HP LaserJet M9059 MFP - User's Guide
Table Of Contents
- Basisinformatie over het product
- Bedieningspaneel
- Software voor Windows
- Windowsondersteunde besturingssystemen
- Ondersteunde printerdrivers voor Windows
- HP Universal Print Driver (UPD)
- Selecteer de juiste printerdriver voor Windows
- Prioriteit van afdrukinstellingen
- Instellingen van de printerdriver wijzigen voor Windows
- Ondersteunde hulpprogramma's
- Software voor andere besturingssystemen
- Het product gebruiken met Macintosh
- Software voor Macintosh
- Ondersteunde besturingssystemen voor Macintosh
- Ondersteunde printerdrivers voor Macintosh
- Software-installatie, types voor Macintosh
- Software voor Macintosh-computers
- Prioriteit voor afdrukinstellingen voor Macintosh
- Instellingen van de printerdriver wijzigen voor Macintosh
- Software verwijderen uit het Macintosh-besturingssysteem
- Ondersteunde hulpprogramma's voor Macintosh
- Functies van de Macintosh-printerdriver gebruiken
- Voorinstellingen voor afdrukken maken en gebruiken in Macintosh
- Het formaat van documenten wijzigen of afdrukken op een aangepast papierformaat
- Een omslagblad afdrukken
- Watermerken gebruiken
- Meerdere pagina's op een vel papier afdrukken in Macintosh
- Twee zijden van de pagina bedrukken (afdrukken in duplex)
- De nietopties instellen
- Taken opslaan
- Het menu Services gebruiken
- Software voor Macintosh
- Connectiviteit
- Papier en afdrukmateriaal
- Afdruktaken
- Materiaalsoort en materiaal in lade plaatsen
- Functies van de Windows-printerdriver gebruiken
- De printerdriver openen
- Afdruksnelkoppelingen gebruiken
- Papierladen en kwaliteitsopties instellen
- Documenteffecten instellen
- Afwerkingsopties voor documenten instellen
- Uitvoeropties voor het document instellen
- Opties voor taakopslag instellen
- Ondersteuning en informatie over de productstatus verkrijgen
- Geavanceerde afdrukopties instellen
- Documenten nieten
- Stel de nietmachine op het bedieningspaneel in voor afgedrukte taken
- De nietmachine vanaf het bedieningspaneel instellen voor alle kopieertaken
- De nietmachine vanaf het bedieningspaneel instellen voor één kopieertaak
- Het apparaat configureren voor stoppen of doorgaan als de nietcartridge leeg is
- Nietjes plaatsen
- Een afdruktaak annuleren
- Enveloppen afdrukken
- Functies voor afdruktaakopslag
- Kopiëren
- Werken met het kopieerscherm
- Standaardkopieeropties instellen
- Basisinstructies voor kopiëren
- Kopieerinstellingen aanpassen
- Dubbelzijdige documenten kopiëren
- Originelen van verschillende formaten combineren
- Wijzig de instelling voor kopiëren-sorteren
- Foto's en boeken kopiëren
- Kopieertaken combineren met Taak creëren
- Een kopieertaak annuleren
- Functies voor kopieertaakopslag
- Scannen en verzenden naar een e-mailadres
- Faxen
- Beheer en onderhoud
- Informatiepagina’s
- Geïntegreerde webserver
- HP Web Jetadmin-software gebruiken
- HP Printer Utility voor Macintosh
- De HP Printer Utility openen
- Een reinigingspagina afdrukken
- Een configuratiepagina afdrukken
- De status van benodigdheden weergeven
- Een bestand naar de printer uploaden
- De firmware bijwerken
- De modus voor dubbelzijdig afdrukken (duplex) activeren
- De opslagapparaten van de printer vergrendelen of ontgrendelen
- Opgeslagen taken opslaan of afdrukken
- Laden configureren
- Netwerkinstellingen wijzigen
- De geïntegreerde webserver openen
- Waarschuwingen via e-mail instellen
- Beveiligingsfuncties
- De ingebouwde klok instellen
- De MFP reinigen
- De scanner kalibreren
- Waarschuwingen configureren
- Benodigdheden beheren
- Printeronderhoudskit
- Geheugen beheren
- Energiezuinige instellingen
- Problemen oplossen
- Problemen oplossen
- MFP-problemen oplossen
- Soorten berichten op het bedieningspaneel
- Berichten op het bedieningspaneel
- Storingen verhelpen
- Problemen met de verwerking van afdrukmateriaal
- De printer voert meerdere vellen tegelijk in
- De printer voert een onjuist paginaformaat in
- De printer neemt papier op uit de onjuiste lade
- Papier wordt niet automatisch ingevoerd
- Het afdrukmateriaal wordt niet vanuit lade 2, 3 of 4 ingevoerd
- Transparanten worden niet doorgevoerd
- Enveloppen lopen vast of worden niet ingevoerd in de MFP
- De uitvoer is gekruld of gekreukt
- Printer kan niet dubbelzijdig afdrukken of doet het niet goed.
- Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen
- Problemen met afdrukkwaliteit veroorzaakt door papier
- Problemen met afdrukkwaliteit veroorzaakt door de omgeving
- Problemen met afdrukkwaliteit veroorzaakt door papierstoringen
- Lichte afdrukken (deel van de pagina)
- Lichte afdrukken (gehele pagina)
- Tonervlekken
- Witte plekken
- Lijnen
- Grijze achtergrond
- Tonervegen
- Losse toner
- Herhaalde fouten
- Herhaalde afbeelding
- Vervormde tekens
- Scheve pagina
- Krullen of golven
- Kreukels en vouwen
- Verticale witte strepen
- Bandensporen
- Witte vlekken op zwart
- Lijnen met vegen
- Vage afdruk
- Willekeurig herhaald beeld
- Faxproblemen oplossen
- Problemen met kopiëren oplossen
- E-mailproblemen oplossen
- Problemen met de netwerkverbinding oplossen
- Algemene problemen met een Macintosh oplossen
- Benodigdheden en accessoires
- Specificaties
- Overheidsinformatie
- FCC-voorschriften
- Milieuvriendelijke producten
- Milieubescherming
- Ozonproductie
- Lager energieverbruik
- Tonerverbruik
- Papierverbruik
- Plastic onderdelen
- Afdrukbenodigdheden voor HP LaserJet
- Instructies voor retourneren en recyclen
- Papier
- Materiaalbeperkingen
- Voorschriften voor het afdanken van apparaten voor privé-huishoudens in de Europese Unie
- Material Safety Data Sheet (MSDS, chemiekaart)
- Meer informatie
- Land-/regiospecifieke voorschriften
- Index
Bron
Als u vanuit de Bron wilt afdrukken, selecteert u een bepaalde lade waaruit het materiaal moet worden
gehaald. De MFP probeert uit de opgegeven lade af te drukken, ongeacht het soort en het formaat van
het afdrukmateriaal in de lade. Als u een lade selecteert die is geconfigureerd voor een soort of formaat
dat niet met de afdruktaak overeenkomt, drukt de MFP niet automatisch af. In plaats daarvan zal de
printer wachten tot u in de opgegeven lade materiaal van de juiste soort en het juiste formaat voor de
afdruktaak plaatst. Nadat u dit hebt gedaan hebt, begint de MFP met afdrukken.
Soort en Formaat
Afdrukken volgens Soort of Formaat houdt in dat de MFP afdrukmateriaal zal opnemen uit de lade die
afdrukmateriaal van de juiste soort en het juiste formaat bevat. Selectie van afdrukmateriaal volgens
soort in plaats van bron is vergelijkbaar met het vergrendelen van laden en zorgt dat speciaal
afdrukmateriaal niet per ongeluk gebruikt wordt. Als een lade bijvoorbeeld voor briefhoofdpapier
geconfigureerd is en u normaal papier selecteert, wordt door de MFP geen papier uit de lade met
briefhoofdpapier opgenomen. In plaats daarvan wordt papier opgenomen uit een lade die normaal
papier bevat en die via het bedieningspaneel voor normaal papier geconfigureerd is. Selectie van
afdrukmateriaal volgens soort en formaat leidt tot een aanmerkelijk verbeterde afdrukkwaliteit voor
zwaar papier, glanzend papier en transparanten. Gebruik van de onjuiste instelling kan leiden tot een
verminderde afdrukkwaliteit. Druk altijd af op basis van Soort voor speciaal afdrukmateriaal, zoals
etiketten of transparanten. Druk enveloppen, indien mogelijk, af volgens Formaat.
●
Als u wilt afdrukken volgens Soort of Formaat, selecteert u de gewenste soort of het gewenste
formaat in het dialoogvenster Pagina-instelling, het dialoogvenster Afdrukken of het
dialoogvenster Afdrukeigenschappen, afhankelijk van het softwareprogramma.
●
Als u afdrukt op materiaal van een bepaalde soort of formaat, configureert u een lade voor die soort
of dat formaat. Als u daarna die soort of dat formaat selecteert voor uw afdruktaak, zal de MFP
afdrukmateriaal opnemen uit de lade die voor de betreffende soort of formaat papier is
geconfigureerd.
94 Hoofdstuk 6 Papier en afdrukmateriaal NLWW










