User guide
Opmerking HP garandeert niet dat de printer compatibel zal zijn met lijnen of providers voor digitaal
telefoneren in digitale omgevingen of met alle converters voor conversie van digitaal naar analoog. U wordt
aangeraden om in alle gevallen rechtstreeks met het telefoonbedrijf te bespreken wat de juiste configuratie-
opties zijn op basis van de services die het bedrijf levert.
Fax over internetprotocol (FoIP)
U kunt zich mogelijk abonneren op een goedkope telefoonservice die u de mogelijkheid biedt faxen met uw
printer te ontvangen en te verzenden via internet. Deze methode wordt Fax over Internet-protocol (FoIP)
genoemd.
U gebruikt waarschijnlijk een FoIP-service (die door uw telefoonmaatschappij wordt aangeboden) als u:
• samen met het faxnummer een speciale toegangscode kiest, of
• een IP-converter hebt om verbinding te maken met Internet; deze biedt ook analoge telefoonpoorten voor
de faxlijn.
Opmerking U kunt uitsluitend faxen verzenden en ontvangen door een telefoonsnoer aan te sluiten op de 1-
LINE-poort op de printer. Dit betekent dat de verbinding met het Internet tot stand moet worden gebracht via
een converter (die is uitgerust met een gewone analoge telefooningangen voor de fax) of via uw
telefoonmaatschappij.
Tip De ondersteuning voor traditionele faxverzending via een IP-telefoonsysteem is vaak beperkt. Als u
problemen ondervindt bij het verzenden van faxen, kunt u proberen om de faxsnelheid te verlagen of de
foutcorrectiemodus (ECM, Error Correction Mode) voor het faxen uit te schakelen. Als u de
foutcorrectiemodus echter uitschakelt, kunt u geen faxen in kleur meer verzenden of ontvangen. Zie
De
faxsnelheid instellen voor meer informatie over het wijzigen van de faxsnelheid. Zie Fax verzenden in
foutcorrectiemodus voor meer informatie over de foutcorrectiemodus (ECM).
Als u vragen hebt over internetfaxen, neem dan contact op met de ondersteuningsafdeling van uw
internetfaxdienst of met uw lokale serviceprovider voor meer begeleiding.
Rapporten gebruiken
U kunt de printer zodanig instellen dat foutrapporten en bevestigingsrapporten automatisch worden afgedrukt
voor elk faxbericht dat u verzendt en ontvangt. U kunt indien gewenst ook handmatig systeemrapporten
afdrukken. Deze rapporten bieden nuttige systeeminformatie over de printer.
Standaard is de printer zodanig ingesteld dat er alleen een rapport wordt afgedrukt als zich een probleem
voordoet bij het verzenden of ontvangen van een fax. Na het verzenden van een faxbericht verschijnt er kort een
bericht op het scherm van het bedieningspaneel met de mededeling dat het faxbericht goed is verzonden.
Opmerking 1 Als de rapporten niet leesbaar zijn, kunt u de geschatte inktniveaus controleren vanuit het
bedieningspaneel of de HP-software.
Opmerking 2 Waarschuwingen en indicatorlampjes voor het inktniveau bieden uitsluitend schattingen om te
kunnen plannen. Wanneer u een waarschuwing voor een laag inktniveau krijgt, overweeg dan om een
vervangende cartridge klaar te houden om eventuele afdrukvertragingen te vermijden. U hoeft de
inktcartridges niet te vervangen tot het moment waarop u dit wordt gevraagd.
Opmerking 3 Controleer of de printkoppen en inktcartridges in goede staat verkeren en goed zijn
geïnstalleerd. Zie
Met cartridges werken voor meer informatie.
Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen:
•
Bevestigingsrapporten voor faxen afdrukken
•
Foutrapporten voor faxen afdrukken
•
Het faxlogboek afdrukken en bekijken
•
Het faxlogboek wissen
•
De details van de laatste faxtransactie afdrukken
Hoofdstuk 7
38 Fax










