Operation Manual

49
5
Meer informatie over uw printer
Installatie-instructies
Een parallelle kabel gebruiken
1
Sluit de parallelle kabel aan.
Een parallelle kabel, zoals de parallelle
interfacekabel van HP die voldoet aan de IEEE
1284-standaard (onderdeelnummer C2950A),
moet afzonderlijk worden aangeschaft.
2 Sluit het netsnoer aan.
3 Laad wit papier met de afdrukzijde omlaag.
4 Installeer de inktpatronen.
a Druk op de Aan/uit-knop om de printer
aan te zetten.
b Verwijder de vinyltape van de inktpatronen.
U moet de koperen strip op de inktpatronen
NIET aanraken of verwijderen.
c Open de bovenklep en installeer de
inktpatronen.
d Sluit de houdervergrendelingen en de
bovenklep van de printer. De printer drukt
een kalibratiepagina af.
5 Installeer printersoftware.
Windows 95, 98 en NT 4.0:
a Zet de computer aan en wacht tot Windows
wordt gestart.
b Plaats de cd met HP-printersoftware in het
cd-rom-station.
Als het dialoogvenster Nieuwe hardware
gevonden verschijnt, klikt u op Annuleren.
c Selecteer Start Uitvoeren.
d Klik op Bladeren.
e Blader naar het cd-pictogram .
f Klik op Setup.
g Klik op Openen.
h Het installatiebestand verschijnt in het
dialoogvenster Uitvoeren. Klik op OK.
i Installeer de printersoftware door de
instructies op het beeldscherm uit te voeren.
Windows 3.1
x
:
a Zet de computer aan en wacht tot Windows
wordt gestart.
b Selecteer in Programmabeheer Bestand
Uitvoeren.
c Typ de letter die het cd-rom-station van de
computer aangeeft, gevolgd door setup.exe
(als u bijvoorbeeld installeert vanaf station D,
typt u D:\setup.exe) en klik op OK.
d Installeer de printersoftware door de
instructies op het beeldscherm uit te voeren.
1
2