HP Color LaserJet CP3525-serie-printer Gebruikershandleiding Gebruik van het apparaat Beheer van het apparaat Onderhoud van het apparaat Problemen oplossen www.hp.
HP Color LaserJet CP3525-serie-printer Gebruikershandleiding
Copyright en licentie Handelsmerken © 2008 Copyright Hewlett-Packard Development Company, L.P. Adobe®, Acrobat® en PostScript® zijn handelsmerken van Adobe Systems Incorporated. Verveelvoudiging, bewerking en vertaling zonder voorafgaande schriftelijke toestemming zijn verboden, behalve zoals toegestaan door het auteursrecht. De informatie in dit document kan zonder vooraankondiging worden gewijzigd.
Inhoudsopgave 1 Basiskenmerken van het product Symbolen in deze handleiding ............................................................................................................. 2 Apparaatvergelijking ............................................................................................................................. 3 Productkenmerken ............................................................................................................................... 4 Productintroductie ........
HP Universal Print Driver (UPD) ........................................................................................................ 52 Installatiemodi UPD ........................................................................................................... 52 Selecteer de juiste printerdriver voor Windows .................................................................................. 53 Prioriteit van afdrukinstellingen ..........................................................................
Netwerkinstellingen weergeven of wijzigen ....................................................... 73 Het netwerkwachtwoord instellen of wijzigen .................................................... 73 IPv4 TCP/IP-parameters handmatig configureren via het bedieningspaneel .............................................................................................. 74 IPv6 TCP/IP-parameters handmatig configureren via het bedieningspaneel .......................................................................
De klok instellen .............................................................................................. 107 De ingebouwde klok instellen ......................................................... 107 De wektijd instellen ......................................................................................... 108 Energiezuinige werkstanden instellen vanaf de geïntegreerde webserver (EWS) ..............................................................................................................
Kleurvoorbeelden afdrukken ............................................................................................ 128 PANTONE®-kleuraanpassing ......................................................................................... 128 Geavanceerd kleurgebruik ............................................................................................................... 129 HP ColorSphere-toner .....................................................................................................
Tonervlekken verwijderen ................................................................................................ 157 De fuser reinigen ............................................................................................................. 157 De firmware upgraden ...................................................................................................................... 158 De huidige versie van de firmware bepalen ....................................................................
HP Jetdirect-lampjes ........................................................................................................ 205 Hartslaglampje ................................................................................................................. 205 Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen ..................................................................................... 207 Voorbeelden van problemen met de afdrukkwaliteit ........................................................
Bijlage D Overheidsinformatie FCC-voorschriften ............................................................................................................................ 238 Milieuvriendelijk productiebeleid ....................................................................................................... 239 Milieubescherming ........................................................................................................... 239 Ozonproductie .................................................
1 NLWW Basiskenmerken van het product ● Symbolen in deze handleiding ● Apparaatvergelijking ● Productkenmerken ● Productintroductie 1
Symbolen in deze handleiding De tips, opmerkingen en waarschuwingen in deze handleiding geven u belangrijke informatie. TIP: Bij Tip vindt u handige tips of sneltoetsen. OPMERKING: Bij Opmerking vindt u belangrijke informatie, zoals een toelichting bij een concept of uitleg van een taak. VOORZICHTIG: Dit geeft aan dat u bepaalde procedures moet volgen om te voorkomen dat gegevens verloren gaan of het apparaat wordt beschadigd.
Apparaatvergelijking Model Kenmerken HP Color LaserJet CP3525 ● Multifunctionele invoerlade voor 100 vel (lade 1) ● Invoerlade voor 250 vel (lade 2) ● Uitvoerbak voor 250 vel, afdrukzijde onder ● Hi-speed USB 2.0-poort ● 256 MB RAM-geheugen (Random Access Memory) ● Multifunctionele invoerlade voor 100 vel (lade 1) ● Invoerlade voor 250 vel (lade 2) ● Uitvoerbak voor 250 vel, afdrukzijde onder ● Hi-speed USB 2.
Productkenmerken Snelheid en doorvoer Resolutie Geheugen ● Afdruksnelheid van maximaal 30 pagina's per minuut (ppm) voor papier van Letterformaat en 30 ppm voor papier van A4-formaat.
Papierverwerking ● Lade 1 (multifunctionele lade): een multifunctionele lade voor papier, transparanten, etiketten, enveloppen en andere papiersoorten. In de lade kunnen maximaal 100 vel papier, 50 transparanten of 10 enveloppen worden geplaatst ● Lade 2 Lade voor 250 vel ● Optionele lade 3 Lade voor 500 vel en zwaar afdrukmateriaal en een optionele invoer voor briefkaarten van HP. (Beide zijn inbegrepen bij de HP Color LaserJet CP3525x-printer.
Omgeving Beveiliging Zelfondersteuning 6 ● LAN-aansluiting (Local Area Network) (RJ-45) voor de geïntegreerde HP Jetdirectafdrukserver (niet inbegrepen bij de HP Color LaserJet CP3525-printer) ● Eén EIO-sleuf (Enhanced Input/Output) ● Sluimerfunctie bespaart stroom ● Groot aantal recyclebare onderdelen en materialen ● Instant-on fuser bespaart energie ● Schijf beveiligd wissen ● Beveiligingsvergrendeling (optioneel) ● Taak vasthouden ● Verificatie pincode gebruiker voor opgeslagen taken
Productintroductie Vooraanzicht 2 1 3 4 5 11 6 7 10 8 9 NLWW 1 Verlengstuk uitvoerbak 2 Standaarduitvoerbak 3 Duplexschakelgeleider (uitsluitend HP Color LaserJet CP3525dn-printer en HP Color LaserJet CP3525x-printer) 4 Bedieningspaneel 5 Rechterklep (toegang voor het verhelpen van storingen) 6 Lade 1 (trek aan de hendel om de lade te openen) 7 Aan-uitknop (verlicht wanneer ingeschakeld) 8 Rechteronderklep (toegang voor het verhelpen van storingen) 9 Lade 2 10 Optionele lade 3 (m
Achterzijde 1 2 3 8 1 Sleuf voor beveiligingsvergrendeling met een kabel 2 Interfacepoorten 3 Voedingsaansluiting Hoofdstuk 1 Basiskenmerken van het product NLWW
Interfacepoorten 1 2 3 1 Uitbreidingssleuf EIO-interface 2 RJ-45-netwerkpoort (niet geactiveerd bij de HP Color LaserJet CP3525-printer) 3 Hi-speed USB 2.0-afdrukpoort Locatie van serienummer en modelnummer Het modelnummer en het serienummer staan op een identificatielabel op de achterzijde van het apparaat. Het serienummer bevat informatie over land/regio van herkomst, apparaatversie, productiecode en het productienummer van het apparaat.
10 Hoofdstuk 1 Basiskenmerken van het product NLWW
2 NLWW Bedieningspaneel ● Het bedieningspaneel gebruiken ● Menu's van het bedieningspaneel ● Menuoverzicht ● Menu Demo ● Menu Taak ophalen ● Menu Informatie ● Menu Papierverwerking ● Menu Apparaat configureren ● Menu Diagnostiek ● Menu Service 11
Het bedieningspaneel gebruiken Via het grafische kleurendisplay op het bedieningspaneel hebt u toegang tot alle apparaatfuncties. Met de knoppen beheert u de taken en de apparaatstatus. Met de lampjes wordt de algehele apparaatstatus aangegeven. Indeling bedieningspaneel Het bedieningspaneel bestaat uit een grafisch kleurendisplay, taakbedieningsknoppen en drie statuslampjes (LED's).
10 Stopknop Hiermee kunt u de huidige taak stopzetten, deze hervatten of annuleren, de papierbaan vrijmaken en eventuele verwijderbare fouten die veroorzaakt zijn door de stopgezette taak wissen. Als u op Stop drukt zonder dat er een taak wordt afgedrukt, wordt het apparaat op pauze gezet. 11 Helpknop Hiermee geeft u uitgebreide informatie weer, onder andere animaties, over apparaatberichten of -menu's.
Menu's van het bedieningspaneel U kunt de meeste gangbare afdruktaken vanaf de computer uitvoeren via het stuurprogramma of de software van de printer. Dit is de eenvoudigste manier om het product te bedienen. Op deze manier worden de instellingen van het bedieningspaneel genegeerd. Raadpleeg de Help-bestanden bij de software of zie Software voor Windows op pagina 49 of Het product gebruiken met Macintosh op pagina 61 voor meer informatie over toegang tot de printerdriver.
Menuoverzicht De volgende hoofdmenu's zijn beschikbaar: NLWW ● DEMO.... Raadpleeg Menu Demo op pagina 16 voor meer informatie. ● TAAK OPHALEN. Raadpleeg Menu Taak ophalen op pagina 17 voor meer informatie. ● INFORMATIE. Raadpleeg Menu Informatie op pagina 19 voor meer informatie. ● PAPIERVERWERKING. Raadpleeg Menu Papierverwerking op pagina 20 voor meer informatie. ● APPARAAT CONFIGUREREN. Raadpleeg Menu Apparaat configureren op pagina 21 voor meer informatie. ● DIAGNOSTIEK.
Menu Demo Met het menu DEMO... drukt u pagina's af met meer informatie over het apparaat. Ga als volgt te werk: Druk op de knop Menu 16 en selecteer vervolgens het menu DEMO.... Item Uitleg STORINGEN VERHELPEN Biedt instructies voor het verhelpen van storingen in het apparaat. LADEN VULLEN Biedt instructies voor het vullen en configureren van laden. SPECIAAL AFDRUKMATERIAAL PLTSN Biedt instructies voor het plaatsen van speciaal afdrukmateriaal zoals enveloppen, transparanten en etiketten.
Menu Taak ophalen Via het menu TAAK OPHALEN kunt u een lijst van alle opgeslagen taken bekijken. Ga als volgt te werk: Druk op de knop Menu OPHALEN. en selecteer vervolgens het menu TAAK OPMERKING: Waarden met een sterretje (*) zijn de fabrieksinstellingen. Sommige menu-items hebben geen standaardwaarde. Artikel Subitem Opties Omschrijving De naam van elke gebruiker waarvoor taken zijn opgeslagen wordt vermeld.
Artikel Subitem Opties Omschrijving Als u de optie TAAK selecteert, wordt het in de driver opgegeven aantal exemplaren afgedrukt. Als u het menu AANGEP. selecteert, wordt een andere instelling weergegeven waarmee u kunt opgeven hoeveel exemplaren van de taak moeten worden afgedrukt. Het in de driver opgegeven aantal exemplaren wordt vermenigvuldigd met het via het bedieningspaneel opgegeven aantal exemplaren.
Menu Informatie Via het menu INFORMATIE kunt u specifieke apparaatinformatie weergeven en afdrukken. Ga als volgt te werk: Druk op de knop Menu en selecteer vervolgens het menu INFORMATIE. Artikel Omschrijving MENUSTRUCTUUR AFDRUKKEN Hiermee drukt u een overzicht af van de structuur en de huidige instellingen van de menu's op het bedieningspaneel. CONFIGURATIE AFDRUKKEN Hiermee drukt u de configuratiepagina's af met de printerinstellingen en de geïnstalleerde accessoires.
Menu Papierverwerking Via dit menu kunt u de invoerladen configureren volgens soort en formaat afdrukmateriaal. Het is belangrijk om door middel van dit menu de laden juist te configureren voordat u voor het eerst afdrukt. Ga als volgt te werk: Druk op de knop Menu PAPIERVERWERKING. en selecteer vervolgens het menu OPMERKING: Als u andere HP LaserJet-modellen hebt gebruikt, bent u wellicht gewend om lade 1 te configureren in de modus Eerste of de modus Cartridge.
Menu Apparaat configureren Via het menu APPARAAT CONFIGUREREN kunt u de standaardafdrukinstellingen wijzigen, de afdrukkwaliteit aanpassen, de systeemconfiguratie en de in- en uitvoeropties wijzigen en de standaardinstellingen herstellen. Afdrukmenu Deze instellingen zijn alleen van toepassing op taken zonder specifieke eigenschappen. Voor de meeste taken worden alle eigenschappen specifiek opgegeven en worden de instellingen in dit menu tenietgedaan.
Menu-item Waarden Omschrijving De instelling DONKER is een intern Courier-lettertype dat beschikbaar is op HP LaserJet Series III-printers en oudere printers. A4 BREED NEE * Hiermee kunt u het afdrukbare gebied van A4-papier wijzigen. Als u NEE selecteert, is het afdrukbare gebied 78 10-pitch tekens per regel. Als u JA selecteert, is het afdrukbare gebied 80 10-pitch tekens op een enkele regel. JA PS-FOUTEN AFDRUKKEN UIT* Dient voor het in- of uitschakelen van pagina's met PS-fouten.
Artikel Waarden Omschrijving PC-8 of PC-850 aanbevolen. De standaardinstelling is PC-8. CR AAN LF TOEVOEGEN NEE* JA BLANCO PAGINA'S ONDERDRUKKEN NEE* JA TOEWIJZING MEDIABRON Selecteer JA om een CR (Carriage Return) toe te voegen aan elke LF (Line Feed) in PCL-taken die compatibel zijn met voorgaande versies (pure tekst, geen taakcontrole). In sommige omgevingen wordt voor een nieuwe regel alleen een LF gebruikt.
Artikel Subitem Waarden Omschrijving KLEUR AANPASSEN LICHTE DELEN Bereik van +5 tot –5. De standaardinstelling is 0. Stel de dichtheid van lichte vlakken (donkerder of lichter) op een afgedrukte pagina bij. Lagere waarden geven lichtere highlights en hogere waarden geven donkerdere highlights op een afgedrukte pagina. Bereik van +5 tot –5. De standaardinstelling is 0. Stel de dichtheid van de middentonen (donkerder of lichter) op een afgedrukte pagina bij.
Artikel Subitem Waarden Omschrijving AUTODETECTIEMODUS DETECTIE LADE 1 VOLLED. DETECTIE (standaard) Hiermee stelt u de detectie voor lade 1 in voor papiersoorten waarvoor de modus AUTODETECTIE is ingesteld. ALLEEN TRANSPRNT Wanneer VOLLED. DETECTIE is geselecteerd, tast het apparaat elke pagina af en schakelt het de bijbehorende modi in. Het apparaat kan transparanten onderscheiden van andere papiersoorten. Wanneer ALLEEN TRANSPRNT is geselecteerd, tast het apparaat uitsluitend de eerste pagina af.
Artikel Subitem RESOLUTIE Waarden Omschrijving Image REt 3600* Hiermee wordt de resolutie ingesteld waarmee wordt afgedrukt. De standaardinstelling is Image REt 3600. Voor het afdrukken van gedetailleerd werk en kleine letters kunt u de optie 1200x600 dpi instellen. 1200x600 dpi SCHERPTEREGELING UIT LICHT NORMAAL* MAXIMUM AUTOMATISCH REINIGEN UIT* AAN REINIGNG INTERVAL 500* 1000 2000 De instelling Randenbeheer stelt vast hoe de randen worden weergegeven.
Artikel Subitem Waarden REINIGINGSPAGINA MAKEN Omschrijving Hiermee drukt u een pagina af met instructies voor het verwijderen van overtollige toner van de drukroller in de fuser. OPMERKING: Deze optie is uitsluitend beschikbaar op de HP Color LaserJet CP3525printer en de HP Color LaserJet CP3525n-printer REINIGINGSPAGINA VERWERKEN Met deze functie maakt en verwerkt u een reinigingspagina voor het reinigen van de drukroller in de fuser.
Artikel Subitem TIME-OUT TAAKOPSLAG Waarden Omschrijving Standaard = 32 standaardwaarde is 32. Het maximumaantal is 100. UIT* Hiermee geeft u aan hoe lang snelkopieertaken blijven staan voordat ze automatisch uit de wachtrij worden verwijderd. Deze menuoptie verschijnt alleen als er een harde schijf is geïnstalleerd. 1 UUR 4 UUR 1 DAG 1 WEEK ADRES WEERGEVEN AUTOMATISCH UIT* KLEURGEBRUIK BEPERKEN KLEUR INSCHAKELEN* KLEUR INDIEN TOEGESTAAN KLEUR/ZWART GEM.
Artikel Subitem Waarden Omschrijving invoerlade is opgegeven. Er zijn twee opties beschikbaar: PROMPT HANDMATIGE INVOER ALTIJD* TENZIJ GELADEN PS-VERWERKING VAN AFDRUKMAT. INGESCHAKELD* UITGESCHAKELD PROMPT VOOR FORMAAT/ WEERGEVEN* SOORT NIET WEERGEVEN NLWW ● EXCLUSIEF: het apparaat selecteert nooit een andere lade wanneer de gebruiker heeft aangegeven dat een bepaalde lade moet worden gebruikt, zelfs wanneer die lade leeg is.
Artikel Subitem Waarden Omschrijving weergegeven als u een lade sluit. Er zijn twee opties beschikbaar: ANDERE LADE GEBRUIKEN INGESCHAKELD* UITGESCHAKELD ALTERNATIEVE BRIEFHOOFDMODUS AAN UIT* BLANCO PAGINA'S IN DUPLEXER AUTOMATISCH* ● WEERGEVEN: Met deze optie wordt een ladeconfiguratiebericht weergegeven als u een lade sluit. U kunt het papierformaat en de papiersoort voor de lade rechtstreeks in dit bericht configureren.
Artikel Subitem Waarden Omschrijving taken verwerkt. Er zijn twee opties beschikbaar: ● Met AUTOMATISCH wordt de functie Slimme duplex ingeschakeld. Hierbij wordt alleen de eerste zijde verwerkt als de tweede zijde leeg is. Hierdoor kan de afdruksnelheid worden verhoogd. ● Met JA schakelt u de functie Slimme duplex uit; het vel papier wordt dan ook omgeslagen als het maar aan een zijde bedrukt wordt.
Artikel Subitem Waarden Omschrijving pagina duurt, hangt af van hoe lang de fuser heeft kunnen afkoelen. HELDERHEID DISPLAY Het bereik loopt van 1 tot 10. Dient voor het instellen van de helderheid van het display van het bedieningspaneel. De standaardinstelling is 0. PERSONALITY AUTOMATISCH* Hiermee stelt u de standaardpersonality in op de modi PCL, PDF, PS of op automatisch schakelen.
Artikel Subitem Waarden Omschrijving NEGEREN BIJ LEEG 1 of NEGEREN BIJ LEEG 2. Het onderdeel hoeft op dat moment nog niet te worden vervangen, tenzij de afdrukkwaliteit niet langer acceptabel is. NEGEREN BIJ LEEG 1 NEGEREN BIJ LEEG 2 Kies NEGEREN BIJ LEEG 1 om door te gaan met afdrukken wanneer een ander onderdeel dan de tonerafvaleenheid het einde van de geschatte levensduur heeft bereikt. Wanneer u deze optie gebruikt, zal de afdrukkwaliteit uiteindelijk niet langer acceptabel zijn.
Artikel Subitem Waarden Omschrijving een nieuw exemplaar, wordt Negeren uitgeschakeld totdat een ander onderdeel het einde van de geschatte levensduur bereikt. PAGINALIMIET Het bereik loopt van 0 tot 100.000 INFORMATIE BENODIGDHEDEN RESTERENDE PAGINA'S AAN* VOLGORDE BERICHTEN UIT NIVEAUMETER Dit menu wordt weergegeven wanneer u JA, GEBRUIK OPTIE NEGEREN selecteert voor een van beide opties.
Artikel Subitem Waarden Omschrijving afdrukken voortgezet met alleen zwarte toner. PAPIERSTORING HERSTELLEN AUTOMATISCH* Hiermee bepaalt u of het apparaat na een papierstoring zal proberen om overgeslagen pagina's opnieuw af te drukken. Als u AUTOMATISCH selecteert, drukt het apparaat pagina's opnieuw af als er voldoende geheugen beschikbaar is voor dubbelzijdig afdrukken op volle snelheid. UIT AAN RAM-SCHIJF AUTOMATISCH* Hiermee stelt u in hoe de RAMschijffunctie wordt geconfigureerd.
Artikel Subitem Waarden Omschrijving Met deze instelling kunt u de timeout instellen voor de beste prestaties. Als halverwege de afdruktaak de gegevens van andere poorten verschijnen, verhoogt u de waarde voor de time-out. MENU GEÏNTEGREERDE JETDIRECT In de volgende tabel vindt u een lijst met opties. Tabel 2-1 Menu's Geïntegreerde JetDirect en EIO Jetdirect Artikel Subitem INFORMATIE PROTOCOLLEN AFDR.
Tabel 2-1 Menu's Geïntegreerde JetDirect en EIO Jetdirect (vervolg) Artikel Subitem Subitem Waarden Beschrijving Als u deze optie instelt op HANDMATIG, gebruikt u het menu HANDM. INSTELL. om TCP/IPv4-parameters te configureren. HANDM. INSTELL. IP-ADRES SUBNETMASKER STANDAARDGATE WAY (Alleen beschikbaar als CONFIG METHODE is ingesteld op HANDMATIG.) U configureert de parameters als volgt rechtstreeks vanaf het bedieningspaneel van het apparaat: IP-ADRES: het unieke IP-adres (n.n.n.
Tabel 2-1 Menu's Geïntegreerde JetDirect en EIO Jetdirect (vervolg) Artikel Subitem Subitem Waarden SECUNDAIRE DNS IPV6INSTELLINGEN INSCHAKELEN Beschrijving Geef het IP-adres (n.n.n.n) op van een secundaire DNS-server. AAN Met dit item schakelt u de IPv6-werking op de afdrukserver in of uit. UIT* UIT: IPv6 is uitgeschakeld. AAN: IPv6 is ingeschakeld. ADRES HANDM. INSTELL. ● ● INSCHAKELEN ADRES Gebruik dit item om een TCP/IPv6-adres in te schakelen en handmatig te configureren.
Tabel 2-1 Menu's Geïntegreerde JetDirect en EIO Jetdirect (vervolg) Artikel Subitem Subitem Waarden Beschrijving Voor sommige netwerken moet u mogelijk contact opnemen met uw internetprovider (ISP) voor het proxyserveradres. IPX/SPX PROXYPOORT Voer het poortnummer in dat door de proxyserver voor clientondersteuning wordt gebruikt. Het poortnummer identificeert de poort die is gereserveerd voor proxyactiviteit op het netwerk en kan een waarde hebben tussen 0 en 65535.
Tabel 2-1 Menu's Geïntegreerde JetDirect en EIO Jetdirect (vervolg) Artikel Subitem Subitem Waarden Beschrijving TERUGZETTEN: de 802.1X-instellingen worden hersteld naar de fabrieksinstellingen. BEHOUD.: De huidige 802.1X-instellingen worden gehandhaafd. BEVEILIGING OPNIEUW INSTELLEN JA NEE* Geef op of de huidige beveiligingsinstellingen van de afdrukserver worden opgeslagen of worden hersteld naar de fabrieksinstellingen. JA: beveiligingsinstellingen zijn teruggezet naar de fabrieksinstellingen.
Tabel 2-1 Menu's Geïntegreerde JetDirect en EIO Jetdirect (vervolg) Artikel Subitem Subitem Waarden Beschrijving Selecteer JA om deze test te kiezen of NEE om deze test niet te kiezen. GEGEGEVENSPAD TEST JA NEE* Met deze test worden problemen met gegevenspaden en beschadigde bestanden opgespoord op apparaten met HP postscript niveau 3-emulatie. Hierbij wordt een voorgedefinieerd PS-bestand naar het apparaat verzonden.
Tabel 2-1 Menu's Geïntegreerde JetDirect en EIO Jetdirect (vervolg) Artikel Subitem Subitem Waarden Beschrijving een waarde van 0 tot 100. De standaardinstelling is 4. Als u de test continu wilt laten uitvoeren, selecteert u 0. RESULTATEN AFDR. JA NEE* UITVOEREN JA NEE* PINGRESULTATEN VERZ. PAKKETTEN Geeft het aantal pakketten (0 - 65535) weer dat naar de externe host is verzonden sinds de meest recente test is gestart of voltooid. De standaardinstelling is 0. ONTV.
Tabel 2-1 Menu's Geïntegreerde JetDirect en EIO Jetdirect (vervolg) Artikel Subitem Subitem Waarden Beschrijving VERNIEUWEN JA Tijdens het weergeven van de pingtestresultaten werkt dit item de pingtestgegevens bij met de actuele resultaten. Kies JA om de gegevens bij te werken of NEE om de bestaande gegevens te behouden. Het bijwerken wordt echter automatisch uitgevoerd bij een menutime-out of als u handmatig terugkeert naar het hoofdmenu. NEE* LINKSNELH.
OPMERKING: Waarden met een sterretje (*) zijn de fabrieksinstellingen. Sommige menu-items hebben geen standaardwaarde. Artikel Subitem Waarden FABRIEKSINSTELLINGEN HERSTELLEN Dient voor het wissen van de paginabuffer, verwijderen van alle veranderbare personalitygegevens, het activeren van de herstelfunctie voor de afdrukomgeving en het herstellen van alle fabriekswaarden. KALIBRATIE OPNIEUW INSTELLEN Hiermee herstelt u de kalibratiewaarden voor de formatter.
Menu Diagnostiek Via het menu DIAGNOSTIEK kunt u tests uitvoeren waarmee u problemen met het apparaat kunt opsporen en oplossen. Ga als volgt te werk: Druk op de knop Menu en selecteer vervolgens het menu DIAGNOSTIEK. OPMERKING: Waarden met een sterretje (*) zijn de fabrieksinstellingen. Sommige menu-items hebben geen standaardwaarde. Artikel Subitem Waarden Omschrijving LOGBOEK GEBEURT.
Artikel Subitem Waarden Omschrijving LADE 2* LADE 3 DUBBELZIJDIG UIT AAN Met deze optie bepaalt u of de duplex-eenheid in de test moet worden opgenomen. OPMERKING: Deze optie is uitsluitend beschikbaar op de HP Color LaserJet CP3525dn-printer en de HP Color LaserJet CP3525xprinter AANTAL KOPIEËN 1* 10 50 Met deze optie bepaalt u hoeveel pagina's vanuit de opgegeven bron moeten worden verzonden als onderdeel van de test.
Menu Service Het menu SERVICE is vergrendeld. U hebt een PIN-code nodig om het te openen. Dit menu is alleen bestemd voor bevoegde onderhoudstechnici.
48 Hoofdstuk 2 Bedieningspaneel NLWW
3 NLWW Software voor Windows ● Ondersteunde besturingssystemen voor Windows ● Ondersteunde printerdrivers voor Windows ● HP Universal Print Driver (UPD) ● Selecteer de juiste printerdriver voor Windows ● Prioriteit van afdrukinstellingen ● Instellingen van de printerdriver wijzigen voor Windows ● Software verwijderen voor Windows ● Ondersteunde hulpprogramma's voor Windows ● Software voor andere besturingssystemen 49
Ondersteunde besturingssystemen voor Windows De volgende Windows-besturingssystemen worden door het apparaat ondersteund: 50 ● Windows XP (32-bits en 64-bits) ● Windows Server 2003 (32-bits en 64-bits) ● Windows Server 2008 (32-bits en 64-bits) ● Windows 2000 (32-bits) ● Windows Vista (32-bits en 64-bits) Hoofdstuk 3 Software voor Windows NLWW
Ondersteunde printerdrivers voor Windows ● HP PCL 6 (dit is de standaardprinterdriver) ● Postscript-emulatie HP Universal Print Driver (HP UPD PS) ● HP PCL 5 Universal Print Driver (HP UPD PCL 5) kan worden gedownload van www.hp.com/go/ cljcp3525_software De printerdrivers hebben een online Help met aanwijzingen voor veelvoorkomende afdruktaken en een beschrijving van de knoppen, selectievakjes en vervolgkeuzelijsten van de printerdriver. OPMERKING: Zie www.hp.
HP Universal Print Driver (UPD) De HP Universal Print Driver (UPD) voor Windows is een driver die rechtstreeks toegang biedt tot vrijwel elk HP LaserJet-product, vanaf elke locatie, zonder afzonderlijke drivers te downloaden. De driver is gebaseerd op HP-printdrivertechnologie die zich in het verleden al heeft bewezen. Ook is de driver grondig getest en gebruikt in combinatie met veel verschillende softwareprogramma's. Het betreft een krachtige oplossing die gelijkmatig presteert.
Selecteer de juiste printerdriver voor Windows Printerdrivers bieden toegang tot de functies van een product en geven de computer toestemming om met het product te communiceren (via een printertaal). Zie de installatie-instructies en de Leesmijbestanden op de cd-rom van het product voor extra software en talen. Beschrijving van de HP PCL 6-driver ● Staat op de apparaat-cd en op www.hp.
Prioriteit van afdrukinstellingen Wijzigingen die u in de afdrukinstellingen aanbrengt, hebben prioriteit afhankelijk van waar de wijzigingen zijn aangebracht: OPMERKING: Namen van opdrachten en dialoogvensters kunnen variëren afhankelijk van het programma dat u gebruikt. 54 ● Dialoogvenster Pagina-instelling. Het dialoogvenster wordt geopend wanneer u klikt op Paginainstelling of een vergelijkbare opdracht in het menu Bestand van het programma waarin u werkt.
Instellingen van de printerdriver wijzigen voor Windows De instellingen voor alle afdruktaken wijzigen totdat het softwareprogramma wordt gesloten De standaardinstellingen voor alle afdruktaken wijzigen De configuratie-instellingen van het product wijzigen 1. Klik in het menu Bestand van het softwareprogramma op Afdrukken. 1. 1. 2. Selecteer de driver en klik vervolgens op Eigenschappen of Voorkeuren. De stappen kunnen variëren. Dit is de meeste voorkomende procedure. 2.
Software verwijderen voor Windows Windows XP 1. Klik op Start, Configuratiescherm en vervolgens op Software. 2. Zoek en selecteer HP Color LaserJet CP3525 in de lijst. 3. Klik op de knop Wijzigen/verwijderen om de software te verwijderen. Windows Vista 56 1. Klik op Start, Configuratiescherm en vervolgens op Programma's en onderdelen. 2. Zoek en selecteer HP Color LaserJet CP3525 in de lijst. 3. Selecteer de optie Verwijderen/wijzigen.
Ondersteunde hulpprogramma's voor Windows HP Web Jetadmin HP Web Jetadmin is een eenvoudig softwarehulpmiddel voor het beheer van afdruk- en beeldbewerkingsapparatuur. Het helpt u het gebruik van het apparaat te optimaliseren, de kosten van kleurenafdrukken te beheersen, apparaten te beveiligen en het beheer van benodigdheden te stroomlijnen met configuratie op afstand, proactieve controle, oplossen van beveiligingsproblemen en rapporten van afdruk- en beeldbewerkingsapparaten.
U kunt HP Easy Printer Care weergeven wanneer het product rechtstreeks met uw computer of een netwerk is verbonden. Ondersteunde besturingssystemen Ondersteunde browsers ● Microsoft® Windows 2000, Service Pack 4 ● Microsoft Windows XP, Service Pack 2 (32-bits en 64bits) ● Microsoft Windows Server 2003, Service Pack 1 (32-bits en 64-bits) ● Windows Windows Server 2008 (32-bits en 64-bits) ● Microsoft Windows Vista™ (32-bits en 64-bits) ● Microsoft Internet Explorer 6.0 of 7.0 Ga naar www.hp.
Software voor andere besturingssystemen Besturingssysteem Software UNIX Ga voor HP-UX- en Solaris-netwerken naar www.hp.com/support/go/ jetdirectunix_software om modelscripts te installeren met het HP Jetdirect printerinstallatieprogramma (HPPI) voor UNIX. Ga voor de laatste modelscripts naar www.hp.com/go/unixmodelscripts. Linux NLWW Ga voor informatie naar www.hp.com/go/linuxprinting.
60 Hoofdstuk 3 Software voor Windows NLWW
4 NLWW Het product gebruiken met Macintosh ● Software voor Macintosh ● Functies van de Macintosh-printerdriver gebruiken 61
Software voor Macintosh Ondersteunde besturingssystemen voor Macintosh De volgende Macintosh-besturingssystemen worden door het product ondersteund: ● Mac OS X V10.3.9, V10.4, V10.5 en hoger OPMERKING: Voor Mac OS X v10.4 en hoger worden Mac's met PPC- en Intel® Core™-processoren ondersteund. Ondersteunde printerdrivers voor Macintosh Het HP-installatieprogramma bestaat uit PPD-bestanden (PostScript® Printer Description), PDE's (Printer Dialog Extensions) en de HP Printer Utility voor Macintosh.
Instellingen van de printerdriver wijzigen voor Macintosh De instellingen voor alle afdruktaken wijzigen totdat het softwareprogramma wordt gesloten De standaardinstellingen voor alle afdruktaken wijzigen De configuratie-instellingen van het product wijzigen 1. Kies Druk af in het menu Archief. 1. Kies Druk af in het menu Archief. Mac OS X V10.3 of Mac OS X V10.4 2. Wijzig de gewenste instellingen in de verschillende menu's. 2. Wijzig de gewenste instellingen in de verschillende menu's. 1. 3.
Functies van de HP Printer Utility De HP Printer Utility bestaat uit een aantal pagina's, die u kunt openen door in de lijst Configuratieinstellingen te klikken. In de volgende tabel worden de taken beschreven die u vanuit deze pagina's kunt uitvoeren. Item Omschrijving Configuratiepagina Hiermee drukt u een configuratiepagina af. Status benodigdheden Geeft de status van de apparaatbenodigdheden weer en bevat koppelingen om online benodigdheden te bestellen.
Functies van de Macintosh-printerdriver gebruiken Afdrukken Voorinstellingen voor afdrukken maken en gebruiken in Macintosh Gebruik voorinstellingen voor afdrukken om de huidige instellingen van de printerdriver op te slaan, zodat u deze later opnieuw kunt gebruiken. Een voorinstelling voor afdrukken maken 1. Klik in het menu Archief op Druk af. 2. Selecteer de driver. 3. Selecteer de afdrukinstellingen. 4. Klik in het venster Instellingen op Bewaar als... en typ een naam voor de voorinstelling. 5.
OPMERKING: voorblad. Als u een leeg voorblad wilt afdrukken, selecteert u Standaard als het Type Watermerken gebruiken Een watermerk is een mededeling, bijvoorbeeld 'Vertrouwelijk', die wordt afgedrukt op de achtergrond van elke pagina van het document. 1. Klik in het menu Archief op Druk af. 2. Open het menu Watermerken. 3. Selecteer naast Modus het type watermerk dat u wilt gebruiken. Selecteer Watermerk als u een semitransparant bericht wilt afdrukken.
Afdrukken op beide zijden van het papier (duplex) Automatisch dubbelzijdig afdrukken gebruiken 1. Plaats voldoende papier in een van de laden om de taak te kunnen afdrukken. Als u speciaal papier zoals briefpapier plaatst, plaats het dan op een van de volgende manieren: ● Bij lade 1 plaatst u het briefhoofdpapier met de afdrukzijde omlaag en met de bovenrand eerst in het apparaat. ● Bij alle andere laden plaats u het briefhoofdpapier met de afdrukzijde omhoog en de bovenrand rechts in de lade. 2.
4. Voer voor een Opgeslagen taak en opgeslagen Persoonlijke taak een naam in het vak naast Taaknaam: in. Selecteer welke optie u wilt gebruiken als er al een andere taak bestaat met dezelfde naam. 5. ● Met Gebruik taaknaam + (1 - 99) voegt u een uniek nummer toe aan het einde van de taaknaam. ● Met Bestaand bestand vervangen wordt de bestaande opgeslagen taak overschreven door de nieuwe taak.
5 NLWW Verbinding ● USB-verbinding ● Netwerkconfiguratie 69
USB-verbinding Het apparaat ondersteunt een USB 2.0-aansluiting.
Netwerkconfiguratie Misschien zult u bepaalde netwerkparameters op het apparaat moeten configureren. U kunt deze parameters configureren vanaf het bedieningspaneel, de geïntegreerde webserver of, voor de meeste netwerken, vanuit de HP Web Jetadmin-software. Zie de Handleiding voor de geïntegreerde HP Jetdirect-afdrukserver voor een volledige lijst met ondersteunde netwerken en voor aanwijzingen voor het configureren van netwerkparameters via de software.
Tabel 5-3 Berichten en beheer (vervolg) Servicenaam Beschrijving SNMP (Simple Network Management Protocol) Wordt door netwerktoepassingen gebruikt voor beheer van het apparaat. SNMP V1-, SNMP V3- en standaard MIB-II-objecten (Management Information Base) worden ondersteund. LLMNR (Link Local Multicast Name Resolution) Hiermee stelt u in of het apparaat reageert op LLMNRverzoeken via IPv4 en IPv6.
Tabel 5-5 Beveiligingsfuncties (vervolg) Servicenaam Beschrijving SSL/TLS Hiermee kunt u vertrouwelijke documenten via internet verzenden en de vertrouwelijkheid en de gegevensintegriteit garanderen tussen de client- en de servertoepassingen. IPsec-batchconfiguratie Verzorgt netwerklaagbeveiliging met een eenvoudige controle van het IP-verkeer van en naar het apparaat. Dit protocol combineert de voordelen van codering en verificatie en is geschikt voor meervoudige configuraties.
IPv4 TCP/IP-parameters handmatig configureren via het bedieningspaneel Naast de geïntegreerde webserver kunt u ook de menu's van het bedieningspaneel gebruiken om een IPv4-adres, een subnetmasker en een standaardgateway in te stellen. 1. Druk op de knop Menu . 2. Druk op de pijl omlaag OK. om het menu APPARAAT CONFIGUREREN te markeren en druk op 3. Druk op de pijl omlaag om het menu I/O te markeren en druk op OK. 4. Druk op de pijl omlaag op OK. 5.
5. Druk op de pijl omlaag om het menu TCP/IP te markeren en druk op OK. 6. Druk op de pijl omlaag om het menu IPV6-INSTELLINGEN te markeren en druk op OK. 7. Druk op de pijl omlaag om het menu ADRES te markeren en druk op OK. 8. Druk op de pijl omlaag om het menu HANDM. INSTELL. te markeren en druk op OK. 9. Druk op de pijl omlaag om de instelling INSCHAKELEN te markeren en druk op OK. 10. Druk op de pijl omhoog om de instelling AAN te markeren en druk op OK. 11.
6. Druk op OK om de instelling INSCHAKELEN te selecteren. 7. Druk op de pijl omlaag 8. Druk op de knop Menu om de instelling UIT te markeren en druk op OK. om terug te keren naar de status Klaar. Instellingen voor koppelingssnelheid en duplex De linksnelheid en communicatiemodus van de afdrukserver moeten overeenkomen met die van het netwerk. Voor de meeste situaties laat u de printer in de automatische modus staan.
6 NLWW Papier en afdrukmateriaal ● Het gebruik van papier en afdrukmateriaal ● Ondersteunde formaten papier en afdrukmateriaal ● Aangepaste papierformaten ● Ondersteunde formaten voor papier en ander afdrukmateriaal ● Lade- en bakcapaciteit ● Richtlijnen voor speciaal papier of afdrukmateriaal ● Laden vullen ● Laden configureren 77
Het gebruik van papier en afdrukmateriaal Dit product ondersteunt een grote verscheidenheid aan papier en ander afdrukmateriaal. Zie hiervoor de richtlijnen in deze gebruikershandleiding.
Ondersteunde formaten papier en afdrukmateriaal Dit product ondersteunt verschillende papierformaten en past zich aan verschillende materialen aan. OPMERKING: Selecteer voor de beste resultaten voordat u gaat afdrukken het juiste papierformaat en het papiertype in de printerdriver.
Tabel 6-1 Ondersteunde formaten voor papier en ander afdrukmateriaal (vervolg) Formaat en afmetingen Lade 1 Lade 2 Lade 3 (optioneel) A6 105 x 148 mm Briefkaart (JIS) 100 x 148 mm Dubbele briefkaart (JIS) 148 x 200 mm 16K 184 x 260 mm 16K 195 x 270 mm 16K 197 x 273 mm 8,5 x 13 216 x 330 mm Commerciële #10-envelop 105 x 241 mm Envelop #9 100 mm x 226 mm B5-envelop 176 x 250 mm Envelop C5 ISO 162 x 229 mm C6-envelop 114 x 162 mm Envelop DL ISO 110 x 220 mm Monarch-envelop 98 x 191 mm Aangepast 98,4 x 148
Aangepaste papierformaten Dit product ondersteunt diverse aangepaste papierformaten. Ondersteunde aangepaste formaten zijn formaten die binnen de richtlijnen voor minimum- en maximumpapierformaat voor het product liggen maar die niet worden weergegeven in de tabel met ondersteunde papierformaten. Geef het aangepaste formaat in de printerdriver op wanneer u een ondersteund aangepast formaat gebruikt en plaats het papier in een lade die de aangepaste formaten ondersteunt.
Ondersteunde formaten voor papier en ander afdrukmateriaal Ga naar www.hp.com/support/cljcp3525 voor een compleet overzicht van specifieke HP-papiersoorten die dit apparaat ondersteunt.
Papiersoort Lade 1 Lade 2 Lade 3 (optioneel) HP Glanzend (160 g/m2) HP Glanzend (220 g/m2) NLWW Ondersteunde formaten voor papier en ander afdrukmateriaal 83
Lade- en bakcapaciteit Lade of bak Papiersoort Specificaties Hoeveelheid Lade 1 Papier Bereik: Maximale stapelhoogte: 10 mm 60 g/m2 bankpost tot 216 g/m2 bankpost Gelijk aan 100 vel 75 g/m2.
Richtlijnen voor speciaal papier of afdrukmateriaal Dit product ondersteunt afdrukken op speciaal afdrukmateriaal. Hanteer de volgende richtlijnen om bevredigende resultaten te verkrijgen. Voor de beste afdrukresultaten moet u, wanneer u speciaal papier of afdrukmateriaal gebruikt, de soort en het formaat instellen in uw printerdriver. VOORZICHTIG: HP LaserJet-printers gebruiken tonerkatalysators om dry toner-deeltjes met zeer precieze stippen op het papier te drukken.
Laden vullen U kunt verschillende soorten afdrukmateriaal in de invoerladen plaatsen en het afdrukmateriaal vervolgens via het bedieningspaneel opvragen afhankelijk van het soort of het formaat. Afdrukstand van het papier voor het vullen van de laden Als u papier gebruikt waarvoor een bepaalde afdrukstand nodig is, plaatst u dit in de lade volgens de informatie in de onderstaande tabellen.
Lade 1 Papiersoort Voorbedrukt of briefhoofdpapier Stand afbeelding staand Duplexmodus Enkelzijdig afdrukken Dubbelzijdig afdrukken Liggend Enkelzijdig afdrukken Dubbelzijdig afdrukken Geperforeerd NLWW Staand of liggend Enkel- of dubbelzijdig afdrukken Papier plaatsen Papier plaatsen ALTERNATIEVE BRIEFHOOFDMODUS = Uit ALTERNATIEVE BRIEFHOOFDMODUS = Aan Afdrukzijde omlaag Afdrukzijde omhoog Bovenrand in de richting van de printer Onderrand in de richting van de printer Afdrukzijde omho
Papiersoort Enveloppen 88 Stand afbeelding Duplexmodus Lange rand van de envelop invoeren in het apparaat Enkelzijdig afdrukken Korte rand van de envelop invoeren in het apparaat Enkelzijdig afdrukken Papier plaatsen Papier plaatsen ALTERNATIEVE BRIEFHOOFDMODUS = Uit ALTERNATIEVE BRIEFHOOFDMODUS = Aan Afdrukzijde omlaag Niet van toepassing Bovenrand in de richting van de printer Hoofdstuk 6 Papier en afdrukmateriaal Afdrukzijde omlaag Niet van toepassing Bovenrand naar de achterkant van h
Lade 2 of optionele lade 3 Papiersoort Voorbedrukt of briefhoofdpapier Stand afbeelding staand Duplexmodus Enkelzijdig afdrukken Dubbelzijdig afdrukken Liggend Enkelzijdig afdrukken Dubbelzijdig afdrukken Geperforeerd NLWW Staand of liggend Enkel- of dubbelzijdig afdrukken Papier plaatsen Papier plaatsen ALTERNATIEVE BRIEFHOOFDMODUS = Uit ALTERNATIEVE BRIEFHOOFDMODUS = Aan Afdrukzijde omhoog Afdrukzijde omlaag Bovenrand aan de rechterkant van de lade Bovenrand aan de linkerkant van de l
Papiersoort Stand afbeelding Duplexmodus Papier plaatsen Papier plaatsen ALTERNATIEVE BRIEFHOOFDMODUS = Uit ALTERNATIEVE BRIEFHOOFDMODUS = Aan Lade 1 vullen TIP: Ga naar de volgende website om een animatie te bekijken van deze procedure: www.hp.com/ go/cljcp3525-load-tray1. VOORZICHTIG: Als u papierstoringen wilt vermijden, mag u nooit papier toevoegen aan of verwijderen uit lade 1 tijdens het afdrukken. 90 1. Open lade 1. 2.
3. Plaats het papier met de te bedrukken zijde omlaag zo in de lade dat de korte bovenrand als eerste wordt ingevoerd in het apparaat. 4. Zorg dat de stapel onder de lipjes op de geleiders past en niet boven de indicatoren voor het papierniveau uitkomt. 5. Stel de zijgeleiders zo in dat deze het papier licht raken maar dat het hierdoor niet buigt.
Adrestype Linkermarge Bovenmarge Afzender 15 mm 15 mm Bestemming 102 mm 51 mm Kies voor andere envelopformaten een marge-instelling die met het formaat overeenkomt. Lade 2 vullen Deze lade kan tot 250 vel papier met een gewicht van 75 g/m2 bevatten. Als het papier zwaarder is, kan de lade minder vellen bevatten. Plaats niet te veel papier in de lade. VOORZICHTIG: Druk vanuit lade 2 geen enveloppen, etiketten, briefkaarten of niet-ondersteunde papierformaten af.
3. Plaats het papier in de lade met de te bedrukken zijde omhoog. Zorg ervoor dat de geleiders de stapel papier net raken zonder dat de stapel gaat opbollen. OPMERKING: Plaats niet te veel papier in de lade om storingen te voorkomen. Let erop dat de bovenkant van de stapel niet boven de maximale-hoogte-indicator uitkomt. OPMERKING: Als de lade niet goed wordt ingesteld, kan tijdens het afdrukken een foutbericht verschijnen of kan het papier vastlopen. 4. Schuif de lade terug in het apparaat. 5.
VOORZICHTIG: Druk vanuit lade 3 niet af op enveloppen of niet-ondersteunde papierformaten. Druk op deze soorten papier alleen af via lade 1. Plaats papier met een standaardformaat in lade 3 TIP: Ga naar de volgende website om een animatie te bekijken van deze procedure: www.hp.com/ go/cljcp3525-load-tray3. 1. Schuif de lade open. OPMERKING: 2. 94 Open de lade niet als deze in gebruik is.
3. Plaats het papier in de lade met de te bedrukken zijde omhoog. Zorg ervoor dat de geleiders de stapel papier net raken zonder dat de stapel gaat opbollen. OPMERKING: Plaats niet te veel papier in de lade om storingen te voorkomen. Let erop dat de bovenkant van de stapel niet boven de maximale-hoogte-indicator uitkomt. OPMERKING: Als de lade niet goed wordt ingesteld, kan tijdens het afdrukken een foutbericht verschijnen of kan het papier vastlopen. NLWW 4. Schuif de lade terug in het apparaat. 5.
Papier met een speciaal formaat in lade 3 plaatsen Als u speciale afdrukmaterialen wilt gebruiken, moet u ook de formaatinstelling op het bedieningspaneel wijzigen in AANGEP. en de maateenheid, X-AFMETING en Y-AFMETING opgeven. 96 1. Schuif de lade open. 2. Stel de geleiders voor de papierbreedte en -lengte in door de vergrendeling van elk van de geleiders in te drukken en de geleiders op te schuiven tot het formaat van het papier dat u gebruikt. 3.
4. Schuif de lade terug in het apparaat. Op het bedieningspaneel wordt de soort en het formaat van het papier weergegeven. 5. Op het bedieningspaneel wordt u gevraagd het papierformaat en de papiersoort in te stellen. Selecteer de instelling AANGEP. en configureer vervolgens de X- en Y-afmetingen van het aangepaste papierformaat. OPMERKING: Raadpleeg het etiket in de papierlade of de volgende illustratie om de X- en Yafmeting te bepalen.
Voor het plaatsen van papier van 10 x 15 cm in lade 3 is het installeren van de briefkaartinvoer van HP noodzakelijk. 98 1. Schuif de lade open. 2. Stel de geleiders voor de papierbreedte en -lengte in door de vergrendeling van elk van de geleiders in te drukken en helemaal open te schuiven. 3. Plaats de briefkaartinvoer van HP in lade 3 en schuif de invoer naar rechts totdat deze op zijn plaats klikt.
NLWW 4. Plaats papier van 10 x 15 cm met de te bedrukken zijde omhoog in de lade. 5. Stel de geleiders voor de papierbreedte en -lengte in door de vergrendeling van elk van de geleiders in te drukken en helemaal dicht te schuiven. 6. Schuif de lade terug in het apparaat.
7. Op het bedieningspaneel wordt u gevraagd het papierformaat en de papiersoort in te stellen. Selecteer het papierformaat 10 x 15 cm. Verwijder de briefkaartinvoer van HP 1. Stel de geleiders voor de papierbreedte en -lengte in door de vergrendeling van elk van de geleiders in te drukken en helemaal open te schuiven. 2. Als u de briefkaartinvoer van HP wilt verwijderen, tilt u de lip op, schuift u de invoer naar het midden van de lade en tilt u de invoer op om die te verwijderen.
Laden configureren In de volgende situaties wordt u automatisch gevraagd de lade te configureren voor soort en formaat: ● Wanneer u papier in de lade plaatst ● wanneer u een bepaalde lade of een bepaald afdrukmateriaal opgeeft voor een afdruktaak, terwijl de instellingen van het printerstuurprogramma of een programma en de lade niet overeenkomen met de instellingen voor de afdruktaak.
Een lade configureren met behulp van het menu Papierverwerking U kunt de soort en het formaat voor de laden ook configureren zonder een prompt op het product. 1. Druk op de knop Menu . 2. Druk op de pijl omlaag om het menu PAPIERVERWERKING te markeren en druk op OK. 3. Druk op de pijl omlaag om de instelling van het formaat of de soort voor de gewenste lade te markeren. Druk vervolgens op OK. 4. Druk op de pijl omhoog of op de pijl omlaag om het formaat of de soort te markeren.
Het afdrukmateriaal op bron, soort of formaat selecteren Als u het besturingssysteem Microsoft Windows gebruikt en een taak wilt afdrukken, wordt door drie instellingen bepaald waar de printerdriver probeert afdrukmateriaal op te halen. De instellingen voor Bron, Soort en Formaat worden in de meeste programma's weergegeven in het dialoogvenster Paginainstelling, Afdrukken of Afdrukeigenschappen.
104 Hoofdstuk 6 Papier en afdrukmateriaal NLWW
7 NLWW Functies van het product gebruiken ● Energiezuinige instellingen ● Functies voor taakopslag gebruiken ● Zakelijke afbeeldingen of marketingmateriaal afdrukken ● Weerbestendige plattegronden en informatieborden afdrukken ● De uitlijning voor dubbelzijdig afdrukken instellen 105
Energiezuinige instellingen U kunt de energiezuinige instellingen aanpassen via het bedieningspaneel of via de geïntegreerde webserver (EWS). Inschakeltijd slaapstand Met de aanpasbare functie Sluimermodus wordt het stroomverbruik beperkt wanneer het apparaat langere tijd niet actief is geweest. U kunt instellen na hoeveel tijd het apparaat de sluimermodus inschakelt. De standaardinstelling is 15 MINUTEN. OPMERKING: Wanneer de sluimermodus is ingeschakeld, wordt de display van het product gedimd.
U kunt de ontwaaktijd als volgt instellen of wijzigen: De klok instellen Via de ingebouwde klok kunt u de datum en tijd instellen. De datum- en tijdsgegevens worden toegevoegd aan opgeslagen afdruktaken. Hierdoor kunt u de meest recente versie van opgeslagen afdruktaken vinden. De ingebouwde klok instellen De datum instellen De datumnotatie instellen De tijd instellen De tijdnotatie instellen NLWW 1. Druk op de knop Menu 2. Druk op de pijl omlaag en druk op OK.
4. Druk op de pijl omlaag om het menu DATUM/TIJD te markeren en druk op OK. 5. Druk op de pijl omlaag OK. om het menu TIJDSINDELING te markeren en druk op 6. Druk op de pijl omhoog of pijl omlaag vervolgens op OK. / om de tijdsnotatie te selecteren en druk De wektijd instellen 1. Druk op de knop Menu . 2. Druk op de pijl omlaag OK. om het menu APPARAAT CONFIGUREREN te markeren en druk op 3. Druk op de pijl omlaag om het menu SYSTEEMINSTELLINGEN te markeren en druk op OK. 4.
Functies voor taakopslag gebruiken De volgende taakopslagfuncties zijn voor afdruktaken beschikbaar: ● Controleren en vasthouden-taken: Deze functie is een snelle en eenvoudige methode om één exemplaar van een taak af te drukken en te proeflezen en vervolgens de overige exemplaren af te drukken. ● Persoonlijke taken: als u een privétaak naar het apparaat stuurt, wordt de taak niet afgedrukt tot u de vereiste pincode op het bedieningspaneel invoert.
5. Druk op OK om de optie AFDR. of AFDR. EN VERW. te selecteren. 6. Als er een pincode nodig is voor de taak, drukt u op de pijl omhoog in te voeren. Druk daarna op OK. OPMERKING: Als u de pijl omhoog na ieder cijfer op OK. of omlaag of omlaag om de pincode gebruikt om de pincode in te voeren, drukt u 7. Druk op OK om de optie AANTAL KOPIEËN te selecteren. 8.
Zakelijke afbeeldingen of marketingmateriaal afdrukken Met dit apparaat kunt u op glanzend papier marketing- en verkoopmateriaal en andere kleurendocumenten afdrukken. Om dergelijke documenten met optimale kwaliteit af te drukken, doet u het volgende: ● Selecteer het juiste papier. Zie de volgende tabel. ● Stel de papierlade juist in. Zie De papierlade configureren op pagina 111. ● Selecteer de juiste instellingen in de printdriver. Zie De driverinstellingen configureren op pagina 112.
3. Als het juiste formaat wordt weergegeven, drukt u op OK om het formaat te accepteren. Als u een ander papierformaat wilt selecteren, drukt u op de pijl omhoog of op de pijl omlaag . 4. Als u wordt gevraagd de papiersoort op te geven, drukt u op de pijl omhoog of op de pijl omlaag om de juiste papiersoort te markeren. Druk vervolgens op OK om de soort te selecteren. De driverinstellingen configureren Voer de volgende stappen uit om vanuit uw grafische software op glanzend papier af te drukken. 1.
Weerbestendige plattegronden en informatieborden afdrukken Met de HP Color LaserJet CP3525-serie kunt u duurzame, waterbestendige plattegronden, informatieborden en menukaarten afdrukken op HP Stevig papier. HP Stevig papier is een waterbestendige en sterke papiersoort met satijnglanscoating waarop afgedrukte kleuren zelfs bij intensief gebruik en zware weersomstandigheden rijk, levendig en helder blijven. Hiermee behoort het dure en tijdrovende lamineren tot de verleden tijd.
De uitlijning voor dubbelzijdig afdrukken instellen Voordat u dubbelzijdige documenten zoals brochures gaat afdrukken, moet u de kalibratie van de lade instellen om ervoor te zorgen dat de voor- en achterkant van de pagina worden uitgelijnd. 1. Druk op de knop Menu . 2. Druk op de pijl omlaag OK. om het menu APPARAAT CONFIGUREREN te markeren en druk op 3. Druk op de pijl omlaag om het menu AFDRUKKWALITEIT te markeren en druk op OK. 4.
8 NLWW Afdruktaken ● Afdruktaak annuleren ● Functies van de Windows-printerdriver gebruiken 115
Afdruktaak annuleren U kunt een afdrukverzoek stoppen met het bedieningspaneel of met het softwareprogramma. Raadpleeg de online Help bij de specifieke netwerksoftware voor instructies over hoe u een afdrukverzoek van een computer op een netwerk stopt. OPMERKING: Nadat een afdruktaak is geannuleerd, kan het even duren voordat alle afdrukgegevens uit het geheugen zijn verwijderd. De huidige afdruktaak afbreken via het bedieningspaneel 1. Druk op de stopknop 2. Druk op de pijl omlaag OK.
Functies van de Windows-printerdriver gebruiken De printerdriver openen Taak Stappen De printerdriver openen Klik in het menu Bestand van het softwareprogramma op Afdrukken. Selecteer de printer en klik vervolgens op Eigenschappen of Voorkeuren. Hulp krijgen bij een afdrukoptie Klik op ? in the rechterbovenhoek van de printerdriver en klik vervolgens op een willekeurig item in de printerdriver. Er wordt een pop-upbericht weergegeven, met daarin informatie over het desbetreffende item.
Taak Stappen Een papierbron selecteren Selecteer in de vervolgkeuzelijst Papierbron een lade. Een papiersoort selecteren Klik in de vervolgkeuzelijst Papiersoort op Meer.... Vouw de opties uit bij Type is:. Vouw de categorie met papiersoorten uit die het best overeenkomt met het papier en klik vervolgens op de papiersoort die u gebruikt. Omslagbladen op ander papier afdrukken a) In het gedeelte Speciale pagina's klikt u op Omslagbladen of Pagina's op ander papier afdrukken.
Taak Stappen Handmatig dubbelzijdig afdrukken (duplex) 1. Plaats het papier met de te bedrukken zijde omlaag in lade 1 of met de te bedrukken zijde omhoog in lade 2. 2. Schakel in de printerdriver het selectievakje Dubbelzijdig afdrukken (handmatig) in. Als u het document aan de bovenzijde wilt binden, schakelt u het selectievakje Pagina's naar boven omslaan in. 3. Klik op OK om de eerste zijde van de taak af te drukken. 4.
Opties voor taakopslag instellen Voor het uitvoeren van de volgende taken opent u de printerdriver en klikt u op het tabblad Taakopslag. OPMERKING: Zie Taken opslaan op pagina 67 en Opties voor taakopslag instellen op pagina 120 voor meer informatie over het instellen van de taakopslagfunctie. Taak Stappen Eén exemplaar ter controle afdrukken voordat u meerdere exemplaren afdrukt Klik in het gedeelte Modus taakopslag op Controleren en vasthouden. Het product drukt alleen het eerste exemplaar af.
Taak Stappen Afdrukken in kleur uitschakelen en alleen grijstinten gebruiken In het gedeelte Kleurenopties klikt u op Afdrukken in grijstinten. De manier wijzigen waarop kleuren worden weergegeven In het gedeelte Kleurthema's selecteert u in de vervolgkeuzelijst een optie. Zie Kleurbeheer op pagina 124 voor informatie over elk van de opties. Ondersteuning en informatie over de productstatus verkrijgen Voor het uitvoeren van de volgende taken opent u de printerdriver en klikt u op het tabblad Services.
122 Hoofdstuk 8 Afdruktaken NLWW
9 NLWW Kleur gebruiken ● Kleurbeheer ● Kleuren afstemmen ● Geavanceerd kleurgebruik 123
Kleurbeheer Kleur beheren door de instellingen in het tabblad Kleur in de printerdriver te wijzigen. Automatisch Wanneer u de kleuropties op Automatisch instelt, krijgt u over het algemeen de beste afdrukkwaliteit voor documenten in kleur. Met de kleuraanpassingsoptie Automatisch kunt u neutrale grijstinten, halftonen en randverbeteringen in de verschillende elementen van een document optimaliseren. Meer informatie vindt u in de Help van de printerdriver. OPMERKING: De standaardinstelling is Automatisch.
Kleur handmatig aanpassen Met de kleuraanpassingsoptie Handmatig kunt u zelf neutrale grijstinten, halftonen en randverbeteringen voor tekst, illustraties en foto’s aanpassen. Als u via het tabblad Kleur naar de handmatige kleuropties wilt gaan, selecteert u Handmatig en vervolgens Instellingen. Handmatige kleuropties Met de handmatige kleuraanpassingsopties kunt u zelf de opties Neutrale grijstinten, Halftonen en Scherpteregeling voor tekst, illustraties en foto’s aanpassen.
Beschrijving instelling Opties instelling RGB-kleur ● Bij Standaard (sRGB) krijgt het product opdracht RGB-kleuren te interpreteren als sRGB. De sRGB-standaard is de door Microsoft en het World Wide Web Consortium (http://www.w3.org) geaccepteerde standaard. ● Met Foto (sRGB) wordt RGB-kleur geïnterpreteerd alsof die met een digitaal minilab wordt afgedrukt als foto. Daarbij worden diepere, meer verzadigde kleuren afgedrukt, anders dan bij de modus Standaard (sRGB).
Kleuren afstemmen Het afstemmen van de afdrukkleuren op de kleuren op het computerbeeldscherm is een heel ingewikkeld proces, omdat voor het produceren van kleuren op printers en computermonitoren verschillende methoden worden gebruikt. Monitoren geven kleuren weer door middel van lichtpixels met gebruikmaking van een RGB-kleurenproces (rood, groen, blauw); printers drukken kleuren af met gebruikmaking van een CMYK-proces (cyaan, magenta, geel en zwart).
Kleurvoorbeelden afdrukken Als u kleurstalen gebruikt, moet u de kleurstaal selecteren die het best overeenstemt met de gewenste kleur. Gebruik de kleurwaarde van het voorbeeld in het softwareprogramma om het object te beschrijven dat u wilt aanpassen. Kleuren kunnen verschillen afhankelijk van de papiersoort en het gebruikte programma. Zie www.hp.com/support/cljcp3525 voor meer informatie over het gebruik van de kleurvoorbeelden.
Geavanceerd kleurgebruik Het product beschikt over automatische kleurfuncties met uitstekende kleurresultaten. Er zijn zorgvuldig ontworpen en geteste kleurtabellen voor een natuurgetrouwe weergave van alle afdrukbare kleuren. Het product beschikt tevens over geavanceerde hulpmiddelen voor de ervaren professional.
sRGB (standard Red-Green-Blue) sRGB (standard Red-Green-Blue) is een wereldwijde kleurstandaard die oorspronkelijk is ontwikkeld door HP en Microsoft als gemeenschappelijk kleursysteem voor beeldschermen, invoerapparaten (scanners, digitale camera's) en uitvoerapparaten (printers, plotters). sRGB is de standaardkleurruimte die wordt gebruikt voor HP-producten, besturingssystemen van Microsoft, het web en de meeste kantoorsoftware die tegenwoordig wordt verkocht.
10 Het product beheren en onderhouden NLWW ● Informatiepagina's ● HP Easy Printer Care ● Geïntegreerde webserver ● HP Web Jetadmin-software gebruiken ● Beveiligingsfuncties ● Benodigdheden beheren ● Benodigdheden vervangen ● Het apparaat reinigen ● De firmware upgraden 131
Informatiepagina's U kunt informatiepagina's afdrukken met gegevens over het product en de huidige configuratie. Voer de volgende stappen uit om de informatiepagina's af te drukken. 1. Druk op de knop Menu . 2. Druk op de pijl omlaag om het menu INFORMATIE te markeren en druk op OK. 3. Druk op de pijl omlaag af te drukken. om de gewenste informatie te markeren en druk vervolgens op OK om Zie Menu Informatie op pagina 19 voor meer informatie over de beschikbare informatiepagina's.
HP Easy Printer Care De HP Easy Printer Care-software openen Open de HP Easy Printer Care-software op een van de volgende manieren: ● Selecteer in het menu Start achtereenvolgens Programma's, Hewlett-Packard en HP Easy Printer Care. Klik vervolgens op HP Easy Printer Care starten. ● Dubbelklik in het systeemvak van Windows (in de rechterbenedenhoek van het bureaublad) op het pictogram van HP Easy Printer Care. ● Dubbelklik op het pictogram op het bureaublad.
Gebied Opties Tabblad Ondersteuning ● Gebied Apparaatstatus: in dit gedeelte vindt u informatie omtrent apparaatidentificatie en de apparaatstatus. Hier worden condities weergegeven voor apparaatmeldingen, bijvoorbeeld wanneer een printcartridge het einde van de geschatte levensduur heeft bereikt. Nadat u een probleem met het apparaat hebt verholpen, klikt u op de knop Vernieuwen ( ) in de rechterbovenhoek van het scherm om de status bij te werken.
Gebied Opties Koppeling Waarschuwingsinstellingen Klik op Waarschuwingsinstellingen om het venster Waarschuwingsinstellingen te openen, waarin u voor elk product waarschuwingen kunt instellen. OPMERKING: Dit item is beschikbaar vanuit de tabbladen Overzicht en Ondersteuning. ● Waarschuwingen aan of uit: Activeert of deactiveert de waarschuwingsfunctie.
Geïntegreerde webserver Met de geïntegreerde webserver kunt u de status van het product bekijken, de netwerkinstellingen voor het product configureren en de afdrukfuncties via uw computer beheren in plaats van via het bedieningspaneel van het product.
Gebieden van de geïntegreerde webserver Tabblad of gebied Opties Tabblad Informatie ● Apparaatstatus: hiermee geeft u de status van het apparaar weer en de geschatte resterende levensduur van benodigdheden van HP. Op deze pagina worden ook de soort en het formaat weergegeven van het printerpapier dat voor elke lade is ingesteld. Als u de standaardinstellingen wilt wijzigen, klikt u op Instellingen wijzigen. ● Configuratiepagina: Geeft informatie van de configuratiepagina weer.
Tabblad of gebied Opties ● Overige koppelingen bewerken: hiermee kunt u een snelkoppeling naar een andere website toevoegen of aanpassen. Deze koppeling wordt weergegeven in het gebied Overige koppelingen op alle pagina's van de geïntegreerde webserver. ● Apparaatgegevens: hiermee kunt u de aparaatnaam opgeven en een activanummer aan het apparaat toewijzen. Voer de naam en het e-mailadres in van de primaire contactpersoon aan wie de informatie over het apparaat wordt verzonden.
HP Web Jetadmin-software gebruiken HP Web Jetadmin is een op het web gebaseerde software-oplossing voor het op afstand installeren en bewaken van op het netwerk aangesloten randapparatuur en voor het oplossen van problemen daarmee. Het beheer is proactief zodat netwerkbeheerders de mogelijkheid hebben problemen op te lossen voordat de gebruiker daarmee wordt geconfronteerd. Download deze uitgebreide beheersoftware gratis van www.hp.com/go/webjetadmin.
Beveiligingsfuncties De geïntegreerde webserver beveiligen U kunt een wachtwoord voor de geïntegreerde webserver toewijzen, zodat onbevoegde gebruikers de productinstellingen niet kunnen wijzigen. 1. Open de geïntegreerde webserver. Zie Geïntegreerde webserver op pagina 136. 2. Klik op het tabblad Instellingen. 3. Klik links in het venster op het menu Beveiliging. 4. Klik op de knop Instellingen voor apparaatbeveiliging. 5.
RAM-schijf (als een dergelijke schijf wordt gebruikt). Deze functie heeft geen invloed op gegevens die zijn opgeslagen op de flash-gebaseerde RAM voor het opstarten van het systeem. Door het wijzigen van de modus Schijf beveiligd wissen worden geen eerdere gegevens op de schijf overschreven. Ook wordt niet onmiddellijk een volledige schijfreiniging uitgevoerd.
De behuizing van de formatter vergrendelen De behuizing van de formatter, aan de achterzijde van het apparaat, beschikt over een sleuf waaraan u een beveiligingskabel kunt vastmaken. Vergrendel de behuizing van de formatter om te voorkomen dat iemand waardevolle componenten uit de formatter verwijdert.
Benodigdheden beheren Gebruik voor het beste afdrukresultaat originele HP printcartridges. Opslag van printcartridges Verwijder de printcartridge pas uit de verpakking wanneer u klaar bent om deze te gaan gebruiken. VOORZICHTIG: Stel de printcartridge niet langer dan enkele minuten bloot aan licht om te voorkomen dat de cartridge wordt beschadigd.
Benodigdheden vervangen U kunt het apparaat configureren om te stoppen wanneer het niveau van de benodigdheden het geschatte einde van de levensduur bereikt. Het kan echter voorkomen dat met het onderdeel nog steeds een acceptabele afdrukkwaliteit kan worden bereikt. Om door te gaan met afdrukken, vervangt u het onderdeel of configureert u de printer opnieuw met het menu VERVANG BENODIGDHEDEN op het bedieningspaneel.
Printcartridges vervangen Wanneer een printcartridge het einde van de geschatte levensduur nadert, wordt op het bedieningspaneel een bericht weergegeven met de aanbeveling een nieuwe printcartridge te bestellen. U kunt het apparaat blijven gebruiken totdat op het bedieningspaneel het bericht verschijnt dat de cartridge moet worden vervangen, tenzij u met het menu VERVANG BENODIGDHEDEN de optie hebt geselecteerd om het bericht te negeren.
2. Trek de gebruikte printcartridge aan de greep uit het product. 3. Plaats de gebruikte printcartridge in een beschermende zak. Op de verpakking van de printcartridge vindt u informatie over recycling van gebruikte cartridges. 4. Haal de nieuwe printcartridge uit de verpakking. OPMERKING: Zorg ervoor dat u het geheugenplaatje op de printcartridge niet beschadigd.
5. Pak beide uiteinden van de printcartridge vast en verspreid de toner door de printcartridge voorzichtig heen en weer te schudden. 6. Verwijder het oranje beschermkapje van de printcartridge. VOORZICHTIG: Vermijd langdurige blootstelling aan licht. VOORZICHTIG: Raak de groene roller niet aan. Hierdoor kunt u de cartridge beschadigen. 7. NLWW Plaats de printcartridge op één lijn met de sleuf en schuif de cartridge in het product totdat u een klik hoort.
8. Sluit de voorklep. De tonerafvaleenheid vervangen Vervang de tonerafvaleenheid wanneer daarvoor een bericht op het bedieningspaneel wordt weergegeven. OPMERKING: De tonerafvaleenheid is ontworpen voor eenmalig gebruik. Probeer niet de tonerafvaleenheid te legen en opnieuw te gebruiken. Doet u dit toch, dan kan toner worden gemorst binnenin het apparaat, wat een verminderde afdrukkwaliteit tot gevolg kan hebben.
NLWW 2. Pak het blauwe etiket aan de bovenkant van de tonerafvaleenheid vast en verwijder de eenheid uit het apparaat. 3. Plaats de meegeleverde blauwe dop over de blauwe opening aan de bovenkant van de eenheid. 4. Haal de nieuwe tonerafvaleenheid uit de verpakking.
5. Plaats de nieuwe eenheid met de onderkant eerst in het apparaat en duw vervolgens tegen de bovenkant van de eenheid totdat deze op zijn plaats klikt. 6. Sluit de voorklep. OPMERKING: Als de tonerafvaleenheid niet goed wordt geïnstalleerd, kan de voorklep niet volledig worden gesloten. Als u de tonerafvaleenheid wilt recyclen, volgt u de instructies bij de nieuwe tonerafvaleenheid.
DDR-geheugen DIMM's installeren 1. Zet het product uit. 2. Verwijder alle netsnoeren en interfacekabels. OPMERKING: 3. NLWW Deze illustratie toont mogelijk niet alle kabels. Zoek de duimschroeven op de formatter-kaart aan de achterzijde van het apparaat.
4. Maak de duimschroeven los en trek de formatter-kaart vervolgens uit het apparaat. Plaats de formatter-kaart op een schone, vlakke ondergrond. 5. Om een DIMM te vervangen, schuift u de hendels aan weerszijden van de DIMM-sleuf opzij, en vervolgens trekt u de DIMM schuin omhoog uit de sleuf.
8. Druk de DIMM omlaag totdat de DIMM vastklikt in de twee vergrendelingen.
Geheugen inschakelen voor Windows 1. Windows XP, Windows Server 2003 en Windows Server 2008 (te beginnen vanuit de standaardweergave van het menu Start): klik op Start, Instellingen en vervolgens op Printers en faxapparaten. -ofWindows XP, Windows Server 2003 en Windows Server 2008 (te beginnen vanuit de klassieke weergave van het menu Start): klik op Start, Instellingen en vervolgens op Printers.
NLWW 2. Verwijder alle netsnoeren en interfacekabels. 3. Verwijder de twee schroeven waarmee het afdekplaatje van de EIO-sleuf is vastgezet en verwijder het afdekplaatje. Deze schroeven en het klepje hebt u niet meer nodig. Ze kunnen worden weggegooid. 4. Steek de HP Jetdirect-printserverkaart stevig in de EIO-sleuf.
5. Breng de bij de printserver geleverde schroeven aan en draai ze vast. 6. Sluit het netsnoer en de resterende interfacekabels opnieuw aan en zet het product aan. 7. Druk een configuratiepagina af. Als het goed is, wordt ook een HP Jetdirect-configuratiepagina afgedrukt met informatie over de netwerkconfiguratie en de status. Als deze pagina niet wordt afgedrukt, zit de afdrukserverkaart mogelijk niet goed in de sleuf.
Het apparaat reinigen Na verloop van tijd verzamelen zich in het product toner- en papierdeeltjes. Dit kan problemen tijdens het afdrukken veroorzaken. Door het product te reinigen kunt u deze problemen verminderen of voorkomen. Maak, wanneer u de inktpatroon vervangt of wanneer zich problemen met afdrukken voordoen, de gedeelten rond de papierbaan en de inktpatroon schoon. Houd het apparaat zo goed mogelijk vrij van stof en vuil.
De firmware upgraden Dit apparaat beschikt over een RFU-functie (Remote Firmware Update). Met onderstaande informatie kunt u de firmware van het apparaat upgraden. De huidige versie van de firmware bepalen 1. Druk op de knop Menu . 2. Druk op de pijl omlaag om het menu INFORMATIE te markeren en druk op OK. 3. Druk op de pijl omlaag om de optie CONFIGURATIE AFDRUKKEN te markeren en druk vervolgens op OK om af te drukken.
Gebruik het uitvoerbare flash-bestand om de firmware bij te werken Dit apparaat is uitgerust met flash-geheugen, dus u kunt het uitvoerbare flash-bestand met de firmware (.EXE-bestand) gebruiken om de firmware bij te werken. Download het bestand van www.hp.com/go/ cljcp3525_firmware. OPMERKING: Als u deze methode wilt gebruiken, sluit u het apparaat met een USB-kabel rechtstreeks aan op de computer en installeert u de printerdriver voor dit apparaat op de computer. 1.
Een upgrade uitvoeren op de firmware in een netwerkverbinding met FTP 1. Noteer het IP-adres op de pagina HP Jetdirect. De pagina HP Jetdirect is de tweede pagina die wordt afgedrukt als u de configuratiepagina afdrukt. OPMERKING: Controleer voordat u een upgrade uitvoert voor de firmware of het apparaat zich niet in de sluimermodus bevindt. Controleer ook dat alle foutberichten van de display van het bedieningspaneel zijn gewist. 2.
Een upgrade uitvoeren via Windows-opdrachten Volg de onderstaande instructies om de firmware bij te werken met een netwerkverbinding. 1. Klik op Start, klik op Uitvoeren, en typ vervolgens cmd om het opdrachtvenster te openen. 2. Typ het volgende: copy /B \\COMPUTERNAAM>\SHARENAAM> . Hierin is de naam van het .RFU-bestand (inclusief het pad), is de naam van de computer via welke het apparaat wordt gedeeld, en is de sharenaam van het apparaat.
9. In HP Web Jetadmin keert u terug naar het hoofdoverzicht van apparatuur en kiest u opnieuw de digitale zender. 10. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Apparaathulpmiddelen opnieuw de optie Jetdirect-firmware bijwerken. 11. Op de HP Jetdirect-firmwarepagina vindt u de nieuwe firmwareversie onder de kop Jetdirectfirmware beschikbaar op HP Web Jetadmin. Klik op de knop Firmware nu bijwerken om de Jetdirect-firmware bij te werken.
11 Problemen oplossen NLWW ● Algemene problemen oplossen ● Fabrieksinstellingen herstellen ● Soorten berichten op het bedieningspaneel ● Berichten op het bedieningspaneel ● Storingen ● Problemen met de papierverwerking ● Verklaring van de lampjes op de formatteereenheid ● Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen ● Prestatieproblemen oplossen ● Verbindingsproblemen oplossen ● Problemen met de productsoftware ● Algemene Windows-problemen oplossen ● Enkele veel voorkomende problemen
Algemene problemen oplossen Als het apparaat niet op de juiste wijze reageert, loopt u de punten in de volgende controlelijst een voor een na. Als het apparaat ergens niet verder wil, gaat u te werk volgens de suggesties voor probleemoplossing. Als het probleem na een bepaalde stap is opgelost, hoeft u de resterende stappen in de controlelijst niet meer uit te voeren. Controlelijst probleemoplossing 1. 2. Controleer of het Klaar-lampje op het apparaat brandt.
-ofMac OS X: Open Afdrukbeheer (of Printerconfiguratie) en dubbelklik op de regel voor de printer. 8. Controleer of de printerdriver voor dit apparaat is geïnstalleerd. Controleer het programma om te kijken of de printerdriver voor dit apparaat wordt gebruikt. 9. Druk een kort document af via een ander programma dat een vorige keer goed is afgedrukt. Als deze oplossing werkt, ligt het probleem bij het gebruikte programma.
Fabrieksinstellingen herstellen U kunt de fabrieksinstellingen herstellen vanuit het menu HERSTELLEN. 1. Druk op de knop Menu . 2. Druk op de pijl omlaag OK. om het menu APPARAAT CONFIGUREREN te markeren en druk op 3. Druk op de pijl omlaag om het menu HERSTELLEN te markeren en druk op OK. 4. Druk op de pijl omlaag om de optie FABRIEKSINSTELLINGEN HERSTELLEN te markeren. Druk vervolgens op OK om de oorspronkelijke fabrieksinstellingen van het apparaat te herstellen.
Soorten berichten op het bedieningspaneel Er zijn vier soorten berichten op het bedieningspaneel die de status van, of problemen met het apparaat kunnen aangeven. Soort bericht Omschrijving Statusberichten Statusberichten geven de huidige status van het apparaat weer. Deze berichten informeren u over de normale werking van het apparaat; u hoeft niets te doen om het bericht van het display te verwijderen. De berichten veranderen wanneer de status van het apparaat verandert.
Berichten op het bedieningspaneel Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie Afdrukken Het apparaat drukt een interne pagina af. Wanneer de pagina is voltooid, keert het apparaat terug naar de onlinestatus Gereed. Er is geen handeling vereist. 10.32.00 ONRECHTMATIG ONDERDEEL IN GEBRUIK In het apparaat wordt een onderdeel gebruikt dat niet van HP is.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie Om deze storing voortaan te voorkomen, stelt u de modus voor afdrukoptimalisatie LICHTE MEDIA in op AAN. Zie Menu Afdrukkwaliteit op pagina 23. 13.XX.YY STORING ACHTER RECHTERKLEP Er is een storing opgetreden in het duplex- en Zie Storingen verhelpen in de rechterklep op pagina 190 voor instructies voor het invoergebied in de rechterklep. oplossen van de storing. 13.XX.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie 22 GEÏNTEGREERDE I/OBUFFEROVERFLOW Er zijn te veel gegevens verzonden naar de geïntegreerde HP Jetdirect-afdrukserver. Druk op OK om de verzonden gegevens af te drukken. (Sommige gegevens kunnen verloren gaan.) Druk op OK om door te gaan Controleer de hostconfiguratie. Neem contact op met een erkende service- of ondersteuningsleverancier van HP als dit bericht blijft verschijnen.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Schakel de printer uit en weer in om door te gaan 50.X FUSERFOUT Aanbevolen actie softwaretoepassing, een nietapparaatspecifieke printerdriver, een USB- of netwerkkabel van slechte kwaliteit, een slechte netwerkverbinding of een onjuiste configuratie, ongeldige firmwarebewerkingen of niet-ondersteunde accessoires. Er is een fout in de fuser opgetreden. 1. Schakel het apparaat uit en weer in. 2.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie Het product moet worden uitgeschakeld en vervolgens weer worden ingeschakeld. Schakel het product uit en weer in. Schakel de printer uit en weer in om door te gaan 54.XX FOUT Schakel de printer uit en weer in om door te gaan 55.XX.YY DC-CONTROLLERFOUT Als dit bericht blijft verschijnen, neemt u contact op met de ondersteuning van HP via www.hp.com/support/cljcp3525.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie X-waarden 62 GEEN SYSTEEM ● 2 = lade 2 ● 3 = lade 3 Het apparaat heeft een intern probleem. Schakel het apparaat uit en weer in. Schakel de printer uit en weer in om door te gaan 66.XY.ZZ SERVICEFOUT Neem contact op met een erkend service- of ondersteuningspunt van HP als dit bericht blijft verschijnen. (Zie de brochure van HP Support of ga naar www.hp.com/support/ cljcp3525.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie HP Support of ga naar www.hp.com/support/ cljcp3525.) 79.XXXX FOUT Er is een interne apparaatfout opgetreden. Schakel de printer uit en weer in om door te gaan Schakel het apparaat uit en weer in. Als deze fout zich blijft voordoen, neem dan contact op met HP Support. Zie Klantondersteuning op pagina 232. 8X.YYYY EIO-FOUT Dit bericht wordt uitsluitend in het Engels weergegeven.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie Bezig met annuleren... De huidige taak wordt geannuleerd. Er is geen handeling vereist. Bezig met initialiseren Het apparaat wordt opgestart. Er is geen handeling vereist. Wacht tot het bericht Klaar wordt weergegeven op het display. BEZIG MET OPWARMEN De sluimermodus van het apparaat wordt uitgeschakeld. Er is geen handeling vereist. BEZIG MET REINIGEN...
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie DOOR HP GECODEERD STATION UITGESCHAK. Het station is gecodeerd voor een ander apparaat. Verwijder het station of raadpleeg de geïntegreerde webserver voor meer informatie. DUBBELZIJDIGE AFDRUKTAAK WORDT VERWERKT Tijdens het afdrukken van een duplextaak wordt het papier tijdelijk in de papierbak geplaatst. Laat het papier in de bak liggen tot de taak is voltooid.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie FOUT USB-OPSLAGAPPARAAT Er is een storing opgetreden in het opgegeven apparaat. Druk op OK om te wissen. Gebeurtenislogboek leeg Geen apparaatgebeurtenissen in het logboek. Er is geen handeling vereist. GEBEURTENISLOGBOEK WISSEN Dit bericht wordt weergegeven tijdens het wissen van het gebeurtenislogboek. Wanneer het gebeurtenislogboek is gewist, worden de menu's gesloten.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie INCOMPATIBELE CARTRIDGE De opgegeven kleurenprintcartridge is niet compatibel met dit apparaat. Vervang de cartridge door een exemplaar dat is ontworpen voor dit apparaat. INCOMPATIBELE FUSER De geïnstalleerde fuser is incompatibel. VOORZICHTIG: Tijdens het gebruik van het product kan de fuser heet worden. Wacht totdat de fuser is afgekoeld voordat u deze aanraakt. 1.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie Klaar Het apparaat is online en gereed om gegevens te ontvangen. Op het bedieningspaneel worden geen statusberichten weergegeven. Er is geen handeling vereist. Klaar Het product is online en gereed. Er is geen handeling vereist. Dit bericht geeft aan welke papiersoort en welk papierformaat voor de lade is geconfigureerd. Druk op OK om het formaat of de soort te wijzigen.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie onder de garantie. HP kan de juistheid of de beschikbaarheid van bepaalde functies niet garanderen. ONDERDEEL IN GEBRUIK DAT NIET VAN HP IS Er is een onderdeel in gebruik dat niet van HP is. Het gebruik van een onderdeel van een ander merk is door een gebruiker toegestaan toen het onderdeel van HP werd vervangen.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Niet uitschakelen opgeslagen en worden in het RAM-geheugen geladen wanneer het product wordt ingeschakeld. Het nummer XX is een volgnummer dat aangeeft dat het huidige programma wordt geladen. RAM-SCHIJF IS BEVEILIGD TEGEN SCHRIJVEN Er kunnen geen nieuwe bestanden naar het Druk op OK om te wissen. DIMM-geheugen worden geschreven, omdat het apparaat met het schijfsysteem beveiligd is.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie SOLENOÏDE EN MOTOR WORDEN VERPLAATST De solenoïde en een motor worden verplaatst als onderdeel van een componententest. Er is geen handeling vereist. De solenoïde wordt verplaatst als onderdeel van een componententest. Er is geen handeling vereist. De opgegeven lade bevat een andere papiersoort dan is geconfigureerd. De opgegeven lade wordt pas gebruikt wanneer dit probleem is verholpen.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie Wanneer dit gebeurt, wordt de ACC-poort uitgeschakeld en het afdrukken onderbroken. USB-opslag initialiseren Een van de parameters van het USBopslagapparaat wordt geïnitialiseerd. Er is geen handeling vereist. USB-OPSLAG VERWIJDERD Er is een USB-opslagaccessoire verwijderd. 1. Schakel het product uit. 2. Sluit het USB-opslagaccessoire opnieuw aan. 3. Schakel het product in. 1.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht VERVANG BENODIGDHEDEN - gebruik alleen zwart Omschrijving Aanbevolen actie een vervangend exemplaar beschikbaar is voor installatie wanneer de afdrukkwaliteit niet langer acceptabel is. Het onderdeel hoeft op dat moment nog niet te worden vervangen, tenzij de afdrukkwaliteit niet langer acceptabel is.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht VERVANG FUSERKIT VERVANG FUSERKIT Druk op OK om door te gaan Omschrijving Aanbevolen actie levensduur heeft bereikt. De werkelijke resterende levensduur kan afwijken van de schatting. Zorg ervoor dat een vervangend exemplaar beschikbaar is voor installatie wanneer de afdrukkwaliteit niet langer acceptabel is. Het onderdeel hoeft op dat moment nog niet te worden vervangen, tenzij de afdrukkwaliteit niet langer acceptabel is.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Aanbevolen actie Deze optie wordt afgeraden omdat het risico bestaat dat de tonerafvaleenheid overloopt, waardoor het apparaat mogelijk een onderhoudsbeurt nodig heeft. VERVANG TONERAFVALEENHEID De tonerafvaleenheid nadert de geschatte capaciteit. Druk op OK om door te gaan Bestel nu een nieuwe tonerafvaleenheid. Druk op OK om verder te gaan met afdrukken.
Tabel 11-1 Berichten op het bedieningspaneel (vervolg) Bedieningspaneelbericht Omschrijving Druk op OK om een andere lade te gebruiken waarvoor de briefkaartinvoer van HP in lade 3 moet worden geplaatst. WACHTEN OP STIJGEN LADE Het papier in de opgegeven lade wordt omhoog getild, zodat het kan worden ingevoerd. WACHT TOT PRINTER OPNIEUW IS GEÏNITIALISEERD Dit bericht kan in verschillende situaties Er is geen handeling vereist.
Storingen Veelvoorkomende oorzaken van papierstoringen Het product is vastgelopen. Oorzaak Oplossing Het papier voldoet niet aan de specificaties. Gebruik alleen papier dat voldoet aan de specificaties van HP. Zie Ondersteunde formaten papier en afdrukmateriaal op pagina 79. Er is een component onjuist geïnstalleerd. Controleer of de transportriem en de overdrachtsrol correct zijn geplaatst. Het papier is eerder in een printer of kopieerapparaat gebruikt.
Als het product blijft vastlopen, neemt u contact op met HP Klantenondersteuning of een erkend HP servicepunt. Storingslocaties In deze afbeelding ziet u waar papierstoringen zich kunnen voordoen. Bovendien verschijnen op het bedieningspaneel aanwijzingen aan de hand waarvan u het vastgelopen papier kunt vinden en verwijderen. OPMERKING: Gebieden in het product die moeten worden geopend om vastgelopen papier te verwijderen, zijn voorzien van groene handgrepen of groene etiketten.
Soort storing Procedure 13.XX.YY STORING IN FUSERGEDEELTE 13.XX.YY FUSERSTORING 13.XX.YY STORING IN BOV. UITVOERBAK Zie Storingen verhelpen in het uitvoerbakgebied op pagina 194. 13.XX.YY STORING IN LADE 1 Zie storingen verhelpen in lade 1 op pagina 195. 13.XX.YY STORING IN LADE 2 Zie Storingen verhelpen in lade 2 op pagina 196. 13.XX.YY Storing in lade 3 Zie Storingen verhelpen in de optionele lade voor 500 vel en zwaar afdrukmateriaal (lade 3) op pagina 197. 13.XX.
3. Als er papier is vastgelopen in de rechterklep, trekt u het papier langzaam naar buiten. 4. Til de papierinvoerklep aan de binnenzijde van de rechterklep omhoog. Als daar papier is vastgelopen, trekt u dit langzaam naar buiten. 5. Sluit de papierinvoerklep.
6. Trek het papier langzaam uit het oppakgedeelte. 7. Kijk of zich papier bevindt in het rollergedeelte van lade 2. Druk de twee witte hendels bij de bodem aan de rechterkant omhoog om de toegangsklep voor storingen te openen. Verwijder vastgelopen papier en sluit de klep. 8. Als er papier is vastgelopen onder in de fuser, trekt u het papier langzaam omlaag om het te verwijderen. VOORZICHTIG: Raak de rollers van de overdrachtsrol niet aan. Vuil kan de afdrukkwaliteit nadelig beïnvloeden. 9.
VOORZICHTIG: Tijdens het gebruik van het product kan de fuser heet worden. Wacht totdat de fuser is afgekoeld voordat u deze aanraakt. a. Pak de hendels van de fuser vast, til ze iets omhoog en trek de fuser recht uit het apparaat. b. Open de toegangsklep voor storingen. Als er papier in de fuser is vastgelopen, trekt u het papier langzaam omhoog om het te verwijderen. Als het papier scheurt, verwijdert u alle snippers.
10. Sluit de rechterklep. Storingen verhelpen in het uitvoerbakgebied TIP: Ga naar de volgende website om een animatie te bekijken van deze procedure: www.hp.com/ go/cljcp3525-output-jams. 1. Als in de uitvoerbak vastgelopen papier zichtbaar is, pakt u dit vast bij de voorste rand en verwijdert u het voorzichtig. 2. Als u vastgelopen papier in het duplexuitvoergebied ziet, trekt u het papier langzaam naar buiten.
storingen verhelpen in lade 1 TIP: Ga naar de volgende website om een animatie te bekijken van deze procedure: www.hp.com/ go/cljcp3525-tray1-jams. NLWW 1. Als in lade 1 vastgelopen papier zichtbaar is, verwijdert u dit door het papier voorzichtig recht uit het apparaat te trekken. Druk op OK om het bericht te verwijderen. 2. Als u het papier niet kunt verwijderen of als in lade 1 geen vastgelopen papier zichtbaar is, sluit u lade 1 en opent u de rechterklep. 3.
4. Trek het papier voorzichtig uit het oppakgedeelte. 5. Sluit de rechterklep. Storingen verhelpen in lade 2 VOORZICHTIG: Als u een lade opent wanneer papier is vastgelopen kan het papier scheuren en kunnen er stukjes papier achterblijven in de lade. Daardoor kan het papier opnieuw vastlopen. Hef storingen eerst op voordat u een lade opent. TIP: Ga naar de volgende website om een animatie te bekijken van deze procedure: www.hp.com/ go/cljcp3525-tray2-jams. 1.
2. Sluit de lade. Storingen verhelpen in de optionele lade voor 500 vel en zwaar afdrukmateriaal (lade 3) TIP: Ga naar de volgende website om een animatie te bekijken van deze procedure: www.hp.com/ go/cljcp3525-tray3-jams. NLWW 1. Open lade 3 en controleer of het papier correct is geplaatst. Verwijder vastgelopen of beschadigde vellen papier. 2. Sluit lade 3.
Storingen oplossen in de rechteronderklep (lade 3) TIP: Ga naar de volgende website om een animatie te bekijken van deze procedure: www.hp.com/ go/cljcp3525-lower-right-door-jams. 1. Open de onderste rechterklep. 2. Als vastgelopen papier zichtbaar is, trekt u dit voorzichtig omhoog of omlaag om het te verwijderen. 3. Sluit de onderste rechterklep.
Storingsherstel Dit product herstelt zich automatisch na papierstoringen. De vastgelopen pagina's worden automatisch opnieuw afgedrukt. De volgende opties zijn beschikbaar: ● AUTOMATISCH — Als er voldoende geheugen beschikbaar is, worden de vastgelopen pagina's opnieuw afgedrukt. Dit is de standaardinstelling. ● UIT — De vastgelopen pagina's worden niet opnieuw afgedrukt. Aangezien er geen geheugen wordt gebruikt voor het opslaan van de laatst afgedrukte pagina's, zijn de prestaties optimaal.
Problemen met de papierverwerking Gebruik uitsluitend papier dat voldoet aan de specificaties in de HP LaserJet Printer Family Print Media Guide. Configureer de papiersoort op het bedieningspaneel altijd zo dat het overeenkomt met de papiersoort die in de lade is geplaatst. Het product pakt meerdere vellen papier tegelijk Het product pakt meerdere vellen papier tegelijk Oorzaak Oplossing De invoerlade is te vol. Open de lade en controleer of het papier niet boven de maximale stapelhoogte uitkomt.
Het product pakt papier uit een verkeerde lade Het product pakt papier uit een verkeerde lade Oorzaak Oplossing U gebruikt een driver voor een ander product. Gebruik een driver die bestemd is voor dit product. De opgegeven lade is leeg. Plaats papier in de opgegeven lade. Het papierformaat is niet correct geconfigureerd voor de invoerlade. Druk een configuratiepagina af of gebruik het bedieningspaneel om na te gaan welk papierformaat is geconfigureerd voor welke lade.
Papier uit lade 2 of 3 wordt niet ingevoerd Oorzaak Oplossing De juiste papiersoort voor de invoerlade is niet geselecteerd op het bedieningspaneel. Selecteer op het bedieningspaneel de juiste papiersoort voor de invoerlade. Vastgelopen papier van een eerdere storing is niet geheel verwijderd. Open het product en verwijder al het papier uit de papierbaan. Kijk het fusergedeelte zorgvuldig na op vastgelopen afdrukmateriaal. Geen van de optionele laden wordt vermeld als beschikbare invoerlade.
Enveloppen lopen vast of worden niet ingevoerd in het product Enveloppen lopen vast of worden niet ingevoerd in het product Oorzaak Oplossing Enveloppen zijn in een ongeschikte lade geplaatst. Voor enveloppen mag alleen lade 1 gebruikt worden. Plaats de enveloppen in lade 1. De enveloppen zijn gekruld of beschadigd. Probeer andere enveloppen te gebruiken. Bewaar enveloppen in een geregelde omgeving. De enveloppen zijn dichtgeplakt omdat het vochtigheidsgehalte te hoog is.
Het product kan niet dubbelzijdig afdrukken of doet dit niet goed Het product kan niet dubbelzijdig (duplex) afdrukken of doet dit niet goed Oorzaak Oplossing U wilt dubbelzijdig afdrukken op papier dat daarvoor niet wordt ondersteund. Controleer of dubbelzijdig afdrukken wordt ondersteund op dit papier. Het printerstuurprogramma is niet ingesteld voor duplexafdrukken. Stel het printerstuurprogramma in om duplexafdrukken te activeren.
Verklaring van de lampjes op de formatteereenheid Drie lampjes op de formatter geven aan dat het product naar behoren functioneert. 1 2 1 HP Jetdirect-lampjes 2 Hartslaglampje HP Jetdirect-lampjes De geïntegreerde HP Jetdirect-printserver heeft twee lampjes. Het gele lampjes geeft netwerkactiviteit aan en het groene lampjes geeft de verbindingsstatus aan. Een knipperend geel lampjes geeft netwerkverkeer aan. Als het groene lampje uit is, is er een storing in de verbinding.
Als het hartslaglampje uit is, kan er sprake zijn van een probleem in de formatteereenheid. Neem contact op met een erkend service- of ondersteuningspunt van HP. Zie de ondersteuningsbrochure van HP of ga naar www.hp.com/go/cljcp3525_firmware.
Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen Wanneer u zich aan deze richtlijnen houdt, kunt u de meeste problemen met de afdrukkwaliteit voorkomen. ● Configureer de laden met de juiste instelling voor de papiersoort. Zie Laden configureren op pagina 101. ● Gebruik papier dat voldoet aan de papierspecificaties van HP. Zie Papier en afdrukmateriaal op pagina 77. ● Reinig de printer wanneer nodig. Zie Het apparaat reinigen op pagina 157. ● Gebruik originele benodigdheden van HP.
markering die zich bevindt naar de volgende plaats waar de onvolkomenheid voorkomt, geeft aan welk onderdeel moet worden vervangen.
Problemen met transparanten Transparanten kunnen dezelfde kwaliteitsproblemen te zien geven als elke andere papiersoort. Daarnaast doen zich mogelijk ook problemen voor die specifiek zijn voor transparanten. Omdat transparanten bovendien plooibaar zijn in het afdruktraject, laten de papierverwerkingscomponenten er gemakkelijk sporen op na. OPMERKING: Laat transparanten minstens 30 seconden afkoelen voordat u ze oppakt.
Het product kalibreren Door middel van kalibratie wordt de afdrukkwaliteit verbeterd. Als zich problemen voordoen met de afdrukkwaliteit, kalibreert u het product. 1. Druk op de knop Menu . 2. Druk op de pijl omlaag OK. om het menu APPARAAT CONFIGUREREN te markeren en druk op 3. Druk op de pijl omlaag om het menu AFDRUKKWALITEIT te markeren en druk op OK. 4. Druk op de pijl omlaag OK.
Prestatieproblemen oplossen Probleem Oorzaak Oplossing Er worden pagina's afgedrukt, maar deze zijn volledig leeg. Mogelijk bevat het document lege pagina's. Controleer of alle pagina's van het document dat u afdrukt informatie bevatten. Mogelijk is het product defect. Druk een configuratiepagina af om het product te controleren. Bij een zwaardere papiersoort kan het afdrukken trager verlopen. Kies een ander type papier voor uw afdrukken. Complexe pagina's worden vaak langzamer afgedrukt.
Verbindingsproblemen oplossen Problemen met rechtstreekse verbindingen oplossen Als u het apparaat rechtstreeks op een computer hebt aangesloten, controleert u eerst de kabel. ● Controleer of de kabel zowel op de computer als op de printer is aangesloten. ● Controleer of de kabel niet langer is dan 2 meter. Vervang de kabel indien nodig. ● Controleer of de kabel goed werkt door de kabel aan te sluiten op een ander apparaat. Vervang de kabel indien nodig.
Het probleem kan worden veroorzaakt door het werkstation. Controleer de netwerkstuurprogramma's, printerstuurprogramma's en omleiding (in Novell NetWare) van het werkstation. 7. Als andere gebruikers wel kunnen afdrukken, gebruiken ze dan hetzelfde netwerkbesturingssysteem? Controleer het systeem en zorg ervoor dat de instellingen van het besturingssysteem correct zijn. 8. Is het protocol ingeschakeld? Controleer de status van het protocol op de configuratiepagina.
Problemen met de productsoftware Probleem Oplossing Er wordt geen driver voor het product weergegeven in de map Printers. ● Installeer de productsoftware opnieuw. OPMERKING: Sluit alle geopende toepassingen. Als u een toepassing wilt afsluiten die als pictogram in de taakbalk wordt weergegeven, klikt u met de rechtermuisknop op het pictogram en kiest u Sluiten of Uitschakelen.
Algemene Windows-problemen oplossen Foutmelding: "Algemene beschermingsfout - Uitzondering OE" "Spool32" "Ongeldige bewerking" Oorzaak Oplossing Sluit alle andere softwareprogramma's, start Windows opnieuw op en probeer het nogmaals. Selecteer een andere printerdriver. Als de PCL 6-printerdriver voor het apparaat is geselecteerd, schakelt u over op de PCL 5- of HP PostScript level 3-emulatie-printerdriver. U kunt dat doen vanuit een softwareprogramma. Verwijder alle .temp-bestanden uit de submap Temp.
Enkele veel voorkomende problemen met Macintosh oplossen In deze paragraaf worden problemen beschreven die zich bij Mac OS X kunnen voordoen. Tabel 11-2 Problemen met Mac OS X Het printerstuurprogramma staat niet in Afdrukbeheer of Hulpprogramma voor printerinstelling. Oorzaak Oplossing Mogelijk is de software voor het product niet of onjuist geïnstalleerd. Controleer of de PPD van het product zich in de volgende map op de vaste schijf bevindt: Library/Printers/PPDs/Contents/Resources/ .
Tabel 11-2 Problemen met Mac OS X (vervolg) Het product dat u in Afdrukbeheer of het Hulpprogramma voor printerinstelling hebt geselecteerd, wordt niet automatisch door de printerdriver geïnstalleerd. Oorzaak Oplossing of ethernethub is aangesloten, moet u proberen de printer rechtstreeks op een computer of andere poort aan te sluiten. Mogelijk is de software voor het product niet of onjuist geïnstalleerd.
Tabel 11-2 Problemen met Mac OS X (vervolg) Er kan niet worden afgedrukt vanaf een USB-kaart van derden. Oorzaak Oplossing Deze fout doet zich voor wanneer de software voor USB-apparaten niet is geïnstalleerd. Als u een USB-kaart van derden toevoegt, hebt u mogelijk de USB Adapter Card Support-software van Apple nodig. De recentste versie van deze software is beschikbaar op de website van Apple.
A NLWW Benodigdheden en accessoires ● Onderdelen, accessoires en benodigdheden bestellen ● Onderdeelnummers 219
Onderdelen, accessoires en benodigdheden bestellen Er zijn diverse manieren om onderdelen, accessoires en benodigdheden te bestellen: Benodigdheden en papier bestellen www.hp.com/go/suresupply Originele onderdelen of accessoires van HP bestellen www.hp.com/buy/parts Bestellen via service- of ondersteuningsproviders Neem contact op met een erkend service- of ondersteuningspunt van HP.
Onderdeelnummers Gedurende de levensduur van het product kunnen er wijzigingen optreden in de bestelinformatie en beschikbaarheid van artikelen. Accessoires Artikel Omschrijving Onderdeelnummer HP Color LaserJet 1 x papierinvoer voor 500 vel Lade voor 500 vel en zwaar afdrukmateriaal CE522A Briefkaartinvoer van HP Vervangende invoer voor de invoer die wordt geleverd bij de HP Color LaserJet 1 x papierinvoer voor 500 vel.
Kabels en interfaces Artikel Omschrijving Onderdeelnummer Enhanced I/O (EIO)-kaart HP Jetdirect 635n IPv6/IPsec printserver J7961G USB-kabel Standaard USB-compatibele aansluitkabel van 2 meter C6518A Artikel Beschrijving Nummer Fuserkit 110-Volts vervangende fuser CE484A 220-Volts vervangende fuser CE506A Onderhoudskits 222 Bijlage A Benodigdheden en accessoires NLWW
B NLWW Service en ondersteuning ● Beperkte garantieverklaring van Hewlett-Packard ● Beperkte garantie op printcartridge ● Beperkte-garantieverklaring voor de HP Color LaserJet-fuserkit ● Licentieovereenkomst voor eindgebruikers ● Garantieservice voor reparaties door de klant ● Klantondersteuning 223
Beperkte garantieverklaring van Hewlett-Packard HP PRODUCT DUUR VAN DE BEPERKTE GARANTIE HP Color LaserJet CP3525, CP3525n, CP3525dn en CP3525x Eén jaar on-site garantie HP garandeert u, de eindgebruiker en klant, dat de HP-hardware en -accessoires vanaf de datum van aankoop voor de duur van bovengenoemde garantieperiode vrij zullen zijn van materiaal- en constructiefouten.
ANDERE SCHADE, ONGEACHT OF DEZE SCHADE VOORTVLOEIT UIT EEN CONTRACT, ONRECHTMATIGE DAAD OF ANDERSZINS. Sommige landen/regio's, staten of provincies staan beperking van een geïmpliceerde garantie niet toe, waardoor de bovenstaande beperking of uitsluiting misschien niet op u van toepassing is. VOOR ZOVER WETTELIJK TOEGESTAAN, ZIJN DE VOORWAARDEN IN DEZE GARANTIEVERKLARING EEN AANVULLING OP DE GELDENDE WETTELIJKE RECHTEN DIE VAN TOEPASSING ZIJN OP DE VERKOOP VAN DIT PRODUCT AAN U.
Beperkte garantie op printcartridge HP garandeert dat dit HP-product geen materiaal- en productiefouten bevat. Deze garantie is niet van toepassing op producten die (a) zijn nagevuld, verbeterd, bijgewerkt of op een andere manier aangepast, producten waarbij (b) problemen optreden als gevolg van verkeerd gebruik, onjuiste opslag of vanwege gebruik in een andere omgeving dan aangegeven in de printerspecificaties, of producten die (c) slijtage vertonen als gevolg van normaal gebruik.
Beperkte-garantieverklaring voor de HP Color LaserJetfuserkit Dit product van HP is vrij van defecten in materiaal en vakmanschap tot op het bedieningspaneel van de printer wordt aangegeven dat de levensduur verstreken is.
Licentieovereenkomst voor eindgebruikers LEES DIT DOCUMENT AANDACHTIG DOOR VOORDAT U DIT SOFTWAREPRODUCT IN GEBRUIK NEEMT: Deze licentieovereenkomst voor eindgebruikers (“LVE”)is een contract tussen (a) u (een persoon of de organisatie die u vertegenwoordigt) en (b) Hewlett-Packard Company (“HP”) die van toepassing is op uw gebruik van het softwareproduct (“de Software”).
4. OVERDRACHT. a. Overdracht aan derden. De aanvankelijke eindgebruiker van de HP Software mag de HP Software eenmalig overdragen aan een andere eindgebruiker. Elke overdracht zal alle onderdelen, media, Gebruikersdocumentatie, deze LVE en, indien van toepassing, het Certificaat van echtheid omvatten. De overdracht mag geen indirecte overdracht zijn, zoals een consignatie. Voorafgaand aan de overdracht moet de eindgebruiker die de overgedragen Software zal ontvangen akkoord gaan met deze LVE.
(c) 2007 Hewlett-Packard Development Company, L.P. Herz.
Garantieservice voor reparaties door de klant Voor apparaten van HP is een groot aantal onderdelen verkrijgbaar waarmee de klant zelf reparaties kan uitvoeren: Customer Self Repair (CSR). Hiermee wordt reparatietijd tot een minimum beperkt en krijgt u grotere flexibiliteit in het vervangen van kapotte onderdelen. Als HP tijdens de diagnose merkt dat reparatie kan gebeuren middels een CSR-onderdeel, wordt dat onderdeel onmiddellijk als vervanging naar u opgestuurd.
Klantondersteuning Tijdens de garantieperiode kunt u gebruik maken van de gratis telefonische ondersteuning voor uw land/regio Telefoonnummers voor land/regio vindt u op de folder in de doos van het product of op www.hp.com/support/. Zorg dat u de productnaam, het serienummer, de aankoopdatum en een probleemomschrijving bij de hand hebt. 24-uurs ondersteuning via internet www.hp.com/support/cljcp3525 ondersteuning voor de producten die u op een Macintoshcomputer gebruikt www.hp.
C NLWW Productspecificaties ● Fysieke specificaties ● Stroomverbruik en geluidsniveau ● Omgevingsspecificaties 233
Fysieke specificaties Tabel C-1 Productafmetingen Product Hoogte Diepte Breedte Gewicht HP Color LaserJet CP3525n 358 mm 491 mm 514 mm 32,9 kg HP Color LaserJet CP3525dn 358 mm 491 mm 514 mm 32,9 kg HP Color LaserJet CP3525x 520 mm 491 mm 514 mm 40,5 kg Tabel C-2 Productafmetingen met alle deuren en kleppen geheel geopend Product Hoogte Diepte Breedte HP Color LaserJet CP3525n 358 mm 739 mm 822 mm HP Color LaserJet CP3525dn 358 mm 739 mm 822 mm HP Color LaserJet CP3525x 520
Stroomverbruik en geluidsniveau Raadpleeg www.hp.com/go/cljcp3525_regulatory voor recente informatie.
Omgevingsspecificaties Omgevingsconditie Aanbevolen Toegestaan Temperatuur (product en printcartridge) 15° tot 27°C 10° tot 30°C (50° tot 86°F) Relatieve luchtvochtigheid 10% tot 70% relatieve vochtigheid (RH) 10% tot 80% RV Hoogte n.v.t.
D NLWW Overheidsinformatie ● FCC-voorschriften ● Milieuvriendelijk productiebeleid ● Declaration of Conformity ● Veiligheidsverklaringen 237
FCC-voorschriften Deze apparatuur is getest en in overeenstemming bevonden met de beperkingen voor een elektronisch apparaat van Klasse B, conform Deel 15 van de FCC-voorschriften. De limieten moeten in een woonomgeving een redelijke bescherming bieden tegen storing. Deze apparatuur produceert en gebruikt energie in het radiofrequentiegebied en kan deze uitstralen. Als dit apparaat niet volgens de instructies wordt geïnstalleerd en gebruikt, kan dit leiden tot ernstige storing van de radiocommunicatie.
Milieuvriendelijk productiebeleid Milieubescherming Hewlett-Packard Company spant zich in om op milieuvriendelijke wijze kwalitatief hoogstaande producten te leveren. Het ontwerp van dit product bevat dan ook diverse kenmerken die de effecten op het milieu beperken. Ozonproductie Dit product brengt geen meetbaar ozongas (O3) voort. Lager energieverbruik In de sluimermodus loopt het stroomverbruik aanzienlijk terug.
Instructies voor retourneren en recyclen Verenigde Staten en Puerto Rico Het etiket dat is bijgesloten in de doos van de HP LaserJet-tonercartridge, kunt u gebruiken voor het retourneren en recyclen van een of meer HP LaserJet-printcartridges na gebruik. Volg de onderstaande instructies die van toepassing zijn. Inleveren van meerdere items (meer dan één cartridge) 1. Verpak elke HP LaserJet-printcartridge in de originele doos en zak. 2. Bind de dozen aan elkaar met touw of tape.
Materiaalbeperkingen Aan dit HP-product is geen kwik toegevoegd. Dit HP-product bevat een batterij waarvoor mogelijk speciale verwerking vereist is aan het eind van de gebruiksduur. De volgende batterijen worden door Hewlett-Packard meegeleverd of zitten in de producten van HP: HP Color LaserJet CP3525-serie Soort Carbon monofluoride lithium Gewicht 0,8 g Locatie Op formatterkaart Door de gebruiker te verwijderen Nee Voor recyclinginformatie kunt u naar www.hp.
Material Safety Data Sheet (MSDS, chemiekaart) Material Safety Data Sheets (MSDS, gegevensbladen materiaalveiligheid) voor benodigdheden die chemische stoffen bevatten (bijvoorbeeld toner) kunt u verkrijgen door naar de website van HP te gaan: www.hp.com/go/msds of www.hp.com/hpinfo/community/environment/productinfo/safety.
Declaration of Conformity Conformiteitsverklaring volgens ISO/IEC 17050–1 en EN 17050–1, DoC#: BOISB-0802-00-rel.1.0 Naam fabrikant: Adres fabrikant: Hewlett-Packard Company 11311 Chinden Boulevard, Boise, Idaho 83714-1021, V.S.
Veiligheidsverklaringen Laserverklaring Het Center for Devices and Radiological Health (CDRH) van de Amerikaanse Food and Drug Administration heeft een aantal voorschriften ingevoerd voor laserproducten die zijn gefabriceerd na 1 augustus 1976. Het opvolgen van deze voorschriften is verplicht voor producten die worden verkocht binnen de VS.
HP Color LaserJet CP3525, CP3525n, CP3525dn, CP3525x, laserkirjoitin on käyttäjän kannalta turvallinen luokan 1 laserlaite. Normaalissa käytössä kirjoittimen suojakotelointi estää lasersäteen pääsyn laitteen ulkopuolelle. Laitteen turvallisuusluokka on määritetty standardin EN 60825-1 (1994) mukaisesti. VAROITUS ! Laitteen käyttäminen muulla kuin käyttöohjeessa mainitulla tavalla saattaa altistaa käyttäjän turvallisuusluokan 1 ylittävälle näkymättömälle lasersäteilylle.
Tabel met chemicaliën (China) 246 Bijlage D Overheidsinformatie NLWW
Index A aangepaste papierformaatinstellingen Macintosh 65 aangepaste papierformaten 81 aan-uitschakelaar, locatie 7 accessoires bestellen 220 onderdeelnummers 221 adres, printer Macintosh, problemen oplossen 216 afdrukken problemen oplossen 211 snelheidsspecificaties 4 afdrukken in grijstinten 124 afdrukken op beide zijden Windows 118 afdrukken vanuit lade 2 92 afdrukkwaliteit omgeving 209 problemen oplossen 207 afdrukmateriaal aangepast formaat, Macintoshinstellingen 65 eerste pagina 65 menu Demo 16 pagin
bestellen benodigdheden en accessoires 220 benodigdheden via geïntegreerde webserver 138 onderdeelnummers voor 221 beveiliging gecodeerde harde schijf 141 instellingen 36 menu's bedieningspaneel vergrendelen 141 schijf wissen 140 beveiligingsfuncties 6, 72 beveiligingsvergrendeling locatie 8 blanco pagina's problemen oplossen 211 Bonjour-instellingen 64 briefhoofdpapier, plaatsen 121 browservereisten geïntegreerde webserver 136 Buffer overflow, fouten 169 C Canadese DOCvoorschriften 244 capaciteit uitvoerba
e-mailwaarschuwingen 64 genummerde lijst 168 numerieke lijst 168 soorten 167 fouten software 214 fraudelijn 143 functies 3 fuser foutberichten 171 reinigen 157 storingen 190 fysieke specificaties 233 G garantie licentie 228 printcartridges 226 product 224 reparaties door klant zelf 231 gateway, standaard instellen 74 geavanceerde afdrukopties Windows 121 gebruikspagina omschrijving 19 gegevenslampje locatie 12 geheugen benodigdheden, fouten 168 foutberichten permanente opslag 173 kenmerken 4 meegeleverd 3,
klantenondersteuning HP Printer Utility-pagina's 64 koppelingen van geïntegreerde webserver 138 klantondersteuning online 232 kleppen, locatie 7 kleur aanpassen 125 afdruk vs.
netwerk instellingen, weergeven 73 instellingen, wijzigen 73 wachtwoord, instellen 73 wachtwoord, wijzigen 73 Netwerk (tabblad), geïntegreerde webserver 138 netwerk beheren 73 netwerken afdrukservers meegeleverd 3 apparaten opsporen 71 AppleTalk 75 beveiliging 36, 72 configureren 71 connectiviteitsfuncties 5 diagnose 40 EIO-kaarten installeren 154 HP Web Jetadmin 139 instellingen 36 instellingen verbindingssnelheid 43 IP-adres 72, 74 Macintosh-instellingen 64 ondersteunde protocollen 71 protocollen 36 proto
prioriteit, instellingen 54, 62 privétaken Windows 120 probleemoplossing berichten, typen 167 controlelijst 164 e-mailwaarschuwingen 64 repeterende onvolkomenheden 208 transparanten 202, 209 problemen oplossen berichten op het bedieningspaneel, genummerd 168 blanco pagina's 211 duplex afdrukken 204 EPS-bestanden 217 foutberichten, alfabetische lijst 168 foutberichten, numerieke lijst 168 kwaliteit 207 Macintosh problemen 216 menu Demo 16 netwerken 40 netwerkproblemen 212 niet-afgedrukte pagina's 211 omgevin
storingen enveloppen 203 fuser 190 lade 1 195 lade 2 196 lade 3 197, 198 menu Demo 16 rechterklep 190 rechteronderklep 198 uitvoerbak 194 veelvoorkomende oorzaken van 188 verhelpen 189, 199 stroom verbruik 235 stroomschakelaar, locatie 7 stroomvoorzieningspecificatie s 235 stuurprogramma's Macintosh, problemen oplossen 216 subnetmasker 74 symbolen, document 2 systeemvereisten geïntegreerde webserver 136 T Taak ophalen, menu 17 taakopslag functies 109 Macintosh-instellingen 67 openen 109 taken Macintosh-inst
254 Index NLWW
© 2008 Hewlett-Packard Development Company, L.P. www.hp.