Operation Manual

2 Handleiding Computerinstellingen
Handleiding Computerinstellingen
Het weergeven van POST-berichten in- of uitschakelen. Als
de weergave van POST-berichten is uitgeschakeld, worden de
meeste POST-berichten onderdrukt, zoals de geheugentelling,
de productnaam en andere berichten die niet op een fout duiden.
Als er een POST-fout optreedt, wordt deze altijd weergegeven,
ongeacht de gekozen rapportagevorm. U kunt tijdens POST
handmatig de weergave van POST-berichten inschakelen door
op een willekeurige toets te drukken (behalve
F1 tot en met F12).
Een eigendomslabel instellen. Dit is tekst die wordt weergegeven
telkens wanneer het systeem wordt ingeschakeld of opnieuw
wordt opgestart.
Het inventarisnummer of eigendomsidentificatienummer invoeren
dat door uw bedrijf aan deze computer is toegekend.
Instellen dat naar het opstartwachtwoord wordt gevraagd, zowel
bij het opnieuw starten van het systeem (warme start) als bij het
inschakelen van het systeem met behulp van de aan/uit-knop.
Een instelwachtwoord definiëren dat de toegang regelt tot
Computerinstellingen (
F10) en de instellingen die in dit gedeelte
worden beschreven.
De geïntegreerde I/O-functionaliteit beveiligen (onder andere
de seriële poorten, USB-poorten, parallelle poorten en de
geïntegreerde geluids- en netwerkkaarten), zodat deze alleen
kunnen worden gebruikt nadat de beveiliging is opgeheven.
De beveiliging van de MBR (Master Boot Record,
hoofdopstartrecord) in- of uitschakelen.
De mogelijkheid om op te starten vanaf verwisselbare
schijfeenheden in- of uitschakelen.
Schrijftoegang tot verwisselbare schijfeenheden in- en
uitschakelen (indien dit door de hardware wordt ondersteund).
Fouten in de systeemconfiguratie oplossen die wel zijn gedetecteerd,
maar niet automatisch zijn verholpen tijdens de POST.
De instellingen van het door u gebruikte systeem gebruiken voor
andere computers door de gegevens over de systeemconfiguratie
op een diskette op te slaan en op een of meer computers over te
zetten.