HP Color LaserJet CP5220 Series - User's Guide

Functies van de Windows-printerdriver gebruiken
De printerdriver openen
Taak Stappen
De printerdriver openen Klik in het menu Bestand van het softwareprogramma op
Afdrukken. Selecteer de printer en klik vervolgens op
Eigenschappen of Voorkeuren.
Hulp krijgen bij een afdrukoptie Klik op ? in the rechterbovenhoek van de printerdriver en klik
vervolgens op een willekeurig item in de printerdriver. Er wordt
een pop-upbericht weergegeven, met daarin informatie over het
desbetreffende item. Of klik op Help om de online-Help te
openen.
Afdruksnelkoppelingen gebruiken
Voor het uitvoeren van de volgende taken opent u de printerdriver en klikt u op het tabblad
Afdruksnelkoppelingen.
OPMERKING: In eerdere HP-printerdrivers werd deze functie Snelinstellingen genoemd.
Taak Stappen
Een afdruksnelkoppeling gebruiken Selecteer een van de snelkoppelingen en klik vervolgens op OK
om de taak af te drukken met de vooraf ingestelde instellingen.
Een aangepaste afdruksnelkoppeling maken a) Selecteer een bestaande snelkoppeling als basis. b) Selecteer
de afdrukopties voor de nieuwe snelkoppeling. c) Klik op Opslaan
als, typ een naam voor de snelkoppeling en klik op OK.
Papier- en kwaliteitsopties instellen
Voor het uitvoeren van de volgende taken opent u de printerdriver en klikt u op het tabblad Papier/Kwaliteit.
Taak Stappen
Een papierformaat selecteren Selecteer in de vervolgkeuzelijst Papierformaat een
papierformaat.
Een aangepast papierformaat selecteren a) Klik op Aangepast. Het dialoogvenster Aangepast
papierformaat wordt geopend. b) Typ een naam voor het
aangepaste formaat, geef de afmetingen op en klik op OK.
Een papierbron selecteren Selecteer in de vervolgkeuzelijst Papierbron een lade.
NLWW Functies van de Windows-printerdriver gebruiken 55