ondersteunde Windows-versies Software Windows 2000R/XPR/Server 2003R/VistaTM Installatieprogramma voor Windows x PCL 5 driversoftware1 x PCL 6 driversoftware (alleen zwart) x PCL 6 driversoftware x PostScript-emulatie x HP Easy Printer Care1 x HP Web Jetadmin1 x Universal Print Driver x 1 Alleen beschikbaar via internet.
De software voor het printsysteem installeren De MFP wordt geleverd met een cd met printerdriver- en installatiesoftware voor de besturingssystemen Windows en Macintosh. Installeer de printsysteemsoftware om ten volle te kunnen profiteren van de MFP-functies. Als u geen toegang hebt tot een cd-romstation, kunt u de afdruksysteemsoftware downloaden op http://www.hp.com/support/ljcm4730mfp.
De HP Jetdirect geïntegreerde printserver is voorzien van een 10/100 Base-TX netwerkpoort. Als u een HP Jetdirect-printserver met een ander type netwerkpoort nodig hebt, gaat u naar http://www.hp.com/ support/ljcm4730mfp. Het installatieprogramma biedt geen ondersteuning voor MFP-installaties of het maken van MFPobjecten op Novell-servers.
5. Volg de aanwijzingen op het computerscherm. 6. Klik op Voltooien wanneer de installatie is voltooid. 7. Selecteer een taal en volg de instructies op het computerscherm. 8. Druk een testpagina af of een pagina vanuit een programma om te controleren of de software juist is geïnstalleerd. Als de installatie mislukt, installeert u de software opnieuw. Als dit mislukt, raadpleegt u de installatieaanwijzingen en de Leesmij-bestanden op de cd-rom van de MFP of de folder in de verpakking van de MFP.
Ondersteunde printerdrivers Besturingssysteem PCL 5 PCL 6 PS level 3-emulatie Windows Mac OS X 10.2 en later Linux1 Voor Linux dowloadt u de PostScript level 3-emulatiedriver vanaf www.hp.com/go/linuxprinting. De printerdrivers hebben een online Help met aanwijzingen voor veelvoorkomende afdruktaken en een beschrijving van de knoppen, selectievakjes en vervolgkeuzelijsten van de printerdriver.
Software voor Windows verwijderen NLWW 1. Klik op het menu Start van Windows en klik op Instellingen en Configuratiescherm. 2. Dubbelklik op Software. 3. Klik op de software die u wilt verwijderen. 4. Klik op Verwijderen. 5. Voltooi de de-installatie volgens de instructies op het scherm.
Selecteer de juiste printerdriver Printerdrivers geven toegang tot de functies van het apparaat en laten de computer met de MFP communiceren via een printertaal. ● HP PCL 5-driver. Aanbevolen voor algemene Windows-afdruktaken in kleur en zwart-wit. Achterwaarts compatibel met eerdere PCL-versies of met oudere LaserJet-printers. De beste keuze voor oplossingen van andere fabrikanten of voor oplossingen op maat (formulieren, lettertypen, SAP-programma's) of gemengde omgevingen (UNIX, Linux, mainframe).
Automatische configuratie Als u de configuratie van het apparaat na de installatie hebt aangepast, kan de driver automatisch worden bijgewerkt met de nieuwe configuratie. In het dialoogvenster Eigenschappen (zie De printerdrivers openen) selecteert u op het tabblad Apparaatinstellingen de optie Nu bijwerken om de driver bij te werken.
Prioriteit van afdrukinstellingen Wijzigingen die u in de afdrukinstellingen aanbrengt, hebben prioriteit afhankelijk van waar de wijzigingen zijn aangebracht: Opmerking Namen van opdrachten en dialoogvensters kunnen variëren afhankelijk van het programma dat u gebruikt. 68 ● Dialoogvenster Pagina-instelling. Het dialoogvenster wordt geopend wanneer u klikt op Paginainstelling of een vergelijkbare opdracht in het menu Bestand van het programma waarin u werkt.
De printerdrivers openen Besturingssysteem De instellingen van alle afdruktaken wijzigen totdat het softwareprogramma wordt gesloten Windows 2000, XP, 1. Server 2003 en Vista Klik in het menu Bestand van het softwareprogramma op Afdrukken. 2. Selecteer de driver en klik vervolgens op Eigenschappen of Voorkeuren. De instellingen van alle afdruktaken wijzigen De configuratie-instellingen van het apparaat wijzigen 1. 1. De stappen kunnen variëren. Dit is de meeste voorkomende procedure.
70 Hoofdstuk 3 Software voor Windows NLWW
4 NLWW Software voor Macintosh ● Software voor Macintosh-computers ● Software verwijderen uit het Macintosh-besturingssysteem 71
Software voor Macintosh-computers Het HP-installatieprogramma bestaat uit PPD-bestanden (PostScript® Printer Description), PDE's (Printer Dialog Extensions) en de HP Printer Utility voor Macintosh. Gebruik voor netwerkverbindingen de geïntegreerde webserver (EWS) om het apparaat te configureren. Zie Geïntegreerde webserver.
Software verwijderen uit het Macintoshbesturingssysteem Als u software van een Macintosh-computer wilt verwijderen, sleept u de PPD-bestanden naar de prullenbak.
74 Hoofdstuk 4 Software voor Macintosh NLWW
5 NLWW Software voor andere besturingssystemen ● HP Web Jetadmin ● UNIX 75
HP Web Jetadmin Gebruik HP Web Jetadmin om printers met HP Jetdirect in uw intranet te beheren. HP Web Jetadmin is een browser-beheertool die op de volgende systemen kan worden geïnstalleerd: ● Fedora Core en SuSe Linux ● Windows 2000 Professional, Server en Advanced Server ● Windows Server 2003 ● Windows XP Professional Wanneer HP Web Jetadmin is geïnstalleerd op een hostserver, kan dit programma op alle clients worden geopend met een ondersteunde webbrowser (zoals Microsoft Internet Explorer 5.
UNIX Het HP Jetdirect-printerinstallatieprogramma voor UNIX is een eenvoudig hulpprogramma voor het installeren van printers op HP-UX- en Solaris-netwerken. U kunt deze software downloaden via de on line HP klantenondersteuning op http://www.hp.com/support/net_printing. Opmerking Voorbeeldmodelscripts voor netwerken van UNIX (HP-UX, Sun Solaris) kunnen worden gedownload op http://www.hp.com/go/unixmodelscripts. Voorbeeldmodelscripts voor Linux-netwerken kunnen worden gedownload van http://linuxprinting.org.
78 Hoofdstuk 5 Software voor andere besturingssystemen NLWW
6 NLWW Connectiviteit ● Parallelle verbinding ● USB-verbinding ● Extra aansluiting ● Netwerkconfiguratie ● Netwerkprogramma's 79
Parallelle verbinding Maak een parallelle verbinding door de MFP op de computer aan te sluiten via een bidirectionele parallelle kabel (IEEE-1284C) met een c-connector. De kabel mag maximaal 10 m lang zijn. Afbeelding 6-1 Verbinding voor de parallelle poort 1 C-connector 2 Parallelle poort Opmerking Als u de uitgebreide mogelijkheden van de bidirectionele parallelle interface wilt gebruiken, moet u de meest recente printerdriver installeren.
USB-verbinding Deze MFP biedt ondersteuning voor USB 2.0-apparaten en USB-hostverbindingen. De USB-poorten bevinden zich aan de achterzijde van de MFP.
Extra aansluiting Deze MFP heeft een extra aansluiting voor invoerapparaten voor papierverwerking. De poort bevindt zich aan de achterzijde van de MFP. Opmerking Deze connector kan niet worden gebruikt voor de postbus met 3 bakken of door de nietmachine/stapelaar.
Netwerkconfiguratie Mogelijk moet u bepaalde netwerkparameters op het apparaat configureren. U kunt deze parameters configureren op de volgende locaties: ● Installatiesoftware ● Bedieningspaneel van het apparaat ● Geïntegreerde webserver ● Beheersoftware (HP Web Jetadmin of HP LaserJet Utility voor Macintosh) Opmerking Zie Geïntegreerde webserver voor meer informatie over het gebruik van de geïntegreerde webserver.
7. Raak Configuratiemethode aan. 8. Raak Handmatig aan. 9. Raak Opslaan aan. 10. Raak Handmatige instellingen aan. 11. Raak IP-adres aan. 12. Raak het tekstvak voor het IP-adres aan. 13. Typ het IP-adres met het toetsenbord op het touch-screen. 14. Raak OK aan. 15. Raak Opslaan aan. Subnetmasker instellen 1. Ga naar Beheer en raak deze optie aan. 2. Ga naar Eerste installatie en raak deze optie aan. 3. Raak Netwerk en I/O aan. 4. Raak Geintegreerde Jetdirect aan. 5. Raak TCP/IP aan. 6.
6. Raak IPV4-instellingen aan. 7. Raak Configuratiemethode aan. 8. Raak Handmatig aan. 9. Raak Opslaan aan. 10. Raak Handmatige instellingen aan. 11. Raak Standaardgateway aan. 12. Raak het tekstvak voor de standaardgateway aan. 13. Typ de standaardgateway met het toetsenbord op het touch-screen. 14. Raak OK aan. 15. Raak Opslaan aan.
AppleTalk uitschakelen 1. Ga naar Beheer en raak deze optie aan. 2. Ga naar Eerste installatie en raak deze optie aan. 3. Raak Netwerk en I/O aan. 4. Raak Geintegreerde Jetdirect aan. 5. Raak AppleTalk aan. 6. Raak Inschakelen aan. 7. Raak Uitschakelen aan. 8. Raak Opslaan aan. DLC/LLC uitschakelen 1. Ga naar Beheer en raak deze optie aan. 2. Ga naar Eerste installatie en raak deze optie aan. 3. Raak Netwerk en I/O aan. 4. Raak Geintegreerde Jetdirect aan. 5. Raak DLC/LLC aan. 6.
Netwerkprogramma's Het apparaat beschikt over diverse hulpprogramma's waarmee u het apparaat op een netwerk kunt bewaken en beheren. HP Web Jetadmin HP Web Jetadmin is een op de browser gebaseerd beheerprogramma voor printers op uw intranet die zijn verbonden via HP Jetdirect. Het hoort alleen op de computer van de netwerkbeheerder te worden geïnstalleerd. Ga voor het downloaden van de laatste versie van HP Web Jetadmin en voor de nieuwste lijst met ondersteunde hostsystemen naar www.hp.com/go/webjetadmin.
HP Easy Printer Care-software De HP Easy Printer Care-software is een programma dat u voor de volgende taken kunt gebruiken: ● Printers herkennen op het netwerk en de status van elk apparaat controleren ● Meldingen over het apparaat en de benodigdheden voor verschillende printers tegelijkertijd instellen en weergeven ● Online benodigdheden kopen ● Online hulpmiddelen van HP voor onderhoud en het oplossen van problemen gebruiken U kunt de HP Easy Printer Care-software gebruiken wanneer het apparaat r
7 NLWW Papier en afdrukmateriaal ● Het gebruik van papier en afdrukmateriaal ● Ondersteunde formaten papier en afdrukmateriaal ● Aangepaste papierformaten ● Richtlijnen voor speciaal papier of afdrukmateriaal ● Papier en afdrukmateriaal plaatsen ● Laden configureren ● Uitvoerbak selecteren 89
Het gebruik van papier en afdrukmateriaal Dit product ondersteunt een grote verscheidenheid aan papier en ander afdrukmateriaal. Zie hiervoor de richtlijnen in deze gebruikershandleiding.
Ondersteunde formaten papier en afdrukmateriaal Dit product ondersteunt verschillende papierformaten en past zich aan verschillende materialen aan. Opmerking Voor de beste afdrukresultaten dient u voor het afdrukken de meest geschikte papierformaten en papiersoorten te selecteren in de printdriver.
Tabel 7-2 Ondersteunde enveloppen en briefkaarten (vervolg) 92 Formaat Afmetingen Briefkaart 100 x 148 mm Dubbele briefkaart 148 x 200 mm Briefkaart (VS) 88,9 x 139,7 mm Briefkaart (Europa) 105 x 148 mm Hoofdstuk 7 Papier en afdrukmateriaal Lade 1, postbus, stapelaar Laden 2, 3, 4 Nietmachine NLWW
Aangepaste papierformaten Dit product ondersteunt diverse aangepaste papierformaten. Ondersteunde aangepaste formaten zijn formaten die binnen de richtlijnen voor minimum- en maximumpapierformaat voor het product liggen maar die niet worden weergegeven in de tabel met ondersteunde papierformaten. Geef het aangepaste formaat in de printerdriver op wanneer u een ondersteund aangepast formaat gebruikt en plaats het papier in een lade die de aangepaste formaten ondersteunt.
Richtlijnen voor speciaal papier of afdrukmateriaal Dit product ondersteunt afdrukken op speciaal afdrukmateriaal. Hanteer de volgende richtlijnen om bevredigende resultaten te verkrijgen. Voor de beste afdrukresultaten moet u, wanneer u speciaal papier of afdrukmateriaal gebruikt, de soort en het formaat instellen in uw printerdriver. VOORZICHTIG HP LaserJet-printers gebruiken tonerkatalysators om dry toner-deeltjes met zeer precieze stippen op het papier te drukken.
Papier en afdrukmateriaal plaatsen U kunt verschillende soorten afdrukmateriaal in de invoerladen plaatsen en het afdrukmateriaal vervolgens via het bedieningspaneel opvragen afhankelijk van het soort of het formaat. Papier plaatsen in lade 1 VOORZICHTIG Als u papierstoringen wilt vermijden, mag u nooit afdrukmateriaal toevoegen aan of verwijderen uit lade1 tijdens het afdrukken. 1. Open lade 1. 2. Stel de zijgeleiders in op de gewenste breedte. 3.
van de marges voor het adres van de afzender en de ontvanger op Commercial #10- of DL-enveloppen de volgende richtlijnen in acht: Adrestype Linkermarge Bovenmarge Terug 15 mm 15 mm Bestemming 102 mm 51 mm Kies voor andere envelopformaten een marge-instelling die met dit formaat overeenkomt. Afdrukmateriaal plaatsen in lade 2, 3 of 4 De laden 2, 3 en 4 kunnen elk tot 500 vel standaardpapier of een stapel etiketten van 50,8 mm bevatten. Lade 2 wordt boven de andere laden van 500 vel geplaatst.
NLWW 2. Verplaats aan de achterkant van de lade de papiergeleider voor de lengte door de vergrendeling in te drukken en de achterkant van de lade voor de gewenste lengte van het afdrukmateriaal te verschuiven. 3. Schuif de papiergeleiders voor de breedte open naar het gewenste papierformaat.
4. Plaats afdrukmateriaal in de lade met de te bedrukken zijde omhoog. Opmerking Plaats het gehele pak papier in de lade voor het beste resultaat. Als u het pak splitst, kan dit leiden tot problemen met het oppakken van meerdere vellen tegelijk. De capaciteit van de papierlade kan variëren. Als u bijvoorbeeld papier van 75 g/m2 gebruikt, kan de lade een heel pak van 500 vel bevatten. Als het afdrukmateriaal zwaarder is, kunt u niet een heel pak in de lade plaatsen. Maak de lade niet te vol.
● Dubbele Japanse briefkaart ● 16K VOORZICHTIG Gebruik geen karton, enveloppen, zwaar of extra zwaar papier of nietondersteunde papierformaten tijdens het afdrukken vanuit de 500-vel laden. Druk alleen op deze materialen af vanuit lade 1. Maak de invoerlade niet te vol en open deze niet op het moment dat deze in gebruik is. Dit kan papierstoringen veroorzaken.
3. Schuif de lade terug in de MFP. De configuratie van de soort en het formaat afdrukmateriaal in de lade wordt op het bedieningspaneel van de MFP weergegeven. Als u bepaalde speciale afmetingen wilt opgeven, of als het soort afdrukmateriaal niet correct is, raakt u OK aan wanneer de MFP vraagt om wijziging van soort of formaat. 4. Als de configuratie juist is, raakt u Afsluiten aan.
Laden configureren In de volgende situaties wordt u automatisch gevraagd de lade te configureren voor soort en formaat: ● Wanneer u papier in de lade plaatst ● wanneer u een bepaalde lade of een bepaald afdrukmateriaal opgeeft voor een afdruktaak, terwijl de instellingen van het printerstuurprogramma of een programma en de lade niet overeenkomen met de instellingen voor de afdruktaak.
Een lade configureren met behulp van het menu Status benodigdheden U kunt het soort en formaat voor de laden ook configureren zonder een prompt. 1. Ga naar Status benodigdheden en raak deze optie aan. 2. Raak de gewenste lade aan. 3. Raak Wijzigen aan. 4. Selecteer formaat en soort. Als u een speciaal materiaalsoort selecteert, stelt u de X- en Yafmetingen in met de cijfertoetsen en raakt u vervolgens OK aan. 5. Raak OK aan. 6. Raak OK nogmaals aan.
Transparanten ● De printer onderbreekt het afdrukken niet voor de herkenning, maar maakt wel onderscheid tussen transparanten (modus Transparant) en papier (modus Normaal). ● Dit is de snelste modus en is handig voor het afdrukken van grote aantallen in de modus Normaal. Lade 2–4 herkenning Uitgebreide herkenning ● Be printer stopt de eerste vijf pagina's uit elke lade om het type te bepalen en neemt het gemiddelde van de vijf metingen.
verminderde afdrukkwaliteit. Druk altijd af op basis van Soort voor speciaal afdrukmateriaal, zoals etiketten of transparanten. Druk enveloppen, indien mogelijk, af volgens Formaat. ● Als u wilt afdrukken volgens Soort of Formaat, selecteert u de gewenste soort of het gewenste formaat in het dialoogvenster Pagina-instelling, het dialoogvenster Afdrukken of het dialoogvenster Afdrukeigenschappen, afhankelijk van het softwareprogramma.
Uitvoerbak selecteren Standaarduitvoerbakken De MFP is voorzien van een ADF-uitvoerbak en de standaard uitvoerbak voor afgedrukte pagina's 1 Standaarduitvoerbak 2 ADF-uitvoerbak (voor originelen van kopieën) Wanneer u documenten scant of kopieert via de ADF, worden de originelen automatisch naar de ADFuitvoerbak uitgevoerd. De kopieën worden geplaatst in de standaarduitvoerbak, de uitvoerbak(ken) van de nietmachine/stapelaar of de postbus met 3 bakken.
1 Uitvoerbakken van postbus met 3 uitvoerbakken 2 ADF-uitvoerbak (voor originelen van kopieën) De bovenste twee bakken kunnen elk maximaal 100 vel papier bevatten. De MFP wordt door een sensor automatisch gestopt wanneer een van de bakken vol is. Het afdrukken wordt niet onderbroken wanneer u de bak (gedeeltelijk) leegt. De onderste bak kan maximaal 500 vel papier bevatten. Uitvoerlocatie selecteren Selecteer zo mogelijk een uitvoerlocatie (bak) via de toepassing of het stuurprogramma.
3. Klik in het menu Bestand op Eigenschappen. 4. Selecteer het tabblad Apparaatinstellingen. 5. Selecteer de nietmachine/stapelaar op een van de volgende wijzen. ● Ga naar Automatische configuratie, selecteer Nu bijwerken en klik op Toepassen. ● Ga naar Accessoire Uitvoerbak, selecteer HP 500 vel nietmachine/stapelaar of HP 700 vel postbus met drie bakken en klik op Toepassen. Het printerstuurprogramma configureren voor het herkennen van de postbus met 3 bakken in Macintosh 1.
De werkmodus selecteren in het printerstuurprogramma (Mac OS X) 1. In het Apple-menu klikt u op Systeemvoorkeuren. 2. In het vak Systeemvoorkeuren klikt u op Afdrukken en faxen. 3. Klik op Configureer printers. Er wordt een Printerlijst weergegeven. 4. Selecteer het HP product en klik vervolgens op Toon info in het menu Printers. 5. Selecteer het paneel Installatiemogelijkheden. 6. In de lijst Accessoire Uitvoerbak selecteert u HP-postbus met drie bakken. 7.
8 NLWW Functies van het product gebruiken ● Energiezuinige instellingen ● Taakopslagfuncties 109
Energiezuinige instellingen Sluimeren en wekken De sluimervertraging instellen Gebruik de functie voor sluimervertraging om de periode in te stellen gedurende welke de MFP inactief moet zijn voordat de sluimermodus actief wordt. De standaardinstelling is 45 minuten. 1. Ga naar Beheer en raak deze optie aan. 2. Raak Tijd/schema's aan. 3. Raak Sluimervertraging aan. 4. Raak de gewenste instelling voor sluimervertraging aan.
Taakopslagfuncties De volgende taakopslagfuncties zijn voor afdruktaken beschikbaar: ● Controleren en vasthouden-taken: Deze functie is een snelle en eenvoudige methode om één exemplaar van een taak af te drukken en te proeflezen en vervolgens de overige exemplaren af te drukken. ● Persoonlijke taken: Wanneer u een privé-taak naar het apparaat verstuurt, wordt de taak pas afgedrukt wanneer u de vereiste PIN-code (Personal Identification Number) via het bedieningspaneel invoert.
Selecteer in de driver de optie Controleren en vasthouden en typ een gebruikersnaam en taaknaam. Het apparaat drukt één exemplaar af van de taak die om te controleren. De resterende exemplaren van een taak voor controleren en vasthouden afdrukken Volg op het bedieningspaneel van het apparaat de onderstaande procedure om de overige exemplaren van een taak op de harde schijf af te drukken. 1. Raak op het beginscherm Taakopslag aan. 2. Raak het tabblad Ophalen aan. 3.
De functie Persoonlijke taak gebruiken Gebruik de functie voor persoonlijk afdrukken om een taak op te geven die pas wordt afgedrukt wanneer u deze vrijgeeft. Stel eerst een pincode van vier cijfers in door de pincode in het printerstuurprogramma in te voeren. De pincode wordt als onderdeel van de afdruktaak naar het apparaat verstuurd. Nadat u de afdruktaak naar het apparaat hebt gestuurd, moet u de pincode gebruiken om de taak af te drukken.
6. Gebruik het numerieke toetsenbord om de PIN-code te typen en raak OK aan. 7. Raak Verwijderen aan.
De functie QuickCopy gebruiken Met de snelkopieerfunctie (QuickCopy) kunt u een document het gevraagde aantal keren afdrukken en een kopie op de vaste schijf van het apparaat opslaan. Extra exemplaren van de taak kunnen later worden afgedrukt. Deze functie kan worden uitgeschakeld vanuit de printerdriver. Het standaardaantal QuickCopy-taken dat op het apparaat kan worden opgeslagen, is 32. Via het bedieningspaneel kunt u een ander standaardaantal instellen. Zie Navigeren in het menu Beheer.
5. Raak Verwijderen aan. 6. Raak Ja aan.
De functie Opgeslagen taak gebruiken Een afdruktaak kan ook naar de vaste schijf van het apparaat worden gedownload zonder dat deze meteen wordt afgedrukt. Deze taak kan dan later via het bedieningspaneel van het apparaat worden afgedrukt. Misschien wilt u bijvoorbeeld een formulier, kalender, rooster of boekhoudformulier downloaden dat andere gebruikers kunnen afdrukken wanneer ze het nodig hebben.
6. Raak het veld Aantal aan om het aantal afdrukken te wijzigen. 7. Raak Opgeslagen taak ophalen ( ) aan om het document af te drukken. Als naast het bestand een (hangslotje) staat, is het een privé-taak waarvoor een PIN-code nodig is. Zie De functie Persoonlijke taak gebruiken. Een opgeslagen taak verwijderen Taken die zijn opgeslagen op de harde schijf kunnen via het bedieningspaneel worden gewist. 1. Raak op het beginscherm Taakopslag aan. 2. Raak het tabblad Ophalen aan. 3.
9 NLWW Afdruktaken ● Materiaalsoort en materiaal in lade plaatsen ● Functies van het Windows printerstuurprogramma ● Functies van het Macintosh printerstuurprogramma ● Documenten nieten ● Afdruktaak annuleren 119
Materiaalsoort en materiaal in lade plaatsen Minimale materiaalafmetingen zijn 76 x 127 mm. Maximale materiaalafmetingen zijn 216 x 356 mm. Tabel 9-1 Materiaalinformatie lade 1 Soort afdrukmateriaal Specificaties afdrukmateriaal Hoeveelheid afdrukmateriaal Stuurprogramma -instellingen Afdrukstand papier Papier en karton, standaardformaten Bereik: Maximum stapelhoogte: 10 mm Standaard of niet opgegeven N.v.t. 60 g/m2 tot 220 g/m2 Uitvoer Gelijk aan 100 vel 75 g/m2.
Tabel 9-2 Materiaalinformatie voor lade 2, lade 3 en lade 4 (vervolg) Soort afdrukmateriaal Specificaties afdrukmateriaal Hoeveelheid afdrukmateriaal Stuurprogramma -instellingen Afdrukstand papier Zwaar 0,13 mm dik Maximum stapelhoogte: 56 mm Licht glanzend, glanzend of zwaar glanzend Te bedrukken zijde omhoog Glanzend Bereik: Maximum stapelhoogte: 56 mm Licht glanzend, glanzend of zwaar glanzend Te bedrukken zijde omhoog 75 g/m2 tot 120 g/m2 NLWW Uitvoer Materiaalsoort en materiaal in la
Functies van het Windows printerstuurprogramma Afdruksnelkoppelingen maken en gebruiken in Windows Gebruik afdruksnelkoppelingen om de huidige instellingen van de driver op te slaan, zodat u deze later opnieuw kunt gebruiken. Snelkoppelingen zijn beschikbaar op de meeste tabbladen van de printerdriver. U kunt maximaal 25 afdruksnelkoppelingen opslaan. Een afdruksnelkoppeling maken 1. Klik in het menu Bestand van het softwareprogramma op Afdrukken. 2.
Ander papier gebruiken en omslagbladen afdrukken Volg deze instructies als de eerste pagina van de afdruktaak anders moet zijn dan de andere pagina's. 1. Klik in het menu Bestand van het softwareprogramma op Afdrukken. 2. Selecteer de driver en klik op Eigenschappen of Voorkeuren. 3. Klik op het tabblad Papier/Kwaliteit. 4. Klik in de vervolgkeuzelijst Speciale pagina's op Pagina's op ander papier afdrukken. 5. Klik op Instellingen. 6.
Als u het watermerk wilt verwijderen, klikt u op (geen) in de vervolgkeuzelijst Watermerken. Formaat van documenten wijzigen Met de opties voor het wijzigen van het documentformaat kunt u de schaal van een document aanpassen op basis van een percentage van de normale grootte. U kunt een document ook afdrukken op een ander papierformaat, met of zonder vergroten/verkleinen. Een document vergroten of verkleinen 1. Klik op Afdrukken in het menu Bestand in het softwareprogramma. 2.
4. Selecteer onder Documentopties het aantal pagina's dat u per vel wilt afdrukken (1, 2, 4, 6, 9 of 16). 5. Als het aantal pagina's meer dan 1 bedraagt, selecteert u de opties voor Paginaranden afdrukken en Paginavolgorde. ● 6. Als u de afdrukstand wilt wijzigen, klikt u op Staand of Liggend. Klik op OK. Het apparaat is nu ingesteld om het aantal pagina's per vel af te drukken dat u hebt geselecteerd.
● Als zowel automatisch als handmatig dubbelzijdig afdrukken is ingeschakeld, wordt er automatisch dubbelzijdig afgedrukt als formaat en soort worden ondersteund door de duplexeenheid. Anders wordt handmatig dubbelzijdig afdrukken ingeschakeld. ● Voor een optimaal resultaat kunt u het best bij dubbelzijdig afdrukken ruwe, zware materialen vermijden.
5. Raak Dubbelzijdig aan. 6. Raak Opslaan aan. Automatisch dubbelzijdig afdrukken in het printerstuurprogramma in- of uitschakelen VOORZICHTIG Dubbelzijdig afdrukken mag niet worden gebruikt voor het afdrukken op etiketten. De printer kan hierdoor ernstig beschadigd worden. Opmerking In het printerstuurprogramma is Dubbelzijdig afdrukken (handmatig) alleen beschikbaar wanneer het accessoire voor dubbelzijdig afdrukken de gebruikte materiaalsoort niet ondersteunt.
3. Lange zijde, staand Dit is de standaardinstelling en de meest gebruikte instelling, waarbij elke pagina met de bedrukte kant naar boven wordt afgedrukt. Tegenoverliggende pagina's worden op de eerste pagina van boven naar beneden gelezen en vervolgens van boven naar beneden op de tweede pagina. 4. Korte zijde, portret Deze indeling wordt dikwijls gebruikt op klemborden. De afbeeldingen worden om en om ondersteboven afgedrukt. Gespiegelde pagina's worden doorlopend gelezen van boven naar onder.
Opmerking Als het totaal aantal vellen dat dubbelzijdig moet worden afgedrukt de capaciteit van lade 1 voor handmatige dubbelzijdige taken overschrijdt, voert u de bovenste 100 vellen in en drukt u op Menu. Wanneer u hierom wordt gevraagd, plaatst u de volgende 100 vellen en drukt u op Menu. Herhaal dit indien nodig totdat alle vellen van de uitvoerstapel in lade 1 zijn geplaatst.
De nietopties instellen Selecteer de nietmachine in het printerstuurprogramma 1. Klik op de knop Start, wijs Instellingen aan en klik op Printers (Windows 2000) of Printers en faxapparaten (Windows XP en Vista). 2. Rechtsklik op het HP productpictogram en klik vervolgens op Eigenschappen of Voorkeursinstellingen voor afdrukken. 3. Klik op het tabblad Apparaatinstellingen. 4. Klik op het tabblad Uitvoer op de vervolgkeuzelijst onder Nieten en klik op Eén rand.
4. Selecteer in het gebied Kleuropties de optie die u wilt gebruiken. 5. Als u Handmatig hebt geselecteerd, klikt u op Instellingen om het dialoogvenster Kleurinstellingen te openen. Pas de afzonderlijke instellingen voor tekst, illustraties en foto's aan. U kunt ook de algemene afdrukinstellingen aanpassen. Klik op OK. 6. Selecteer in het gebied Kleurenthema's de RGB-kleur die u wilt gebruiken. 7. Klik op OK.
Functies van het Macintosh printerstuurprogramma Afdruksnelkoppelingen maken en gebruiken in Macintosh Gebruik afdruksnelkoppelingen om de huidige instellingen van de printerdriver op te slaan, zodat u deze later opnieuw kunt gebruiken. Een afdruksnelkoppeling maken 1. Klik in het menu Archief van het softwareprogramma op Druk af. 2. Selecteer de driver en klik op Eigenschappen of Voorkeuren. 3. Selecteer de afdrukinstellingen. 4. Klik in het venster Afdruksnelkoppelingen op Opslaan als...
3. Selecteer op het tabblad Voorblad of Papier/Kwaliteit of u het voorblad voor het document of achter het document wilt afdrukken. 4. In het pop-upmenu Type voorblad selecteert u de mededeling die u op het voorblad wilt plaatsen. Opmerking Als u een leeg voorblad wilt afdrukken, selecteert u Standaard als het Type voorblad. Watermerken gebruiken Een watermerk is een mededeling, bijvoorbeeld 'Vertrouwelijk', die wordt afgedrukt op de achtergrond van elke pagina van het document. 1.
Afdrukken op beiden zijden van de pagina (dubbelzijdig afdrukken) Automatisch dubbelzijdig afdrukken (duplex) Geef opties voor dubbelzijdig afdrukken op in het softwareprogramma of in het printerstuurprogramma. Als u deze optie niet ziet, gebruikt u de volgende informatie om de opties voor dubbelzijdig afdrukken beschikbaar te maken.
Automatisch dubbelzijdig afdrukken op het bedieningspaneel in- of uitschakelen Als u de instellingen voor dubbelzijdig afdrukken in het softwareprogramma of het stuurprogramma niet kunt wijzigen, doet u dit op het bedieningspaneel. De fabrieksinstelling is Enkelzijdig. VOORZICHTIG Dubbelzijdig afdrukken mag niet worden gebruikt voor het afdrukken op etiketten. De printer kan hierdoor ernstig beschadigd worden.
Automatisch dubbelzijdig afdrukken in het Macintosh printerstuurprogramma in- of uitschakelen Automatisch dubbelzijdig afdrukken gebruiken 1. Plaats voldoende papier in een van de laden om de taak te kunnen afdrukken. Als u speciaal papier zoals briefpapier plaatst, plaats het dan op een van de volgende manieren: ● Plaats voor lade 1 het briefhoofdpapier met de afdrukzijde naar boven. De onderkant moet als eerste in de printer worden ingevoerd.
Gespiegelde pagina's worden doorlopend gelezen van boven naar onder. Opties voor het binden van dubbelzijdige afdruktaken Voordat u een document dubbelzijdig gaat afdrukken, selecteert u eerst de bindopties in het printerstuurprogramma. Over de lengte van het papier (boekbinden) is de bindmethode die voor boeken wordt gebruikt. Over de breedte van het papier is de bindmethode die voor kalenders gebruikt wordt.
De nietopties instellen Selecteer de nietmachine in het printerstuurprogramma 1. Open een document en klik vervolgens op Afdrukken in het menu Bestand. 2. Selecteer de juiste nietoptie. 3. In het pop-upmenu Voorinstellingen klikt u op Bewaar als en vervolgens typt u de naam voor de voorinstelling. Het printerstuurprogramma configureren om de optionele nietmachine/stapelaar te herkennen 1. Open het programma Afdrukbeheer. 2. Selecteer HP Color LaserJet CM4730. 3.
Documenten nieten De optionele nietmachine/staplaar heeft de volgende specificaties: ● Het apparaat niet taken met een maximum van 30 vel papier van 75 g/m2 . ● Het kan papier nieten van het formaat Letter, A4, Legal, Executive (JIS) en 8,5 x 13. ● De nietmachine/stapelaar kan maximaal 500 vel papier bevatten. ● Het papiergewicht kan variëren van 60 tot 120 g/m2.
De nietmachine vanaf het bedieningspaneel instellen voor één kopieertaak Opmerking ingesteld. Met de volgende procedure wordt de nietoptie voor slechts één kopieertaak 1. Ga naar Kopiëren en raak deze optie aan. 2. Raak Nieten/sorteren aan. 3. Raak de nietoptie aan die u wilt gebruiken. Het apparaat configureren om te stoppen of door te gaan als de nietcassette leeg is U kunt opgeven of de MFP moet stoppen met afdrukken als de nietcassette leeg is of moet doorgaan zonder de taken te nieten. 1.
NLWW 2. Open de klep van de nietcassette. 3. Pak de groene hendel van de nietcassette vast en trek de oude nietcassette uit de nietmachine. 4. Plaats de nieuwe nietcassette in de nietmachine en druk de groene hendel naar beneden totdat deze vastklikt. 5. Sluit de klep van de nietcassette en schuif de nietmachine/stapelaar in de MFP.
Afdruktaak annuleren U kunt een afdrukverzoek stoppen met het bedieningspaneel of met het softwareprogramma. Raadpleeg de online Help bij de specifieke netwerksoftware voor instructies over hoe u een afdrukverzoek van een computer op een netwerk stopt. Opmerking Nadat een afdruktaak is geannuleerd, kan het even duren voordat alle afdrukgegevens uit het geheugen zijn verwijderd. De huidige afdruktaak stoppen via het bedieningspaneel 1. Druk op het bedieningspaneel op Stoppen. 2.
10 Kleur gebruiken De HP Color LaserJet CM4730 MFP levert prachtige kleurenafdrukken zodra u de MFP installeert. De printer biedt een combinatie van automatische kleurfuncties voor levering van prachtige kleuren voor algemeen gebruik op kantoor, en biedt daarnaast geavanceerde hulpmiddelen voor professionele gebruikers met ervaring op het gebied van afdrukken in kleur.
HP ImageREt 3600 HP ImageREt 3600-afdruktechnologie is een systeem met geavanceerde technologieën dat exclusief door HP is ontwikkeld voor optimale afdrukkwaliteit. Het HP ImageREt-systeem onderscheidt zich op de markt door de integratie van technologische ontwikkelingen en de optimalisatie van alle onderdelen van het afdruksysteem. Er zijn verschillende HP ImageREt-categorieën ontwikkeld voor diverse gebruikersbehoeften.
Kleurgebruik beperken De HP Color LaserJet CM4730 MFP Series is voorzien van een instelling voor Kleur beperken. De netwerkbeheerder kan deze instelling gebruiken om toegang van gebruikers tot afdrukken en kopiëren in kleur te beperken om kleurtoner te besparen. Als u niet in kleur kunt afdrukken, vraagt u de netwerkbeheerder om meer informatie. Afdrukken in kleur beperken 1. Ga naar Beheer en raak deze optie aan. 2. Raak Beheer aan. 3. Raak Kleurgebruik beperken aan. 4.
Papierselectie Voor de beste kleuren en afbeeldingskwaliteit is het van belang om in het MFP-menu of via het bedieningspaneel het juiste afdrukmateriaal te selecteren.
Kleuropties De kleuropties maken automatisch optimale kleurafdrukken mogelijk voor diverse soorten documenten. De kleuropties maken gebruik van het zogenaamde "object tagging"; dit is een methode om voor de verschillende objecten op een pagina (tekst, illustraties en foto's) de best mogelijke kleur- en halftooninstellingen te gebruiken.
sRGB sRGB (standaard rood-groen-blauw) is een wereldwijde kleurstandaard origineel ontwikkeld door HP en Microsoft als gemeenschappelijk kleursysteem voor monitors, invoerapparaten (scanners, digitale camera's) en uitvoerapparaten (MFP's, printers, plotters). Dit is het standaardkleursysteem dat wordt gebruikt voor producten van HP, besturingssystemen van Microsoft, het web en de meeste kantoorsoftware die tegenwoordig wordt verkocht.
Vierkleurendruk — CMYK Cyaan, magenta, geel en zwart (CMYK) zijn de inktkleuren die worden gebruikt door een drukpers. Het proces wordt vaak vierkleurendruk genoemd. CMYK-gegevensbestanden worden gewoonlijk gebruikt door de grafische sector, zoals drukkerijen en uitgeverijen. De MFP accepteert CMYK-kleuren via het PS-printerstuurprogramma. De CMYK-kleurenweergave van de MFP is ontwikkeld om rijke, intensieve kleuren te leveren voor tekst en afbeeldingen.
Emulatie CMYK-inktset (alleen PostScript) De CMYK-kleurenweergave van de MFP kan worden ingesteld om verschillende standaardinktsets voor offsetdruk te emuleren. Het kan in sommige situaties voorkomen dat de CMYK-waarden in een beeld of document niet geschikt zijn voor de MFP. Een document kan bijvoorbeeld zijn geoptimaliseerd voor een andere printer. Voor de beste resultaten moeten de CMYK-waarden zijn aangepast aan de HP Color LaserJet CM4730 MFP.
Kleuraanpassing Het laten overeenkomen van de kleuren op de afdruk en de kleuren op het beeldscherm is een heel ingewikkeld proces, omdat printers en computermonitoren verschillende methoden gebruiken voor het produceren van kleuren. Monitoren geven kleuren weer door middel van lichtpixels met gebruikmaking van een RGB-kleurenproces (rood, groen, blauw); printers drukken kleuren af met gebruikmaking van een CMYK-proces (cyaan, magenta, geel en zwart).
Sommige voorbeeldkaarten gebruiken steunkleuren. Dit zijn specifiek samengestelde kleuren. Veel van deze kleuren liggen buiten het bereik van deze MFP. De meeste steunkleurvoorbeeldkaarten worden vergezeld van voorbeeldkaarten met CMYK-benaderingen van de steunkleur. De meeste voorbeeldkaarten met proceskleuren geven de processen weer die zijn gebruikt voor het afdrukken van de voorbeeldkaart. In de meeste gevallen betreft het hier SWOP, EURO of DIC.
Printerkleuropties beheren op Windows-computers Als u de kleuropties instelt op Automatisch, krijgt u voor de meest gangbare afdrukken de beste afdrukkwaliteit die mogelijk is. Bij sommige documenten kan het handmatig instellen van de kleuropties de manier waarop het document wordt weergegeven verbeteren. Een voorbeeld hiervan zijn marketingbrochures met veel afbeeldingen of documenten die op afdrukmateriaal worden afgedrukt dat zich niet in de lijst van de printerdriver bevindt.
RGB-kleur (kleurenthema's) Er zijn vijf instellingen beschikbaar voor de optie RGB-kleur: ● Selecteer Standaard (sRGB) voor de meeste afdruktaken. Met deze instelling wordt de printer geïnstrueerd om RGB-kleur te interpreteren als sRGB, de geaccepteerde standaard van Microsoft en het World Wide Web Consortium (W3C). ● Selecteer Beeldoptimalisatie (sRGB) om de kwaliteit van documenten die voornamelijk bitmapafbeeldingen bevatten te verbeteren. Denk hierbij aan .GIF- en .JPEG-bestanden.
randen. 'Trapping' vermindert het effect van verkeerd geplaatste kleuren door de randen van de naastgelegen onderwerpen enigszins te overlappen. De kleuroptie REt verzacht de randen. Opmerking Als u witte ruimten tussen voorwerpen ziet of bepaalde gebieden met een lichte cyaan, magenta of gele gloed bij de rand, kiest u een randinstelling waarmee het trappingniveau wordt verhoogd . Er zijn voor de randinstelling vier niveaus beschikbaar: ● Maximaal is de hoogste instelling voor trapping.
Printerkleuropties beheren op Macintosh-computers Als u de kleuropties instelt op Automatisch, krijgt u voor de meest gangbare afdrukken de best mogelijke afdrukkwaliteit. Bij sommige documenten kan het handmatig instellen van de kleuropties de manier waarop het document wordt weergegeven verbeteren. Een voorbeeld hiervan zijn marketingbrochures met veel afbeeldingen of documenten die op afdrukmateriaal worden afgedrukt dat zich niet in de lijst van de printerdriver bevindt.
Opmerking Door sommige softwareprogramma's worden tekst en illustraties in rasterafbeeldingen omgezet. In deze gevallen hebben de instellingen van Foto's ook invloed op tekst en illustraties. Neutrale grijstinten De instelling Neutrale grijstinten bepaalt de methode die wordt toegepast voor het samenstellen van grijze kleuren in tekst, afbeeldingen en foto's.
Randinstelling De optie Randinstelling bepaalt hoe randen worden afgedrukt. De randinstelling bestaat uit drie componenten: aangepaste halftonen, Resolution Enhancement Technology (REt) en 'trapping'. Aangepaste halftonen bieden scherpere randen. 'Trapping' vermindert het effect van verkeerd geplaatste kleuren door de randen van de naastgelegen onderwerpen enigszins te overlappen. De kleuroptie REt verzacht de randen.
11 Kopiëren Dit apparaat kan functioneren als een zelfstandig, direct toegankelijk kopieerapparaat. U hoeft de software voor het afdruksysteem niet op de computer te installeren, u kunt de kopieerinstellingen op het bedieningspaneel wijzigen. U kunt ook originelen kopiëren door de documentinvoer of de scannerglasplaat te gebruiken.
Werken met het kopieerscherm Raak op het beginscherm Kopiëren aan om het kopieerscherm te openen. Let op dat alleen de eerste zes kopieerfuncties meteen zichtbaar zijn. Als u meer kopieerfuncties wilt zien, raakt u Meer opties aan.
Standaardkopieeropties instellen Via het beheermenu kunt u standaardinstellingen opgeven die gelden voor alle kopieertaken. Desgewenst kunt u voor een aparte taak de meeste instellingen onderdrukken. Nadat deze taak is voltooid, gelden de standaardinstellingen weer. 1. Blader op het beginscherm naar Beheer en raak deze optie aan. 2. Raak achtereenvolgens Standaard taakopties en Standaardkopieeropties aan. 3. Er zijn verschillende opties beschikbaar.
Basisinstructies voor kopiëren In dit gedeelte vindt u de basisinstructies voor het kopiëren. Kopiëren vanaf de glasplaat Vanaf de glasplaat kunt u maar liefst 999 kopieën maken van klein, licht afdrukmateriaal (lichter dan 60 g/m2) tot zwaar afdrukmateriaal (zwaarder dan 105 g/m2). U kunt hierbij denken aan bijvoorbeeld bonnen, krantenknipsels, foto's, oude documenten, versleten documenten en boeken. Plaats de originele documenten met de te kopiëren zijde omlaag op de glasplaat.
Kopieerinstellingen aanpassen Het apparaat biedt verschillende functies waarmee u de uitgevoerde kopieën kunt optimaliseren. Deze functies zijn alle toegankelijk via het scherm Kopiëren. Het scherm Kopiëren bestaat uit verschillende pagina's. Raak Meer opties op de eerste pagina aan om naar de volgende pagina te gaan. Vervolgens kunt u met de pijl-omhoog of -omlaag naar andere pagina's schuiven.
Naam van de optie Omschrijving Rand-tot-rand Gebruik deze functie als u wilt voorkomen dat er schaduwen langs de randen van de kopieën verschijnen, wat soms gebeurt als het originele document dicht bij de randen is afgedrukt. Gebruik deze functie samen met de functie Vergroot/verklein om ervoor te zorgen dat de hele pagina wordt afgedrukt op de kopieën. Taak creëren Met deze functie kunt u verschillende sets van originelen combineren in één kopieertaak.
Dubbelzijdige documenten kopiëren U kunt dubbelzijdige documenten zowel handmatig als automatisch kopiëren. Dubbelzijdige documenten handmatig kopiëren Met deze procedure worden enkelzijdige kopieën gemaakt die handmatig moeten worden gesorteerd. 1. Plaats de documenten die u wilt kopiëren in de invoerlade van de documentinvoer, met de eerste pagina naar boven en met de bovenkant van de pagina naar de documentinvoer gericht. 2. Raak Start kopiëren aan.
4. Raak dubbelzijdig origineel, dubbelzijdige uitvoer aan. 5. Raak OK aan. 6. Raak Start kopiëren aan. Enkelzijdige kopieën maken van dubbelzijdige documenten 1. Plaats de documenten die u wilt kopiëren in de documentinvoer met de eerste pagina naar boven en met de bovenkant van de pagina naar de invoer gericht. 2. Raak op het bedieningspaneel Kopiëren aan. 3. Raak Zijden aan. 4. Raak dubbelzijdig origineel, enkelzijdige uitvoer aan. 5. Raak OK aan. 6. Raak Start kopiëren aan.
Originelen van verschillende formaten combineren U kunt originelen kopiëren die zijn afgedrukt op verschillende papierformaten mits de vellen papier één afmeting gemeen hebben. U kunt bijvoorbeeld de papierformaten A4 en A5 combineren, of de formaten letter en legal. 1. Leg de vellen in het originele document zo dat zij alle dezelfde breedte hebben. 2. Leg de vellen met de kopieerzijde omhoog in de documentinvoer en schuif beide papiergeleiders tegen het document. 3.
Sorteerinstelling wijzigen U kunt het apparaat zodanig instellen dat meerdere exemplaren van kopieën automatisch worden gesorteerd in sets. Als u de functie voor automatisch sorteren hebt ingeschakeld en bijvoorbeeld twee kopieën maakt van drie pagina's, worden de pagina's in deze volgorde afgedrukt: 1,2,3,1,2,3. Als de functie voor automatisch sorteren niet is ingeschakeld, worden de pagina's in deze volgorde afgedrukt: 1,1,2,2,3,3.
Foto's en boeken kopiëren Foto kopiëren Opmerking Kopieer foto's vanaf de flatbed scanner en niet vanuit de documentinvoer. 1. Open de klep en leg de foto met de afbeelding omlaag op de flatbed scanner. Leg de linkerbovenhoek van de foto tegen de linkerbovenhoek van de glasplaat. 2. Sluit de klep voorzichtig. 3. Raak Start kopiëren aan. Boek kopiëren NLWW 1. Open de klep en leg het boek op de flatbed scanner. Zorg dat de pagina die u wilt kopiëren tegen de linkerbovenhoek van de glasplaat ligt.
Kopieertaken combineren met Taak creëren Gebruik de functie Taak creëren om één kopieertaak te maken van meerdere scans. U kunt hiervoor zowel de documentinvoer als de glasplaat gebruiken. De instellingen voor de eerste scan worden gebruikt voor alle volgende scans. 1. Raak Kopiëren aan. 2. Ga naar Taak creëren en raak deze optie aan. 3. Raak Taak creëren aan aan. 4. Raak OK aan. 5. Selecteer zo nodig de gewenste kopieeropties. 6. Raak Start kopiëren aan.
Kopieertaak annuleren Als u een kopieertaak die bezig is, wilt annuleren, raakt u Stoppen op het bedieningspaneel aan. Hiermee stopt u het apparaat. Raak vervolgens Huidige taak annuleren aan. Opmerking Als u een kopieertaak annuleert, moet u het document verwijderen van de flatbedscanner of uit de automatische documentinvoer.
172 Hoofdstuk 11 Kopiëren NLWW
12 Scannen en verzenden naar een e-mailadres De MFP biedt mogelijkheden voor kleurenscans en digitaal verzenden. Via het bedieningspaneel kunt u documenten in zwart-wit of kleur scannen en deze als e-mailbijlage naar een e-mailadres verzenden. Als u digitaal wilt verzenden, moet het apparaat verbinding hebben met een lokaal netwerk (LAN). Opmerking Als e-mail niet is geconfigureerd, wordt het e-mailpictogram niet op het bedieningspaneel weergegeven.
E-mailinstellingen configureren Voordat u een document naar e-mail kunt verzenden, moet u het apparaat eerst daarvoor configureren. Opmerking De onderstaande instructies zijn bedoeld voor de configuratie van het apparaat vanaf het bedieningspaneel. U kunt deze procedures ook uitvoeren met behulp van de geïntegreerde webserver. Zie Geïntegreerde webserver voor meer informatie.
4. Voer het SMTP-gatewayadres in als een IP-adres of als een FQDN (Fully Qualified Domain Name). Neem, als u het IP-adres of de domeinnaam niet weet, contact op met de netwerkbeheerder. 5. Raak OK aan. De SMTP-instellingen testen 1. Raak op het beginscherm Beheer aan. 2. Raak Eerste installatie aan. 3. Raak E-mail instellen aan en vervolgens Gateways voor versturen testen. Indien de configuratie correct is, verschijnt Gateways OK op het display van het bedieningspaneel.
Het scherm E-mail verzenden gebruiken Met het aanraakscherm navigeert u door de opties van het scherm E-mail verzenden. 1 Knop E-mail verzenden Door het aanraken van deze knop wordt het document gescand en wordt een e-mailbestand verzonden naar de opgegeven e-mailadressen. 2 Knop Beginscherm Het aanraken van deze knop opent het beginscherm. 3 Veld Van: Raak dit veld aan om het toetsenbord te openen zodat u een e-mailadres kunt typen.
Basis e-mailfuncties uitvoeren De e-mailfunctie van het apparaat biedt de volgende voordelen: ● U kunt documenten verzenden naar meerdere e-mailadressen, wat tijd en afleverkosten bespaart. ● U kunt bestanden in zwart-wit en in kleur afleveren. Bestanden kunnen worden verzonden in verschillende bestandsindelingen die de ontvanger kan bewerken. Bij e-mail worden documenten gescand in het apparaatgeheugen en als e-mailbijlage verzonden naar een e-mailadres of meerdere adressen.
6. Druk op Start om het verzenden te starten. 7. Als u gereed bent, verwijdert u het originele document van de scannerglasplaat of de ADF. De functie voor automatisch invullen gebruiken Als u tekens typt in de velden Aan:, Cc: of Van: op het scherm E-mail verzenden wordt de functie voor automatisch aanvullen ingeschakeld.
Het adresboek gebruiken U kunt e-mail verzenden naar een ontvangerslijst door de adresboekfunctie van het apparaat te gebruiken. Neem contact op met de systeembeheerder voor informatie over het configureren van adreslijsten. Opmerking U kunt ook de geïntegreerde webserver (EWS) gebruiken om het e-mailadresboek te maken en te beheren. U kunt het EWS e-mailadresboek ook gebruiken om afzonderlijke emailadressen of e-maildistributielijsten toe te voegen, te bewerken of te verwijderen.
U kunt het adresboek gebruiken als u e-mailadressen in de velden Van:, Aan:, Cc:, of Bcc: typt. U kunt ook adressen toevoegen of verwijderen uit het adresboek. Open het adresboek door de adresboekknop ( ) aan te raken. E-mailadressen toevoegen aan het lokale adresboek 1. Raak Lokaal aan. 2. Raak 3. (Optie) Raak het veld Naam aan en voer op het weergegeven toetsenbord een naam voor de nieuwe invoer in. Raak OK aan. aan. De naam is de alias voor het e-mailadres.
E-mailinstellingen wijzigen voor de huidige taak Gebruik de knop Meer opties om de volgende e-mailinstellingen voor de huidige afdruktaak te wijzigen: NLWW Knop Omschrijving Bestandstype document Raak deze knop aan om de indeling van het gescande bestand te wijzigen. Uitvoerkwaliteit Raak deze knop aan om de afdrukkwaliteit van het gescande bestand te verhogen of te verlagen. Een hogere kwaliteitsinstelling levert een groter bestand op. Resolutie Raak deze knop aan om de scanresolutie te wijzigen.
Scannen naar een map Als de systeembeheerder de functie beschikbaar heeft gemaakt, kan het apparaat een bestand scannen en naar een map in het netwerk verzenden. Ondersteunde besturingssystemen voor het verzenden naar mappen zijn onder andere Windows 2000, Windows XP en Windows Server 2003. Opmerking U moet mogelijk een gebruikersnaam en wachtwoord invoeren om deze optie te gebruiken of om te kunnen verzenden naar bepaalde mappen. Raadpleeg de systeembeheerder voor meer informatie. 1.
Scannen naar een workflow-bestemming Opmerking Deze functie is een onderdeel van de optionele Digital Sending Software. Als de systeembeheerder de workflow-functionaliteit heeft ingeschakeld, kunt u een document scannen en naar een aangepaste workflow-bestemming verzenden. Een workflow-bestemming geeft u de mogelijkheid aanvullende informatie met het gescande document te verzenden naar een opgegeven netwerk of FTP-locatie (File Transfer Protocol).
184 Hoofdstuk 12 Scannen en verzenden naar een e-mailadres NLWW
13 Faxen NLWW ● Analoge fax ● Digitale fax 185
Analoge fax Als de analoge faxeenheid is geïnstalleerd, kan de MFP als zelfstandig faxapparaat fungeren. De HP Color LaserJet CM4730f MFP, HP Color LaserJet CM4730fsk MFP en HP Color LaserJet CM4730fm MFP worden geleverd met een faxmodule. Voor de HP Color LaserJet CM4730 MFP (basismodel) kunt u deze module als optie bestellen. Zie Onderdeelnummers voor informatie over het bestellen van de analoge faxeenheid.
Faxfuncties configureren en gebruiken Voordat u de faxfuncties kunt gebruiken, moet u deze in de menu's van het bedieningspaneel configureren. Zie de meegeleverde HP LaserJet Analog Fax Accessory 300 Gebruikershandleiding voor volledige informatie over de configuratie en het gebruik van de faxmodule en voor informatie over het oplossen van problemen met de faxmodule. Deze handleiding wordt bij de faxmodule meegeleverd en is ook beschikbaar op de cd met de MFP-software.
Digitale fax Digitaal faxen is beschikbaar als u de optionele HP Digital Sending Software hebt geïnstalleerd. Ga naar http://www.hp.com/go/digitalsending voor meer informatie over het bestellen van deze software. Bij digitaal faxen hoeft de MFP niet direct op een telefoonlijn te worden aangesloten. In plaats daarvan kan de MFP een fax op een van de volgende drie manieren verzenden: ● Met LAN-fax verzendt u faxen via een externe faxaanbieder.
14 De MFP beheren NLWW ● Informatiepagina's ● Geïntegreerde webserver ● HP Easy Printer Care-software ● HP Web Jetadmin-software ● HP Printer Utility voor Macintosh ● Beveiligingsfuncties ● De klok instellen ● Waarschuwingen configureren ● De firmware upgraden ● Geheugen beheren ● Benodigdheden beheren 189
Informatiepagina's Informatiepagina's bevatten gegevens over het apparaat en de huidige configuratie In de volgende tabel vindt u aanwijzingen voor het afdrukken van informatiepagina's. Beschrijving De pagina afdrukken via het bedieningspaneel van de MFP Menustructuur 1. Raak op het beginscherm Beheer aan. Hierop worden de menu's en beschikbare instellingen van het bedieningspaneel weergegeven. 2. Raak Informatie aan. 3. Raak Configuratie-/statuspagina's aan. 4. Raak Menustructuur Beheer aan. 5.
Beschrijving De pagina afdrukken via het bedieningspaneel van de MFP bijvoorbeeld flash-stations, geheugenkaarten of harde schijven, die in het apparaat zijn geïnstalleerd. 3. Raak Configuratie-/statuspagina's aan. 4. Raak Bestandsdirectory aan. 5. Raak Afdrukken aan. Faxrapporten 1. Raak op het beginscherm Beheer aan. Er zijn vijf rapporten beschikbaar waarin de faxactiviteit, faxen, factureringscodes, geblokkeerde faxnummers en snelkiesnummers worden weergegeven. 2. Raak Informatie aan. 3.
Geïntegreerde webserver Gebruik de geïntegreerde webserver om de MFP- en netwerkstatus te bekijken en de afdrukfuncties te beheren via uw computer in plaats van het bedieningspaneel van de MFP. Hierna vindt u een aantal voorbeelden van datgene wat u met de geïntegreerde webserver kunt doen: Opmerking Als de printer rechtstreeks op een computer is aangesloten, gebruikt u de HP Easy Printer Care-software om de printerstatus weer te geven.
Tabblad Informatie De groep informatiepagina's bestaat uit de volgende pagina's. ● Apparaatstatus. Op deze pagina vindt u de MFP-status en de resterende levensduur van de HPbenodigdheden, waarbij 0% aangeeft dat een van de benodigdheden op is. Op deze pagina worden tevens het type en formaat van de ingestelde afdrukmaterialen voor elke lade weergegeven. Klik op Instellingen wijzigen om de standaardinstellingen te wijzigen. ● Configuratiepagina.
● Beveiliging. Op deze pagina kunt u een wachtwoord instellen dat moet worden ingevoerd om toegang te verkrijgen tot de tabbladen Instellingen, Digitaal verzenden en Netwerk. De verschillende functies van de geïntegreerde webserver in- en uitschakelen. ● Overige koppelingen bewerken. Een koppeling naar een andere website toevoegen of aanpassen. Deze koppeling vindt u in het gedeelte Overige koppelingen op alle pagina's van de geïntegreerde webserver.
Tabblad Netwerken Op dit tabblad kan de netwerkbeheerder de netwerkinstellingen voor de MFP controleren als deze is aangesloten op een IP-netwerk. Dit tabblad wordt niet weergegeven als de MFP rechtstreeks is aangesloten op een computer, of als de MFP is aangesloten op een netwerk met een andere printserver dan HP Jetdirect. Overige koppelingen Dit gedeelte bevat koppelingen waarmee u verbinding maakt met internet. Als u deze koppelingen wilt kunnen gebruiken, moet u toegang tot internet hebben.
HP Easy Printer Care-software HP Easy Printer Care-software is een programma dat u voor de volgende taken kunt gebruiken: ● De printerstatus controleren. ● De status van de benodigdheden controleren. ● Statuswaarschuwingen instellen. ● Toegang krijgen tot hulpmiddelen voor onderhoud en het oplossen van problemen. U kunt HP Easy Printer Care-software gebruiken als de printer rechtstreeks op de computer is aangesloten of als deze op een netwerk is aangesloten.
Gebied Omschrijving Tabblad Ondersteuning ● Hier vindt u apparaatgegevens, waaronder waarschuwingen voor items die uw aandacht nodig hebben. Hier vindt u Helpinformatie en -koppelingen. ● Hier vindt u koppelingen naar informatie over en hulpmiddelen bij het oplossen van problemen. ● Bevat koppelingen naar websites van HP waar u kunt registreren, ondersteuning kunt krijgen of benodigdheden kunt bestellen.
HP Web Jetadmin-software HP Web Jetadmin 6.5 is een op het web gebaseerde softwareoplossing waarmee u op afstand installatie-, controle- en probleemoplossingstaken kunt uitvoeren op randapparatuur die via een netwerk is aangesloten. De intuïtieve browserinterface vereenvoudigt het cross-platformbeheer van een groot aantal apparaten, inclusief printers van HP en andere leveranciers. Het beheer is pro-actief, waardoor netwerkbeheerders printerproblemen kunnen oplossen voordat deze bij de gebruiker optreden.
HP Printer Utility voor Macintosh Gebruik de HP Printer Utility om een printer te configureren en te onderhouden vanaf een Mac OS X V10.2, V10.3 of V10.4-computer. In deze paragraaf worden verschillende functies beschreven die u via de HP Printer Utility kunt uitvoeren. De HP Printer Utility openen Welk proces u gebruikt om de HP Printer Utility te starten, hangt af van het Macintoshbesturingssysteem dat u gebruikt. De HP Printer Utility openen in Mac OS X V10.2 1.
De status van benodigdheden weergeven U kunt de status van de printerbenodigdheden bekijken op uw computer. Denk hierbij aan printcartridges, drums en afdrukmateriaal. 1. Open de HP Printer Utility. 2. Selecteer in de lijst Configuratie-instellingen de optie Status benodigdheden. 3. Klik op het tabblad Benodigdheden om de status te bekijken van verschillende vervangbare onderdelen en klik op de tab Media om de status van afdrukmateriaal te bekijken.
De firmware bijwerken Werk de printerfirmware bij door het nieuwe firmwarebestand van de computer te laden. U kunt nieuwe firmwarebestanden voor uw printer vinden op http://www.hp.com/support/ljcm4730mfp. 1. Open de HP Printer Utility. 2. Selecteer in de lijst Configuratie-instellingen de optie Firmware bijwerken. 3. Klik op Kies, navigeer naar het firmwarebestand dat u wilt uploaden en klik op OK. 4. Klik op Uploaden om het firmwarebestand te laden.
Opgeslagen taken opslaan of afdrukken Schakel de functie in waarmee de afdruktaken worden opgeslagen of druk een opgeslagen opdracht af vanaf de computer. U kunt een opgeslagen afdruktaak ook verwijderen. 1. Open de HP Printer Utility. 2. Selecteer in de lijst Configuratie-instellingen de optie Opgeslagen taken. 3. Voer een van de volgende taken uit: ● Als u de functie voor taakopslag wilt inschakelen, selecteert u Taakopslag inschakelen en klikt u op Nu toepassen.
● Subnetmasker ● Standaardgateway Als u meer instellingen in de geïntegreerde webserver wilt wijzigen, klikt u op Extra netwerkinstellingen. De geïntegreerde webserver wordt geopend en de tab Netwerken is al geselecteerd. 4. Klik op Nu toepassen. De geïntegreerde webserver openen 1. Open de HP Printer Utility. 2. Selecteer in de lijst Configuratie-instellingen de optie Extra instellingen. 3. Klik op Open geïntegreerde webserver.
Beveiligingsfuncties In dit gedeelte worden belangrijke beveiligingsfuncties uitgelegd die voor de MFP beschikbaar zijn: ● De geïntegreerde webserver beveiligen ● Foreign Interface Harness (FIH) ● Schijf beveiligd wissen ● DSS (Digital Sending Software)-verificatie ● De menu's van het bedieningspaneel vergrendelen De geïntegreerde webserver beveiligen Wijs een wachtwoord toe om toegang te krijgen tot de geïntegreerde webserver zodat de MFPinstellingen niet door onbevoegden kunnen worden gewijzigd.
De FIH-portal inschakelen 1. Dubbelklik op het bestand FIH.EXE. Het dialoogvenster Foreign Interface Harness wordt geopend. 2. Klik op OK. 3. Klik op Inschakelen. 4. Als u nog niet eerder een pincode hebt ingevoerd, klikt u op Nee. Als u eerder een pincode hebt ingevoerd, klikt u op Ja. Als u op Nee hebt geklikt, typt en bevestigt u de pincode en klikt u vervolgens op OK. Als u op Ja hebt geklikt, typt u de pincode en klikt u op OK. Opmerking De pincode moet numeriek zijn. 5.
Schijf beveiligd wissen biedt de volgende beveiligingsniveaus: ● Niet-beveiligd snel wissen. Dit is een eenvoudige wisfunctie voor bestandstabellen. De toegang tot het bestand wordt verwijderd, maar de werkelijke gegevens blijven op de schijf staan totdat het bestand worden overschreven door latere gegevensopslagbewerkingen. Dit is de snelste modus. Niet-beveiligd snel wissen is de standaardwismodus. ● Beveiligd snel wissen.
De menu's van het bedieningspaneel vergrendelen U kunt de menu's van het bedieningspaneel vergrendelen om te voorkomen dat iemand de MFPconfiguratie wijzigt. Hierdoor kunnen onbevoegde gebruikers de configuratie-instellingen zoals de SMTP-server niet wijzigen. In de volgende procedure wordt beschreven hoe u toegang tot de menu's van het bedieningspaneel kunt beperken met behulp van de HP Web Jetadmin-software. (Zie HP Web Jetadmin-software.) NLWW 1. Open het programma HP Web Jetadmin. 2.
De klok instellen Via de ingebouwde klok kunt u de datum en tijd instellen. De datum- en tijdinformatie wordt gekoppeld aan opgeslagen afdruk- en faxtaken en opgeslagen taken voor digitaal verzenden, zodat u de meest recente versies van opgeslagen afdruktaken kunt herkennen. De datumnotatie instellen 1. Raak op het bedieningspaneel Beheer aan. 2. Raak Tijd/schema's aan. 3. Raak Datum/tijd aan. 4. Raak Datumindeling aan. 5. Raak de gewenste notatie aan. 6. Raak Opslaan aan. De datum instellen 1.
NLWW 5. Raak de gewenste opties aan om het juiste uur, de juiste minuut en de juiste VM/NM-instelling op te geven. 6. Raak Opslaan aan.
Waarschuwingen configureren U kunt HP Web Jetadmin of de geïntegreerde webserver van de MFP gebruiken om uw systeem in stellen voor het geven van waarschuwingen in geval van problemen met de MFP. De waarschuwingen worden gegeven in de vorm van een e-mailbericht aan het door u opgegeven e-mailadres. U kunt het volgende instellen: ● De printer(s) die u wilt bewaken ● Welke waarschuwingen u wilt ontvangen (bijvoorbeeld voor papierstoringen, papier op, status van de benodigdheden en klep open).
De firmware upgraden De MFP bevat de RFU-mogelijkheid (Remote Firmware Update). Gebruik de informatie in deze paragraaf om de MFP-firmware te upgraden. De huidige versie van de firmware bepalen 1. Blader op het beginscherm van het bedieningspaneel naar Beheer en raak deze optie aan. 2. Raak Informatie aan. 3. Raak Configuratie-/statuspagina's aan. 4. Raak Configuratie-/statuspagina's aan. 5. Raak Afdrukken aan.
3. Typ op de adresregel van de browser ftp://, waarbij het adres van de MFP is. Als het TCP/IP-adres bijvoorbeeld 192.168.0.90 is, typt u ftp://192.168.0.90. 4. Zoek het gedownloade .RFU-bestand voor de MFP. 5. Sleep het .RFU-bestand naar het PORT1-pictogram in het browservenster. Opmerking De MFP wordt automatisch uit- en weer ingeschakeld om de update te activeren. Wanneer het updateproces is voltooid, wordt het bericht Klaar op het bedieningspaneel van de MFP weergegeven.
Een upgrade uitvoeren op de firmware met HP Web Jetadmin Hiervoor moet u HP Web Jetadmin versie 7.0 of hoger op uw computer installeren. Zie HP Web Jetadmin-software. Voer de volgende stappen uit om één apparaat bij te werken met HP Web Jetadmin nadat u het .RFU-bestand van de HP web site hebt gedownload. 1. Start HP Web Jetadmin. 2. Open de map Apparaatbeheer in de vervolgkeuzelijst van het paneel Navigatie. Navigeer naar de map Apparaatlijsten. 3.
De HP Jetdirect-firmware gebruiken De HP Jetdirect-netwerkinterface in de MFP bevat firmware waarop afzonderlijk van de MFP-firmware een upgrade kan worden uitgevoerd. Hiervoor moet u HP Web Jetadmin versie 7.0 of hoger op uw computer installeren. Zie HP Web Jetadmin-software. Voer de volgende stappen uit om de HP Jetdirectfirmware bij te werken met HP Web Jetadmin. 1. Open het programma HP Web Jetadmin. 2. Open de map Apparaatbeheer in de vervolgkeuzelijst van het paneel Navigatie.
Geheugen beheren Deze MFP ondersteunt maximaal 544 MB geheugen: 512 MB DDR plus 32 MB extra geheugen op de formatter-kaart. U kunt extra geheugen toevoegen door DDR-geheugen (Dual Data-Rate) te installeren. De MFP heeft twee DDR-sleuven waarin geheugenmodules van 128 of 256 MB RAM kunnen worden geïnstalleerd. Zie Geheugen- en printserverkaarten installeren voor meer informatie over het installeren van geheugen.
Benodigdheden beheren Gebruik voor het beste afdrukresultaat originele HP printcartridges. HP printcartridges Als u een originele nieuwe HP printcartridge gebruikt, kunt u over de benodigdheden de volgende informatie ophalen: ● Resterend percentage van de benodigdheden ● Geschat aantal resterende pagina's ● Aantal afgedrukte pagina's Opmerking cartridges.
Printcartridges bewaren Verwijder de printcartridge pas uit de verpakking wanneer u klaar bent om deze te gaan gebruiken. VOORZICHTIG Om beschadiging van de printcartridge te voorkomen, mag deze niet meer dan enkele minuten lang aan licht worden blootgesteld.
Via HP Web Jetadmin Selecteer de printer in HP Web Jetadmin. Op de statuspagina van de printer vindt u informatie over de printcartridges.
15 Onderhoud NLWW ● Benodigdheden vervangen ● De MFP reinigen ● ADF-onderhoudskit ● De scanner kalibreren 219
Benodigdheden vervangen Wanneer u originele HP-benodigdheden gebruikt, ontvangt u automatisch een melding wanneer de benodigdheden bijna op zijn. Dankzij de melding voor het bestellen van benodigdheden hebt u ruim de tijd om nieuwe benodigdheden te bestellen voordat deze moeten worden vervangen. Zie Benodigdheden en accessoires voor informatie over het bestellen van benodigdheden. Benodigdheden zoeken De printerbenodigdheden zijn te herkennen aan de blauwe etiketten en de blauwe plastic hendels.
Vervangingstijden voor benodigdheden (bij benadering) De volgende tabel vermeldt de geschatte tijdsintervallen waarna de onderdelen moeten worden vervangen en de berichten die op het bedieningspaneel verschijnen om u daarop attent te maken. Resultaten kunnen variëren als gevolg van de gebruiksomstandigheden en afdrukgewoonten. 1 2 Artikel Printerbericht Aantal pagina's Tijdsperiode (bij benadering) Zwarte printcartridges Vervang zwarte cartridge 12.
De MFP reinigen Voor behoud van de afdrukkwaliteit moet u de MFP steeds grondig reinigen als er problemen met de afdrukkwaliteit optreden en elke keer als u de printcartridge vervangt. WAARSCHUWING Raak het fusergebied niet aan wanneer u de MFP reinigt. Dit gedeelte kan heet zijn. VOORZICHTIG Gebruik geen reinigingsmiddelen op basis van ammoniak op of in de omgeving van de MFP. Dit kan blijvende schade aan de printcartridge veroorzaken.
Het automatische invoersysteem (ADF) reinigen Reinig de ADF alleen als deze zichtbaar sporen vertoont of vuil is of als u merkt dat de kopieerkwaliteit afneemt (bijvoorbeeld door strepen). Het automatische invoersysteem (ADF) reinigen NLWW 1. Open het deksel van de scanner. 2. Ga naar de witte onderkant van kunststof van de ADF. 3. Veeg de onderkant van de automatische documentinvoer af met een schone, licht bevochtigde, pluisvrije doek.
5. Open het deksel van de scanner. De ADF-rollen reinigen U moet de rollen in de ADF reinigen als er sprake is van vellen die verkeerd worden ingevoerd of als de originelen die de ADF verlaten sporen vertonen. VOORZICHTIG Reinig de rollen alleen indien er sprake is van vellen die verkeerd worden ingevoerd of als sporen op de originelen voorkomen en u stof op de rollen ziet. Als de rollen vaak worden schoongemaakt, kan stof in het apparaat terechtkomen. 1. Open het deksel van de scanner.
2. Zoek de rollen vlakbij het witte vinyl aan de achterkant van de ADF. 3. Veeg de rollen voorzichtig af met een schone, pluisvrije doek die met water is bevochtigd. VOORZICHTIG raken. 4. NLWW Giet geen water direct op de rollen. Hierdoor kan het apparaat beschadigd Open het deksel van de scanner.
5. Trek aan de ontgrendelingshendel om de ADF-klep te openen. 6. Ga naar de rollen. 7. Veeg de rollen voorzichtig af met een schone, pluisvrije doek die met water is bevochtigd. VOORZICHTIG Giet geen water direct op de rollen. Hierdoor kan het apparaat beschadigd raken.
8. Kijk waar het scheidingskussen zich bevindt. 9. Veeg het blad voorzichtig af met een schone, pluisvrije doek die met water is bevochtigd. 10. Sluit de klep van de automatische documentinvoer. De mylar strip reinigen Reinig de mylar strips aan de onderkant van de scannerklep alleen als de kopieerkwaliteit afneemt (bijvoorbeeld verticale lijnen) wanneer u via de ADF kopieert. 1. NLWW Open het deksel van de scanner.
2. De mylar strip (1) zoeken. Opmerking Vervangende mylar strips bevinden zich in een envelop (2) onder het witte vinyl aan de achterkant van de ADF. Volg de instructies in de envelop. 3. Reinig de mylar strip met een schone, vochtige, pluisvrije doek. 4. Open het deksel van de scanner.
ADF-onderhoudskit Nadat er 90.000 pagina's via de ADF zijn ingevoerd, verschijnt het bericht Vervang documentinvoerkit op het display van het bedieningspaneel. Dit bericht verschijnt ongeveer één maand voordat de kit moet worden vervangen. Bestel een nieuwe kit als dit bericht verschijnt. Zie Onderdeelnummers voor informatie over hoe u een nieuwe ADF-onderhoudskit bestelt.
De scanner kalibreren Kalibreer de scanner ter compensatie van offsets in het scannerafbeeldingssysteem (leeskop) voor ADF en vlakplaatscanners. Vanwege mechanische spelingen is het mogelijk dat de leeskop van de scanner de positie van de afbeelding niet nauwkeurig leest. Tijdens de kalibratieprocedure worden offsetwaarden voor de scanner berekend en opgeslagen. De offsetwaarden worden vervolgens gebruikt bij het produceren van scans zodat het juiste gedeelte van het document wordt vastgelegd.
16 Problemen oplossen NLWW ● Algemene problemen oplossen ● MFP-problemen vaststellen ● Soorten berichten op het bedieningspaneel ● Berichten op het bedieningspaneel ● Storingen ● Problemen met de papierverwerking ● Verklaring van de accessoirelampjes voor de postbus met 3 bakken en de nietmachine/stapelaar ● Verklaring van de lampjes op de formatteereenheid ● Problemen met afdruk- en kopieerkwaliteit oplossen ● Faxproblemen oplossen ● E-mailproblemen oplossen ● Problemen oplossen me
Algemene problemen oplossen Als de MFP niet op de juiste wijze reageert, loopt u de punten in de volgende controlelijst een voor een na. Als de MFP ergens niet verder wil, gaat u te werk volgens de suggesties voor probleemoplossing. Als het probleem na een bepaalde stap is opgelost, hoeft u de resterende stappen in de controlelijst niet meer uit te voeren. Controlelijst probleemoplossing 1. 2. Controleer of het Gereed-lampje van de MFP brandt. Voer de volgende stappen uit als er geen lampjes branden: a.
7. Controleer of u het stuurprogramma van de HP Color LaserJet 4730mfp hebt geïnstalleerd. Controleer in het programma of u een HP Color LaserJet CM4730 MFP-stuurprogramma gebruikt. 8. Druk een kort document af via een ander programma dat een vorige keer goed is afgedrukt. Als deze oplossing werkt, ligt het probleem bij het gebruikte programma. Als deze oplossing niet werkt (het document wordt niet afgedrukt), gaat u verder met de volgende stappen: 9. NLWW a.
MFP-problemen vaststellen Situatie/bericht Oplossing Het display van het bedieningspaneel is leeg en de interne ventilatoren werken niet. Controleer of de MFP in ingeschakeld. Druk op alle knoppen om te controleren of ze het allemaal doen. Neem contact op met uw HP-servicevertegenwoordiger indien deze stappen niet werken. De MFP staat aan, maar de interne ventilatoren draaien niet. Controleer of de netspanning geschikt is voor de stroomconfiguratie van de MFP.
Soorten berichten op het bedieningspaneel De status van het apparaat of problemen met het apparaat worden aan de hand van vier berichttypen op het display weergegeven. Soort bericht Omschrijving Statusberichten Statusberichten weerspiegelen de huidige staat van het apparaat. Zij geven aan dat het apparaat normaal werkt, en de gebruiker hoeft niets doen om ze te verwijderen. Zij veranderen als de status van het apparaat verandert.
Berichten op het bedieningspaneel Tabel 16-1 Berichten op het bedieningspaneel Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie cartridge installeren De printcartridge is verwijderd of onjuist geïnstalleerd. U moet de printcartridge vervangen of opnieuw plaatsen om door te kunnen gaan met afdrukken. motor draait Er wordt een test uitgevoerd en de geselecteerde component is de cartridgemotor voor de . Druk op Stoppen wanneer u deze test wilt stoppen. 10.32.
Tabel 16-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie 13.05.00 STORING IN RECHTERKLEPPEN Er is papier vastgelopen achter de kleppen aan de rechterkant. 1. Zoek en verwijder het vastgelopen materiaal volgens de aanwijzingen op het scherm. 2. Als dit bericht blijft verschijnen na het verwijderen van alle pagina's, neemt u contact op met de HP ondersteuning op http://www.hp.com/support/ ljcm4730mfp. 1.
Tabel 16-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie http://www.hp.com/support/ ljcm4730mfp. 13.20.00 STORING IN LADE X Er is papier vastgelopen in de aangegeven papierlade. 13.20.00 STORING IN RECHTERKLEPPEN Er is papier vastgelopen in de rechterkant van de MFP. 13.21.00 STORING IN LADE X 13.30.00 STORING IN RECHTERLADE ONDER LADE 1 13.31.00 STORING IN RECHTERKLEP 13.XX.
Tabel 16-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie 13.XX.YY Storing in nietmachine Er zit een nietje vast in de nietmachine. Controleer de nietmachine/stapelaar op vastzittende nietjes. 1. Zoek en verwijder het vastgelopen materiaal volgens de aanwijzingen op het scherm. 2. Als dit bericht blijft verschijnen na het verwijderen van alle pagina's, neemt u contact op met de HP ondersteuning op http://www.hp.com/support/ ljcm4730mfp. 1.
Tabel 16-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie 22 OVERLOOP GEÏNTEGREERDE I/OBUFFER Druk op OK om verder te gaan Er zijn te veel gegevens verzonden naar de geïntegreerde HP Jetdirect printserver. Raak OK aan om de verzonden gegevens af te drukken (mogelijk zijn hierbij gegevens verloren gegaan). 30.1.YY SCANNERSTORING Er is een fout opgetreden in de scanner. Controleer de scannervergrendeling. Zet de MFP uit en weer aan.
Tabel 16-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie 50.X FUSER-FOUT Er is een fout in de fuser opgetreden. Controleer of u de juiste fuser hebt. Plaats de fuser opnieuw. Zet de MFP uit en weer aan. Wanneer het bericht blijft verschijnen, neem dan contact op met een erkende HP-dealer of ondersteuningsdienst. Zie de ondersteuningsbrochure van HP of ga naar http://www.hp.com/support/ljcm4730mfp. 51.
Tabel 16-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie ondersteuningsbrochure van HP of ga naar http://www.hp.com/support/ljcm4730mfp. 59.XY FOUT Zet het apparaat uit en weer aan om verder te gaan Er is een tijdelijke afdrukfout opgetreden. Zet de MFP uit en weer aan. Wanneer het bericht blijft verschijnen, neem dan contact op met een erkende HP-dealer of ondersteuningsdienst. Zie de ondersteuningsbrochure van HP of ga naar http://www.hp.
Tabel 16-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht 68.X OPSLAGFOUT INSTELLINGEN GEWIJZIGD Druk op OK om verder te gaan 68.X PERMANENT GEHEUGEN VOL Druk op OK om verder te gaan 68.X SCHRIJVEN NAAR PERMANENT GEHEUGEN MISLUKT Druk op OK om verder te gaan 69.X FOUT Zet het apparaat uit en weer aan om verder te gaan Omschrijving Aanbevolen actie 4. Schakel de stroomtoevoer naar de MFP weer in. 5.
Tabel 16-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie 8X.YYYY EIO-FOUT Er is een kritieke fout opgetreden in de EIOaccessoirekaart. Dit wordt aangegeven door JJJJ. Probeer de fout met de volgende handelingen te verhelpen. 8X.YYYY GEÃ NTEGREERDE JETDIRECT-FOUT 1. Zet de MFP uit en weer aan. 2. Schakel de MFP uit, plaats het EIOaccessoire opnieuw en schakel de MFP weer in. 3. Vervang het EIO-accessoire.
Tabel 16-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie Controleer uitvoerapparaat Er is een fout opgetreden in het uitvoerapparaat. Verwijder het uitvoerapparaat en plaats dit opnieuw. De digitale verzendservice op geeft geen service aan deze MFP. Neem contact op met de beheerder. De MFP kan niet communiceren met het opgegeven IP-adres. Controleer het IP-adres. Neem contact op met de netwerkbeheerder.
Tabel 16-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Handinvoer Omschrijving Aanbevolen actie niet afgedrukt en wordt uit het geheugen verwijderd. configuratiepagina af voor een lijst met beschikbare printerbesturingstalen. Zie Informatiepagina's. Voor de opgegeven taak moet u afdrukmateriaal handmatig invoeren vanuit lade 1. Plaats het gewenste afdrukmateriaal in lade 1.
Tabel 16-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie Nietcassette bestellen De nietcassette moet worden vervangen. 1. Nietcassette vervangen De nietmachine is leeg. Vervang de nietcassette. NIET MOGELIJK OM TAAK TE VERSTUREN NIET MOGELIJK OM TE KOPIËREN Vervang de nietcassette. Als u dit bericht tijdelijk wilt verbergen om een fax of e-mail te kunnen verzenden, raakt u NEGEREN aan.
Tabel 16-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie http://www.hp.com/support/ ljcm4730mfp. Onrechtmatig onderdeel in gebruik De MFP maakt gebruik van een onderdeel dat niet van HP is. Als u van mening bent dat u een origineel HPonderdeel hebt aangeschaft, ga dan naar http://www.hp.com/go/anticounterfeit. Reparaties aan de printer door gebruik van cartridges die niet van HP zijn, vallen niet onder garantie.
Tabel 16-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie ondersteuning van HP op http://www.hp.com/support/ ljcm4730mfp. SMTP-gateway De SMTP-gateway heeft de maximumtijd van de time-out overschreden. Controleer het e-mailserveradres. Neem contact op met de netwerkbeheerder. STORING IN DOCUMENTINVOER Er zit afdrukmateriaal vast in de documentinvoer. Verwijder vastgelopen afdrukmateriaal uit de documentinvoer. Volg de instructies op het scherm.
Tabel 16-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie zijn. Vervang de desbetreffende printcartridge. VERVANG DIMM FOUT BIJ GEH.TEST De vermelde DIMM werkt niet goed en moet worden vervangen. Vervang de DIMM. Vervang fuserkit Vervang de fusereenheid. Vervang transferkit De fusereenheid is aan het einde van de levensduur. Het afdrukken kan doorgaan. De transfereenheid is aan het einde van de levensduur.
Storingen Gebruik deze afbeelding om papierstoringen in de MFP te verhelpen. Zie Storingen voor instructies bij het verhelpen van papierstoringen. Opmerking Alle delen van de MFP die mogelijk moeten worden geopend voor het opheffen van een papierstoring zijn voorzien van groene hendels.
12 Onderste rechterdeur 13 Lade 2, 3 en 4 14 Papierbaan 15 Uitvoergedeelte Herstel na storingen Deze MFP herstelt zich automatisch na papierstoringen. U kunt deze functie gebruiken om vastgelopen pagina's automatisch opnieuw af te drukken. De volgende opties zijn beschikbaar: ● Auto — De MFP probeert de vastgelopen pagina's opnieuw af te drukken. ● Uitschakelen — De MFP probeert de vastgelopen pagina's niet opnieuw af te drukken.
Papierstoringen achter de rechterkleppen oplossen NLWW 1. Open de kleppen aan de rechterzijde van de MFP met behulp van de hendels. 2. Als er afdrukmateriaal aanwezig is in het bovenste gebied, pakt u dit bij beide hoeken vast en trekt u het naar beneden.
3. Als er afdrukmateriaal aanwezig is in het onderste gebied, pakt u dit bij beide hoeken vast en trekt u het naar boven. Opmerking Als op deze plaatsen geen afdrukmateriaal aanwezig is, gaat u verder met de volgende stap. 4. Pak de groene hendel op de transfereenheid vast en trek deze naar beneden.
NLWW 5. Als er afdrukmateriaal aanwezig is in het bovenste gebied, pakt u dit bij beide hoeken vast en trekt u het naar beneden. 6. Als er afdrukmateriaal aanwezig is in het onderste gebied, pakt u dit bij beide hoeken vast en trekt u het naar boven. 7. Trek de groene hendel op de fuserklep omhoog om de klep te openen.
8. Grijp de paarse hendels en trek de fusereenheid naar buiten. Verwijder eventueel aanwezig papier. 9. Trek de groene hendel op de klep van de duplexeenheid omhoog.
10. Verwijder eventueel vastgelopen papier. 11. Sluit de transfereenheid. 12. Sluit de kleppen aan de rechterzijde van de MFP.
13. Als de papierstoring niet is verholpen, opent u de lade onder lade 1 en verwijdert u eventueel aanwezig vastgelopen papier. 14. Sluit de lade. 15. Als de papierstoring niet is verholpen, opent u de onderste toegangsdeur en verwijdert u eventueel aanwezig vastgelopen papier. 16. Sluit de onderste toegangsdeur. Als de papierstoring is verholpen, wordt de afdruktaak voortgezet. 17. Zie Papierstoringen verhelpen in lade 2, 3 of 4 als de storing nog steeds niet is verholpen en u afdrukt vanuit lade 1.
6. Controleer of de geleiders juist zijn geplaatst. Papierstoringen verhelpen in lade 2, 3 of 4 NLWW 1. Voer de stappen in Papierstoringen achter de rechterkleppen oplossen uit. 2. Schuif de aangegeven lade uit en verwijder eventueel aanwezig vastgelopen papier. 3. Sluit de lade. Als de papierstoring is verholpen, wordt de afdruktaak voortgezet.
4. Als de papierstoring nog steeds niet is verholpen, tilt u de lade omhoog en verwijdert u deze uit de MFP. Het volgende schema toont het verwijderen van lade 2. 5. Verwijder eventueel aanwezig vastgelopen papier achter de lade. Het volgende schema toont een mogelijke papierstoring achter lade 2. Verwijder vastgelopen papier in lade 3 en 4 met behulp van dezelfde procedure. 6. Plaats de papierlade terug.
Papierstoringen verhelpen in de nietmachine/stapelaar NLWW 1. Druk op de ontgrendelingsknop aan de bovenkant van de nietmachine/stapelaar. 2. Schuif de nietmachine/stapelaar naar buiten. 3. Verwijder eventueel aanwezig afdrukmateriaal tussen de nietmachine/stapelaar en de MFP. 4. Zie Papierstoringen verhelpen in de uitvoeraccessoire-brug als de storing hiermee niet is verholpen.
Zie Storingen in de nietmachine verhelpen om vastzittende nietjes in de nietmachine te verwijderen. Storingen in de nietmachine verhelpen Het kan voorkomen dat er nietjes vastlopen in de nietmachine/stapelaar. Als de taken niet goed of helemaal niet worden geniet, volgt u deze procedure om de vastzittende nietjes te verwijderen. 1. Zet de MFP uit. 2. Houd de ontgrendelingsknop aan de bovenkant van de nietmachine/stapelaar ingedrukt. Trek de nietmachine/stapelaar uit de MFP. 3.
6. Verwijder de nietjes die uit de cassette steken. 7. Sluit de klep aan de achterkant van de nietcassette. Controleer of deze vastklikt. 8. Plaats de nietcassette terug in de nietcassettehouder en druk de groene hendel omlaag totdat deze vastklikt. 9. Sluit de klep van de nietcassette en schuif de nietmachine/stapelaar in de MFP. Storingen verhelpen in de postbus met 3 bakken 1. NLWW Druk op de ontgrendelingsknop aan de bovenkant van de postbus met drie bakken.
2. Schuif de postbus met drie bakken uit de MFP. 3. Open de klep aan de bovenkant van de postbus met drie bakken.
NLWW 4. Verwijder eventueel aanwezig afdrukmateriaal onder de klep. 5. Sluit de deur en verwijder eventueel aanwezig afdrukmateriaal tussen de MFP en de postbus met drie bakken.
Papierstoringen verhelpen in de uitvoeraccessoire-brug Indien een postbus met drie bakken of een nietmachine/stapelaar op de MFP is geïnstalleerd, voert u de volgende procedure uit om een papierstoring in de uitvoeraccessoire-brug op te heffen. 1. Open de klep naar de uitvoeraccessoire-brug. 2. Druk de groene hendel omlaag, verwijder eventueel aanwezig afdrukmateriaal uit de uitvoeraccessoire-brug en druk de groene hendel weer omhoog. 3. Open de klep naar de uitvoeraccessoire-brug. 4.
5. Zoek naar papier bovenop de uitvoeraccessoire-brug. 6. Schuif de uitvoeraccessoire-brug terug in de MFP. 7. Schuif de postbus met drie bakken of de nietmachine/stapelaar terug in de MFP. Papierstoringen verhelpen in de ADF 1. Open de ADF-klep. Opmerking Een plastic vel wordt op de elektrostatische transferriem geplaatst om deze tijdens het vervoer te beschermen. Wanneer de MFP voor het eerst wordt ingeschakeld, wordt het plastic vel naar de uitvoerlade gestuurd.
2. Verwijder eventueel vastgelopen afdrukmateriaal. 3. Sluit de klep van de automatische documentinvoer.
Problemen met de papierverwerking Gebruik alleen afdrukmateriaal dat voldoet aan de specificaties in de HP LaserJet Printer Family Print Media Gudde. De printer voert meerdere vellen tegelijk in De printer voert meerdere vellen tegelijk in Oorzaak Oplossing De invoerlade is te vol. Verwijder het overtollige afdrukmateriaal uit de invoerlade. Het afdrukmateriaal plakt aan elkaar. Verwijder het afdrukmateriaal, buig het, draai het 180 graden of keer het om en plaats het opnieuw in de lade.
De printer neemt papier op uit de onjuiste lade De printer neemt papier op uit de onjuiste lade Oorzaak Oplossing U gebruikt een stuurprogramma voor een andere printer. Meer informatie. Gebruik het stuurprogramma voor deze printer. De opgegeven lade is leeg. Plaats afdrukmateriaal in de opgegeven lade. De werking van de gewenste lade is ingesteld op Eerste in het Wijzig de instelling in Exclusief. submenu Gedrag van lade van het menu Werking apparaat.
Het afdrukmateriaal wordt niet vanuit lade 2, 3 of 4 ingevoerd Oorzaak Oplossing Geen van de optionele laden wordt vermeld als beschikbare invoerlade. De optionele laden worden alleen als beschikbaar vermeld als ze zijn geïnstalleerd. Controleer of de optionele laden correct zijn geïnstalleerd. Controleer of het printerstuurprogramma is geconfigureerd om de optionele laden te herkennen. Een van de optionele laden is niet goed geïnstalleerd.
Enveloppen lopen vast of worden niet ingevoerd in de MFP Oorzaak Oplossing De enveloppen zijn dichtgeplakt omdat het vochtigheidsgehalte te hoog is. Probeer andere enveloppen te gebruiken. Bewaar enveloppen in een geregelde omgeving. De afdrukstand van de envelop is onjuist. Controleer of de enveloppen goed zijn geplaatst. Deze MFP biedt geen ondersteuning voor de gebruikte enveloppen. Raadpleeg de HP LaserJet Printer Family Print Media Guide voor meer informatie.
Printer kan niet dubbelzijdig afdrukken of doet het niet goed. Oorzaak Oplossing beneden en met de bovenkant van de pagina gericht naar de achterkant van de MFP.
Verklaring van de accessoirelampjes voor de postbus met 3 bakken en de nietmachine/stapelaar Licht Uitleg en oplossing Helder groen ● Het accessoire is op de netvoeding aangesloten en het is klaar. ● De nietjes in de nietmachine zijn bijna op. Nietmachine bijna leeg verschijnt in het display op het bedieningspaneel. Er bevinden zich minder dan 20 nietjes in de nietmachine. Vervang de nietcassette. ● Het aantal pagina's in de taak is groter dan de limiet van 30 pagina's voor nieten.
Verklaring van de lampjes op de formatteereenheid Drie lampjes op de formatteereenheid geven aan dat de MFP goed functioneert. 1 Hartslaglampje 2 Lampjes HP Jetdirect (alleen aanwezig als HP Jetdirect is geïnstalleerd.) HP Jetdirect-lampjes De geïntegreerde HP Jetdirect-printserver heeft twee lampjes. Het gele lampjes geeft netwerkactiviteit aan en het groene lampjes geeft de verbindingsstatus aan. Een knipperend geel lampjes geeft netwerkverkeer aan.
Als het hartslaglampje uit is, kan er sprake zijn van een probleem in de formatteereenheid. Neem contact op met een erkende service- of ondersteuningsleverancier van HP. Zie de ondersteuningsbrochure van HP of ga naar http://www.hp.com/support/ljcm4730mfp.
Problemen met afdruk- en kopieerkwaliteit oplossen Dit gedeelte helpt u bij het herkennen van problemen met de afdrukkwaliteit. Tevens wordt hier beschreven wat u kunt doen om dergelijke problemen te verhelpen. Vaak kunnen problemen met de afdrukkwaliteit vrij eenvoudig worden verholpen door uw MFP correct te onderhouden, materiaal te gebruiken dat voldoet aan de HP-specificaties of een reinigingspagina door de printer te voeren.
Verkeerde tint Tabel 16-3 Verkeerde tint oorzaak en oplossing Oorzaak Oplossing Het afdrukmateriaal voldoet niet aan de specificaties voor deze MFP. Gebruik papier dat voldoet aan de materiaalspecificaties van HP. U laat de MFP werken in uitzonderlijk vochtige omstandigheden. Controleer of de omgeving waarin de MFP zich bevindt, binnen de vochtigheidspecificaties valt. Ontbrekende kleuren Tabel 16-4 Ontbrekende kleuren oorzaak en oplossing Oorzaak Oplossing Defecte printcartridge van HP.
Tabel 16-6 De kleuren die worden afgedrukt, komen niet overeen met de kleuren op het scherm (vervolg) oorzaak en oplossing Oplossing Oorzaak Uitzonderlijk donkere schermkleuren worden zwart afgedrukt. Het is mogelijk dat uiterst donkere kleuren door de software als zwart worden geïnterpreteerd. Als dat zo is, vermijdt u uitzonderlijk donkere kleuren. De kleuren op het scherm van de computer zijn anders dan de afgedrukte kleuren van de MFP.
Afdrukkwaliteitproblemen veroorzaakt door storingen ● Zorg ervoor dat al het afdrukmateriaal uit de papierbaan is verwijderd. ● De MFP is kort geleden vastgelopen. Druk twee of drie pagina's af om de MFP te reinigen. ● Het afdrukmateriaal wordt niet door de fusereenheid gevoerd wat tot problemen leidt op navolgende documenten. Druk twee of drie pagina's af om de MFP te reinigen. Als het probleem echter aanhoudt, raadpleegt u het volgende gedeelte.
Voorbeelden van afdrukproblemen Horizontale lijnen of strepen Omschrijving van defect Er verschijnen horizontale lijnen of strepen op het papier. Mogelijke oorzaken Het apparaat moet worden gereinigd. De omgeving of het gebruikte afdrukmateriaal voldoet niet aan de specificaties van HP. Problemen oplossen en suggesties NLWW 1. Controleer of aan de omgevingsspecificaties voor het apparaat is voldaan. 2.
Onjuist uitgelijnde kleuren Omschrijving van defect De kleuren worden niet in het juiste gebied op de pagina afgedrukt. Mogelijke oorzaken Het apparaat moet worden gekalibreerd. Problemen oplossen en suggesties Kalibreer de MFP.
Verticale lijnen Omschrijving van defect Er verschijnen verticale lijnen op de pagina. Mogelijke oorzaken Het apparaat moet worden gereinigd. De omgeving of het gebruikte afdrukmateriaal voldoet niet aan de specificaties van HP. Problemen oplossen en suggesties NLWW 1. Controleer of aan de omgevingsspecificaties voor het apparaat is voldaan. 2.
Terugkerende problemen Omschrijving van defect Op de pagina worden met regelmatige tussenpozen defecten afgedrukt. Mogelijke oorzaken Het apparaat moet worden gereinigd. De omgeving of het gebruikte afdrukmateriaal voldoet niet aan de specificaties van HP. Problemen oplossen en suggesties 1. Controleer of aan de omgevingsspecificaties voor het apparaat is voldaan. 2.
Kleurverbleking in alle kleuren Omschrijving van defect Alle kleuren zijn op een of meer plaatsen op de pagina verbleekt. Mogelijke oorzaken Het apparaat moet worden gekalibreerd. De omgeving of het gebruikte afdrukmateriaal voldoet niet aan de specificaties van HP. Problemen oplossen en suggesties NLWW 1. Kalibreer de MFP. 2. Controleer of aan de omgevingsspecificaties voor het apparaat is voldaan.
Kleurverbleking in één kleur Omschrijving van defect Eén kleur is op een of meer plaatsen op de pagina verbleekt. Mogelijke oorzaken Het apparaat moet worden gekalibreerd. De omgeving of het gebruikte afdrukmateriaal voldoet niet aan de specificaties van HP. Problemen oplossen en suggesties 1. Controleer of aan de omgevingsspecificaties voor het apparaat is voldaan. 2. Kalibreer de MFP. 3.
Vingerafdrukken en deukjes in het afdrukmateriaal Omschrijving van defect Er verschijnen vingerafdrukken en deukjes in het afdrukmateriaal. Mogelijke oorzaken De omgeving of het gebruikte afdrukmateriaal voldoet niet aan de specificaties van HP. Deukjes of kreukels worden veroorzaakt door aanraking. Problemen oplossen en suggesties NLWW 1. Controleer of aan de omgevingsspecificaties voor het apparaat is voldaan. 2.
Losse toner Omschrijving van defect Er kan toner op het papier zijn gewreven. Mogelijke oorzaken De omgeving of het gebruikte afdrukmateriaal voldoet niet aan de specificaties van HP. Problemen oplossen en suggesties 1. Controleer of aan de omgevingsspecificaties voor het apparaat is voldaan. 2. Let erop dat papiersoort en -kwaliteit voldoen aan de specificaties van HP. 3.
Tonervegen Omschrijving van defect Tonervegen op de pagina. Mogelijke oorzaken Het gebruikte afdrukmateriaal voldoet niet aan de specificaties van HP. Problemen oplossen en suggesties Let erop dat papiersoort en -kwaliteit voldoen aan de specificaties van HP.
Witte vlakken op de pagina Omschrijving van defect Er verschijnen witte vlakken op de pagina. Mogelijke oorzaken De omgeving of het gebruikte afdrukmateriaal voldoet niet aan de specificaties van HP. Problemen oplossen en suggesties 1. Controleer of aan de omgevingsspecificaties voor het apparaat is voldaan. 2. Let erop dat papiersoort en -kwaliteit voldoen aan de specificaties van HP. 3.
Beschadigd afdrukmateriaal Omschrijving van defect Het afdrukmateriaal heeft kreukels, krullen, vouwen of scheuren. Mogelijke oorzaken De omgeving of het gebruikte afdrukmateriaal voldoet niet aan de specificaties van HP. Laden zijn niet goed geconfigureerd of instellingen zijn niet correct voor de gebruikte materialen. Er zijn nietgedetecteerde papierstoringen. Problemen oplossen en suggesties NLWW 1. Controleer of aan de omgevingsspecificaties voor het apparaat is voldaan. 2.
Spikkels of verspreide toner Omschrijving van defect Er verschijnen spikkels of verspreide toner op de pagina. Mogelijke oorzaken De omgeving of het gebruikte afdrukmateriaal voldoet niet aan de specificaties van HP. Laden zijn niet goed geconfigureerd of instellingen zijn niet correct voor de gebruikte materialen. Er zijn nietgedetecteerde papierstoringen. Problemen oplossen en suggesties 1. Controleer of aan de omgevingsspecificaties voor het apparaat is voldaan. 2.
Scheve, uitgerekte of onjuist uitgelijnde pagina Omschrijving van defect De afbeelding is scheef, uitgerekt of onjuist uitgelijnd op de pagina. Mogelijke oorzaken De omgeving of het gebruikte afdrukmateriaal voldoet niet aan de specificaties van HP. Het afdrukmateriaal is niet goed geplaatst. Problemen oplossen en suggesties NLWW 1. Controleer of aan de omgevingsspecificaties voor het apparaat is voldaan. 2. Let erop dat papiersoort en -kwaliteit voldoen aan de specificaties van HP. 3.
Lege pagina Omschrijving van defect De afgedrukte pagina is leeg. Mogelijke oorzaken De pagina is niet goed in de ADF geplaatst. Het papierscheidingskussen van de ADF functioneert niet goed. Problemen oplossen en suggesties 1. Verwijder de originele pagina en plaats deze terug in de ADF, met de afdrukzijde naar boven. 2. Als er meerdere pagina's tegelijk worden doorgevoerd, controleert u het papierscheidingskussen en de rollen van de ADF op eventuele beschadigingen.
Horizontale lijnen Omschrijving van defect Er verschijnen horizontale lijnen op de pagina. Mogelijke oorzaken De ADF is vuil. Papier zit vast aan de glasplaat of deksel van de scanner. De mylar strook is vuil. Problemen oplossen en suggesties NLWW 1. Reinig de ADF. 2. Controleer of er zich geen papier op de scannerglasplaat bevindt of aan de onderzijde van de scannerklep is vastgekleefd. 3. Als de mylar strip vuil of versleten is, vervangt u deze.
Scheve pagina Omschrijving van defect De afdruk is scheef op de pagina gekomen. Mogelijke oorzaken De ladegeleiders van de ADF zijn niet goed afgesteld. De mylar strip is verplaatst, gevouwen, verkeerd geïnstalleerd of versleten. De ADF-rollen zijn vervuild. Problemen oplossen en suggesties 1. Controleer of de invoerladegeleiders van de ADF zo zijn geplaatst, dat ze de zijkanten van de papierstapel licht raken. 2. Controleer of de mylar strip is verplaatst, gevouwen of verkeerd geïnstalleerd.
Verticale lijnen Omschrijving van defect Er verschijnen verticale lijnen op de pagina. Mogelijke oorzaken De ADF is vuil. Papier zit vast aan de glasplaat of deksel van de scanner. De mylar strook is vuil. Problemen oplossen en suggesties NLWW 1. Reinig de ADF. 2. Controleer of er zich geen papier op de scannerglasplaat bevindt of aan de onderzijde van de scannerklep is vastgekleefd. 3. Als de mylar strip vuil of versleten is, vervangt u deze.
Verschoven afbeelding Omschrijving van defect De afgedrukte afbeelding is horizontaal of verticaal verschoven of beide. Mogelijke oorzaken De scanner is niet goed gekalibreerd. Problemen oplossen en suggesties Kalibreer de scanner.
Onverwachte afbeelding Omschrijving van defect De kopie lijkt niet op het originele document. Mogelijke oorzaken Er ligt nog papier op de glasplaat van een eerdere kopieertaak. Problemen oplossen en suggesties Verwijder eventueel aanwezig papier van de glasplaat. De MFP kalibreren De MFP wordt regelmatig automatisch gekalibreerd en gereinigd om de hoogste afdrukkwaliteit te behouden.
markering die zich bevindt naar de volgende plaats waar de onvolkomenheid voorkomt, geeft aan welk onderdeel moet worden vervangen. 1 De positie waar de onvolkomenheid het eerst voorkomt (afstand van de bovenkant van de pagina tot de onvolkomenheid) kan variëren.
Faxproblemen oplossen Ga voor hulp bij het oplossen van faxproblemen naar http://www.hp.com/go/mfpfaxaccessory300. Kijk ook in de Analog Fax Accessory 300 Fax Guide en de Analog Fax Accessory 300 Send Faxstuurprogramma handleiding, die op de cd met MFP-software staan.
E-mailproblemen oplossen Als u geen e-mails kunt verzenden met de functie digitaal verzenden, kan het nodig zijn het adres van de SMTP-gateway of de LDAP-gateway opnieuw te configureren. Druk een configuratiepagina af om de huidige adressen van de SMTP- en LDAP-gateways te achterhalen. Zie Informatiepagina's. Ga als volgt te werk om te controleren of de SMTP- en LDAP-gatewayadressen geldig zijn. Het SMTP-gatewayadres controleren Opmerking Deze procedure is bedoeld voor Windows-besturingssystemen. 1.
Problemen oplossen met uitvoeraccessoires Als de postbus met drie bakken of de nietmachine/stapelaar goed is geïnstalleerd samen met de uitvoeraccessoire-brug, brandt het lampje boven op het accessoire groen. Als het lampje uit is, knippert of oranje is, is er een probleem. Zie Verklaring van de accessoirelampjes voor de postbus met 3 bakken en de nietmachine/stapelaar. Zie Storingen voor instructies over het verhelpen van papierstoringen.
Problemen met de netwerkverbinding oplossen Als de MFP niet goed communiceert met het netwerk, gebruikt u de informatie in dit gedeelte om het probleem op te lossen. Afdrukproblemen met het netwerk oplossen Opmerking Het is raadzaam de MFP-cd te gebruiken om de MFP in een netwerk te installeren en in te stellen. ● Controleer of de netwerkkabel goed op de RJ45-connector van de MFP is aangesloten. ● Controleer of het verbindingslampje op de formatteereenheid brandt.
Communicatie via het netwerk controleren Als de HP Jetdirect-configuratiepagina een IP-adres voor de MFP bevat, gebruikt u deze procedure om te controleren of u met de MFP kunt communiceren via het netwerk. 1. Windows: Klik op Start, klik op Uitvoeren en typ vervolgens cmd. Er wordt een MS-DOS-prompt geopend. -ofMac: Klik op Programma's, klik op Hulpprogramma's en open het terminalprogramma. Het terminalvenster wordt geopend. NLWW 2. Typ ping, gevolgd door het IP-adres. Typ bijvoorbeeld ping XXX.XXX.
Enkele veel voorkomende problemen met Macintosh oplossen In deze paragraaf worden problemen beschreven die zich bij Mac OS X kunnen voordoen. Tabel 16-7 Problemen met Mac OS X Het printerstuurprogramma staat niet in Afdrukbeheer of Hulpprogramma voor printerinstelling. Oorzaak Oplossing De printersoftware is wellicht niet geïnstalleerd of onjuist geïnstalleerd. Controleer of het PPD-bestand in de volgende map op de harde schijf staat: Library/Printers/PPDs/Contents/Resources/ .
Tabel 16-7 Problemen met Mac OS X (vervolg) Het printerstuurprogramma installeert de door u geselecteerde printer niet automatisch in Afdrukbeheer of het Hulpprogramma voor printerinstelling. Oorzaak Oplossing De printersoftware is wellicht niet geïnstalleerd of onjuist geïnstalleerd. Controleer of het PPD-bestand in de volgende map op de harde schijf staat: Library/Printers/PPDs/Contents/Resources/ .lproj, waarbij de tweeletterige taalcode is voor de taal die u gebruikt.
Tabel 16-7 Problemen met Mac OS X (vervolg) Wanneer u de printer met een USB-kabel hebt aangesloten, staat de printer niet in Afdrukbeheer of het Hulpprogramma voor printerinstelling nadat u het stuurprogramma hebt geselecteerd. Oorzaak Oplossing Dit probleem wordt veroorzaakt door een software- of een hardwareonderdeel. Softwareproblemen oplossen ● Controleer of de Macintosh USB ondersteunt. ● Controleer of het Macintosh-besturingssysteem Mac OS X v10.1 of hoger is.
A Benodigdheden en accessoires In dit gedeelte vindt u informatie over het bestellen van onderdelen, benodigdheden en accessoires. Gebruik alleen onderdelen en accessoires die specifiek voor deze MFP zijn bestemd.
Onderdelen, accessoires en benodigdheden bestellen ● Rechtstreeks bestellen bij HP ● Bestellen via service- of ondersteuningsleveranciers ● Rechtstreeks bestellen via de geïntegreerde webserver Rechtstreeks bestellen bij HP U kunt de volgende onderdelen rechtstreeks bestellen bij HP: ● Vervangingsonderdelen. Zie voor het bestellen van vervangingsonderdelen in de V.S. http://www.hp.com/buy/parts. Bestel onderdelen buiten de VS door contact op te nemen met een plaatselijk, erkend HP-servicecentrum.
Optionele uitvoerapparaten 1 Uitvoeraccessoire-brug 2 Nieteenheid/stapelaar 3 Postbus met 3 bakken Uitvoeraccessoire-brug De uitvoerbrug is vereist indien een postbus met drie bakken of een nietmachine/stapelaar op de MFP is geïnstalleerd. De uitvoeraccessoire-brug vormt een pad tussen de MFP en het uitvoerapparaat. Meer informatie over de installatie van de uitvoeraccessoire-brug vindt u in de installatiehandleiding die bij het product is meegeleverd.
De postbus met drie bakken heeft drie werkmodi: ● Postbusmodus. De bakken kunnen aan een gebruiker of een groep gebruikers worden toegewezen. Alle afdruk-, kopieer- en faxtaken die een toegewezen gebruiker of groep gebruikers verzendt, worden bij de aangegeven bak afgeleverd. Elke gebruiker kan de bak in het printerstuurprogramma of vanaf het bedieningspaneel selecteren. Als de aangegeven bak vol is, stopt de MFP met afdrukken. Het afdrukken wordt pas voortgezet als u de bak leeg maakt. ● Stapelaarmodus.
Onderdeelnummers Gedurende de levensduur van de MFP kunnen er wijzigingen optreden in de bestelinformatie en beschikbaarheid. Accessoires Artikel Omschrijving Onderdeelnummer Postbus met 3 bakken Bevat drie uitvoerbakken voor in totaal 700 vel. Meegeleverd bij de HP Color LaserJet CM4730fm MFP. Q7520A Opmerking De postbus met drie bakken wordt geleverd met een uitvoeraccessoire-brug.
Artikel Omschrijving Onderdeelnummer ADF mylar-onderhoudskit Q4696-67901 ADF-onderhoudskit Q5997A Eenheden die de klant zelf kan vervangen Artikel Omschrijving Onderdeel-nummer Vervangingskit voor oppakrol van de cassette CB480-67902 Vervangingskit voor het bedieningspaneel CB480-67901 Vervangingskit voor de formatter CB480-67905 Kit voor de oppakrol van de MP CB480-67903 Vervangingskit voor de oppakeenheid van de MP CB480-67904 Vervangingskit faxmontage CB480-67906 Geheugen Artikel O
B Service en ondersteuning Beperkte garantie van Hewlett-Packard HP-PRODUCT DUUR VAN DE BEPERKTE GARANTIE HP LaserJet CM4730 serie MFP Eén jaar Gedurende de hierboven genoemde periode garandeert HP u, de eindgebruiker, dat HP-apparatuur en -accessoires na de aanschafdatum geen gebreken vertonen wat betreft materiaal en vakmanschap.
VOOR ZOVER TOEGESTAAN DOOR LOKALE WETGEVING, ZIJN DE RECHTSMIDDELEN IN DEZE GARANTIEVERKLARING UW ENIGE EN EXCLUSIEVE RECHTSMIDDELEN. BEHALVE ZOALS HIERBOVEN OMSCHREVEN, ZAL HP IN GEEN GEVAL AANSPRAKELIJK ZIJN VOOR HET VERLIES VAN GEGEVENS OF VOOR DIRECTE, UITZONDERLIJKE OF INCIDENTELE SCHADE, GEVOLGSCHADE (MET INBEGRIP VAN WINSTDERVING OF GEGEVENSVERLIES) OF ANDERE SCHADE, ONGEACHT HET FEIT OF DEZE SCHADE BERUST OP CONTRACT, BENADELING OF ANDERSZIJDS.
Garantieservice Herstel door klanten HP-producten zijn ontworpen met een groot aantal onderdelen voor Herstel door klanten (CSR); dit verkort de reparatietijden en biedt meer flexibiliteit bij het vervangen van defecte onderdelen. Als HP bij de diagnose vaststelt dat de reparatie kan worden uitgevoerd door het gebruik van een CSR-onderdeel, verstuurt HP dat onderdeel rechtstreeks naar u zodat het kan worden vervangen.
HP klantenondersteuning On line Services 24 uur per dag bereikbaar via een modem- of internetverbinding World Wide Web: bijgewerkte HP printersoftware, productinformatie, ondersteunende gegevens en printerstuurprogramma's in diverse talen kunt u vinden op http://www.hp.com/support/ljcm4730mfp. (De site is in het Engels.) On line hulpprogramma's voor het oplossen van problemen HP Instant Support Professional Edition (ISPE) is een suite met webhulpprogramma's voor probleemoplossing voor pc's en printers.
Zie de folder die bij de MFP is geleverd voor de telefoonnummers van de overige landen/regio's. HP service-informatie Bel +1 (0) 800-243-9816 (Verenigde Staten) of +1 (0) 800-387-3867 (Canada) voor erkende HP dealers in de Verenigde Staten of Canada. Of ga naar http://www.hp.com/go/cposupportguide. Neem voor service voor uw HP product in de overige landen/regio's contact op met de afdeling klantenondersteuning van uw land/regio. Zie de folder die bij de MFP is geleverd.
Beperkte garantie voor printcartridges en fotogevoelige rollen Deze HP printcartridge is vrij van defecten in materiaal en vakmanschap. De garantie heeft geen betrekking op printcartridges die (a) zijn bijgevuld, gereviseerd, hergebruikt of op enige wijze onjuist gebruikt, (b) niet goed werken door verkeerd gebruik, onjuiste opslag of gebruik buiten de aangegeven omgevingsspecificaties voor het product of (c) slijtage vertonen door dagelijks gebruik.
Color LaserJet Image Fuser Kit en Image Transfer Kit Beperkte garantieverklaring Dit product van HP is vrij van defecten in materiaal en vakmanschap tot op het bedieningspaneel van de printer wordt aangegeven dat de levensduur verstreken is.
Informatie over service en ondersteuning HP biedt over de gehele wereld diverse opties voor service en ondersteuning. De beschikbaarheid van deze programma's varieert, afhankelijk van uw locatie.
Onderhoudsovereenkomsten van HP HP heeft diverse soorten onderhoudsovereenkomsten die aan de behoefte aan verschillende soorten ondersteuning tegemoetkomen. Onderhoudsovereenkomsten behoren niet tot de standaardgarantie. Ondersteunde services kunnen per land/regio verschillen. Vraag uw plaatselijke HP dealer welke services voor u beschikbaar zijn.
324 Bijlage B Service en ondersteuning NLWW
C MFP-specificaties Dit gedeelte bevat de volgende specificaties: ● Fysieke specificaties ● Voedingsspecificaties ● Akoestische specificaties ● Omgevingsspecificaties Specificaties voor de analoge faxeenheid zijn beschikbaar. Zie de HP LaserJet Analog Fax Accessory 300 Gebruikershandleiding. Een elektronische versie van deze handleiding staat op de cd die is meegeleverd bij de HP Color LaserJet CM4730f MFP, HP Color LaserJet CM4730fsk MFP en de HP Color LaserJet CM4730fm MFP.
Fysieke specificaties Tabel C-1 Productafmetingen 1 Product Hoogte Diepte Breedte Gewicht1 HP Color LaserJet CM4730 MFP 1153 mm 639 mm 788 mm 124 kg HP Color LaserJet CM4730f MFP 1153 mm 639 mm 788 mm 124 kg HP Color LaserJet CM4730fsk MFP 1153 mm 639 mm 1106 mm 136 kg HP Color LaserJet CM4730fm MFP 1153 mm 639 mm 1106 mm 136 kg Zonder printcartridge Tabel C-2 Productafmetingen met alle deuren en kleppen geheel geopend Product Hoogte Diepte Breedte HP Color LaserJet CM4730 MF
Voedingsspecificaties WAARSCHUWING De netvoedingsvereisten zijn afhankelijk van het land/regio waar de MFP wordt verkocht. Verander het operationele voltage niet. Dit zou de MFP kunnen beschadigen en de productgarantie kunnen doen vervallen. Tabel C-3 Stroomvereisten (HP LaserJet CM4730 MFP-serie) Specificatie 110-voltmodellen 230-voltmodellen Netvoedingsvereisten 100 tot 127 volt (± 10%) 220 tot 240 volt (± 10%) 50/60 Hz (± 2 Hz) 50/60 Hz (± 2 Hz) 9.0 ampère 4.
Akoestische specificaties Tabel C-5 Geluidsdrukniveau1 (HP LaserJet CM4730 MFP series) 1 2 3 Geluidsniveau Gedefinieerd door ISO 9296 Afdrukken2 LWAd = 6,7 bels (A) [67 dB(A)] Kopiëren3 LWAd = 6,8 bels (A) [68 dB(A)] Klaar LWAd = 5,8 bels (A) [58 dB(A)] Geluidsdrukniveau Gedefinieerd door ISO 9296 Afdrukken2 LpAm = 50 dB (A) Kopiëren3 LpAm = 52 dB (A) Klaar LpAm = 37 dB (A) Deze waarden zijn onderhevig aan wijzigingen. Ga naar http://www.hp.
Omgevingsspecificaties NLWW Omgevingsconditie Aanbevolen Toegestaan Opslag/stand-by Temperatuur (MFP en printcartridge) 17° tot 25 °C (62.6° tot 77°F) 15° tot 30°C (59° tot 86°F) -20° tot 40 °C (-4° tot 104°F) Relatieve luchtvochtigheid 30% tot 70% relatieve vochtigheid (RV) 10% tot 80% RV 10% tot 90% Hoogte n.v.t. 0 meter tot 2600 meter n.v.t.
330 Bijlage C MFP-specificaties NLWW
D NLWW Overheidsinformatie 331
Naleving van FCC-regelgeving Deze apparatuur is getest en in overeenstemming bevonden met de beperkingen voor een elektronisch apparaat van Klasse A, conform Deel 15 van de FCC-voorschriften. Deze beperkingen zijn in het leven geroepen om een redelijke bescherming te bieden tegen schadelijke storingen wanneer de apparatuur in een commerciële omgeving wordt gebruikt. Deze apparatuur genereert en gebruikt radiofrequentieenergie en kan deze uitstralen.
Declaration of Conformity Conformiteitsverklaring according to ISO/IEC 17050–1 and EN 17050–1 Naam fabrikant: Hewlett-Packard Company DoC#: BOISB-0503–00–rel. 2.0 11311 Chinden Boulevard, Boise, Idaho 83714-1021, V.S.
Milieuvriendelijk productiebeleid Milieubescherming Hewlett-Packard Company spant zich in om op milieuvriendelijke wijze kwalitatief hoogstaande producten te leveren. Het ontwerp van dit product bevat dan ook diverse kenmerken die de effecten op het milieu beperken. Ozonproductie Dit product brengt geen meetbaar ozongas (O3) voort. Lager energieverbruik Het energieverbruik daalt aanzienlijk in de stand Gereed/de slaapstand (laag energieverbruik).
Opmerking Gebruik het retouretiket alleen om originele HP LaserJet-printcartridges te retourneren. Gelieve dit etiket niet te gebruiken voor HP-inkjetcartridges, cartridges die niet van HP zijn, opnieuw gevulde of hergebruikte cartridges of retourzending op basis van garantie. Ga naar http://www.hp.com/recycle voor meer informatie over het hergebruik van HPinkjetcartridges.
Papier Dit product is geschikt voor kringlooppapier als het papier voldoet aan de richtlijnen zoals omschreven in de Handleiding Specificaties afdrukmateriaal voor HP LaserJet-printers. Dit product is geschikt voor kringlooppapier dat voldoet aan EN12281:2002. Materiaalbeperkingen Dit product bevat een accu waarvoor mogelijk speciale verwerking is vereist aan het eind van de gebruiksduur.
Voorschriften voor het afdanken van apparaten voor privé-huishoudens in de Europese Unie Dit symbool op het product of de verpakking geeft aan dat dit product niet met het gewone afval mag worden weggeworpen. In plaats hiervan dient u afgedankte apparatuur in te leveren bij een recycling/ inzamelingspunt voor elektrische en elektronische apparatuur.
Vluchtigheidscertificaat Dit is een verklaring betreffende de vluchtigheid van in geheugen opgeslagen klantgegevens. Hierin wordt tevens uiteengezet hoe beveiligde gegevens van het apparaat kunnen worden gewist. Typen geheugen Vluchtig geheugen De MFP maakt gebruik van vluchtig geheugen (64MB op het bord en 256MB geïnstalleerd, in totaal 320MB) om tijdens het afdrukken en kopiëren klantgegevens op te slaan. Wanneer de MFP is uitgeschakeld, wordt dit vluchtige geheugen gewist.
Veiligheidsverklaringen Laserverklaring Het Center for Devices and Radiological Health (CDRH) van de Amerikaanse Food and Drug Administration heeft een aantal voorschriften ingevoerd voor laserproducten die zijn gefabriceerd na 1 augustus 1976. Het opvolgen van deze voorschriften is verplicht voor producten die worden verkocht binnen de VS.
EMI-verklaring (Taiwan) Algemene telecomverklaring In de modellen HP Color LaserJet CM4730f, CM4730fsk en CM4730fm is de HP LaserJet analoge faxmodule 300 al geïnstalleerd voor communicatie met het publieke telefoonnet (PSTN), zodat u kunt faxen. Zie de HP LaserJet Analog Fax Accessory 300 Gebruikershandleiding voor alle informatie over regelgeving betreffende de faxfunctionaliteit en het desbetreffende apparaat.
Laserverklaring voor Finland LASERTURVALLISUUS LUOKAN 1 LASERLAITE KLASS 1 LASER APPARAT HP Color LaserJet CM4730 MFP, CM4730f MFP, CM4730fsk MFP en CM4730fm MFPlaserkirjoitin on käyttäjän kannalta turvallinen luokan 1 laserlaite. Normaalissa käytössä kirjoittimen suojakotelointi estää lasersäteen pääsyn laitteen ulkopuolelle. Laitteen turvallisuusluokka on määritetty standardin EN 60825-1 (1994) mukaisesti.
342 Bijlage D Overheidsinformatie NLWW
E Geheugen- en printserverkaarten installeren De MFP heeft twee 200-pins DDR SDRAM-sleuven. Eén sleuf is bezet; er kan een DDR geheugenmodule van 128 of 256 MB in de open sleuf worden geplaatst. Daarnaast heeft de MFP drie flash-geheugenkaartsleuven voor MFP-firmware, lettertypen en andere oplossingen. ● De eerste flash-geheugenkaart is bedoeld voor MFP-firmware. De sleuf wordt aangeduid met 'Firmware Slot'.
Geheugen en lettertypen installeren U kunt extra geheugen voor de MFP installeren. Daarnaast kunt u een lettertypekaart installeren voor het afdrukken van bijvoorbeeld Chinese tekens of het Cyrillisch alfabet. VOORZICHTIG DIMM's kunnen door statische elektriciteit worden beschadigd. Draag bij het hanteren van DIMM's een antistatische polsband of raak regelmatig het oppervlak van de antistatische verpakking van de DIMM aan en vervolgens ongelakt metaal op de MFP. DDR-geheugen DIMM's installeren 1.
NLWW 3. Zoek aan de achterkant van de MFP de grijze ontgrendelingslipjes op de formatter-kaart voor het verminderen van de formatter-druk. 4. Druk de lipjes voorzichtig in trek ze uit de formatter.
5. Haal de formatter-kaart uit de MFP door voorzichtig aan de zwarte lipjes te trekken. Leg de formatter-kaart op een schoon, vlak, geaard oppervlak. 6. Als u een geïnstalleerde DDR DIMM wilt vervangen, opent u de vergrendelingen aan weerszijden van de DIMM-sleuf, tilt u de DDR DIMM schuin omhoog en trekt u deze eruit. 7. Haal de nieuwe DIMM uit de antistatische verpakking. Zoek naar de inkeping in de onderrand van de DIMM.
8. Houd de DIMM bij de randen vast, lijn de inkeping van de DIMM schuin uit op de streep van de DIMM-sleuf en duw de DIMM stevig in de sleuf totdat deze goed vastzit. Wanneer de DIMM juist is geïnstalleerd, zijn de metalen contactpunten niet zichtbaar. 9. Druk de DIMM omlaag totdat de DIMM vastklikt in de twee vergrendelingen. Opmerking Als u problemen hebt met het aanbrengen van de DIMM, moet u ervoor zorgen dat de inkeping in de onderrand van de DIMM is uitgelijnd met de streep van de sleuf.
10. Lijn de formatter-kaart uit op de inkepingen aan de onderkant van de sleuf en schuif de kaart terug in de MFP. Opmerking Controleer of de formatter-kaart correct is uitgelijnd op de inkepingen om schade aan de formatter-kaart te voorkomen. 11. Plaats de lipjes opnieuw door ze in te drukken en ze op hun plaats te duwen.
12. Sluit het netsnoer en de interfacekabels opnieuw aan en schakel de MFP in. 13. Als u een geheugen-DIMM hebt geïnstalleerd, gaat u naar Geheugen activeren. Een flash-geheugenkaart installeren VOORZICHTIG Plaats geen flash-geheugenkaart in de MFP die bestemd is voor gebruik met een digitale camera. De MFP ondersteunt niet het afdrukken van foto's rechtstreeks vanaf een flash-geheugenkaart.
2. Verwijder alle netsnoeren en interfacekabels. 3. Zoek aan de achterkant van de MFP de grijze lipjes op de formatter-kaart voor het verminderen van de formatter-druk.
NLWW 4. Druk de lipjes voorzichtig in trek ze uit de formatter. 5. Haal de formatter-kaart uit de MFP door voorzichtig aan de zwarte lipjes te trekken. Leg de formatter-kaart op een schoon, vlak, geaard oppervlak.
6. Lijn de groef aan de zijkant van de flash-geheugenkaart uit op de inkepingen in de connector en duw de kaart in de sleuf totdat deze goed vastzit. VOORZICHTIG Plaats de flash-geheugenkaart niet schuin in de sleuf. Opmerking De eerste flash-geheugensleuf die wordt aangeduid met 'Firmware Slot' is alleen bedoeld voor firmware. Sleuf 2 en 3 moeten worden gebruikt voor alle andere oplossingen. 7.
8. Plaats de lipjes voor het verminderen van de formatter-druk opnieuw door ze in te drukken en ze op hun plaats te duwen. 9. Sluit het netsnoer en de interfacekabels opnieuw aan en schakel de MFP in. Geheugen activeren Als u een geheugen-DIMM hebt geïnstalleerd, moet het MFP-stuurprogramma zo ingesteld worden dat het extra geheugen gedetecteerd wordt. Geheugen activeren voor Windows 98 en ME NLWW 1. Selecteer in het menu Start de optie Instellingen en klik op Printers. 2.
4. Typ of selecteer in het veld Totaal geheugen de totale grootte van het geheugen dat nu is geïnstalleerd. 5. Klik op OK. Geheugen activeren voor Windows 2000 en XP 1. Selecteer in het menu Start de optie Instellingen en klik op Printers of Printers en faxapparaten. 2. Klik met de rechtermuisknop op de printer en selecteer Eigenschappen. 3. Klik op het tabblad Apparaatinstellingen op Printergeheugen (in het gedeelte Installeerbare opties). 4.
Installeren van een HP Jetdirect- of EIO-printserverkaart De HP Color LaserJet CM4730 MFP is voorzien van een HP Jetdirect-printserverpoort. U kunt eventueel nog een I/O-kaart in de beschikbare EIO-sleuf installeren. NLWW 1. Zet de MFP uit. 2. Verwijder alle netsnoeren en interfacekabels.
3. Zoek naar een lege EIO-sleuf. Verwijder de twee schroeven waarmee het dekplaatje van de EIOsleuf is vastgezet en verwijder het dekplaatje. Deze schroeven en het klepje hebt u niet meer nodig. Ze kunnen worden weggegooid. 4. Steek de HP Jetdirect-printserverkaart stevig in de EIO-sleuf. 5. Breng de bij de printserver geleverde schroeven aan en draai ze vast.
6. Sluit de netwerkkabel aan. 7. Sluit het netsnoer opnieuw aan en schakel de MFP in. 8. Druk een configuratiepagina af. Naast een configuratiepagina voor de MFP en de pagina met de status voor benodigdheden, wordt er voor de HP Jetdirect-printserver een configuratiepagina afgedrukt met informatie over de configuratie en de status van het netwerk. Als deze pagina niet wordt afgedrukt, moet u de printserver verwijderen en opnieuw installeren om ervoor te zorgen dat deze goed in de sleuf is aangebracht.
358 Bijlage E Geheugen- en printserverkaarten installeren NLWW
Index Symbolen en getallen 2-zijdig afdrukken 125, 134 3 bakken, postbus opnieuw plaatsen, foutbericht 246 A aan/uit-knop, locatie 9 aangepaste papierformaatinstellingen Macintosh 132 Aangepaste papierformaten 93 aangepast papierformaat, instellingen Windows 122 aanraakscherm reinigen 222 aansluitmogelijkheden, kenmerken 7 accessoires bestellen 310 lampjes 274 onderdeelnummers 313 accessoire voor dubbelzijdig afdrukken locatie 9 plaatsen 127, 136 accounting-hardware 204 activiteitenlog, fax 191 ADF capacit
autoconfiguratie, drivers 66 Automatisch dubbelzijdig afdrukken documenten kopiëren 165 automatische materiaalherkenning 102 AUX-aansluiting 7 B bakken capaciteiten 7 locatie 9 selecteren 105 Bakken opnieuw plaatsen, foutbericht 246 vol, foutberichten 249 bedieningspaneel aanraakscherm knoppen 16 beginscherm 15 berichten, genummerde lijst 236 berichten, soorten 235 e-mail-scherm 176 Help 16 Herstellen, menu 56 Informatie, menu 18 instellingen 68 knoppen 14 lampjes 14 locatie 9 menu Begininstellingen 31 menu
connectiviteit extra 82 netwerkprogramma's 87 parallelle 80 USB 81 contracten, onderhoud 323 Controleren en vasthoudentaken 111 Copitrak-apparaten 204 D datum, instellen 208 datum, instelling 27 Declaration of Conformity 333 diagnose netwerken 35 digitaal faxen 188 digitaal verzenden adresboeken 179 bedieningspaneel, instellingen 176 documenten plaatsen 177 documenten verzenden 177 e-mail configureren 174 foutberichten 247 gatewayadressen controleren 302 info 173 informatie 177 instellingen geïntegreerde we
extra aansluiting, configuratie 82 e-mail adresboeken 179 bedieningspaneel, instellingen 176 documenten plaatsen 177 documenten verzenden 177 ontvangers, lijsten 179 probleemoplossing 234 F factureringscodes, faxrapport 191 faxaccessoire afdrukschema 28 faxactiviteitenlog wissen 56 faxeenheid onderdeelnummer 313 telefoonlijn aansluiten 186 faxen, digitaal 188 faxmodule modellen inclusief 3 faxrapporten, afdrukken 19, 191 firmware, upgraden 211 firmware upgraden 211 flash-geheugenkaart installeren 349 fonts
HP Jetdirect-printserver firmware-updates 214 installeren 355 instellingen 31 lampjes 275 HP Jetdirect-printservers installeren 355 HP Printer Utility, Macintosh HP universele printerdriver HP Web Jetadmin downloaden 198 firmware-updates 213 ondersteunde browsers tonerniveau controleren 72 66 198 218 I I/O-configuratie instellingen 31 netwerkconfiguratie 83 Informatie, menu 18 informatiepagina's 190 ingebouwde klok 208 installatie ongedaan maken, Macintosh-software 73 installatieprogramma, Windows 88 ins
navigatie op bedieningspaneel 160 sorteren 168 Taakmodus 170 koppelingen geïntegreerde webserver 195 kromme pagina's 296 kwaliteit problemen oplossen 277 L lade 1 locatie 9 Lade 1 laden.
netvoeding specificaties 327 netwerken aansluitmogelijkheden, kenmerken 7 AppleTalk-instellingen 34 beveiliging 35 diagnose 35 DLC/LLC-instellingen 34 EIO-kaarten installeren 355 gatewayadressen configureren 174 gatewayadressen controleren 302 IP-adres 83 IPX/SPX-instellingen 34 linksnelheid, instellingen 38 printservers meegeleverd 2 problemen met afdrukken oplossen 304 protocolconfiguratiepagina, afdrukken 39 SMTP-instellingen testen 175 SMTP-servers 174 TCP/IP-instellingen 31 Netwerken configureren 83 DL
pincodes, persoonlijke taken 113 plaatsen lade 1 95 lade 2, 3, 4 96 Plaatsen onverwacht formaat of type, foutberichten 240 plastic vel 267 poorten locatie 11 meegeleverd 7 problemen oplossen, Macintosh 307 postbus, 3 bakken capaciteit 7 configureren 106 lampstatus 274 modellen inclusief 4 modi 311 onderdeelnummer 313 selecteren 105 specificaties, fysieke 325 Postbus, 3 bakken opnieuw plaatsen, foutbericht 246 postbus met 3 bakken capaciteit 7 configureren 106 lampstatus 274 modellen inclusief 4 modi 311 sel
ruimtevereisten 325 S scannen snelheidsspecificaties 5 scannen naar e-mail adresboeken 179 configureren 174 documenten verzenden 177 foutberichten 247 info 173 informatie 177 instellingen geïntegreerde webserver 194 LDAP-ondersteuning 174 SMTP-ondersteuning 174 taakinstellingen 181 Scannen naar e-mail foutberichten 244, 245, 246 scannen naar e-mail adresboeken 179 bedieningspaneel, instellingen 176 documenten plaatsen 177 documenten verzenden 177 ontvangers, lijsten 179 scannen naar e-mailadres probleemoplo
taakopslag functies 111 instellingen 29 opgeslagen 117 persoonlijk 113 QuickCopy 115 toegang 111 Taakopslag controleren en vasthouden 111 taal, bedieningspaneel 234 tabblad Digital Sending, geïntegreerde webserver 194 tabblad Informatie, geïntegreerde webserver 193 tabblad Instellingen, geïntegreerde webserver 193 tabblad Netwerken, geïntegreerde webserver 195 tabblad Services 131 talen, printer 6 TCP/IP-instellingen 31 technische ondersteuning HP Instant Support Professional Edition (ISPE) 318 koppelingen
Verzenden naar map 182 verzenden naar workflow 183 vingerafdrukken 287 vingerafdrukken, problemen oplossen 287 vochtigheidsvereisten 329 voeding probleemoplossing 232 voltage 327 Windows, driverinstellingen papier van aangepast formaat 122 Windows 2000-fax 188 witte vlakken 290 witte vlakken, problemen oplossen 290 workflow, verzenden naar 183 W Waarschuwing, knop aanraakscherm bedieningspaneel 16 watermerken 123, 133 webbrowser, vereisten geïntegreerde webserver 192 Web Jetadmin downloaden 198 firmware-u
370 Index NLWW