Operation Manual
2–8 www.hp.nl Handleiding voor de hardware
Hardware-upgrades
Gebruik van DIMM-voetjes
Het systeem selecteert automatisch de enkelkanaalsmodus, de
asymmetrische tweekanaalsmodus of de snellere interleaved
tweekanaalsmodus, afhankelijk van de manier waarop de
DIMM’s in de voetjes zijn geplaatst.
■ Het systeem werkt in de enkelkanaalsmodus wanneer alleen
in de DIMM-voetjes van één kanaal DIMM’s zijn geïnstalleerd.
■ Het systeem werkt in de asymmetrische tweekanaalsmodus als de
totale geheugencapaciteit van de DIMM’s in kanaal A niet gelijk
is aan de totale geheugencapaciteit van de DIMM’s in kanaal B.
■ Het systeem werkt in de snellere interleaved tweekanaalsmodus
als de totale geheugencapaciteit van de DIMM’s in kanaal A
gelijk is aan de totale geheugencapaciteit van de DIMM’s in
kanaal B. De gebruikte technologie en de breedte van de DIMM’s
hoeft niet voor beide kanalen hetzelfde te zijn. Wanneer kanaal A
bijvoorbeeld twee 256 MB DIMM’s bevat en er in kanaal B één
512 MB DIMM is geplaatst, zal het systeem in de interleaved
tweekanaalsmodus werken.
■ In elke modus wordt de maximale snelheid bepaald door de traagste
DIMM in het systeem. Wanneer er bijvoorbeeld een DIMM van
333 MHz en een DIMM van 400 MHz zijn geïnstalleerd, zal het
systeem werken op de langzaamste van deze twee snelheden.










