HP DesignJet T790 and T1300 Printer Series - Using the Printer

Inleiding
Er zijn vijf verschillende manieren waarop u kunt afdrukken, afhankelijk van uw omstandigheden en
voorkeuren.
Druk een TIFF-, JPEG-, HP-GL/2-, RTL-, PDF- of PostScript-bestand direct af vanaf een USB-flashstation.
Zie Opslaan op een USB-flashstation op pagina 51.
Druk een bestand af dat al in de afdrukwachtrij staat. Zie Een taak uit de afdrukwachtrij opnieuw
afdrukken op pagina 70.
Druk een TIFF-, JPEG-, HP-GL/2-, RTL-, PDF- of PostScript-bestand direct af vanaf een computer die
aangesloten is op de printer met de geïntegreerde webserver of de HP Utility. Zie Afdrukken vanaf een
computer met de geïntegreerde webserver of HP Utility (T1300 serie) op pagina 52.
Druk elk bestand af vanaf een computer die verbonden is met de printer via het netwerk of een USB-
kabel, met een softwaretoepassing die het bestand kan openen en een printerstuurprogramma die met
uw printer is geleverd. Zie Afdrukken vanaf een computer met een printerstuurprogramma
op pagina 53.
OPMERKING: Een PostScript-printer is vereist voor het afdrukken van PDF- of PostScript-bestanden.
Opslaan op een USB-flashstation
1. Sluit een USB-flashstation aan met één of meer TIFF-, JPEG-, HP-GL/2, RTL-, PDF- of PostScript-
bestanden op één van de USB-poorten van de printer.
OPMERKING: Een PostScript-printer is vereist voor het afdrukken van PDF- of PostScript-bestanden.
OPMERKING: Het gebruik van USB-flashstations met uw printer kan worden uitgeschakeld door de
beheerder: zie Toegang tot de printer beheren op pagina 27.
2.
Ga op het voorpaneel naar het beginscherm en druk op .
3. Selecteer het bestand dat u wilt afdrukken. Bestanden die kunnen worden afgedrukt, zijn aangegeven
met . Bestanden die niet kunnen worden afgedrukt, zijn aangegeven met . U kunt op mappen
drukken om de inhoud ervan te doorzoeken.
4. De standaardafdrukinstellingen worden weergegeven. Druk op Settings (Instellingen) als u deze wilt
wijzigen. De volgende instellingen zijn beschikbaar:
Met Size (Formaat) kunt u de afdruk op twee verschillende manieren van grootte veranderen: naar
een percentage van zijn originele formaat, of om op een bepaald papierformaat te passen. De
standaardwaarde is 100% (het originele formaat).
Met Color (Kleur) kunt u kiezen tussen afdrukken in kleuren of in grijstinten.
Met Print quality (Afdrukkwaliteit) kunt u de afdrukkwaliteit instellen op Best, Normal of Fast.
Met Roll (Rol) kunt u specificeren of u op rol 1 of op rol 2 wilt afdrukken, of u kunt Save paper
(Papier besparen) kiezen, waarmee u automatisch de smalste rol selecteert waar de afdruk op
past.
Met Rotation (Draaien) kunt u de afruk met een veelvoud van 90 graden draaien, of u kunt
Automatic (Automatisch) kiezen, waarmee de afdruk automatisch gedraaid wordt om papier te
sparen.
NLWW Inleiding 51