HP DesignJet T120- en T520-printerserie Gebruikershandleiding
© Copyright 2012, 2018 HP Development Company, L.P. Uitgave 5 Wettelijke kennisgevingen Handelsmerken De informatie in dit document kan zonder vooraankondiging worden gewijzigd. Adobe®, Acrobat® en Adobe Photoshop® zijn handelsmerken van Adobe Systems Incorporated. De enige garanties voor producten en diensten van HP worden vermeld in de specifieke garantieverklaring bij dergelijke producten en diensten. Niets in dit document mag worden opgevat als aanvullende garantie.
Inhoudsopgave 1 Inleiding ...................................................................................................................................................................................................... 1 Veiligheidsmaatregelen ........................................................................................................................................................... 2 Over deze handleiding .................................................................................
De taal voor de HP Utility wijzigen ...................................................................................................................................... 24 Instelling slaapstand wijzigen .............................................................................................................................................. 24 De instelling voor automatisch uitschakelen wijzigen .....................................................................................................
De buitenkant van de printer reinigen ................................................................................................................................ 69 Diagnoserapport afdrukkwaliteit ......................................................................................................................................... 69 De printkop reinigen ....................................................................................................................................................
Inktvlekken op het papier ................................................................................................................................................... 100 Er wordt zwarte inkt afgegeven wanneer u de afdruk aanraakt ................................................................................. 101 Randen van objecten zijn getrapt of niet scherp ............................................................................................................
18 Printerspecificaties ............................................................................................................................................................................ 125 Functionele specificaties ..................................................................................................................................................... 126 Specificaties Mobile Printing .....................................................................................................
viii NLWW
1 NLWW Inleiding ● Veiligheidsmaatregelen ● Over deze handleiding ● Printermodellen ● Hoofdfuncties ● Belangrijkste onderdelen ● Frontpanel ● Printersoftware ● Mobile Printing ● De printer in- en uitschakelen ● De interne afdrukken van de printer 1
Veiligheidsmaatregelen Met de volgende voorzorgsmaatregelen kunt u ervoor zorgen dat de printer op de juiste manier wordt gebruikt en niet beschadigd raakt. Neem deze maatregelen altijd in acht: ● Gebruik de voedingsspanning die op het label staat vermeld. Voorkom dat het stopcontact van de printer overbelast raakt door meerdere apparaten. ● Demonteer of repareer de printer niet zelf. Neem contact op met uw plaatselijke servicevertegenwoordiger van HP, zie Neem contact op met HP Support op pagina 124.
● Omgaan met inktcartridges en printkop op pagina 64 ● De printer onderhouden op pagina 68 Probleemoplossing Deze hoofdstukken helpen u bij het oplossen van problemen die kunnen optreden tijdens het afdrukken.
Volledige naam Korte naam HP DesignJet T520 24-inch printer T520-24 HP DesignJet T520 36-inch printer T520-36 Hoofdfuncties Uw printer is een inkjetkleurenprinter die is ontworpen voor het afdrukken van afbeeldingen van hoge kwaliteit op papier met een maximumbreedte van 610 mm of 914 mm.
Belangrijkste onderdelen Vooraanzicht (T520 behalve T520-24T) 1. Ladeverlengers voor meerdere vellen 2. Bovenklep 3. Verlengstuk uitvoerlade 4. Opvangbak 5. Uitvoerplaat 6. inktcartridges 7. Klep van inktcartridge 8. Frontpanel 9. Printkopwagen 10.
Achteraanzicht (T520 behalve T520-24T) 1. Rolklep 2. Communicatiepoorten 3. Stroomaansluiting 4. Lade voor meerdere vellen Achteraanzicht (T120 en T520-24T) 6 1. Blauwe stop 2. As 3.
Communicatiepoorten 1. Hi-Speed USB-aansluiting voor verbinding met een computer 2. Fast Ethernet-aansluiting voor verbinding met een netwerk Frontpanel Het frontpanel is een aanraakgevoelig scherm met een grafische gebruikersinterface; het bevindt zich links op de voorzijde van de printer. Het geeft u volledige controle over uw printer: via het frontpanel kunt u afdrukken, informatie bekijken over de printer, printerinstellingen wijzigen, kalibraties en tests uitvoeren, enzovoort.
● Tik op om de hulpfunctie voor het huidige scherm weer te geven. ● Tik op om naar het vorige item te gaan. ● Tik op om naar het volgende item te gaan. ● Tik op om naar het vorige scherm terug te gaan. ● Tik op om het huidige proces te annuleren. Dynamische pictogrammen startscherm De volgende items worden alleen op het startscherm weergegeven: ● Aan de bovenkant van het startscherm wordt een bericht getoond waarin wordt gemeld welke papierbron actief is.
● De PCL3GUI-rasterdriver voor Mac OS X ● Voorbeeld van HP DesignJet ● Met de geïntegreerde webserver kunt u het volgende doen: ● De printer beheren vanaf een externe computer ● De status van de inktcartridges, de printkop en het papier bekijken ● Toegang krijgen tot het HP Support Center, zie HP Support Center op pagina 122 ● De printerfirmware bijwerken, zie Firmware-update op pagina 77 ● Uitlijnen en problemen oplossen ● Verschillende printerinstellingen wijzigen ● E-mailmeldingen beher
De printer in- en uitschakelen De normale en aanbevolen manier om de printer in en uit te schakelen is via de aan/uit-toets op het frontpanel. Als u echter van plan bent om de printer voor langere tijd op te bergen of als de aan/uit-toets niet werkt, dan raden we u aan de stroomkabel te verwijderen. Steek de stekker weer in het stopcontact om deze weer in te schakelen. Wanneer de printer weer is ingeschakeld, duurt het initialiseren en controleren van de printkop ongeveer drie minuten.
De interne afdrukken van de printer De interne afdrukken bieden verschillende soorten informatie over de printer. Ze kunnen via het frontpanel worden opgevraagd. Controleer voordat u een interne print opvraagt of de printer en het papier klaar zijn om af te drukken. De breedte van het geladen papier moet minstens A4-staand (210 mm) zijn, anders kan de afdruk gedeeltelijk wegvallen. Als u een interne afdruk wilt afdrukken, tikt u op , vervolgens bladert u omlaag naar Interne afdrukken en tikt u hierop.
2 12 De printer verbinden ● Kies welke verbindingsmethode u wilt gebruiken ● De printer met het netwerk verbinden ● Een computer met de printer verbinden via het netwerk (Windows) ● Een computer verbinden met een printer via een USB-kabel (Windows) ● Een computer met de printer verbinden via het netwerk (Mac OS X) ● Een computer met de printer verbinden via een USB-kabel (Mac OS X) Hoofdstuk 2 De printer verbinden NLWW
Kies welke verbindingsmethode u wilt gebruiken U kunt de printer op de volgende manieren verbinden. Verbindingstype Snelheid Kabellengte Andere factoren Draadloos Gematigd; afhankelijk van omstandigheden (afstand tot router, storing, aantal draadloze clients, netwerktopologie, enz.) N.v.t.
Controleer de apparatuur voordat u begint: ● De printer moet zijn geconfigureerd en ingeschakeld. ● De Ethernet-switch of router moet aanstaan en correct werken. ● De printer en de computer moeten verbonden zijn met het netwerk (zie De printer met het netwerk verbinden op pagina 13). De printer kan worden verbonden via Ethernet of Wi-Fi. U kunt nu de printersoftware installeren en verbinding met de printer maken. Installatie van printersoftware 1.
4. Wanneer u een lijst ziet met netwerkprinters, selecteert u Help me mijn printer te vinden (inclusief printers met netwerk- en USB-verbinding). 5. Klik op USB-kabel. OPMERKING: U kunt uw printer verbinden en de installatie later desgewenst vervolgen. Hiertoe markeert u het vakje Ik wil mijn printer verbinden na het voltooien van de installatiewizard. 6. Verbind de computer met de printer met een gecertificeerde USB-kabel wanneer u hierom wordt gevraagd. Controleer of de printer is ingeschakeld. 7.
4. Wanneer de software is geïnstalleerd, wordt de HP Printer Setup Assistant (HP-assistent voor printerconfiguratie) automatisch gestart en wordt er een verbinding met de printer ingesteld. Volg de instructies op het scherm. 5. Wanneer u bij het scherm Select Printer (Printer selecteren) komt, zoekt u de mDNS-servicenaam van uw printer op (die u hebt genoteerd bij stap 1) in de kolom Printernaam.
● U kunt geen Web Services gebruiken. ● U kunt geen automatische firmware-updates gebruiken. OPMERKING: Het gebruik van niet-gecertificeerde USB-kabels kan leiden tot problemen met de verbinding. Alleen kabels die zijn gecertificeerd door het USB Implementor's Forum (http://www.usb.org/) mogen worden gebruikt met deze printer. Installatie van printersoftware De volgende instructies zijn van toepassing als u van plan bent via een printerdriver af te drukken vanuit softwaretoepassingen.
3 18 De printer instellen ● Inleiding ● Automatische firmware-updates ● E-mailmeldingen in- en uitschakelen ● Meldingen in- en uitschakelen ● Toegang tot de geïntegreerde webserver beheren ● Windows-drivervoorkeuren instellen ● Web Services en Mobile Printing instellen Hoofdstuk 3 De printer instellen NLWW
Inleiding In dit hoofdstuk worden verschillende printerinstellingen beschreven die de printerbeheerder kan beheren zodra de printer is gemonteerd en klaar is voor gebruik. Automatische firmware-updates De printer kan op gezette tijden automatisch controleren op firmware-updates (zie Firmware-update op pagina 77). Zonder update zijn sommige Web Services mogelijk niet beschikbaar.
U kunt ook aangeven wanneer, als u dat wilt, cruciale of niet-cruciale meldingen moeten worden weergegeven. Toegang krijgen tot meldingsinstellingen onder Mac OS X ● Open de HP Printer Monitor-voorkeuren, selecteer uw printer en vervolgens Meldingen aanpassen, zodat u voor elke melding kunt instellen of deze wel of niet getoond moet worden en met welk tijdinterval.
Toegang tot de geïntegreerde webserver beheren Om te voorkomen dat gebruikers belangrijke apparaatinstellingen wijzigen, kunt u wachtwoorden instellen in de geïntegreerde webserver, zodat gebruikers zonder wachtwoord alleen de informatietabbladen kunnen zien. Zodra dit is ingesteld, is het wachtwoord nodig om parameters op de andere tabbladen te zien of te wijzigen.
4 22 De printer personaliseren ● De taal van het frontpanel wijzigen ● Geïntegreerde webserver openen ● De taal voor de geïntegreerde webserver wijzigen ● De HP Utility openen ● De taal voor de HP Utility wijzigen ● Instelling slaapstand wijzigen ● De instelling voor automatisch uitschakelen wijzigen ● De helderheid van het scherm van het frontpanel wijzigen ● Netwerkinstellingen configureren ● Printerbeveiliging beheren ● Het e-mailadres van uw printer wijzigen Hoofdstuk 4 De print
De taal van het frontpanel wijzigen U kunt op twee manieren een andere taal voor de menu's en berichten op het frontpanel selecteren. ● Als u de huidige taal op het frontpanel begrijpt, tikt u op en vervolgens op Printervoorkeuren > Taal selecteren. ● Als u de huidige taal op het frontpanel niet begrijpt, zet u de printer eerst uit. Druk op de aan/uit-knop om hem in te schakelen. Zodra er pictogrammen verschijnen op het frontpanel, tikt u achtereenvolgens op , , en .
● In Windows start u de HP Utility vanaf de snelkoppeling op uw bureaublad, of vanaf Start > Alle programma's > HP > HP DesignJet Utility > HP DesignJet Utility. Hierdoor wordt de HP DesignJet Utility gestart en ziet u de HP DesignJet-printers die zijn geïnstalleerd op uw computer. ● In Mac OS X start u de HP Utility met uw docksnelkoppeling of door achtereenvolgens te klikken op STARTUP_DISK > Bibliotheek > Printers > HP > Hulpprogramma's > HP Utility.
Netwerkinstellingen configureren U kunt de netwerkinstellingen bekijken en configureren via de geïntegreerde webserver, de HP Utility of het frontpanel. ● Via de geïntegreerde webserver: Klik op het tabblad Installatie en daarna op Netwerk. ● Via de HP Utility: De geïntegreerde webserver is ook toegankelijk vanuit de HP Utility. ● Via het frontpanel: Tik op op en daarna op Connectiviteit.
Voer maximaal tien regels in, waarbij elke regel de hostadressen, services en de te nemen actie voor de betreffende adressen en services specificeert. Een nieuwe firewall-regel maken 1. Open de geïntegreerde webserver. 2. Klik op het tabblad Instellingen en daarna op Firewall-regels. 3. Klik op Nieuw en volg de aanwijzingen op het scherm. OPMERKING: Nadat u hebt geklikt op Toepassen kan de verbinding met de geïntegreerde webserver voor een korte periode worden onderbroken.
Item Beperking Maximumaantal servicesjablonen in het beleid 10 Maximumaantal door de gebruiker gedefinieerde aangepaste servicesjablonen 5 Netwerkinstellingen herstellen Om het beheerderswachtwoord en de netwerkinstellingen opnieuw in te stellen, gaat u naar het frontpanel en tikt u op en vervolgens op Connectiviteit > Standaardnetwerkinstellingen herstellen. OPMERKING: Druk de netwerkconfiguratiepagina af en controleer of de netwerkinstellingen zijn hersteld. OPMERKING: hersteld.
5 28 Papiertoevoer ● Algemeen advies bij papier laden ● Een rol op de as plaatsen ● Een rol in de printer laden ● Een papierrol verwijderen ● Eén vel laden ● Eén vel verwijderen ● De lade voor meerdere vellen gebruiken ● Informatie over het papier bekijken ● Onderhoud van papier ● De droogtijd wijzigen ● De automatische snijder aan- en uitzetten ● Papierdoorvoer met of zonder snijden Hoofdstuk 5 Papiertoevoer NLWW
Algemeen advies bij papier laden U kunt op drie verschillende manieren papier in de printer laden: van een rol, als een enkel vel of als een stapel losse vellen via de invoerlade voor meerdere vellen. U kunt slechts één van deze methodes tegelijk gebruiken en de overschakeling naar een andere methode vindt handmatig plaats: dit gebeurt niet automatisch. VOORZICHTIG: Zorg dat de printerwielen zijn vergrendeld (de remhendel moet omlaag staan) om te voorkomen dat de printer wegrolt.
2. Verwijder de as uit de printer. WAARSCHUWING! Plaats uw vingers niet in de assteunen tijdens het verwijderen. 3. Aan elk uiteinde van de as bevindt zich een stop om de rol op zijn plaats te houden. De blauwe stop kan worden verwijderd om een nieuwe rol te plaatsen; de stop schuift over de as om rollen van verschillende breedten te kunnen vasthouden. Verwijder de blauwe papierstop van de as. 4. Als de rol lang is, leg de as dan horizontaal op een tafel en laad de rol op de tafel. 5.
6. Plaats de blauwe papierstop op het open uiteinde van de as en duw de stop naar het uiteinde van de rol. 7. Zorg ervoor dat de blauwe papierstop zo ver mogelijk wordt ingedrukt. Controleer of er geen ruimte is tussen de rol en de stoppen aan beide uiteinden. Als u de papiersoort regelmatig verandert, kunt u de rollen sneller vervangen door verschillende typen rollen vooraf op verschillende assen te plaatsen. Extra assen kunnen afzonderlijk worden aangeschaft, zie Accessoires op pagina 79.
3. Plaats de as in de printer en houd deze aan beide uiteinden vast. De blauwe hub moet zich aan de linkerkant bevinden wanneer u vanaf de voorzijde van de printer kijkt. 4. Als de rand van de rol scheef is of is gescheurd (soms als gevolg van plakband dat wordt gebruikt om het uiteinde van de rol op zijn plaats te houden), trek het papier er dan iets uit en snij een rechte rand af. 5. Plaats de rand van het papier in de printer. WAARSCHUWING! 6.
7. Op het frontpanel kunt u de papiercategorie en het type kiezen. Als u de papiersoort niet ziet op het frontpanel, tik dan op Meer papiersoorten. Als u ook dan de papiersoort niet ziet in de lijst, raadpleeg dan Papiersoort niet aanwezig in driver op pagina 87. 8. De printer controleert de uitlijning en meet de breedte. Als de rol niet goed is uitgelijnd, volg dan de instructies op het scherm van het frontpanel. 9. Als de printer een T520 is, sluit dan de klep van de rol.
4. Als de printer een T520 is, open dan de klep van de rol. 5. Plaats het vel in de rechterzijde van de invoeropening wanneer het frontpanel daar om vraagt. WAARSCHUWING! Duw uw vingers niet in het papierpad van de printer. 6. Lijn het vel uit met de blauwe lijn. 7. Druk op OK op het frontpanel om het papier in de printer in te voeren. Voer het vel voorzichtig in de printer in; dit is vooral belangrijk bij dikkere papiersoorten. 8. De printer controleert de uitlijning en meet het vel.
Eén vel verwijderen Om een vel te verwijderen, gaat u naar het frontpanel en tikt u op en daarna op Eén vel laden. Het vel wordt uit de voorzijde van de printer gevoerd; u kunt dit handmatig pakken of in de bak laten vallen. Na het verwijderen is de invoerlade voor meerdere vellen de standaard actieve papierbron. De lade voor meerdere vellen gebruiken 1. Als er geen rol is geladen of als er geen papier meer op de rol zit, dan is de invoerlade voor meerdere vellen standaard actief.
4. Plaats vellen papier in de lade met de afgedrukte zijde naar buiten. Zorg ervoor dat alle vellen van hetzelfde formaat zijn. 5. Pas de lade aan de breedte van het papier aan. Informatie over het papier bekijken Tik op het pictogram van de actieve papierbron om informatie over het geladen papier te bekijken.
De droogtijd wijzigen U kunt de droogtijd aanpassen aan uw specifieke afdrukvoorwaarden, zoals meerdere afdrukken waarbij tijd belangrijker is of wanneer u ervoor moet zorgen dat de inkt droog is voordat u het papier behandelt. Druk op en vervolgens op Printervoorkeuren > Afdruk ophalen > Droogtijd selecteren.
OPMERKING: Met fotopapier en gecoat papier moet zorgvuldig worden omgegaan, zie De afdruk heeft veegvlekken of krassen op pagina 100. Om het papier door te voeren zonder te snijden, gaat u naar het frontpanel en drukt u op gevolgd door Papierdoorvoer.
6 Afdrukken ● NLWW Mobile Printing – Afdrukken vanaf mobiele apparaten – Afdrukken via e-mail (HP ePrint) ● Afdrukken met HP Click ● Afdrukken vanaf een computer met een printerdriver – Geavanceerde afdrukinstellingen – Kleurbeheer 39
Mobile Printing U kunt afdrukken vanaf veel mobiele apparaten en vanaf bijna iedere locatie. Er zijn twee belangrijke methoden voor Mobile Printing: ● Direct afdrukken door verbinding te maken met hetzelfde netwerk ● Per e-mail afdrukken Afdrukken vanaf mobiele apparaten U kunt direct afdrukken vanuit het besturingssysteem van uw mobiele apparaat als uw mobiele apparaat en de printer met hetzelfde netwerk zijn verbonden. Zie http://www.hp.com/go/designjetmobility voor meer informatie.
Op deze manier kunt u vanaf elke locatie met internetverbinding en e-mail afdrukken zonder dat u een printerdriver nodig hebt. Er zijn een paar beperkingen waarmee u rekening moet houden: ● De bijgevoegde af te drukken bestanden moeten een van de volgende indelingen hebben: PDF, JPEG of TIFF. ● De maximale bestandsgrootte is 10 MB, maar het kan zijn dat uw e-mailserver een lagere limiet heeft.
U kunt opties voor de afdrukkwaliteit op de volgende manieren selecteren: ● In het dialoogvenster van de Windows-driver: klik op het tabblad Papier/kwaliteit en kijk naar het gedeelte Afdrukkwaliteit. Als u op Standaardopties klikt, verschijnt er een eenvoudige schuifbalk waarmee u kunt kiezen voor snelheid of kwaliteit. Als u Aangepaste opties selecteert, ziet u de specifiekere opties die hierboven worden beschreven.
Windows-formulieren gebruiken 1. Windows Vista of XP: Klik in het Start-menu of in het Configuratiescherm op Printers. Klik vervolgens in het menu Bestand op Servereigenschappen. Windows 7: Klik in het Start-menu of het Configuratiescherm op Apparaten en printers, gevolgd door Printer selecteren. 2. Markeer op het tabblad Formulieren het vakje Een nieuw formulier maken. 3. Voer de naam en afmetingen van uw nieuwe papierformaat in. Laat de marges op 0,00 staan. 4. Klik op de knop Formulier opslaan.
● Standaard. Uw afbeelding wordt afgedrukt op een pagina van de grootte die u hebt geselecteerd, met de standaard marge tussen de randen van de afbeelding en de randen van het papier. De afbeelding moet klein genoeg zijn om tussen de marges te passen. ● Groter. U moet papier laden dat groter is dan het formaat dat u hebt geselecteerd in de toepassing of de driver.
Een concept afdrukken U kunt op de volgende manieren snel een afdruk van conceptkwaliteit maken: ● In het dialoogvenster van de Windows-driver: klik op het tabblad Papier/kwaliteit en kijk naar het gedeelte Afdrukkwaliteit. Verplaats de schuifbalk van de afdrukkwaliteit helemaal naar links ('Snel'). ● In het afdrukdialoogvenster van Mac OS X: Klik op het deelvenster Papier/kwaliteit en verplaats de schuifbalk voor de afdrukkwaliteit helemaal naar links ('Snel').
Zuinig omgaan met inkt Hier volgen een aantal adviezen om zuinig om te gaan met inkt: ● Gebruik voor conceptafdrukken normaal papier en verplaats de schuifbalk voor afdrukkwaliteit helemaal naar links ('Snel'). Voor nog zuiniger gebruik selecteert u de aangepaste afdrukkwaliteitsopties en vervolgens Snel en Economode. ● Reinig de printkop alleen als dit nodig is. Het reinigen van de printkop kan nuttig zijn, maar hiervoor wordt een kleine hoeveelheid inkt gebruikt.
Printeremulatie Als u een bepaalde taak wilt afdrukken en ongeveer dezelfde kleuren wilt zien die u zou krijgen met het afdrukken van dezelfde taak op een HP DesignJet-printer, kunt u de emulatiemodus van uw printer gebruiken. OPMERKING: Printeremulatie is alleen beschikbaar wanneer u een HP-GL/2-taak afdrukt op egaal of gecoat papier. Dit is niet beschikbaar op Mac OS X.
7 48 Praktische afdrukvoorbeelden ● Afdrukken vanuit Adobe Acrobat ● Afdrukken vanuit Autodesk AutoCAD – Printeremulatie gebruiken (alleen T520) – Inhoud afsnijden op marge gebruiken ● Afdrukken vanuit Adobe Photoshop ● Afdrukken en schaal aanpassen vanuit Microsoft Office – PowerPoint gebruiken – Project gebruiken – Excel gebruiken Hoofdstuk 7 Praktische afdrukvoorbeelden NLWW
Afdrukken vanuit Adobe Acrobat 1. Verplaats in het Acrobat-venster de muiscursor naar linksonder in het documentdeelvenster totdat het documentformaat hier verschijnt. 2. Klik op Bestand > Afdrukken en zorg ervoor dat Pagina schalen is ingesteld op Geen. OPMERKING: NLWW Het paginaformaat wordt niet automatisch geselecteerd volgens het documentformaat.
50 3. Klik op de knop Eigenschappen en selecteer het tabblad Papier/kwaliteit. 4. Kies het Documentformaat en de Afdrukkwaliteit die u wilt gebruiken. Als u een aangepast papierformaat wilt definiëren, klikt u op de knop Aangepast.
5. Klik op het tabblad Functies en vervolgens op Automatisch draaien. 6. Klik op OK en kijk of het afdrukvoorbeeld in het afdrukdialoogvenster juist lijkt. Afdrukken vanuit Autodesk AutoCAD 1. NLWW Het AutoCAD-venster kan een model of lay-out weergeven. Meestal wordt de lay-out in plaats van het model afgedrukt.
2. Klik op het pictogram Plot boven in het venster. 3. Het Plot-venster wordt geopend. 4. U kunt meerdere opties bekijken door te klikken op de ronde knop rechtsonder in het venster. OPMERKING: De kwaliteitsoptie hier verwijst niet naar de uiteindelijke afdrukkwaliteit maar naar de kwaliteit van AutoCAD-viewportobjecten die worden verzonden om af te drukken.
NLWW 5. Klik op de knop Eigenschappen. 6. Klik op het tabblad Apparaat- en documentinstellingen en op de knop Aangepaste eigenschappen. 7. Selecteer in het tabblad Papier/Kwaliteit de papiersoort die u wilt gebruiken. 8. Selecteer de afdrukkwaliteit (uw eigen keuze tussen snelheid en afdrukkwaliteit).
9. Als u van plan bent op een rol papier af te drukken dan moet u bepalen waar de printer het papier moet bijsnijden. Klik op de knop Marges/lay-out en vervolgens op Inhoud afsnijden op marge. 10. Klik op het tabblad Functies en vervolgens op Automatisch draaien. Automatisch draaien kan helpen om papierverspilling te voorkomen. 11. Klik op de knop OK en sla uw configuratiewijzigingen op als een PC3-bestand.
12. Als de HP DesignJet-softwaresuite is geïnstalleerd, krijgt u een afdrukvoorbeeld te zien van het bestand dat u wilt afdrukken. Printeremulatie gebruiken (alleen T520) Printeremulatie kan worden opgevraagd door te klikken op Geavanceerde instellingen > Kleur > Kleurbeheer > Kleuren beheerd door printer > Printeremulatie. U kunt Uit (geen printeremulatie) selecteren of de naam van het printermodel waar u een emulatie van wilt.
2. Kies uit de beschikbare papiersoorten. Als u het gewenste papierformaat niet vindt, klik dan op de knop Aangepast. Voer de breedte, de lengte en de naam van uw aangepaste papierformaat in. Druk op de knop Opslaan en OK.
3. U kunt de standaardinstellingen voor papierbron, papiersoort en afdrukkwaliteit wijzigen. 4. Op het tabblad Kleur is de standaardkleurbeheeroptie Kleuren beheerd door printer en dit is de juiste optie want u hebt Kleuren beheerd door printer al geselecteerd in Photoshop. Afdrukken en schaal aanpassen vanuit Microsoft Office In dit gedeelte wordt uitgelegd hoe u kunt afdrukken en schalen vanuit Microsoft Office 2010. PowerPoint gebruiken 1.
2. 58 Selecteer Printereigenschappen > Functies > Documentatie afdrukken op om het document te schalen op een bepaalde grootte.
3. Klik op het tabblad Papier/kwaliteit en selecteer vervolgens Papierbron en Papiersoort. 4. Klik op Marges/lay-out en Inhoud afsnijden op marge om het formaat te behouden. Project gebruiken 1. NLWW Klik op Bestand > Pagina-instelling > Afdrukken.
60 2. Selecteer de naam van uw printer en dan Sluiten. 3. Klik op Pagina-instelling en kies het Papierformaat dat u wilt. 4. Klik op Opties om naar de printerdriver te gaan. De standaardopties op het tabblad Papier/kwaliteit zijn waarschijnlijk geschikt: Papierbron: Automatische papierselectie en Papiersoort: Willekeurig.
5. Klik op Functies > Document afdrukken op om het document te schalen naar een bepaalde grootte. U kunt ook de schaal van het document aanpassen in Project. Excel gebruiken 1. NLWW Klik op het tabblad Paginalay-out en vervolgens op Formaat, en kies het papierformaat dat u wilt.
62 2. Klik op het tabblad Bestand en vervolgens op Afdrukken, en selecteer de naam van uw printer. 3. Selecteer Printereigenschappen om naar de printerdriver te gaan. Klik op het tabblad Papier/kwaliteit op Papierbron, Papiersoort en Afdrukkwaliteit.
4. NLWW Klik op Functies > Document afdrukken op om het document te schalen naar een bepaalde grootte. U kunt de schaal ook aanpassen in Excel.
8 64 Omgaan met inktcartridges en printkop ● Over de inktcartridges ● Opslag van anonieme gebruiksinformatie ● De status van de inktcartridge controleren ● Een inktcartridge vervangen ● Over de printkop Hoofdstuk 8 Omgaan met inktcartridges en printkop NLWW
Over de inktcartridges Inktcartridges bevatten inkt en zijn verbonden met de printkoppen waaruit de inkt op het papier wordt afgezet. Zie Accessoires op pagina 79 om extra cartridges aan te schaffen. VOORZICHTIG: Neem de veiligheidsmaatregelen in acht wanneer u met inktcartridges werkt omdat de cartridges gevoelig zijn voor ESD (zie de Woordenlijst op pagina 130). Voorkom contact met de pennen, geleiders en het circuit.
Een inktcartridge vervangen Er zijn twee omstandigheden waarin u een inktcartridge moet vervangen: ● De inktcartridge is bijna leeg en u wilt deze vervangen door een nieuwe cartridge voor onbeheerd afdrukken (u kunt de resterende inkt in de eerste cartridge later opgebruiken). ● De inktcartridge is leeg of defect en u moet deze vervangen om verder te kunnen afdrukken. VOORZICHTIG: Verwijder geen inktcartridges tijdens het afdrukken.
6. Verwijder de inktcartridge. 7. Plaats de nieuwe inktcartridge. Zorg ervoor dat u de inktcartridge in de sleuf plaatst met dezelfde gekleurde letter en kleur als de inktcartridge die u installeert. 8. Sluit de klep van de inktcartridge. Over de printkop De printkop is bij levering geïnstalleerd in de printer. De kop is verbonden met de inktcartridges en spuit inkt op het papier.
9 68 De printer onderhouden ● Printerstatus controleren ● Zorg dragen voor de printer ● De buitenkant van de printer reinigen ● Diagnoserapport afdrukkwaliteit ● De printkop reinigen ● De printkop uitlijnen ● Vervang de printkop ● Codeerstrook reinigen ● De papierdoorvoer opnieuw kalibreren ● De printer verplaatsen of opslaan ● Firmware-update ● Software-update ● Printeronderhoudspakketten Hoofdstuk 9 De printer onderhouden NLWW
Printerstatus controleren U kunt de actuele status van de printer op verschillende manieren controleren: ● Als u de HP Utility start en uw printer selecteert, dan ziet u een pagina met informatie waarin de status van de printer en de papier- en inktbenodigdheden daarvan worden beschreven. ● Als u de geïntegreerde webserver opvraagt, ziet u informatie over de algemene status van de printer. De pagina Toebehoren in het tabblad Main beschrijft de status van het papier en de inkt.
Corrigerende acties 1. Als de lijnen in testpatroon 1 niet recht en verbonden zijn, lijn dan de printkop uit (zieDe printkop uitlijnen op pagina 71). 2. Als er witte strepen te zien zijn in de gekleurde blokken in testpatroon 2, of als ze flets of volledig onzichtbaar zijn, reinig dan de printkop (zie De printkop reinigen op pagina 70). Volg de aanwijzingen op het frontpanel en voer alle drie de reinigingsniveaus uit indien nodig. 3. Als het probleem niet is opgelost, reinig de printkop dan opnieuw.
De printkop reinigen vanaf de geïntegreerde webserver 1. Zorg dat er voldoende papier is in de invoerlade en dat er een papierrol is geladen. 2. Klik op het tabblad Extra van de geïntegreerde webserver op Werkset afdrukkwaliteit > Printkop reinigen en volg de instructies op het scherm. De printkop reinigen vanaf de HP Utility 1. Zorg dat er voldoende papier is in de invoerlade en dat er een papierrol is geladen. 2.
72 1. Controleer of de printer is ingeschakeld. 2. Als de printer op een standaard staat, zorg dan dat de printerwielen zijn vergrendeld (de remhendel moet omlaag staan) om te voorkomen dat de printer wegrolt. 3. Tik op het frontpanel op 4. Open de klep van de inktcartridges. 5. Wacht tot het printmechanisme niet meer beweegt. 6. Druk op elke inktcartridge om deze te ontgrendelen. 7. Verwijder elke inktcartridge.
8. Sluit de klep van de inktcartridge. 9. Tik op Volgende op het frontpanel. 10. Open de bovenklep. 11. Til de wagenhendel op.
12. Verwijder de printkop en houd deze verticaal om te voorkomen dat er inkt op de verbindingen komt. 13. Plaats de nieuwe printkop. 14. Zet de wagenhendel omlaag. 15. Sluit de bovenklep.
16. Tik op Volgende op het frontpanel. 17. Open de klep van de inktcartridges. 18. Plaats de inktcartridges. Zorg ervoor dat u elke inktcartridge in de sleuf plaatst met dezelfde gekleurde letter als de inktcartridge die u installeert. BELANGRIJK: Als de printkop nieuw is, installeer dan nieuwe inktcartridges. Nieuwe inktcartridges zijn nodig voor juiste plaatsing van de printkop. 19. Sluit de klep van de inktcartridge. 20. Tik op Gereed op het frontpanel.
3. Open het printervenster. 4. Houdt de doek in de vorm van een omgekeerde U om de codeerstrook en veeg deze voorzichtig schoon totdat er geen inkt meer op de doek blijft zitten. Wees voorzichtig dat u de codeerstrook niet beschadigt met uw vingernagels of een ander voorwerp. Zorg dat u de doek op de juiste manier vasthoudt. OPMERKING: Beweeg de wagen niet bij het servicestation weg. 5. Sluit het printervenster. 6.
1. Tik op het frontpanel op en vervolgens op Onderhoud afdrukkwaliteit > Kalibratie papierdoorvoer > Kalibratie gereed papier opnieuw instellen 2. Wacht tot op het frontpanel de melding verschijnt dat de bewerking is voltooid. De printer verplaatsen of opslaan Als u de printer moet verplaatsen of opbergen, dan moet u deze goed voorbereiden om schade te voorkomen. U bereidt de printer als volgt voor: 1. Verwijder de inktcartridges en de printkop niet. 2. Zorg dat er geen papier is geladen. 3.
De firmware bevat een set van de meest gebruikte papiervoorinstellingen. Software-update Op Windows en Mac OS X wordt software-updates meestal automatisch aangeboden. Ga voor handmatige updates van printerdrivers en andere software naar http://www.hp.com/go/T120/software of http://www.hp.com/go/T520/software. Printeronderhoudspakketten Er zijn drie onderhoudspakketten beschikbaar voor uw printer. Deze bevatten componenten die na langdurig gebruik mogelijk moeten worden vervangen.
10 Accessoires ● ● NLWW Benodigdheden en accessoires bestellen – Inktbenodigdheden bestellen – Papier bestellen – Accessoires bestellen Inleiding tot de accessoires – Standaard – As 79
Benodigdheden en accessoires bestellen U kunt op twee manieren accessoires voor uw printer bestellen: ● Bezoek http://www.hp.com/go/T120/accessories of http://www.hp.com/go/T520/accessories op het web. ● Neem contact op met HP Support (zie Neem contact op met HP Support op pagina 124). In de rest van dit hoofdstuk vindt u de beschikbare toebehoren en accessoires, en de onderdeelnummers. Inktbenodigdheden bestellen U kunt de volgende inktbenodigdheden bestellen voor uw printer.
Tabel 10-3 Rol papier Papiersoort g/m² Lengte Breedte Onderdeelnummers 80 45,7 m 420 mm (A2) CG892A (E) 610 mm CG889A (EN) 914 mm CG890A (EN) 594 mm (A1) Q8003A (AJ) 610 mm Q1396A 914 mm Q1397A 420 mm (A2) Q1446A (EJ) 594 mm (A1) Q1445A (EJ) 610 mm C1860A (LN), C6035A (AEJ) 841 mm (A0) Q1444A (EJ) 914 mm C1861A (LN), C6036A (AEJ) 610 mm Q1404A (AEJN) 914 mm Q1405A (AEJN) 420 mm (A2) Q1443A (J) 457 mm Q7897A (EJN) 594 mm (A1) Q1442A (EJ) 610 mm C6019B 841 mm (A0) Q14
Tabel 10-3 Rol papier (vervolg) Papiersoort HP Matte film g/m² 160 Lengte Breedte Onderdeelnummers 914 mm C3875A 610 mm 51642A (AEJN) 914 mm 51642B 15,2 m 610 mm CZ984A 22,9 m 914 mm Q8806A 15,2 m 610 mm CZ987A 22,9 m 914 mm Q8808A 30,5 m 610 mm Q1426A (AEJN) 914 mm Q1427A (AEJN) 610 mm Q1420A (AEJN) 914 mm Q1421A (AEJN) 610 mm Q6574A 914 mm Q6575A 610 mm Q6579A 914 mm Q6580A 38,1 m HP Fotografisch papier HP Premium fotopapier, glanzend HP Premium Plus fotopapier,
Accessoires bestellen U kunt de volgende accessoires bestellen voor uw printer. Naam Productnummer HP DesignJet T120 24-inch standaard B3Q35A As voor HP DesignJet T120 en T520 24-inch B3Q36A As voor HP DesignJet T520 36-inch B3Q37A Inleiding tot de accessoires Standaard De standaard wordt geleverd bij de T520, maar niet bij de T520-24T. Deze wordt niet geleverd bij de T120 of T520-24T, maar kan worden aangeschaft als accessoire.
11 Problemen met papier oplossen 84 ● Het lukt niet om het papier te laden ● Papiersoort niet aanwezig in driver ● Er is afgedrukt op de verkeerde papiersoort ● Papierconflict ● Rol is vastgelopen ● Invoerlade voor meerdere vellen is vastgelopen ● Er is nog een strook aanwezig in de uitvoerlade die een papierstoring veroorzaakt ● De printer geeft de melding dat er geen papier is wanneer er wel papier beschikbaar is ● Afdrukken vallen niet netjes in de bak ● Het vel blijft in de printer
Het lukt niet om het papier te laden ● Controleer of er geen papier al geladen is. ● Controleer of het papier ver genoeg in de printer ziet. U moet kunnen voelen dat de printer het papier pakt. ● Probeer het papier niet recht te trekken tijdens het uitlijningsproces, tenzij hiertoe geïnstrueerd op het frontpanel. De printer zal automatisch proberen het papier recht te trekken. ● Mogelijk is het papier verfrommeld of scheefgetrokken, of heeft het onregelmatige randen.
Laden via lade voor meerdere vellen mislukt ● Controleer of de lade niet te veel vellen bevat. Het maximumaantal vallen hangt af van de dikte van het papier: ongeveer 50 vellen egaal standaard papier. ● Controleer of het papier op de juiste manier in de invoerlade is geplaatst. ● Controleer of het papier op de juiste manier in de invoerlade is afgesteld en gecentreerd.
frontpanelmelding Aanbevolen actie Menu Paper load (Papier laden) Het papier is kleiner dan wordt ondersteund voor de geselecteerde papierbron. Gesneden vellen die kleiner zijn dan ISO A3 moeten worden geladen met de invoerlade voor meerdere vellen. Vel te groot Tijdens het laden van het papier heeft de printer vastgesteld dat het papier te breed of te lang is om correct te worden geladen. Tik op om het laadproces te stoppen. Zie Functionele specificaties op pagina 126.
Na het afdrukken is het papier verkreukeld of is er te veel inkt Dit gebeurt wanneer er teveel inkt wordt gebruikt. Selecteer een dunnere categorie om minder inkt te gebruiken. Categorieën voor mat papier, van dun naar dik, zijn: ● Gewoon papier ● Papier met coating ● Zwaar papier met coating Zie Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen op pagina 94 voor andere problemen met de afdrukkwaliteit.
2. Probeer de printkopwagen opzij te schuiven. 3. Verwijder voorzichtig al het vastgelopen papier dat u via de bovenkant van de printer kunt lostrekken. VOORZICHTIG: NLWW Verwijder het papier niet zijwaarts, aangezien de printer hierdoor beschadigd kan raken.
4. Sluit de bovenklep. 5. Open de klep van de rol en rol het papier op. U kunt hierbij weerstand bemerken indien het papier vast zit; trek stevig. 6. Laad de rol opnieuw of plaats een nieuw vel. zie Papiertoevoer op pagina 28. OPMERKING: Als er papier is achtergebleven waardoor er een belemmering in de printer ontstaat, voer de procedure dan opnieuw uit en verwijder alle stukken papier zorgvuldig.
NLWW 3. Ontgrendel de lade met de draaischakelaar die zich erachter bevindt. 4. Trek de lade naar buiten. 5. Verwijder al het papier uit de lade. 6. Verwijder al het papier uit de printer.
7. Plaats de invoerlade terug. 8. Vergrendel de lade. Er is nog een strook aanwezig in de uitvoerlade die een papierstoring veroorzaakt Als een klein stuk papier is gesneden, bijvoorbeeld bij het afdrukken op een nieuwe rol of na het gebruik van de optie Papierdoorvoer en snijden op het frontpanel, dan kan de gesneden strook achterblijven in de uitvoerlade. Verwijder de strook uit de binnenzijde van de lade. Doe dit alleen wanneer de printer niet afdrukt.
Afdrukken vallen niet netjes in de bak ● Controleer of de bak goed is geïnstalleerd. ● Controleer of de bak open is. ● Controleer of de bak niet vol is. ● Papier op het einde van de rol kan makkelijk gaan krullen en zo problemen met de uitvoer veroorzaken. Plaats een nieuwe rol, of verwijder elke afdruk handmatig zodra deze is voltooid.
12 Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen 94 ● Algemeen advies bij afdrukken ● Horizontale strepen over de afbeelding (banding) ● Strepen zijn te dik, te dun of ontbreken ● Lijnen zijn getrapt of gekarteld ● De lijnen worden dubbel of niet in de juiste kleur afgedrukt ● De lijnen zijn onderbroken ● De lijnen zijn wazig ● Lengte van lijnen is onjuist ● De hele afbeelding is wazig of korrelig ● Papier is niet vlak ● De afdruk heeft veegvlekken of krassen ● Inktvlekken op het papier
Algemeen advies bij afdrukken Wanneer u problemen hebt met de afdrukkwaliteit, doet u het volgende: ● Voor de beste printerprestaties mag u alleen originele benodigdheden en accessoires van de fabrikant gebruiken, waarvan de betrouwbaarheid en prestaties grondig zijn getest voor probleemloos afdrukken en de hoogst mogelijke kwaliteit. Zie Papier bestellen op pagina 80 voor informatie over aanbevolen papiersoorten.
Strepen zijn te dik, te dun of ontbreken 1. Controleer of de papiersoort die u hebt geladen, overeenkomt met de papiersoort die u op het frontpanel en in de software hebt geselecteerd. Zie Informatie over het papier bekijken op pagina 36. 2. Controleer of u geschikte kwaliteitsinstellingen voor uw toepassing gebruikt (zie Afdrukken op pagina 39). Selecteer het dialoogvenster voor aangepaste afdrukkwaliteitsopties en schakel de optie Maximumdetail in indien beschikbaar. 3.
De lijnen worden dubbel of niet in de juiste kleur afgedrukt Dit probleem kan verschillende zichtbare symptomen hebben: ● Gekleurde lijnen worden dubbel, in verschillende kleuren afgedrukt. ● De randen van gekleurde blokken hebben niet de juiste kleur. Om dit type probleem op te lossen, drukt u een diagnoserapport voor afdrukkwaliteit uit en lijnt u de printkop uit indien dit wordt geadviseerd in het rapport. Zie Diagnoserapport afdrukkwaliteit op pagina 69.
De lijnen zijn wazig Bij vochtigheid kan inkt in het papier worden gezogen zodat de lijnen wazig en vaag worden. Probeer het probleem als volgt op te lossen: 1. Controleer of de omgevingsvoorwaarden (temperatuur en vochtigheidsgraad) geschikt zijn voor afdrukken met hoge kwaliteit. Zie Milieuspecificaties op pagina 129. 2. Controleer of het papiersoort dat u via het frontpanel hebt geselecteerd, overeenkomt met het papier dat u gebruikt. Zie Informatie over het papier bekijken op pagina 36. 3.
De hele afbeelding is wazig of korrelig 1. Controleer of de papiersoort die u hebt geladen, overeenkomt met de papiersoort die u op het frontpanel en in de software hebt geselecteerd. Zie Informatie over het papier bekijken op pagina 36. 2. Controleer of u de correcte zijde van het papier bedrukt. 3. Controleer of u geschikte instellingen voor de afdrukkwaliteit gebruikt (zie Afdrukken op pagina 39). In sommige gevallen kunt u kwaliteitsproblemen oplossen door een hoger kwaliteitsniveau te selecteren.
3. Kies een lagere afdrukkwaliteit (zoals Speed); de printer gebruikt dan minder inkt. 4. Kies een papiersoort die iets dunner is dan het papier dat u hebt geladen; hierdoor zal de printer minder inkt gebruiken. Hieronder volgen enkele voorbeelden van papiersoorten in oplopende volgorde van dikte: Gewoon papier, papier met coating, zwaar papier met coating.
3. Als u vellen papier gebruikt, draai het vel dan 90 graden. De afdrukstand van de papiervezels kan de kwaliteit beïnvloeden. 4. Probeer een dikkere papiersoort te gebruiken, zoals HP Heavyweight Coated Paper (zwaar papier met coating). 5. Kies een papiersoort die iets dunner is dan het papier dat u hebt geladen; hierdoor zal de printer minder inkt gebruiken.
Verticale lijnen van andere kleuren Als de afdruk verticale banden met verschillende kleuren erlangs heeft: 1. Probeer dikker papier te gebruiken en kies uit aanbevolen papiersoorten zoals HP Heavyweight Coated Paper (zwaar papier met coating). Zie Papier bestellen op pagina 80. 2. Probeer een hogere instelling voor afdrukkwaliteit (zie Afdrukken op pagina 39).
De afbeelding is onvolledig (afgesneden aan de onderkant) ● Hebt u getikt op voordat alle gegevens waren ontvangen door de printer? Als dat het geval is, hebt u de gegevensoverdracht afgebroken en moet u de pagina opnieuw afdrukken. ● Mogelijk is de waarde voor I/O timeout te klein. Deze instelling bepaalt hoe lang de printer wacht op de ontvangst van meer gegevens voordat de opdracht wordt beschouwd als voltooid. Stel via het frontpanel een hogere waarde in voor I/O timeout en verzend de afdruk opnieuw.
● Verlaag de resolutie van bitmapafbeeldingen in uw toepassingssoftware. ● Kies een lagere afdrukkwaliteit om de resolutie van de afgedrukte afbeelding te verlagen. OPMERKING: Op Mac OS X zijn niet al deze opties beschikbaar. De gesuggereerde opties worden vermeld met het oog op het oplossen van problemen en kunnen de uiteindelijke uitvoerkwaliteit of de benodigde duur voor het genereren van een afdruktaak op een negatieve wijze beïnvloeden.
13 Problemen met inktcartridge en printkop oplossen NLWW ● Kan inktcartridge niet plaatsen ● Statusberichten voor inktcartridges ● De printkop kan niet worden geplaatst 105
Kan inktcartridge niet plaatsen 1. Controleer of u het juiste type cartridge hebt (modelnummer). 2. Controleer of de kleur van het etiket op de cartridge overeenkomt met de kleur van het etiket op de sleuf. 3. Controleer of de cartridge goed is georiënteerd en of de letters zich aan de rechterkant bevinden en goed leesbaar zijn. VOORZICHTIG: Maak nooit de binnenkant van de inktcartridgesleuven schoon.
14 Problemen oplossen met datacommunicatie ● Communicatieproblemen tussen de computer en de printer ● Problemen met kabelnetwerk – ● NLWW De gecreëerde netwerkpoort komt niet overeen met het IP-adres van de printer (Windows) Problemen met draadloze netwerken – Geavanceerde oplossing van draadloze problemen – Hardwareadressen aan een WAP (Wireless Access Point) toevoegen ● Problemen met Mobile Printing ● Netwerkconfiguratiepagina 107
Communicatieproblemen tussen de computer en de printer Dit kan onder andere de volgende symptomen hebben: ● De melding Bezig met afdrukken verschijnt niet op het frontpanel wanneer u een afbeelding naar de printer hebt verzonden. ● Op de computer verschijnt een foutmelding wanneer u probeert af te drukken. ● De computer of printer loopt vast (blijft inactief) terwijl communicatie plaatsvindt.
De hostnaam gebruiken in plaats van het numerieke IP-adres: 1. Ga naar het frontpanel en tik op of . 2. Noteer het IP-adres en de hostnaam (HPXXXXXX-formaat). 3. Als uw Windows op uw computer draait, gaat u naar Configuratiescherm > Printers, klikt u met de rechtermuisknop op Eigenschappen > Poorten > Poort configureren en voert u in het veld Printernaam of IP-adres de hostnaam in.
Problemen met draadloze netwerken 1. Controleer of het draadloos-lampje (802.11) linksboven op het frontpanel brandt . Als het blauwe lampje niet brandt, zijn de draadloze functies mogelijk niet ingeschakeld. Om draadloos in te schakelen, tikt u op en vervolgens op Instellingen > Draadloos > Aan. 2. Zorg ervoor dat er geen ethernet-kabel op de printer is aangesloten. Als er een ethernet-kabel wordt aangesloten, worden de voorzieningen voor draadloze communicatie van de printer uitgeschakeld. 3.
TIP: Voor meer informatie over uw AirPort-verbinding, klikt u op Systeemvoorkeuren in het Dock, en vervolgens op Netwerk. Als de draadloze verbinding goed werkt, verschijnt een groene stip naast AirPort in de lijst met verbindingen. Klik op de knop Help in het venster voor meer informatie.
Mac OS X 7. a. Klik op Systeemvoorkeuren in de Dock en vervolgens op Afdrukken en faxen. b. Selecteer de printer en klik vervolgens op Afdrukwachtrij. c. Als Taken gestopt in het weergegeven venster wordt weergegeven, klik dan op Taken starten. Als u de HP-software opnieuw installeert, maakt de installer mogelijk een tweede versie van de printerdriver in uw map Printers of Printers en faxen aan.
Problemen met Mobile Printing Bezoek HP Connected voor problemen met HP ePrint: http://www.hpconnected.com (beschikbaarheid is afhankelijk van product, land en regio). Netwerkconfiguratiepagina Als de printer is aangesloten op een netwerk, kunt u een netwerkconfiguratiepagina afdrukken om de netwerkinstellingen voor de printer te bekijken. U kunt de netwerkconfiguratiepagina gebruiken om problemen met de netwerkaansluiting op te lossen.
● Web Services van Microsoft: Schakel de protocollen Microsoft Web Services Dynamic Discovery (WS Discovery) of Microsoft Web Services for Devices (WSD)-afdrukservices die door de printer worden ondersteund in of uit. Schakel ongebruikte afdrukservices uit om te voorkomen dat deze services kunnen worden opgevraagd. OPMERKING: Ga voor meer informatie over WS Discovery en WSD Print naar http://www.microsoft.com/. 5.
15 Algemene problemen met de printer oplossen NLWW ● Printer start niet ● Printer drukt niet af ● De printer lijkt langzaam ● Het frontpanel is vastgelopen ● Geen toegang tot geïntegreerde webserver ● Meldingen 115
Printer start niet Als de printer niet kan worden opgestart (het frontpanel blijft leeg), uit dan de Aan/uit-toets enkele seconden ingedrukt en kijk of het aan-/uitlampje oranje wordt terwijl de toets is ingedrukt. ● Als u geen oranje licht ziet, dan ontvangt de printer geen stroom. Controleer of de stekker op de juiste manier is aangesloten. Neem contact op met HP Support als het probleem aanhoudt (zie HP Klantenondersteuning op pagina 121) en leg uit dat u een probleem met de voeding hebt.
● Als uw printer een draadloze netwerkverbinding gebruikt, probeer dan een kabelnetwerk of een USBverbinding te gebruiken. ● Hebt u via het frontpanel een langere droogtijd (Extended) ingesteld? Probeer het probleem op te lossen door de droogtijd op Optimaal in te stellen. Het frontpanel is vastgelopen Neem contact op met HP Support (zie HP Klantenondersteuning op pagina 121) als het frontpanel een vaste afbeelding weergeeft die u niet kunt gebruiken.
Windows via de Alert-instellingen in de HP DesignJet Utility. U kunt ook een lijst van actieve meldingen bekijken op het tabblad Overzicht van de HP DesignJet Utility voor Windows. Foutmeldingen (kritieke meldingen) worden standaard altijd getoond en waarschuwingsalerts (nietkritische alerts) worden alleen getoond wanneer u bezig bent met afdrukken.
16 Foutmeldingen op het frontpanel De volgende meldingen kunnen verschijnen op het frontpanel. Volg in dat geval het advies in de kolom Recommendation (Aanbeveling) op. Als u een foutmelding ziet die hier niet verschijnt en u twijfelt over de juiste actie, of als de aanbevolen actie het probleem niet oplost, neem dan contact op met HP Support. Zie Neem contact op met HP Support op pagina 124.
Tabel 16-1 Tekstberichten (vervolg) Bericht Aanbeveling Het papier in de invoerlade voor meerdere vellen is op. Laad papier in de invoerlade voor meerdere vellen en druk op OK om het afdrukken te vervolgen of de taak te annuleren. Laad het papier in de invoerlade voor meerdere vellen Einde van rol is bereikt. De rol kan niet worden geladen. Laad een nieuwe rol. Printkop ontbreekt of is defect. Verwijder de printkop en plaats deze opnieuw of reinig de elektrische contactpunten.
17 HP Klantenondersteuning NLWW ● Inleiding ● HP Professional Services ● HP Proactive Support ● Reparatie door klant ● Neem contact op met HP Support 121
Inleiding HP Customer Care biedt bekroonde ondersteuning zodat u optimaal kunt gebruikmaken van uw HP DesignJet. Hiervoor heeft HP Customer Care uitgebreide, bewezen ervaring op het gebied van ondersteuning en worden nieuwe technologieën toegepast om de klant unieke eind-tot-eindondersteuning te bieden.
Meer informatie over HP Care Packs is beschikbaar op http://www.hp.com/go/printservices. HP Installation Door de HP Installation-service wordt de printer voor u uitgepakt, geïnstalleerd en aangesloten. Dit is een van de HP Care Pack Services. Kijk voor meer informatie op http://www.hp.
Neem contact op met HP Support HP Support is telefonisch bereikbaar. Doe het volgende voordat u belt: ● Raadpleeg de probleemoplossingstips in deze handleiding. ● Raadpleeg de relevante documentatie van de driver. ● Raadpleeg de documentatie bij softwaredrivers en RIP's van andere leveranciers als u deze hebt geïnstalleerd.
18 Printerspecificaties NLWW ● Functionele specificaties ● Specificaties Mobile Printing ● Fysieke specificaties ● Geheugenspecificaties ● Voedingsspecificaties ● Milieuspecificaties ● Milieuspecificaties ● Akoestische specificaties 125
Functionele specificaties Tabel 18-1 HP 72 inktbenodigdheden Printkop Eén printkop inktcartridges Inktcartridges met 29 ml inkt: geel, magenta en cyaan Inktcartridges met 38 ml inkt: zwart Inktcartridges met 80 ml inkt: zwart Tabel 18-2 Papierformaten Rolbreedte Minimaal Maximaal 279 mm 610 mm of 914 mm Rollengte 46 m Roldiameter 100 mm 610 mm gewicht rol 4,1 kg 914 mm gewicht rol 6,2 kg Velbreedte 210 mm 610 mm of 914 mm Vellengte 279 mm 1676 mm Papierdikte 0,3 mm Gewicht papier
Tabel 18-4 Afdrukresoluties (T520) (vervolg) Afdrukkwaliteit Maximale details Renderingsresolutie (ppi) Afdrukresolutie (dpi) Snel Uit 600 × 600 1200 × 1200 Econofast Uit 600 × 600 1200 × 1200 * Zie Papier bestellen op pagina 80 voor een lijst met ondersteunde glanzende papiersoorten.
Tabel 18-10 Afdrukken met HP All-in-One Remote Software HP All-in-One Printer Remote Ondersteunde mobiele apparaten Smartphones, tablets Ondersteunde besturingssystemen iOS vanaf 7.0, Android vanaf 4.
Milieuspecificaties Tabel 18-14 Milieuspecificaties voor de printer Gebruikstemperatuur 5 tot 40 °C Aanbevolen bedrijfstemperatuur 15 to 35 °C, afhankelijk van papiersoort Opslagtemperatuur -25 tot 55°C Aanbevolen luchtvochtigheid, in bedrijf 20 tot 80% relatieve luchtvochtigheid (afhankelijk van het mediatype) Opslagluchtvochtigheid 0 tot 95% RV Akoestische specificaties Akoestische specificaties voor de printer (vastgesteld conform ISO 9296).
Woordenlijst As Een staaf die een rol van een substraat ondersteunt wanneer deze voor het afdrukken wordt gebruikt. Bonjour De handelsnaam van Apple Computer voor de implementatie van het IETF Zeroconf-specificatieframework. Dit is de computernetwerktechnologie die werd gebruikt in Apple's Mac OS X vanaf versie 10.2. Dit wordt gebruikt om services te ontdekken die beschikbaar zijn op een LAN (local area network). Het werd oorspronkelijk Rendezvous genoemd.
Inktcartridge Een verwijderbaar printeronderdeel waarin een bepaalde inktkleur is opgeslagen die wordt doorgegeven naar de printkop. IP-adres Is hoogstwaarschijnlijk een IPv4-adres of misschien een IPv6-adres. IPSec Een verfijnd mechanisme voor netwerkbeveiliging dat werkt door middel van verificatie en codering van IP-pakketten die tussen knooppunten van het netwerk heen en weer worden gestuurd. Elk netwerkknooppunt (computer of toestel) heeft een IPSec-configuratie.
Printkop Een verwisselbaar printeronderdeel dat inkt van een of meer kleuren opneemt van de bijbehorende inktcartridges en dit op het substraat afzet door een groep spuitstukken. Snijder Een printercomponent dat heen en weer over de plaat schuift om het substraat te snijden. Spectrum Het kleurenbereik en dichtheidswaarden die op een uitvoerapparaat kunnen worden gereproduceerd, zoals een printer of monitor. Spuitstuk Een van de vele kleine gaatjes in een printkop waardoor inkt op het papier wordt afgezet.
Index A accessoires bestellen 83 achteraanzicht T120, T520-24T 6 achteraanzicht T520 6 Acrobat, afdrukken vanuit 49 afdrukken 39 afdrukken met printerdriver 41 afdrukken met veegvlekken 100 afdrukken vanaf mobiel 40 afdrukken via e-mail 40 afdrukkwaliteit selecteren 41 afdrukresolutie 126 afgesneden aan onderkant 103 afgesneden afbeelding 103 akoestische specificaties 129 as 83 rol laden 29 AutoCAD, afdrukken vanuit 51 automatische firmware-update, configureren 19 automatisch uitschakelen 24 B bandingprobl
kleur onnauwkeurig 102 vervagen 102 korreligheid 99 kwaliteit, hoog 45 L langzaam afdrukken lijndikte 96 116 M marges 43 specificatie 127 mechanische nauwkeurigheid 127 meldingen fouten 117 in- en uitschakelen 19 waarschuwingen 117 Microsoft Office, afdrukken vanuit 57 milieuspecificaties 128, 129 mobile printing 40 inleiding 9 instellen 21 probleemoplossing 113 mobile specificaties 127 modellen, printer 3 N netwerkconfiguratiepagina 113 netwerkinstellingen 25 netwerkproblemen oplossen, draadloos 110 netw
randen donkerder dan verwacht 101 randen getrapt of niet scherp 101 streepvorming 95 veegvlekken 100 verticale lijnen van andere kleuren 102 wazige lijnen 98 witte plekken 102 problemen met plaatsen van papier 85 vel papier de lade voor meerdere vellen gebruiken 35 laden 33 verwijderen 35 vervagende kleuren 102 via e-mail afdrukken 40 voeding aan/uit 10 voedingsspecificaties 128 vooraanzicht T520 5 voorkeuren, Windows-driver 21 R Reparatie door klant 123 rol papier laden 31 laden op as 29 verwijderen 33