HP Deskjet F4200 All-in-One series Windows-help
HP Deskjet F4200 All-in-One series
1 Help bij de HP Deskjet F4200 All-in-One series.....................................................................7 2 Overzicht HP All-in-One Een overzicht van de HP All-in-One...........................................................................................9 Knoppen op bedieningspaneel.................................................................................................10 Overzicht van de statuslampjes................................................................................
Inhoudsopgave Speciale afdruktaken uitvoeren................................................................................................39 Een afbeelding zonder rand afdrukken...............................................................................39 Een foto afdrukken op gewoon papier................................................................................40 Een foto afdrukken op fotopapier.......................................................................................
Werken met printcartridges.......................................................................................................70 De printcartridges hanteren................................................................................................71 Geschatte inktniveaus controleren.....................................................................................71 De juiste printcartridges kiezen..........................................................................................
Inhoudsopgave Problemen met kopiëren oplossen.........................................................................................132 Er gebeurt niets wanneer ik probeer te kopiëren..............................................................132 Delen van het origineel ontbreken of zijn afgesneden......................................................134 De afdruk is leeg...............................................................................................................
Mededeling aan Windows 2000-gebruikers...........................................................................226 Programma voor milieubeheer ..............................................................................................226 Papiergebruik...................................................................................................................227 Plastics.............................................................................................................................
Inhoudsopgave 6
Help bij de HP Deskjet F4200 All-in-One series Meer informatie over de HP All-in-One vindt u hier: • • • • • • • • • • • • Overzicht HP All-in-One Meer informatie zoeken Hoe kan ik? Informatie over verbindingen Originelen en papier laden Afdrukken vanaf de computer De kopieerfuncties gebruiken De scanfuncties gebruiken Het onderhoud van de HP All-in-One Winkel voor inktbenodigdheden Garantie en ondersteuning van HP Technische informatie Help bij de HP Deskjet F4200 All-in-One series 1 Opmerking Als u he
Hoofdstuk 1 Help bij de HP Deskjet F4200 All-in-One series 8 Help bij de HP Deskjet F4200 All-in-One series
2 Overzicht HP All-in-One De HP Deskjet F4200 All-in-One series is een veelzijdig apparaat waarmee u eenvoudig kunt kopiëren, scannen en afdrukken. Kopiëren Met de HP All-in-One kunt u kleuren- en zwart-witkopieën van hoge kwaliteit maken op allerlei papiersoorten. U kunt het formaat van een origineel vergroten of verkleinen zodat dit op een bepaald papierformaat past, de kopieerkwaliteit aanpassen en fotokopieën van hoge kwaliteit maken.
Hoofdstuk 2 * Label Beschrijving 1 Bedieningspaneel 2 Toegangsklep aan de voorzijde 3 Papierbreedtegeleider 4 Invoerlade 5 Uitbreiding lade 6 Vak met printcartridge 7 Glasplaat 8 Binnenkant van klep 9 Klep aan achterzijde 10 USB-poort aan de achterzijde 11 Stroomaansluiting * Gebruik alleen de netadapter die door HP is geleverd.
Label 1 Pictogram Naam en beschrijving Lampjes Inktniveau: geven informatie over het inktniveau van elke printcartridge, vier lampjes voor de driekleurenprintcartridge en vier voor de zwarte printcartridge. Lampje Printcartridge controleren: Geeft aan of u papier moet plaatsen, de aangegeven printcartridge opnieuw moet installeren, de printcartridge moet vervangen of de klep voor de printcartridges moet sluiten.
Hoofdstuk 2 (vervolg) Label Pictogram Naam en beschrijving Een knipperend Doorgaan lichtje naast de Doorgaan-knop geeft aan dat het papier op is of vastzit. 8 Annuleren: hiermee beëindigt u een afdruk-, kopieer- of scantaak. 9 Aan: hiermee schakelt u de HP All-in-One in of uit. Het lampje van de knop Aan brandt als de HP All-in-One is ingeschakeld. Het lampje knippert wanneer een taak wordt uitgevoerd. Als de HP All-in-One uit is, gebruikt het apparaat toch nog een minimale hoeveelheid stroom.
(vervolg) Label Beschrijving 4 Breder maken/Aan pagina aanpassen-lampje 5 Doorgaan-lampje 6 Aan-lampje In de onderstaande tabel vindt u uitleg over veelvoorkomende situaties en wat de lampjes betekenen. Status van lampjes Betekenis Alle lampjes zijn uit. De HP All-in-One is uitgeschakeld. Druk op de knop Aan om het apparaat aan te zetten. Het lampje Aan en een van de lampjes Papierkeuze zijn aan. De HP All-in-One is klaar voor afdrukken, scannen of kopiëren. Het lampje Aan knippert.
Hoofdstuk 2 De HP Photosmart-software gebruiken De HP Photosmart-software biedt een snelle en gemakkelijke manier om afdrukken te maken van uw foto's. De software biedt ook toegang tot andere elementaire functies van de HP beeldbewerkingssoftware, zoals het opslaan en weergeven van uw foto's. Meer informatie over het gebruiken van de HP Photosmart-software: • • Controleer het paneel Inhoud links. Zoek naar het boek Inhoud help HP Photosmart-software bovenaan.
3 Meer informatie zoeken Er is een scala aan bronnen beschikbaar, zowel gedrukt als op het scherm, waarin u informatie kunt vinden over het instellen en gebruiken van de HP All-in-One. Installatiehandleiding De installatiehandleiding bevat instructies voor de installatie van de HP All-in-One. Zorg dat u de stappen uit de installatiehandleiding in de juiste volgorde uitvoert.
Hoofdstuk 3 Meer informatie zoeken 16 Meer informatie zoeken
Hoe kan ik? Dit gedeelte bevat koppelingen naar veel voorkomende taken, zoals het afdrukken van foto's en het optimaliseren van uw afdruktaken.
Hoofdstuk 4 Hoe kan ik? 18 Hoe kan ik?
5 Informatie over verbindingen De HP All-in-One is uitgerust met een USB-poort, zodat u deze met een USB-kabel rechtstreeks kunt verbinden met een computer. U kunt het apparaat ook via een thuisnetwerk delen.
Hoofdstuk 5 Informatie over verbindingen 20 Informatie over verbindingen
6 Originelen en papier laden U kunt een groot aantal verschillende papiersoorten en papierformaten in de HP All-in-One plaatsen, waaronder papier van A4- of Letter-formaat, fotopapier, transparanten, visitekaartjes en enveloppen. Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen: • • • Originelen laden Papier voor afdrukken en kopiëren selecteren Papier laden Originelen laden U kunt visitekaartjes, fotopapier en originelen met Letter- of A4-formaat kopiëren of scannen door ze op de glasplaat te plaatsen.
Hoofdstuk 6 Wanneer u de papiersoort verandert, vergeet dan niet ook de papiersoortinstellingen aan te passen. Zie De papiersoort voor afdrukken instellen voor meer informatie.
HP All-in-One-papier of HP-afdrukpapier • HP All-in-One-papier is speciaal gemaakt voor HP All-in-One-apparaten. Het papier heeft een bijzonder heldere blauw-witte tint waarop tekst scherper en kleuren voller tot uiting komen dan op normaal multifunctioneel papier. • HP-afdrukpapier is multifunctioneel papier van hoge kwaliteit. Hiermee vervaardigt u documenten die er veel professioneler uitzien dan documenten die op standaardpapier of kopieerpapier zijn afgedrukt.
Hoofdstuk 6 Papier dat u beter niet kunt gebruiken Als u papier gebruikt dat te dun of te dik is, een glad oppervlak heeft of gemakkelijk uitrekt, kan dit leiden tot papierstoringen. Het gebruik van zwaar papier of papier dat geen inkt opneemt, kan resulteren in vlekkerige, doorgelopen of onvolledige afbeeldingen. Opmerking Zie de printersoftware voor een volledige lijst van de ondersteunde afdrukmaterialen en hun afmetingen.
• • Enveloppen plaatsen Andere papiersoorten plaatsen Papier van volledig formaat plaatsen U kunt veel soorten Letter- of A4-papier in de invoerlade van de HP All-in-One plaatsen. Papier van volledig formaat plaatsen 1. Trek het verlengstuk van de lade naar buiten. Opmerking Klap het verlengstuk van de lade niet uit als u papier van Legalformaat gebruikt. 3.
Hoofdstuk 6 4. Plaats het papier in de invoerlade met de korte zijde naar voren. Zorg ervoor dat de het papier met de te bedrukken zijde naar beneden ligt. Schuif het papier naar voren, tot de stapel niet verder kan. Let op Zorg dat het apparaat inactief is en stil wanneer u papier in de invoerlade legt. Als het apparaat bezig is met het onderhoud van de printcartridges of met een andere taak bezig is, kunt u het papier te ver naar voor duwen, waardoor het apparaat lege pagina's gaat uitvoeren.
Fotopapier in de invoerlade plaatsen 1. Verwijder alle papier uit de invoerlade. 2. Plaats de stapel fotopapier tegen de rechterkant van de invoerlade met de afdrukzijde of de glanzende zijde naar beneden en de korte zijde naar voor. Schuif het fotopapier naar voor, tot de stapel niet verder kan. Tip Raadpleeg de richtlijnen op de bodem van de invoerlade voor hulp bij het laden van fotopapier van klein formaat. 3. Schuif de papierbreedtegeleider naar binnen tot deze tegen de rand van het papier aankomt.
Hoofdstuk 6 Indexkaarten in de invoerlade plaatsen 1. Verwijder alle papier uit de invoerlade. 2. Plaats de stapel kaarten verticaal (korte rand naar buiten) met de afdrukzijde naar beneden tegen de rechterkant van de invoerlade. Schuif de stapel kaarten naar voren, totdat de stapel niet verder kan. 3. Schuif de breedtegeleider voor het papier naar binnen totdat deze tegen de stapel kaarten komt.
Plaats niet te veel afdrukmateriaal in de invoerlade. Zorg dat de stapel enveloppen in de invoerlade past en dat deze niet hoger is dan de bovenkant van de papierbreedtegeleider. Andere papiersoorten plaatsen De volgende papiersoorten vragen extra aandacht bij het plaatsen. Opmerking Niet alle papiersoorten en papierformaten zijn beschikbaar voor alle functies van de HP All-in-One.
Hoofdstuk 6 Originelen en papier laden 30 Originelen en papier laden
7 Afdrukken vanaf de computer U kunt de HP All-in-One gebruiken in combinatie met elke softwaretoepassing waarmee u kunt afdrukken. U kunt een grote verscheidenheid aan projecten afdrukken, zoals afbeeldingen zonder rand, nieuwsbrieven, wenskaarten, opstrijkpatronen en posters.
Hoofdstuk 7 5. Selecteer de gewenste opties voor de afdruktaak met de functies die beschikbaar zijn op de tabbladen Geavanceerd, Snel afdrukopties instellen, Effecten, en Kleur. Tip U kunt eenvoudig de gewenste opties voor uw afdruktaak selecteren door een van de vooraf ingestelde taken op het tabblad Snel afdrukopties instellen te kiezen. Klik op een type afdruktaak in de lijst Snel afdrukopties instellen.
Het papierformaat instellen 1. Zorg ervoor dat er papier in de invoerlade is geplaatst. 2. Klik op Afdrukken in het menu Bestand van uw softwaretoepassing. 3. Controleer of het product de geselecteerde printer is. 4. Klik op de knop waarmee u het dialoogvenster Eigenschappen opent. Afhankelijk van uw softwaretoepassing heeft deze knop de naam Eigenschappen, Opties, Printerinstellingen, Printer of Voorkeuren. 5. Klik op het tabblad Functies. 6.
Hoofdstuk 7 De papiersoort voor afdrukken instellen 1. Zorg ervoor dat er papier in de invoerlade is geplaatst. 2. Klik op Afdrukken in het menu Bestand van uw softwaretoepassing. 3. Controleer of het product de geselecteerde printer is. 4. Klik op de knop waarmee u het dialoogvenster Eigenschappen opent. Afhankelijk van uw softwaretoepassing heeft deze knop de naam Eigenschappen, Opties, Printerinstellingen, Printer of Voorkeuren. 5. Klik op het tabblad Functies. 6.
6. In de vervolgkeuzelijst Afdrukkwaliteit selecteert u de gewenste afdrukkwaliteit voor uw project. Opmerking Als u het maximum aantal dpi wilt bekijken waarmee het apparaat kan afdrukken, klikt u op Resolutie. 7. Selecteer in de vervolgkeuzelijst Papiersoort de papiersoort die u in het apparaat hebt geplaatst. De afdrukstand wijzigen Met de instelling voor de afdrukstand kunt u het document verticaal of horizontaal op de pagina afdrukken.
Hoofdstuk 7 De verzadiging, helderheid of kleurtint wijzigen Met de opties Verzadiging, Helderheid en Kleurtint kunt u de intensiteit van kleuren instellen en afdrukken lichter of donkerder maken. De verzadiging, helderheid of kleurschakering wijzigen 1. Zorg ervoor dat er papier in de invoerlade is geplaatst. 2. Klik op Afdrukken in het menu Bestand van uw softwaretoepassing. 3. Controleer of het product de geselecteerde printer is. 4. Klik op de knop waarmee u het dialoogvenster Eigenschappen opent.
Standaardinstellingen voor afdrukken wijzigen Als u bepaalde instellingen vaak gebruikt voor het afdrukken, kunt u deze opslaan als standaardinstellingen, zodat deze al zijn ingesteld als u het dialoogvenster Afdrukken opent vanuit de softwaretoepassing. Standaardinstellingen voor afdrukken wijzigen 1. Klik in de HP Solution Center op Instellingen, wijs Afdrukinstellingen aan en klik vervolgens op Printerinstellingen. 2. Wijzig de afdrukinstellingen en klik op OK.
Hoofdstuk 7 Afdruksnelkoppelingen maken Naast de snelkoppelingen die beschikbaar zijn in de lijst Afdruksnelkoppelingen, kunt u uw eigen snelkoppelingen maken. Als u bijvoorbeeld vaak op transparanten afdrukt, kunt u een snelkoppeling maken door de snelkoppeling Presentatie afdrukken te selecteren, de papiersoort te wijzigen in HP Premium Inkjet Transparanten en de gewijzigde snelkoppeling onder een andere naam op te slaan; bijvoorbeeld als Presentaties op transparanten.
Speciale afdruktaken uitvoeren De HP All-in-One biedt niet alleen ondersteuning voor standaardafdruktaken maar ook voor speciale taken. Zo kunt u bijvoorbeeld afbeeldingen zonder randen en opstrijkpatronen of posters afdrukken.
Hoofdstuk 7 7. Klik in de keuzelijst Formaat op het formaat van het fotopapier dat u in de invoerlade hebt geplaatst. Als er een afbeelding zonder randen kan worden afgedrukt op het opgegeven formaat, is het selectievakje Afdrukken zonder rand beschikbaar. 8. Klik op Meer in de vervolgkeuzelijst Papiersoort en selecteer de juiste papiersoort. Opmerking U kunt geen afbeelding zonder randen afdrukken als de papiersoort is ingesteld op Gewoon papier of op een andere papiersoort dan fotopapier. 9.
7. Klik in het gedeelte Opties formaat wijzigen op het juiste papierformaat in de lijst Formaat. Als het papierformaat en de papiersoort niet compatibel zijn, verschijnt er een waarschuwingsbericht op het apparaat en kunt u een ander papierformaat of een andere papiersoort selecteren. 8. Selecteer in het gebied Basisopties een afdrukkwaliteit in de vervolgkeuzelijst Afdrukkwaliteit. De standaard afdrukkwaliteit is Normaal. 9. Klik op OK om terug te gaan naar het dialoogvenster Eigenschappen. 10.
Hoofdstuk 7 7. Klik in het gedeelte Opties formaat wijzigen op het juiste papierformaat in de lijst Formaat. Als het papierformaat en de papiersoort niet compatibel zijn, verschijnt er een waarschuwingsbericht op het apparaat en kunt u een ander papierformaat of een andere papiersoort selecteren. 8. Selecteer in het gebied Basisopties een hoge afdrukkwaliteit, bijvoorbeeld Optimaal, in de vervolgkeuzelijst Afdrukkwaliteit.
HP All-in-One-printer kan afdrukken. Afdrukken in de modus Maximum aantal dpi wordt uitsluitend voor de volgende papiersoorten ondersteund: • • • • HP Premium Plus fotopapier HP Premium fotopapier HP Geavanceerd fotopapier Hagaki-kaarten Afdrukken met Maximum dpi duurt langer dan wanneer u afdrukt met andere instellingen en bestanden nemen meer schijfruimte in beslag. U drukt als volgt af in de modus Maximum dpi: 1. Zorg ervoor dat er papier in de invoerlade is geplaatst. 2.
Hoofdstuk 7 7. Als u de pagina's wilt inbinden, voert u een van de volgende handelingen uit: • Als u de pagina's aan de bovenkant wilt binden, zoals bij een schrijfblok of een kalender, schakelt u het selectievakje Pagina's naar boven omslaan in. Hierdoor worden de oneven en even pagina's van het document tegenoverliggend van boven naar beneden afgedrukt. Hierdoor bevindt de bovenkant van de pagina zich altijd aan de bovenkant van het papier als u de pagina's omslaat in het gebonden document.
11 9 7 1 5 3 Een document met meerdere pagina's afdrukken als brochure 1. Plaats papier in de invoerlade. Het papier moet dik genoeg zijn zodat afbeeldingen niet doorschijnen naar de andere kant van het papier. 2. Klik op Afdrukken in het menu Bestand van uw softwaretoepassing. 3. Controleer of het product de geselecteerde printer is. 4. Klik op de knop waarmee u het dialoogvenster Eigenschappen opent.
Hoofdstuk 7 10. Volg de instructies die op het scherm verschijnen om het papier opnieuw te plaatsen als u de tweede zijde wilt afdrukken. Klik vervolgens op Doorgaan. 11. Als het gehele document is afgedrukt, vouwt u de stapel papier dubbel zodat de eerste pagina boven ligt. Vervolgens niet u het document op de vouw. Tip Gebruik voor de beste resultaten een brochurenietmachine of een professionele nietmachine met een groot bereik om de brochure te nieten.
Meerdere pagina's op één vel papier afdrukken U kunt maximaal 16 pagina’s op één vel papier afdrukken. 1 2 3 4 Een document met meerdere pagina's in omgekeerde volgorde afdrukken Als gevolg van de wijze waarop het papier door de HP All-in-One wordt gevoerd, ligt de eerste afgedrukte pagina met de bedrukte zijde naar boven onder op de stapel. Speciale afdruktaken uitvoeren 47 Afdrukken Meerdere pagina's op één vel papier afdrukken 1. Zorg ervoor dat er papier in de invoerlade is geplaatst. 2.
Hoofdstuk 7 Doorgaans betekent dit dat u de afgedrukte pagina's handmatig in de juiste volgorde moet plaatsen. 5 4 3 2 1 Het is beter om het document in omgekeerde volgorde af te drukken zodat de pagina's op de juiste wijze worden gestapeld. 1 2 3 4 5 Tip Selecteer deze optie als standaardinstelling zodat u deze niet opnieuw hoeft in te stellen wanneer u een document met meerdere pagina's afdrukt. Een document met meerdere pagina's in omgekeerde volgorde afdrukken 1.
Een afbeelding spiegelen voor opstrijkpatronen Met deze functie kunt u een afbeelding spiegelen zodat u deze als opstrijkpatroon kunt afdrukken. U kunt deze functie ook gebruiken als u paranten wilt afdrukken en u op de achterzijde aantekeningen wilt maken zonder het origineel te beschadigen. Een afbeelding spiegelen voor opstrijkpatronen 1. Klik op Afdrukken in het menu Bestand van uw softwaretoepassing. 2. Controleer of het product de geselecteerde printer is. 3.
Hoofdstuk 7 6. Selecteer Andere in de vervolgkeuzelijst Papiersoort, in het gedeelte Basisopties. Selecteer vervolgens de juiste papiersoort. Tip Als u op de achterzijde van de transparanten aantekeningen wilt maken en deze later wilt verwijderen zonder het origineel te beschadigen, klikt u op het tabblad Geavanceerd en schakelt u het selectievakje Spiegelbeeld in. 7. Selecteer Andere in de vervolgkeuzelijst Formaat, in het gedeelte Formaatwijzigingsopties. Selecteer vervolgens een geschikt formaat. 8.
Een poster afdrukken U kunt een poster maken door een document verdeeld over meerdere pagina's af te drukken. Op sommige pagina's drukt de HP All-in-One stippellijnen af om aan te geven waar u de pagina's moet bijsnijden voordat u ze aan elkaar plakt. Een poster afdrukken 1. Zorg ervoor dat er papier in de invoerlade is geplaatst. 2. Klik op Afdrukken in het menu Bestand van uw softwaretoepassing. 3. Controleer of het product de geselecteerde printer is. 4.
Hoofdstuk 7 de werkbalk in Internet Explorer. Raadpleeg het helpbestand bij HP Smart Web Printing voor meer info. Een webpagina afdrukken 1. Zorg ervoor dat er papier in de invoerlade is geplaatst. 2. Klik op Afdrukken in het menu Bestand van de webbrowser. Tip Voor het beste resultaat selecteert u HP Smart Web Printing in het menu Bestand. Er verschijnt een vinkje als het is geselecteerd. Het afdrukvenster wordt geopend. 3. Controleer of het product de geselecteerde printer is. 4.
Een afdruktaak stoppen via de computer (Windows XP-gebruikers) 1. Klik op de taakbalk van Windows op Start en klik vervolgens op Configuratiescherm. 2. Open het dialoogvenster Printers en faxapparaten. 3. Dubbelklik op het pictogram van het apparaat. Tip U kunt ook dubbelklikken op het printerpictogram op de taakbalk van Windows. 4. Selecteer de afdruktaak die u wilt annuleren. 5. Klik in het menu Document op de optie Afdrukken annuleren of Annuleren of druk op het toetsenbord op Delete.
Hoofdstuk 7 4. Selecteer de afdruktaak die u wilt hervatten. 5. Klik op Doorgaan met afdrukken of Doorgaan in het menu Document. Het kan even duren voordat het afdrukken wordt hervat. Een afdruktaak hervatten vanaf de computer (Windows XP-gebruikers) 1. Klik op de taakbalk van Windows op Start en klik vervolgens op Configuratiescherm. 2. Open het dialoogvenster Printers en faxapparaten. 3. Dubbelklik op het pictogram van het apparaat.
De kopieerfuncties gebruiken Met de HP All-in-One kunt u kleuren- en zwartwitkopieën van hoge kwaliteit maken op allerlei papiersoorten. U kunt het formaat van een origineel vergroten of verkleinen zodat deze op een bepaald papierformaat past, de kopieerkwaliteit aanpassen, en kopieën van hoge kwaliteit van foto's maken (inclusief kopieën zonder rand).
Hoofdstuk 8 Lay-out van de kopie De kopieerfuncties gebruiken Richting van het origineel 4x6 of L (kleine foto) Breder maken/ Aan pagina aanpassen UIT Visitekaartje (Liggend) Visitekaartje (Staand) Foto van 4 x 6 (Liggend) Foto van 4 x 6 (Staand) 56 De kopieerfuncties gebruiken Breder maken/ Aan pagina aanpassen AAN A of A4 (gewoon of fotopapier) Breder maken/ Aan pagina aanpassen UIT Breder maken/ Aan pagina aanpassen AAN
(vervolg) Richting van het origineel 4x6 of L (kleine foto) Breder maken/ Aan pagina aanpassen UIT Breder maken/ Aan pagina aanpassen AAN A of A4 (gewoon of fotopapier) Breder maken/ Aan pagina aanpassen UIT Breder maken/ Aan pagina aanpassen AAN Twee foto's van 4 x 6 (Staand) Document van 8,5x11 of in A4formaat De kopieerpapiersoort instellen U kunt de papiersoort instellen op Gewoon, Foto (Groot) of Foto (Klein).
Hoofdstuk 8 (vervolg) De kopieerfuncties gebruiken Papiersoort Instelling bedieningspaneel Ander fotopapier Foto HP Advanced papier Gewoon HP All-in-One-papier Gewoon HP-afdrukpapier Gewoon Ander inkjetpapier Gewoon Legal Gewoon Verwante onderwerpen Knoppen op bedieningspaneel Speciale kopieertaken uitvoeren De HP All-in-One biedt niet alleen ondersteuning voor standaard kopieertaken maar ook voor speciale taken.
3. Druk op de Papierkeuze-knop om de papiersoort in te stellen op Gewoon. De kopieerfuncties gebruiken Opmerking U kunt geen Snelle kopie maken als de papiersoort op Foto (Groot) of Foto (Klein) is ingesteld. 4. Druk op de knop Scannen en houd deze ingedrukt, en druk vervolgens op Start kopiëren, Zwart of Start kopiëren, Kleur.
Hoofdstuk 8 De kopieerfuncties gebruiken Een kopie zonder rand maken van een foto vanaf het bedieningspaneel 1. Plaats fotopapier in de invoerlade. Raadpleeg Fotopapier plaatsen voor meer informatie over het plaatsen van fotopapier. 2. Plaats het origineel met de bedrukte zijde naar beneden tegen de rechterbenedenhoek van de glasplaat.
Tip Zorg ervoor dat het glas van de scanner proper is en dat er geen vuil aan kleeft, als u kwaliteitskopieën wilt. Zie De glasplaat reinigen voor meer informatie. 3. Druk op de Papierkeuze-knop om de papiersoort in te stellen. 4. Druk op Start kopiëren, Zwart. 5. Wacht tot het apparaat klaar is met het afdrukken van de eerste pagina. Verwijder de eerste pagina van de glasplaat en plaats de tweede pagina. 6. Druk op Start kopiëren, Zwart.
Hoofdstuk 8 De kopieerfuncties gebruiken 62 De kopieerfuncties gebruiken
9 De scanfuncties gebruiken Scannen is het proces waarbij tekst en afbeeldingen naar een elektronische bestandsopmaak voor de computer worden geconverteerd. U kunt met de HP All-in-One bijna alles scannen (foto's, tijdschriftartikelen en tekstdocumenten). Opmerking Tijdens het scannen kunt u met de HP Photosmart-software een afbeelding opslaan in de volgende bestandsindelingen: BMP, DCX, FPX, GIF, JPG, PCD, PCX en TIF.
Hoofdstuk 9 uitgevoerd, kijkt u of het pictogram voor de HP Digital Imaging-monitor in het systeemvak in de rechterbenedenhoek van het scherm naast de tijd wordt weergegeven. Scannen Opmerking Wanneer u het pictogram HP Digital Imaging Monitor in het systeemvak van Windows sluit, kan dit tot gevolg hebben dat de HP All-in-One ietwat aan scanfunctionaliteit inboet.
Verwante onderwerpen Knoppen op bedieningspaneel Een gescande afbeelding bewerken U kunt een gescande afbeelding, zoals een foto of afbeelding, bewerken met de software die bij de HP All-in-One is meegeleverd. Met deze software kunt u de afbeelding draaien of bijsnijden, plus de helderheid, het contrast en de kleurverzadiging aanpassen. Opmerking Als u HP Photosmart-software gebruikt, is de OCR-software (Optical Character Recognition) mogelijk niet op de computer geïnstalleerd.
Hoofdstuk 9 Scannen 66 De scanfuncties gebruiken
10 Het onderhoud van de HP All-in-One De HP All-in-One heeft weinig onderhoud nodig. Af en toe kan het nodig zijn om stof en vuil van de glasplaat en de binnenkant van de klep te verwijderen om ervoor te zorgen dat uw kopieën en scans helder blijven. Ook is het nodig van tijd tot tijd de printcartridges te vervangen, uit te lijnen of schoon te maken. Aan de hand van de instructies in dit gedeelte kunt u ervoor zorgen dat de HP All-in-One optimaal blijft functioneren.
Hoofdstuk 10 De glasplaat reinigen 1. Zet het product uit, neem het netsnoer uit het stopcontact en open het deksel. 2. Reinig de glasplaat met een zachte doek of spons, die u vochtig hebt gemaakt met een niet-schurend glasschoonmaakmiddel. Let op Gebruik geen schuurmiddelen, aceton, benzeen of tetrachloormethaan op het glas. Dit kan hierdoor worden beschadigd. Giet of spuit geen vloeistof rechtstreeks op de glasplaat. Deze kan onder de glasplaat lopen en het apparaat beschadigen.
De binnenkant van de klep reinigen 1. Zet het product uit, neem het netsnoer uit het stopcontact en open het deksel. 2. Reinig de witte documentplaat met een zachte doek of spons die vochtig is gemaakt met een sopje van warm water met zachte zeep. Was de documentplaat voorzichtig om vuil los te weken. Schrob de documentplaat niet. Let op Gebruik hiervoor geen papieren doekjes omdat dit krassen kan veroorzaken. 4.
Hoofdstuk 10 Een zelftestrapport afdrukken 1. Plaats ongebruikt, gewoon wit papier van Letter- of A4-formaat in de invoerlade. 2. Houd de knop Annuleren ingedrukt en druk op de knop Start kopiëren, Kleur. Het apparaat drukt een zelftestrapport af, waarmee u mogelijk de oorzaak van het afdrukprobleem kunt achterhalen. Een voorbeeld van het inkttestgedeelte van het rapport wordt hieronder weergegeven. 3.
• • • • De printcartridges reinigen De contactpunten van de printcartridge reinigen Het gedeelte rondom de inktsproeiers reinigen Inkt verwijderen van de huid en van kleding De printcartridges hanteren 1 Koperkleurige contactpunten 2 Plastic tape met roze treklipje (moet voorafgaande aan de installatie worden verwijderd) 3 Inktsproeiers onder tape Houd de printcartridges bij de zwarte plastic zijkanten met het HP-label naar boven vast.
Hoofdstuk 10 Opmerking Als de printcartridges reeds werden gebruikt voor ze in het apparaat werden geplaatst, of als ze werden bijgevuld, is het mogelijk dat de geschatte inktniveaus op het tabblad Geschatte inktniveaus onjuist of niet beschikbaar zijn.
De printcartridgecombinatie kiezen die het beste resultaat oplevert • Tekst, grafische voorstellingen en kleurenfoto's: combineer een driekleurenprintcartridge met een zwarte printcartridge. • Metaalaccenten: combineer een driekleurenprintcartridge met een metaalprintcartridge.* De printcartridges vervangen Op het computerscherm verschijnt een melding als de inkt in de printcartridge bijna op is. U kunt de inktniveaus ook controleren met de software die bij de HP All-in-One wordt geïnstalleerd.
Hoofdstuk 10 Als u de zwarte printcartridge vervangt, verwijdert u de printcartridge uit de sleuf aan de rechterkant. 1 Sleuf van printcartridge voor de driekleurencartridge 2 Sleuf van printcartridge voor de zwarte printcartridge Het onderhoud van de HP All-in-One 4. Verwijder de printcartridge uit de sleuf door deze naar u toe te trekken. 5. Als u de printcartridge weggooit, recycle hem dan. Het recyclingprogramma van HP Inkjet-onderdelen is in veel landen/regio's beschikbaar.
7. Schuif de nieuwe printcartridge onder een kleine hoek naar boven in de lege sleuf. Duw voorzichtig het bovenste gedeelte van de printcartridge naar voren tot deze vastklikt. Als u een driekleurencartridge installeert, schuift u deze in de linkersleuf. Als u de zwarte printcartridge plaatst, schuift u deze in de rechterhouder. Het onderhoud van de HP All-in-One 8. Sluit het vak met de printcartridge.
Hoofdstuk 10 9. Na het afdrukken van de uitlijnpagina plaatst u deze in de rechterbenedenhoek van de glasplaat met de bovenkant van de pagina aan de rechterkant. 10. Druk op de knop Scannen. Het apparaat lijnt de printcartridges uit. U kunt de uitlijningspagina opnieuw gebruiken of bij het oud papier doen.
Uitvoer in de modus Inktback-up Als u afdrukt in de modus Inktback-up, verloopt het afdrukken langzamer en krijgt u een mindere afdrukkwaliteit. Geïnstalleerde printcartridge Resultaat Zwarte printcartridge Kleuren worden in grijstinten afgedrukt. Driekleurenprintcartridge Kleuren worden wel afgedrukt, maar zwart wordt als grijstint weergegeven en is niet echt zwart. De modus Inktback-up afsluiten Installeer twee printcartridges in de HP All-in-One om de modus Inktback-up af te sluiten.
Hoofdstuk 10 Nieuwe printcartridges uitlijnen 1. Zorg, voor u de printcartridges plaatst, dat ongebruikt, wit standaardpapier van Letterof A4-formaat in de invoerlade is geplaatst. Van zodra u de printcartridges hebt geplaatst, wordt op het apparaat een pagina voor de uitlijning van de printcartridges afgedrukt. 2. Plaats de uitlijnpagina met de te bedrukken kant naar beneden in de rechterbenedenhoek van de glasplaat met de bovenkant van de pagina aan de rechterkant. 3. Druk op de knop Scannen.
Printcartridges reinigen vanuit de HP Photosmart-software 1. Plaats ongebruikt, wit standaardpapier van A4-, Letter- of Legal-formaat in de invoerlade. 2. Klik in de HP Solution Center op Instellingen, wijs Afdrukinstellingen aan en klik vervolgens op Printer Werkset. Opmerking U kunt Printeronderhoud ook openen vanuit het dialoogvenster Afdrukeigenschappen. Klik in het dialoogvenster Afdrukeigenschappen op het tabblad Functies en klik vervolgens op de knop Printeronderhoud.
Hoofdstuk 10 Zorg dat u het volgende bij de hand hebt: • Schuimrubberen veegstokjes, pluisvrije doek of ander zacht materiaal dat niet loslaat of vezels achterlaat. Tip Koffiefilterzakjes zijn pluisvrij en prima geschikt voor het reinigen van printcartridges. • Gedistilleerd water, gefilterd water of bronwater (water uit de kraan kan deeltjes bevatten waardoor de printcartridges kunnen worden beschadigd).
7. Reinig alleen de koperkleurige contactpunten. Laat de printcartridges circa tien minuten drogen. 1 Koperkleurige contactpunten 2 Inktsproeiers (niet schoonmaken) Het onderhoud van de HP All-in-One 8. Hou de printcartridge vast met het HP-logo naar boven en plaats hem terug in de houder. Duw de cartridge stevig vast totdat deze vastklikt. 9. Herhaal indien nodig deze procedure voor de andere printcartridge. 10.
Hoofdstuk 10 Het gedeelte rondom de inktsproeiers reinigen Als de HP All-in-One zich in een stoffige omgeving bevindt, kan er zich enig vuil ophopen in het apparaat. Dit vuil kan bijvoorbeeld bestaan uit stof, haren en tapijt- of kledingvezels. Als er vuil op de printcartridges komt, kunnen er inktstrepen en vlekken op afgedrukte pagina's ontstaan. U kunt dit probleem verhelpen door het gedeelte rondom de inktsproeiers te reinigen, zoals hieronder wordt aangegeven.
6. Reinig de voorkant en de randen van het gedeelte rondom de inktsproeiers met het stokje, zoals hieronder wordt weergegeven. 1 Inktsproeierplaat (niet schoonmaken) 2 Voorkant en randen van gedeelte met inktsproeiers Let op Maak de inktsproeierplaat niet schoon. Het onderhoud van de HP All-in-One 7. Hou de printcartridge vast met het HP-logo naar boven en plaats hem terug in de houder. Duw de cartridge stevig vast totdat deze vastklikt. 8.
Hoofdstuk 10 Inkt verwijderen van de huid en van kleding Volg deze instructies op om inkt van de huid en van kleding te verwijderen: Oppervlak Reinigingsmethode Huid Was de huid op de desbetreffende plaats met een zeep met schuurmiddel. Witte stof Was de stof in koud water met bleekmiddel. Gekleurde stof Was de stof in koud water met schuimende ammonia. Let op Gebruik altijd koud water om de inkt uit kleding te verwijderen. Door lauw of heet water kan de inkt zich aan de stof hechten.
11 Winkel voor inktbenodigdheden Zie voor een lijst met nummers van printcartridges de gedrukte documentatie bij de HP All-in-One. U kunt met de software bij de HP All-in-One ook het bestelnummer voor alle printcartridges vinden. Op de website van HP kunt u online printcartridges bestellen. Daarnaast kunt u bij de plaatselijke HP-leverancier printcartridges kopen of de bestelnummers vragen van de juiste printcartridges voor uw apparaat.
Hoofdstuk 11 Winkel voor inktbenodigdheden 86 Winkel voor inktbenodigdheden
12 Probleemoplossing Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen: Leesmij-bestand weergeven Problemen met de installatie van hardware oplossen Problemen met de installatie van de software oplossen Papierstoringen Problemen met printcartridges oplossen Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen Problemen met afdrukken oplossen Problemen met kopiëren oplossen Problemen met scannen oplossen Fouten Probleemoplossing • • • • • • • • • • Leesmij-bestand weergeven U kunt het Leesmij-bestand raadplegen voor meer i
Hoofdstuk 12 4. Schakel het apparaat uit, wacht ongeveer één minuut en schakel het apparaat opnieuw in. 5. Installeer de software voor de HP Photosmart opnieuw. Probleemoplossing Let op Sluit de USB-kabel pas op de computer aan als er op het scherm een bericht wordt weergegeven waarin u wordt gevraagd om de USB-kabel op de computer aan te sluiten.
• • Als u een stekkerdoos gebruikt, controleer dan of deze aan staat. U kunt het apparaat ook rechtstreeks op een stopcontact aansluiten. Test het stopcontact om te zien of er stroom op staat. Sluit een apparaat aan waarvan u zeker weet dat dit werkt en controleer of het apparaat stroom ontvangt. Als dat niet het geval is, kan er een probleem zijn met het stopcontact. Als u het apparaat aansluit op een stopcontact met een schakelaar, dient u ervoor te zorgen dat de schakelaar is ingeschakeld.
Hoofdstuk 12 Kies uw land/regio wanneer dit wordt gevraagd en klik vervolgens op Neem contact op met HP voor informatie over het aanvragen van technische ondersteuning. Oorzaak: De printcartridges zijn niet bestemd voor gebruik in dit apparaat. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Oorzaak: De USB-kabel is aangesloten voordat de software is geïnstalleerd. Als u de USB-kabel aansluit voordat dit wordt gevraagd, kunnen er fouten optreden. Oplossing: • Kijk naar de knop Aan op het apparaat. Als deze niet is verlicht, is het apparaat uitgeschakeld. Controleer of het netsnoer goed is aangesloten op het apparaat en op een stopcontact. Druk op de knop Aan om het apparaat aan te zetten. • Zorg ervoor dat de printcartridges in de printer zijn geplaatst.
Hoofdstuk 12 op een USB-poort van de computer. Als de kabel goed is aangesloten, zet u het apparaat uit en weer aan. Probleemoplossing • • • • • Zorg dat de hub is ingeschakeld als u het apparaat aansluit via een USB-hub. Als de hub aan staat, sluit u het apparaat direct op uw computer aan. Controleer eventuele andere printers of scanners. Waarschijnlijk zult u oudere producten van uw computer moeten loskoppelen. Probeer de USB-kabel aan te sluiten op een andere poort van de computer.
Het registratiescherm wordt niet weergegeven De HP Digital Imaging Monitor wordt niet in het systeemvak weergegeven De software verwijderen en opnieuw installeren Als de cd-rom in het cd-romstation van de computer wordt geplaatst, gebeurt er niets Oplossing: Als de installatie niet automatisch wordt uitgevoerd, kunt u deze handmatig starten. De installatie starten op een Windows-computer 1. Klik op Uitvoeren in het menu Start. 2. Typ d:\setup.exe in het vak Uitvoeren en klik op OK.
Hoofdstuk 12 3. Controleer of de USB-kabel en voedingskabel zijn aangesloten. Probleemoplossing 4. Klik op Opnieuw om opnieuw verbinding proberen te maken. 5. Ga door met de installatie en start de computer opnieuw op wanneer dat wordt gevraagd. Oorzaak: Doorgaans wordt een groen vinkje weergegeven, dat aangeeft dat de plug-and-play met succes werd voltooid. Een rode X geeft aan dat het plug-and-playproces is mislukt.
Oorzaak: De installatie is mogelijk niet voltooid. Oplossing: U kunt het registratiescherm (Nu aanmelden) openen vanuit de Windows-taakbalk. Klik hiertoe op Start, wijs Programma's of Alle programma's aan, wijs HP aan, wijs Deskjet F4200 All-in-One series aan en klik op Productregistratie. Oorzaak: Het registratiescherm is niet automatisch gestart.
Hoofdstuk 12 De software verwijderen en opnieuw installeren Probleemoplossing U moet de software mogelijk verwijderen en opnieuw installeren als de installatie onvolledig is of als u de USB-kabel op de computer hebt aangesloten voordat er een bericht is weergegeven waarin u wordt gevraagd om de USB-kabel op de computer aan te sluiten. Verwijder de toepassingsbestanden voor de HP All-in-One niet zomaar van de computer.
Probleemoplossing Als de installatie van de software is voltooid, wordt het pictogram HP Digital Imaging Monitor in het systeemvak van Windows weergegeven. Als u wilt controleren of de software op de juiste manier is geïnstalleerd, dubbelklikt u op het pictogram HP Solution Center op het bureaublad. Als de essentiële pictogrammen in HP Solution Center worden weergegeven (Afbeelding scannen en Document scannen), is de software op de juiste manier geïnstalleerd.
Hoofdstuk 12 Papierstoringen verhelpen Oplossing: achteraan. In geval van een papierstoring controleert u eerst de toegangsklep Probleemoplossing Als het vastgelopen papier zich niet tussen de achterste rollen bevindt, controleert u de toegangsklep vooraan. Nu en dan gebeurt het dat storingen door kleine media niet bereikbaar zijn via de toegangsklep achteraan. Gebruikt de toegangsklep vooraan als u de storing niet langs de klep achteraan kunt verhelpen.
2. Trek het papier dat eventueel vastzit voorzichtig los. Probleemoplossing Let op Als het papier scheurt wanneer u het verwijdert, controleert u de binnenkant van het apparaat op stukjes gescheurd papier. Als u niet alle stukjes papier uit het toestel verwijdert, is er een grotere kans op papierstoringen. 3. Sluit de voorklep. 4. Druk op Doorgaan om de taak verder te verwerken. Oorzaak: Er was papier vastgelopen in het apparaat.
Hoofdstuk 12 Problemen met printcartridges oplossen Als er problemen optreden tijdens het afdrukken, kan er iets mis zijn met een van de printcartridges. Wanneer u een foutmelding krijgt over de printcartridges, zie dan Printcartridges voor meer informatie. Probleemoplossing Probeer het volgende: • • • Meer informatie over printcartridges Problemen met printcartridges oplossen Foutberichten i.v.m.
Zie voor meer informatie: Problemen met printcartridges oplossen Heel wat problemen kunnen worden opgelost aan de hand van de volgende procedures. Wanneer u een specifieke foutmelding krijgt over de printcartridges, zie dan Printcartridges voor meer informatie. Problemen met de printcartridges oplossen 1. Verwijder de printcartridges en plaats deze terug. Zie De printcartridges vervangen voor meer informatie. Opmerking Controleer of de plastic tape is verwijderd.
Hoofdstuk 12 Probleemoplossing Opmerking In de onderstaande procedures wordt de problematische printcartridge met het knipperende waarschuwingslampje aangegeven. Het lampje aan de linkerkant knippert wanneer de driekleurencartridge (links) het probleem veroorzaakt, het lampje aan de rechterkant knippert wanneer de zwarte cartridge het probleem veroorzaakt en beide lampjes knipperen wanneer beide cartridges problemen veroorzaken.
6. Indien de printcartridge het verkeerde selectienummer heeft, installeer dan een nieuwe printcartridge. Zie De printcartridges vervangen voor meer informatie. 7. Sluit de klep voor de printcartridge. Oplossing 2: reinig de contactpunten van de printcartridge Oplossing: Als het selectienummer van de printcartridge correct is en de vorige oplossing het probleem niet heeft opgelost, probeert u de printcartridge te reinigen. Zie De contactpunten van de printcartridge reinigen voor meer informatie.
Hoofdstuk 12 Problemen met de afdrukkwaliteit oplossen Als u problemen ondervindt met de afdrukkwaliteit, probeer dan de oplossingen in dit hoofdstuk en raadpleeg onderstaande richtlijnen. Probleemoplossing Problemen in verband met de afdrukkwaliteit oplossen 1. Controleer de printcartridges. Wij raden u aan originele HP-printcartridges te gebruiken. Originele HPprintcartridges zijn speciaal ontworpen voor HP-printers en ook getest in HP-printers.
Voor bijkomende informatie over het oplossen van storingen met printcartridges, raadpleegt u de website van HP op www.hp.com/support.
Hoofdstuk 12 • • Oplossing 5: controleer de afdrukinstellingen Oplossing 6: reinig de printcartridges Oplossing 1: wij raden u aan originele HP-printcartridges te gebruiken Oplossing: Controleer of uw printcartridges originele HP-printcartridges zijn. Probleemoplossing Wij raden u aan originele HP-printcartridges te gebruiken. Originele HPprintcartridges zijn speciaal ontworpen voor HP-printers en ook getest in HP-printers.
gaat afdrukken, haalt u alleen het papier eruit dat u onmiddellijk wilt gebruiken. Als u klaar bent met afdrukken, doet u het niet gebruikte fotopapier terug in de plastic zak. Hierdoor voorkomt u dat het papier gaat krullen. Probleemoplossing Opmerking Er is geen probleem met de inktvoorraden en het is niet nodig om de printcartridges te vervangen.
Hoofdstuk 12 Opmerking Op bepaalde computerschermen, kunnen kleuren anders worden weergegeven dan wanneer ze worden afgedrukt op papier. In dat geval is er niets mis met het apparaat, de afdrukinstellingen of de printcartridges. U hoeft niet verder te proberen het probleem op te lossen. Zie voor meer informatie: Probleemoplossing • • De afdruksnelheid of afdrukkwaliteit wijzigen Papier voor afdrukken en kopiëren selecteren Oorzaak: De afdrukinstellingen waren niet goed.
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing: Controleer de afdrukinstellingen. • Controleer de instelling Papiersoort zodat deze overeenkomt met de papiersoort in de invoerlade. • Controleer de instelling van de kopieerkwaliteit. Gebruik een hogere afdrukkwaliteit om meer inkt te gebruiken bij het afdrukken.
Hoofdstuk 12 Zie Problemen met printcartridges oplossen voor meer informatie over printcartridges. Oorzaak: De printcartridges moeten worden gereinigd. Probleemoplossing De afdruk heeft een horizontale, vervormde strook aan de onderkant van de afdruk zonder rand Probeer de volgende oplossingen als uw afdruk zonder rand een wazige strook of lijn heeft aan de onderkant. Opmerking Er is geen probleem met de inktvoorraden en het is niet nodig om de printcartridges te vervangen.
Zie voor meer informatie: De afdruksnelheid of afdrukkwaliteit wijzigen Afdrukken met Maximum aantal dpi Een snelle kopie maken Oorzaak: De instelling voor de afdrukkwaliteit was te laag ingesteld. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 12 Opmerking Voor de resolutie met het maximum aantal dpi gaat u naar het tabblad Geavanceerd en selecteert u Ingeschakeld in het vervolgkeuzemenu Maximum aantal dpi. Zie Afdrukken met Maximum aantal dpi voor meer informatie. Zie voor meer informatie: Probleemoplossing • • • De afdruksnelheid of afdrukkwaliteit wijzigen Afdrukken met Maximum aantal dpi Een snelle kopie maken Oorzaak: De instelling voor de afdrukkwaliteit was te laag ingesteld.
Zie voor meer informatie: • Problemen met printcartridges oplossen • Een zelftestrapport afdrukken Oorzaak: De printcartridges moeten worden schoongemaakt of er is onvoldoende inkt. Afdrukken zijn onduidelijk of vertonen doffe kleuren Probeer de volgende oplossingen als de kleuren op uw afdruk niet zo helder en intens zijn als verwacht. • • • • • Oplossing 1: controleer de afdrukinstellingen Oplossing 2: controleer de papiersoort Oplossing 3: plaats een beschermvel op het glas wanneer u een kopie maakt.
Hoofdstuk 12 Opmerking Er is geen probleem met de inktvoorraden en het is niet nodig om de printcartridges te vervangen. Zie voor meer informatie: Probleemoplossing • • Aanbevolen papier voor afdrukken en kopiëren Informatie over papier Oorzaak: Er werd verkeerd papier in de invoerlade geplaatst. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 3: plaats een beschermvel op het glas wanneer u een kopie maakt.
Zie voor meer informatie: • Problemen met printcartridges oplossen • Een zelftestrapport afdrukken Oorzaak: De printcartridges moeten worden schoongemaakt of er is onvoldoende inkt. Afdrukken lijken wazig of vaag Probeer de volgende oplossingen als uw afdruk vlekken bevat of onduidelijk is. Opmerking Er is geen probleem met de inktvoorraden en het is niet nodig om de printcartridges te vervangen.
Hoofdstuk 12 Afdrukken bevatten verticale strepen Raadpleeg dit deel als uw afdruk lijnen, strepen of vlekken bevat over de lengte van de pagina. Probleemoplossing Opmerking Er is geen probleem met de inktvoorraden en het is niet nodig om de printcartridges te vervangen. Oplossing: HP raadt u aan HP Geavanceerd papier te gebruiken of om het even welke andere papiersoort die geschikt is voor het apparaat. Zorg er altijd voor dat het papier waarop u afdrukt plat ligt.
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 3: controleer de toegangsklep achteraan Oorzaak: De toegangsklep achteraan was niet goed geplaatst. Inktstrepen op de achterkant van het blad Probeer de volgende oplossingen als er inktvlekken op de achterkant van de afdruk zitten.
Hoofdstuk 12 Papier wordt niet uit de invoerlade opgenomen Oplossing: Voer een van de volgende handelingen uit: • Probleemoplossing • Als het papier in het apparaat op is of als er slechts een paar vellen over zijn, dient u meer papier in de invoerlade te plaatsen. Als er papier in de invoerlade ligt: • Verwijder de stapel papier uit de invoerlade en controleer of al het papier van hetzelfde formaat en hetzelfde type is. • Vervang papier dat gescheurd, stoffig, gekreukeld of gevouwen is.
De marges worden niet afgedrukt zoals verwacht Tekst of illustraties worden afgebroken aan de randen van de pagina Er wordt een lege pagina afgedrukt Inkt sproeit binnen in de HP All-in-One bij het afdrukken van een foto Enveloppen worden verkeerd afgedrukt Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst.
Hoofdstuk 12 probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost. • • Oplossing 1: druk af met de HP Photosmart-software Oplossing 2: gebruik de geschikte media Probleemoplossing Oplossing 1: druk af met de HP Photosmart-software Oplossing: Probeer de afbeelding af te drukken met de fotobewerkingssoftware die bij het apparaat is geleverd.
Oorzaak: Het apparaat was bezig met een andere taak. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Probleemoplossing Oplossing 2: controleer of er papier is vastgelopen Oplossing: Verwijder de papierstoring. Zie voor meer informatie: Papierstoringen verhelpen Oorzaak: Het papier in het apparaat was vastgelopen. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 3: plaats meer papier in de invoerlade.
Hoofdstuk 12 Oplossing 5: controleer de kabelverbindingen met het apparaat Oplossing: Als het apparaat niet goed op de computer is aangesloten, kunnen zich communicatiefouten voordoen. Probeer het volgende: Probleemoplossing Controleer de status van het apparaat als de verbindingen veilig zijn en niet gedurende enkele minuten is afgedrukt nadat u een afdruktaak hebt verzonden naar het apparaat. Klik op Instellingen in de software van HP Photosmart en klik vervolgens op Status.
Oplossing 8: controleer de status van de printdriver De status van de printerdriver controleren 1. Klik op het tabblad Instellingen in HP Solution Center. 2. Klik op Status. Als de status Offline of Stoppen met afdrukken is, wijzigt u de status in Klaar. Oorzaak: De status van de printerdriver is gewijzigd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 12 Oplossing 2: probeer een ander document af te drukken Oplossing: Probeer een ander document af te drukken vanuit hetzelfde programma. Als dit een goed resultaat oplevert, probeert u een eerder opgeslagen versie van het document af te drukken die niet beschadigd is. Oorzaak: Het document was beschadigd. Probleemoplossing Er gebeurt niets wanneer ik probeer af te drukken Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen.
Tip U kunt het apparaat instellen als de standaardprinter om ervoor te zorgen dat de printer automatisch wordt geselecteerd wanneer u Afdrukken selecteert in het menu Bestand van de verschillende softwaretoepassingen. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 4: controleer de kabelverbindingen met het apparaat Oplossing: Als het apparaat niet goed op de computer is aangesloten, kunnen zich communicatiefouten voordoen.
Hoofdstuk 12 Oplossing 6: controleer of er papier is vastgelopen Oplossing: Verwijder de papierstoring. Zie voor meer informatie: Papierstoringen verhelpen Probleemoplossing Oorzaak: Het papier in het apparaat was vastgelopen. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 7: controleer of een printcartridgewagen is vastgelopen Oplossing: Schakel het apparaat uit.
• • • • Oplossing 1: stel de juiste marges in in uw softwaretoepassing Oplossing 2: controleer of de instelling voor het papierformaat correct is Oplossing 3: controleer de positie van de papiergeleider Oplossing 4: controleer of de stapel enveloppen op de juiste manier is geladen. Oplossing 1: stel de juiste marges in in uw softwaretoepassing Oplossing: Controleer de printermarges. Zorg dat de marges van het document binnen het afdrukgebied van het apparaat vallen. Marge-instellingen controleren 1.
Hoofdstuk 12 Oplossing 3: controleer de positie van de papiergeleider Oplossing: Haal de papierstapel uit de invoerlade en leg het papier weer terug. Zorg ervoor dat u de papierbreedtegeleider naar rechts schuift tot deze tegen de rand van het papier aankomt. Zie voor meer informatie: Probleemoplossing Papier laden Oorzaak: De papiergeleiders zijn niet correct ingesteld. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Oplossing 1: controleer de marges in uw softwaretoepassing Marge-instellingen controleren 1. Bekijk de afdruktaak voordat u deze naar het apparaat zendt. In de meeste softwaretoepassingen klikt u op Bestand en vervolgens op Afdrukvoorbeeld. 2. Controleer de marges. De gebruikt de marges die u in de softwaretoepassing hebt ingesteld, zolang deze groter zijn dan de minimummarges die het apparaat ondersteunt.
Hoofdstuk 12 Haal de papierstapel uit de invoerlade en leg het papier weer terug. Zorg ervoor dat u de papierbreedtegeleider naar binnen schuift tot deze tegen de rand van het papier aankomt. Zie voor meer informatie: Papier van volledig formaat plaatsen Probleemoplossing Oorzaak: Het papier is niet goed geladen. Er wordt een lege pagina afgedrukt Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst.
Oplossing 3: plaats meer papier in de invoerlade Oplossing: Als er nog maar een paar vellen in het apparaat over zijn, plaatst u meer papier in de invoerlade. Als er voldoende papier in de invoerlade ligt, verwijdert u de papierstapel, maakt u de stapel recht door deze tegen een vlakke ondergrond te tikken en plaatst u het papier weer terug in de invoerlade. Probleemoplossing Zie voor meer informatie: Papier van volledig formaat plaatsen Oorzaak: Er was geen papier meer in het apparaat.
Hoofdstuk 12 Inkt sproeit binnen in de HP All-in-One bij het afdrukken van een foto Oplossing: Zorg ervoor dat u fotopapier hebt geplaatst voordat u gaat afdrukken zonder rand. Oorzaak: Bij de instellingen voor afdrukken zonder rand moet fotopapier in de invoerlade worden geplaatst. U gebruikt de verkeerde papiersoort.
Oplossing 2: controleer of het origineel correct op de glasplaat is gelegd Probleemoplossing Oplossing: Plaats het origineel met de bedrukte zijde naar beneden tegen de rechterbenedenhoek van de glasplaat. Oorzaak: Het origineel was niet correct op de glasplaat gelegd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 3: wacht tot het apparaat klaar is met de andere taken Oplossing: Controleer het Aan-lampje. Als het knippert, is het apparaat bezig.
Hoofdstuk 12 Oorzaak: Het papier in het apparaat was vastgelopen. Delen van het origineel ontbreken of zijn afgesneden Probleemoplossing Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst. Als de eerste oplossing het probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost.
deel van de afbeelding detecteert. Schakel het apparaat uit, haal het netsnoer los en maak de glasplaat en de binnenzijde van het deksel schoon met een zachte doek. Zie voor meer informatie: De binnenkant van de klep reinigen De glasplaat reinigen Oorzaak: Het apparaat heeft slechts een deel van de afbeelding gedetecteerd door stof of vuil op de glasplaat. De afdruk is leeg Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen.
Hoofdstuk 12 Probleemoplossing Opmerking Waarschuwingen en indicatoren voor het inktniveau bieden uitsluitend schattingen om te kunnen plannen. Wanneer u een waarschuwingsbericht voor een laag inktniveau krijgt, overweeg dan om een vervangcartridge klaar te houden om eventuele afdrukvertragingen te vermijden. U hoeft de printcartridges niet te vervangen voor de afdrukkwaliteit onaanvaardbaar wordt.
Oorzaak: U probeerde een kopie zonder randen te maken zonder fotopapier te gebruiken.
Hoofdstuk 12 Zie de installatiehandleiding voor meer informatie. Oorzaak: De computer was niet met een USB-kabel op het apparaat aangesloten. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Probleemoplossing Oplossing 3: controleer of de HP Photosmart-software op uw computer is geïnstalleerd Oplossing: Plaats de installatie-cd van het apparaat en installeer de software. Zie de installatiehandleiding voor meer informatie.
Als dit probleem zich regelmatig voordoet of als er problemen met het geheugen optreden bij het gebruik van andere toepassingen, kan het zijn dat u het geheugen van de computer moet uitbreiden. Raadpleeg de gebruikershandleiding bij de computer voor meer informatie. Oorzaak: Er waren te veel programma’s actief op de computer. Die programma's namen uw computergeheugen in beslag.
Hoofdstuk 12 De tekstopmaak is onjuist Probleemoplossing Oplossing: Sommige toepassingen ondersteunen geen tekstopmaak met kaders. Omkaderde tekst is een van de instellingen voor het scannen van documenten. Complexe lay-outs, zoals nieuwsbrieven met meerdere kolommen, blijven hierbij gehandhaafd doordat de tekst in verschillende kaders (vakken) in de bestemmingstoepassing wordt geplaatst. Selecteer de correcte opmaak in de software zodat de layout en de opmaak van het gescande document blijven behouden.
Oplossing 2: controleer of de glasplaat en de binnenzijde van het deksel proper zijn Oplossing: Schakel het product uit, haal het netsnoer los en maak de glasplaat en de binnenzijde van het deksel schoon met een zachte doek. • • Probleemoplossing Zie voor meer informatie: De binnenkant van de klep reinigen De glasplaat reinigen Oorzaak: De glasplaat en de binnenzijde van het deksel waren niet proper. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 12 verhelpen van een specifieke fout op basis van de brandende of knipperende lampjes op het apparaat. Probleemoplossing Aanlampje Doorgaan -lampje Lampje Printcartri dge controler en Lampjes Beschrijving papierk euze Oplossing Uit Uit Uit Alles uitgesch akeld Het apparaat staat uit. Druk op de knop Aan om het apparaat aan te zetten. Knippert Uit Uit Huidige keuze Aan, Het apparaat verwerkt een taak, bijvoorbeeld afdrukken, scannen, kopiëren of uitlijnen.
(vervolg) Doorgaan -lampje Lampje Printcartri dge controler en Lampjes Beschrijving papierk euze Oplossing 3. Aan Uit Lampje driekleure nprintcartri dge knippert Huidige keuze Aan, Andere Uit Controleer het Aan-lampje. • Vervang het driekleurencartridge, als het Aanlampje knippert. • Als het Aanlampje ononderbroken brandt, vervangt u het zwarte printcartridge. De printcartridge is niet bedoeld voor gebruik in dit apparaat.
Hoofdstuk 12 (vervolg) Probleemoplossing Aanlampje Doorgaan -lampje Lampje Printcartri dge controler en Lampjes Beschrijving papierk euze Oplossing Aan Knippert Beide knipperen Huidige keuze Aan, De wagen met printcartridges is vastgelopen. Open de toegangsklep en controleer of de wagen niet is geblokkeerd. Er bevindt zich geen overlay op het bedieningspaneel of de overlay is niet goed geplaatst. 1. Andere Uit Aan Knippert Beide knippe-ren Alles knippert 2. 3.
Aanlampje Doorgaan -lampje Lampje Printcartri dge controler en Lampjes Beschrijving papierk euze Oplossing Aan Uit Lampje driekleure nprintcartri dge aan Huidige keuze Aan, De driekleurenprintcartr idge is bijna leeg. Vervang de driekleurenprintcartri dges wanneer de afdrukkwaliteit niet meer aanvaardbaar is. De driekleurenprintcartr idge werd verwijderd. Vervang de driekleurenprintcartri dge of druk af in inktback-upmodes met de zwarte printcartridge.
Hoofdstuk 12 Klep is open Oplossing: Sluit de toegangsklep vooraan en de klep voor de printcartridges. Probleemoplossing Oorzaak: De toegangsklep vooraan of de klep voor de printcartridges was open. Verkeerde firmwareversie Oplossing: Voor ondersteuning en informatie over de garantie kunt u naar de website van HP gaan op www.hp.com/support.
Oplossing 2: controleer of de wagen met de printcartridges niet is geblokkeerd Probleemoplossing Oplossing: Schakel het apparaat uit. Maat de invoerlade zakken, open de toegangsdeur vooraan en verwijder de voorwerpen die de printwagen blokkeren (bijvoorbeeld verpakkingsmateriaal). Schakel het apparaat weer in. Zie voor meer informatie: De wagen met printcartridges is vastgelopen Oorzaak: De wagen met de printcartridges was geblokkeerd. Geheugen is vol Oplossing: Druk minder foto’s tegelijk af.
Hoofdstuk 12 Probleemoplossing • • • • • • • • Oplossing 5: controleer de voedingsbron Oplossing 6: controleer de aansluiting van de USB-kabel Oplossing 7: scan met Windows Image Architecture (WIA) Oplossing 8: schakel de Lexbces-service uit Oplossing 9: voer het scandiagnoseprogramma uit Oplossing 10: Een patch installeren Oplossing 11: controleer de USB-chipset en controller Oplossing 12: verwijder de software en reset het apparaat Oplossing 1: verwijder de software en installeer hem opnieuw Oplossing
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 2: vernieuw het Windows Apparaatbeheer Het Windows Apparaatbeheer vernieuwen 1. Klik met de rechter muisknop in de Windows-taakbalk op Start, Deze computer, en dan op Eigenschappen. 2. Klik op het tabblad Hardware en klik vervolgens op Apparaatbeheer. 3. Dubbelklik op Universal Serial Bus-controllers. 4. Klik op USB-apparaat, klik op Uitvoeren, en klik vervolgens op Installatie ongedaan maken.
Hoofdstuk 12 Oplossing 3: controleer de Digital Imaging Monitor Oplossing: Controleer of de Digital Imaging Monitor wordt uitgevoerd. Probleemoplossing Controleren of de Digital Imaging Monitor wordt uitgevoerd 1. Zoek het pictogram van Digital Imaging Monitor in de taakbalk rechtsonder in het scherm, in de buurt van de klok. 2. Start de computer opnieuw op als de pictogram Digital Imaging Monitor er niet staat. 3. Probeer nogmaals te scannen nadat de computer opnieuw is opgestart.
Oorzaak: Mogelijk waren er twee apparaten met de HP Solution Center verbonden. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 5: controleer de voedingsbron Oplossing: Controleer de voedingsbron. De stroomtoevoer controleren 1. Controleer of het netsnoer goed is aangesloten op het apparaat en de netsnoeradapter. Plaats het netsnoer in een wandcontactdoos, piekbeveiliging of stekkerblok. 1 Aansluiting van netsnoer 2 Netsnoer en -adapter 3 Stopcontact 2.
Hoofdstuk 12 Oplossing 6: controleer de aansluiting van de USB-kabel Oplossing: Controleer de USB-kabel tussen het apparaat en de computer. Probleemoplossing De USB-verbinding controleren 1. Controleer of de USB-kabel goed is aangesloten op de USB-poort aan de achterzijde van het apparaat. 2. Zorg ervoor dat het andere uiteinde van de USB-kabel is aangesloten op een USB-poort van de computer. 3. Probeer nogmaals te scannen. Als de scan mislukt, gaat u naar de volgende stap. 4.
8. Start de computer opnieuw op. 9. Probeer nogmaals te scannen nadat de computer opnieuw is opgestart. Oorzaak: Het apparaat was niet correct aangesloten op de computer. Oplossing 7: scan met Windows Image Architecture (WIA) Oplossing: Probeer te scannen met Windows Image Architecture (WIA) in plaats van met HP Solution Center. Scannen met WIA 1. Zorg ervoor dat het apparaat aan staat. 2. Controleer of de USB-kabel goed is aangesloten op de USB-poort aan de achterzijde van het apparaat.
Hoofdstuk 12 Als u niet met WIA kunt scannen probeert u de volgende oplossing. Oplossing 8: schakel de Lexbces-service uit Oplossing: Controleer of de Lexbces-service is gestart en schakel hem uit. Probleemoplossing Als een Lexmark- of Dell all-in-one-toestel met een USB-kabel is aangesloten op een computer waarop het apparaat is geïnstalleerd, is het mogelijk dat de HP-software niet scant omdat de Lexbces-service draait.
Het register bewerken a. Selecteer de registertoets HKEY_LOCAL_MACHINE\System \CurrentControlSet\Services\Spooler. Details van de registertoets verschijnen op het paneel rechts. b. Controleer de datastring DependOnService (rechts in het paneel) om te zien of lexbces in de kolom Gegevens wordt weergegeven. c. Klik met de rechtermuisknop opDependOnService als de kolom Gegevens lexbces bevat en selecteer Bewerken.
Hoofdstuk 12 e. Selecteer uit het vervolgkeuzemenu Opstarttype Automatisch, en klik vervolgens op OK. f. Klik op OK om het dialoogvenster te sluiten. Probleemoplossing Oorzaak: De Lexbceserver-service die werd geïnstalleerd door een Lexmarkprinter, een Lexmark all-in-one of een Dell all-in-one, heeft een communicatiefout veroorzaakt. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
4. Ga naar de sectie Patch en download de patch onverwachte interne fout en communicatiefout HP Image zone/foto en beeldverwerking. 5. Dubbelklik op de patch om deze op de computer te installeren. 6. Proberen te scannen Probleemoplossing Oorzaak: De patch onverwachte interne fout en communicatiefout moest worden geïnstalleerd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 12 7. Sluit de andere kant van de USB-kabel weer aan op een USB-poort van uw computer. Probleemoplossing 8. Controleer of het netsnoer goed is aangesloten op het apparaat en de netsnoeradapter. Sluit het netsnoer aan op een geaard stopcontact, stroomstootbeveiliging of stekkerdoos. 1 Aansluiting van netsnoer 2 Netsnoer en -adapter 3 Geaard stopcontact 9. Schakel het apparaat in. 10. Druk een zelftestrapport af om de zelfstandig basisfunctie van het apparaat te testen.
Een zelftestrapport afdrukken 1. Plaats ongebruikt, gewoon wit papier van Letter- of A4-formaat in de invoerlade. 2. Houd de knop Annuleren ingedrukt en druk op de knop Start kopiëren, Kleur. Het apparaat drukt een zelftestrapport af, waarmee u mogelijk de oorzaak van het afdrukprobleem kunt achterhalen. Een voorbeeld van het inkttestgedeelte van het rapport wordt hieronder weergegeven. 3. Controleer of de testpatronen een volledig raster vertonen en of de dikke gekleurde lijnen compleet zijn.
Hoofdstuk 12 Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 12: verwijder de software en reset het apparaat Oplossing: Verwijder de software volledig en installeer hem vervolgens opnieuw. Probleemoplossing De software verwijderen en het apparaat resetten 1. Ontkoppel en reset het apparaat. Het apparaat ontkoppelen en resetten a. Zorg ervoor dat het apparaat aan staat. b. Druk op de knop Aan om het apparaat uit te zetten. c.
d. Ga naar C:\Program Files\HP of C:\Program Files\HewlettPackard (voor sommige oudere producten) en verwijder de map Digital Imaging. 3. Sluit programma's die op de achtergrond worden uitgevoerd. Opmerking Wanneer de computer wordt ingeschakeld, wordt automatisch een softwaregroep met de naam 'Terminate and Stay Resident (TSR)' geladen. Deze programma's activeren enkele van de computerhulpprogramma's zoals de anti-virussoftware, maar deze zijn niet nodig om de computer te laten functioneren.
Hoofdstuk 12 4. Start het hulpprogramma Schijfopruiming op om tijdelijke bestanden en mappen te verwijderen. Probleemoplossing Het hulpprogramma Schijfopruiming uitvoeren a. Klik op de taakbalk van Windows op Start en klik vervolgens op Programma's of Alle programma's en klik dan op Bureau-accessoires. b. Klik op Systeemwerkset en klikt daarna op Schijfopruiming. De Schijfopruiming analyseert de harde schijf en presenteert vervolgens een rapport met onderdelen die kunnen worden verwijderd. c.
• • • • • • • • Oplossing 1: druk een zelftestrapport af Oplossing 2: verwijder de taken uit de afdrukwachtrij Oplossing 3: koppel de USB-kabel los en sluit hem vervolgens weer aan Oplossing 4: controleer de driverconfiguratie Oplossing 5: bepaal of de werking van de printer is onderbroken of de printer offline is Oplossing 6: verwijder de taken manueel uit de afdrukwachtrij Oplossing 7: start de printspooler opnieuw op Oplossing 8: controleer het softwareprogramma Oplossing 1: druk een zelftestrapport af
Hoofdstuk 12 Oplossing 2: verwijder de taken uit de afdrukwachtrij Oplossing: Start uw computer opnieuw op om de afdrukwachtrij leeg te maken. Probleemoplossing De afdrukwachtrij leegmaken 1. Start de computer opnieuw op. 2. Nadat de computer opnieuw is opgestart, controleert u de wachtrij. a. Ga, afhankelijk van het besturingssysteem, op een van de volgende manieren te werk: • Windows Vista: Klik op de taakbalk van Windows op Start, klik op Configuratiescherm en klik op Printers.
Na het opnieuw aansluiten moet het apparaat beginnen met de taken in de afdrukwachtrij. 5. Als het product niet automatisch begint af te drukken, start u nog een afdruktaak. Oorzaak: De USB-kabel moest worden losgekoppeld. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 4: controleer de driverconfiguratie Oplossing: Controleer of het apparaat als standaardprinter is ingesteld en of het de juiste printerdriver gebruikt.
Hoofdstuk 12 Probleemoplossing 4. Als het apparaat de verkeerde poort gebruikt, klikt u op de juiste poort om ze te selecteren. De poort die op dit ogenblik door het apparaat wordt gebruikt, is gemarkeerd en aangevinkt. 5. Klik op het tabblad Geavanceerd. 6. Controleer de driver weergegeven in het vervolgkeuzemenu Driver om te controleren of het apparaat de juiste driver gebruikt. De naam van uw apparaat moet zijn weergegeven als de driver. 7.
Oplossing 6: verwijder de taken manueel uit de afdrukwachtrij De afdrukwachtrij manueel leegmaken 1. Ga, afhankelijk van het besturingssysteem, op een van de volgende manieren te werk: • Windows Vista: Klik op de taakbalk van Windows op Start, klik op Configuratiescherm en klik op Printers. • Windows XP: Klik op de taakbalk van Windows op Start, klik op Configuratiescherm en klik op Printers en faxapparaten.
Hoofdstuk 12 Oplossing 8: controleer het softwareprogramma Oplossing: Controleer of de softwareapplicatie het probleem veroorzaakt. Probleemoplossing De softwareapplicatie controleren 1. Sluit de softwareapplicatie en open ze weer. 2. Probeer opnieuw af te drukken vanaf de softwareapplicatie. Opmerking Mogelijk wordt afdrukken vanuit een DOS-applicatie niet door de printer ondersteund. Ga na of de software een op Windows gebaseerd programma of een op DOS gebaseerd programma is.
Oplossing 2: controleer het netsnoer en de USB-kabel De stroomtoevoer controleren 1. Controleer of het netsnoer goed is aangesloten op het apparaat en de netsnoeradapter. Plaats het netsnoer in een wandcontactdoos, piekbeveiliging of stekkerblok. 1 Aansluiting van netsnoer 2 Netsnoer en -adapter 3 Stopcontact 2. Zorg ervoor dat het apparaat aan staat. 3. Als het apparaat geen elektrische stroom ontvangt, sluit het dan op een ander stopcontact aan. 4.
Hoofdstuk 12 De USB-verbinding controleren 1. Controleer of de USB-kabel goed is aangesloten op de USB-poort aan de achterzijde van het apparaat. 2. Zorg ervoor dat het andere uiteinde van de USB-kabel is aangesloten op een USB-poort van de computer. Probleemoplossing 3. Probeer nogmaals te scannen. Als de scan mislukt, gaat u naar de volgende stap. 4.
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 3: start de computer opnieuw op Oorzaak: Mogelijk hebt u de computer niet opnieuw opgestart nadat u de apparaatsoftware installeerde. Of er kan een ander probleem met de computer zijn opgetreden. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 12 5. Koppel het apparaat los van de computer en start de computer opnieuw op. Opmerking Het is belangrijk dat u het apparaat loskoppelt voordat u de computer opnieuw opstart. Sluit het apparaat pas aan op de computer nadat u de software opnieuw hebt geïnstalleerd. Probleemoplossing 6. Plaats de cd-rom van de HP Photosmart in het cd-romstation van uw computer en start vervolgens de installatie opnieuw.
Oplossing 1: reset het apparaat Oplossing: Schakel het apparaat uit en reset het door het netsnoer los te koppelen. Wacht 60 seconden en sluit het netsnoer weer aan. Schakel het apparaat in. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 2: controleer het netsnoer en de USB-kabel Oplossing: Controleer dat het netsnoer en de USB-kabel juist zijn aangesloten en van stroom voorzien. Controleer ook dat het apparaat is ingeschakeld. De stroomtoevoer controleren 1.
Hoofdstuk 12 De USB-verbinding controleren 1. Controleer of de USB-kabel goed is aangesloten op de USB-poort aan de achterzijde van het apparaat. 2. Zorg ervoor dat het andere uiteinde van de USB-kabel is aangesloten op een USB-poort van de computer. Probleemoplossing 3. Probeer nogmaals te scannen. Als de scan mislukt, gaat u naar de volgende stap. 4.
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 3: start de computer opnieuw op Oorzaak: Mogelijk hebt u de computer niet opnieuw opgestart nadat u de apparaatsoftware installeerde. Of er kan een ander probleem met de computer zijn opgetreden. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 12 5. Koppel het apparaat los van de computer en start de computer opnieuw op. Opmerking Het is belangrijk dat u het apparaat loskoppelt voordat u de computer opnieuw opstart. Sluit het apparaat pas aan op de computer nadat u de software opnieuw hebt geïnstalleerd. Probleemoplossing 6. Plaats de cd-rom van de HP Photosmart in het cd-romstation van uw computer en start vervolgens de installatie opnieuw.
Oorzaak: Mogelijk hebt u de computer niet opnieuw opgestart nadat u de apparaatsoftware installeerde. Of er kan een ander probleem met de computer zijn opgetreden. Oplossing 2: verwijder de HP Photosmart-software en installeer hem opnieuw Oplossing: Maak de installatie van de HP Photosmart-software volledig ongedaan op de computer en herinstalleer het apparaat met behulp van de cd die met het apparaat werd geleverd. De software-installatie ongedaan maken en opnieuw installeren 1.
Hoofdstuk 12 • • • HP Solution Center HP Director HP Memories Disk Greeting Card Creator 32 Oorzaak: Mogelijk was er een probleem wanneer u de HP Photosmart-software aanvankelijk installeerde. Probleemoplossing Een vereiste softwarecomponent werd niet gevonden of werd fout geïnstalleerd Oplossing: Maak de installatie van de HP Photosmart-software volledig ongedaan op de computer en herinstalleer het apparaat met behulp van de cd die met het apparaat werd geleverd.
HP Share to web HP Solution Center HP Director HP Memories Disk Greeting Card Creator 32 Oorzaak: Mogelijk was er een probleem wanneer u de HP Photosmart-software aanvankelijk installeerde. Er is een fout opgetreden tijds de communicatie met het apparaat Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst.
Hoofdstuk 12 Oplossing 2: controleer het netsnoer en de USB-kabel Oplossing: Controleer dat het netsnoer en de USB-kabel juist zijn aangesloten en van stroom voorzien. Controleer ook dat het apparaat is ingeschakeld. Probleemoplossing De stroomtoevoer controleren 1. Controleer of het netsnoer goed is aangesloten op het apparaat en de netsnoeradapter. Plaats het netsnoer in een wandcontactdoos, piekbeveiliging of stekkerblok. 1 Aansluiting van netsnoer 2 Netsnoer en -adapter 3 Stopcontact 2.
Probleemoplossing De USB-verbinding controleren 1. Controleer of de USB-kabel goed is aangesloten op de USB-poort aan de achterzijde van het apparaat. 2. Zorg ervoor dat het andere uiteinde van de USB-kabel is aangesloten op een USB-poort van de computer. 3. Probeer nogmaals te scannen. Als de scan mislukt, gaat u naar de volgende stap. 4.
Hoofdstuk 12 Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 3: start de computer opnieuw op Oplossing: Start de computer opnieuw op. Probleemoplossing Oorzaak: Mogelijk hebt u de computer niet opnieuw opgestart nadat u de apparaatsoftware installeerde. Of er kan een ander probleem met de computer zijn opgetreden. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
5. Koppel het apparaat los van de computer en start de computer opnieuw op. 6. Plaats de cd-rom van de HP Photosmart in het cd-romstation van uw computer en start vervolgens de installatie opnieuw. Opmerking Als het configuratieprogramma niet wordt weergegeven, zoekt u naar het bestand setup.exe op de cd-rom en dubbelklikt u op dit bestand. 7. Volg de instructies op het scherm en in de Installatiehandleiding die met het apparaat werden meegeleverd. 8.
Hoofdstuk 12 Bestanden Hieronder vindt u een lijst met foutberichten die worden weergegeven bij problemen met het bestand: Probleemoplossing • • • • • Fout tijdens lezen of schrijven van bestand Bestand niet gevonden Bestandsindeling niet ondersteund Ongeldige bestandsnaam Ondersteunde bestandstypen voor de HP All-in-One Fout tijdens lezen of schrijven van bestand Oplossing: Controleer of u de juiste map en bestandsnaam hebt.
Gebruikersfouten • • • • • Kan niet bijsnijden Fout afdrukken zonder rand Niet verbonden Geen scanopties Onvoldoende schijfruimte Kan niet bijsnijden Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst. Als de eerste oplossing het probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost.
Hoofdstuk 12 Niet verbonden Oplossing: Controleer of de computer is ingeschakeld en is aangesloten op het apparaat. Controleer bovendien of de software die bij het apparaat is meegeleverd, daadwerkelijk is geïnstalleerd. Zie voor meer informatie: Probleemoplossing Nadat het apparaat werd geïnstalleerd, wil het niet drukken Oorzaak: Verschillende situaties kunnen ertoe leiden dat dit foutbericht wordt weergegeven. • Uw computer stond niet aan. • Uw computer was niet aangesloten op het apparaat.
Oorzaak: De invoerlade bevatte te weinig papier. Oplossing: Laat het vel in de uitvoerlade zitten zolang het bericht wordt weergegeven. Als u het bedrukte vel moet verwijderen voor dit bericht is verdwenen, houdt u het bedrukte vel voorzichtig aan de onderzijde of bij de randen vast en legt u het op een vlak oppervlak om te drogen. Oorzaak: Transparanten en bepaalde andere media hebben een langere droogtijd nodig dan normaal. Papier is op Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen.
Hoofdstuk 12 Oplossing 2: controleer de papiersoort en de afdrukinstellingen Oplossing: Controleer het papier dat in de invoerlade is geplaatst en de afdrukinstellingen. Probleemoplossing Het papier in de invoerlade controleren 1. Verwijder de stapel papier uit de invoerlade en controleer of al het papier van hetzelfde formaat en hetzelfde type is. 2. Vervang papier dat gescheurd, stoffig, gekreukeld of gevouwen is.
Het papierformaat instellen 1. Zorg ervoor dat er papier in de invoerlade is geplaatst. 2. Klik op Afdrukken in het menu Bestand van uw softwaretoepassing. 3. Controleer of het product de geselecteerde printer is. 4. Klik op de knop waarmee u het dialoogvenster Eigenschappen opent. Afhankelijk van uw softwaretoepassing heeft deze knop de naam Eigenschappen, Opties, Printerinstellingen, Printer of Voorkeuren. 5. Klik op het tabblad Functies. 6.
Hoofdstuk 12 Papiersoort Aanbevolen papierinstellingen Papier van een speciaal formaat aangepast papierformaat Probleemoplossing De papiersoort voor afdrukken instellen 1. Zorg ervoor dat er papier in de invoerlade is geplaatst. 2. Klik op Afdrukken in het menu Bestand van uw softwaretoepassing. 3. Controleer of u de juiste printer hebt geselecteerd. 4. Klik op de knop waarmee u het dialoogvenster Eigenschappen opent.
Probleemoplossing 5. Sluit de klep aan de achterzijde. Duw de klep voorzichtig naar voren totdat deze op zijn plaats klikt. 6. Koppel het netsnoer weer aan en schakel het toestel in. 7. Probeer nogmaals af te drukken. Oorzaak: De rollen waren vuil en moesten worden gereinigd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Hoofdstuk 12 Verkeerde papierbreedte Oplossing: Verander de afdrukinstelling of plaats het juiste papier in de invoerlade. Zie voor meer informatie: Probleemoplossing • • De papiersoort voor afdrukken instellen Papier voor afdrukken en kopiëren selecteren Oorzaak: De afdrukinstelling voor de afdruktaak komt niet overeen met het papier (soort of formaat) dat in het apparaat is geladen.
probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost. Oplossing 1: controleer of het apparaat aan staat Oplossing 2: controleer of het apparaat is aangesloten op de computer Oplossing 1: controleer of het apparaat aan staat Oplossing: Kijk naar de knop Aan op het apparaat. Als deze niet is verlicht, is het apparaat uitgeschakeld. Controleer of het netsnoer goed is aangesloten op het apparaat en op een stopcontact. Druk op de knop Aan om het apparaat aan te zetten.
Hoofdstuk 12 probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost. • • Oplossing 1: controleer of het apparaat aan staat Oplossing 2: controleer of het apparaat is aangesloten op de computer Probleemoplossing Oplossing 1: controleer of het apparaat aan staat Oplossing: Kijk naar de knop Aan op het apparaat. Als deze niet is verlicht, is het apparaat uitgeschakeld. Controleer of het netsnoer goed is aangesloten op het apparaat en op een stopcontact.
De wagen met printcartridges is vastgelopen Uitlijning nodig of uitlijning is mislukt Printcartridge ontbreekt, is verkeerd geplaatst of is niet bedoeld voor dit apparaat Printcartridge verdwenen of niet gedetecteerd De printcartridges zijn niet compatibel Printcartridges in de verkeerde sleuf Probleem met printcartridge Er werden cartridges geïnstalleerd die niet van HP zijn Oplossing: Volg de instructies op het computerscherm om door te gaan of om de aangegeven printcartridges te vervangen door originele
Hoofdstuk 12 om te kunnen plannen. Wanneer u een waarschuwingsbericht voor een laag inktniveau krijgt, overweeg dan om een vervangcartridge klaar te houden om eventuele afdrukvertragingen te vermijden. U hoeft de printcartridges niet te vervangen voor de afdrukkwaliteit onaanvaardbaar wordt. Probleemoplossing Opmerking HP kan de kwaliteit of betrouwbaarheid van materiaal dat niet van HP is, niet garanderen.
Probleemoplossing contacten van een printcartridge worden bedekt door de kunststof tape, kan het apparaat de printcartridge niet detecteren. 1 Koperkleurige contactpunten 2 Beschermende tape met roze lipje (moet worden verwijderd vóór de installatie) 3 Inktsproeiers onder tape Zie Inktback-upmodus gebruiken voor meer informatie. Oorzaak: Wanneer het apparaat detecteerde dat slechts een printcartridge was geïnstalleerd, werd de modus Inktback-up geactiveerd.
Hoofdstuk 12 Oplossing 1: druk een zelftestrapport af Oplossing: Druk een zelftestrapport af om te zien of het apparaat kan afdrukken. Probleemoplossing Een zelftestrapport afdrukken 1. Plaats ongebruikt, gewoon wit papier van Letter- of A4-formaat in de invoerlade. 2. Houd de knop Annuleren ingedrukt en druk op de knop Start kopiëren, Kleur. Het apparaat drukt een zelftestrapport af, waarmee u mogelijk de oorzaak van het afdrukprobleem kunt achterhalen.
Oplossing 2: maak de printcartridgewagen vrij De wagen met printcartridges vrijmaken 1. Controleer of het apparaat is ingeschakeld. 2. Open het vak voor de printcartridge. De printcartridgewagen moet naar de uiterst rechtse zijde van het apparaat bewegen. Als de printcartridgewagen niet naar de rechterzijde beweegt, schakel het apparaat dan uit en vervolgens weer in. 3. Indien de printcartridge zich niet heeft verplaatst, open de toegangsdeur vooraan, en controleer waar de wagen is vastgelopen.
Hoofdstuk 12 d. Schuif de printerwagen helemaal naar rechts. e. Controleer het papierpad tot helemaal links en verwijder elk papierspoor uit het apparaat. 4. Sluit de voorklep. 5. Controleer of er geen papier vastzit in de toegangsklep achteraan. Probleemoplossing Controle of er geen papier vastzit in de toegangsklep achteraan a. Druk het nokje van de achterklep in om de klep te openen. Verwijder de klep door deze weg te trekken van het toestel. b.
Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing: Controleer of het apparaat goed is aangesloten op een geschikte voedingsbron. Controleren of het apparaat goed is aangesloten op een geschikte voedingsbron 1. Controleer of het product beschikt over een netsnoer met twee pinnen en of u het netsnoer gebruikt dat met het apparaat is meegeleverd. 2.
Hoofdstuk 12 Uitlijning nodig of uitlijning is mislukt Probeer het probleem op te lossen met de volgende oplossingen. De oplossingen staan in volgorde, met de meest waarschijnlijke oplossing eerst. Als de eerste oplossing het probleem niet oplost, gaat u verder met de resterende oplossingen tot het probleem is opgelost.
Probleemoplossing van de printcartridges. Raak de inktsproeiers en de koperkleurige contactpunten niet aan. 1 Koperkleurige contactpunten 2 Beschermende tape met roze lipje (moet worden verwijderd vóór de installatie) 3 Inktsproeiers onder tape Verwijder de printcartridges en installeer deze opnieuw. Controleer of de printcartridges goed zijn geplaatst en zijn vastgeklikt. Oorzaak: De beschermende tape zat nog op de printcartridges.
Hoofdstuk 12 en klik vervolgens op Contact opnemen met HP-ondersteuning als u contact wilt opnemen met de technische ondersteuning. Zie voor meer informatie: De printcartridges uitlijnen Probleemoplossing Oorzaak: U hebt nieuwe printcartridges geplaatsts die moeten worden uitgelijnd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Ervoor zorgen dat de printcartridges juist in de printer zijn geplaatst 1. Zorg ervoor dat het apparaat aan staat. 2. Open het vak met de printcartridge. De wagen met printcartridges bevindt zich aan de rechterkant van het apparaat. 3. Controleer of u de juiste printcartridges voor uw product gebruikt. Raadpleeg voor een lijst met nummers van compatibele printcartridges de gedrukte documentatie bij het product. 4. Verwijder de zwarte printcartridge uit de uitsparing rechts.
Hoofdstuk 12 5. Plaats de printcartridge terug door deze naar voren te schuiven in de sleuf aan de rechterkant. Duw de printcartridge naar voren totdat deze vastklikt in de houder. Probleemoplossing 6. Herhaal stap 1 en 2 voor de driekleurencartridge aan de linkerzijde. Oorzaak: De aangegeven printcartridges waren verkeerd geplaatst. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing.
Opmerking Haal beide printcartridges niet tegelijkertijd uit de printer. Verwijder en reinig de printcartridges een voor een. Laat een printcartridge nooit meer dan 30 minuten buiten de HP All-in-One liggen. 4. Controleer de contactpunten van de printcartridge op aangekoekte inkt en vuil. 5. Dompel een schoon schuimrubberen veegstokje of pluisvrij doekje in het gedistilleerde water en knijp het overtollige vocht eruit. 6. Houd de printcartridge vast aan de zijkanten. 7.
Hoofdstuk 12 9. Herhaal indien nodig deze procedure voor de andere printcartridge. 10. Sluit voorzichtig de klep voor de printcartridges en sluit het netsnoer aan op de achterkant van het apparaat. Probleemoplossing Oorzaak: De contactpunten van de printcartridge moesten worden gereinigd. Als het probleem hiermee niet verholpen is, probeert u de volgende oplossing. Oplossing 3: vervang de printcartridges Oplossing: Vervang de aangegeven printcartridge.
Oplossing 1: controleer of u de juiste printcartridges gebruikt. Als u printcartridges gebruikt die niet compatibel zijn met het product, vervangt u de aangegeven printcartridges door compatibele printcartridges. Als u de juiste printcartridges gebruikt, gaat u verder naar de volgende oplossing. Zie voor meer informatie: • • Winkel voor inktbenodigdheden De printcartridges vervangen Oorzaak: De aangegeven printcartridges waren niet compatibel met het product.
Hoofdstuk 12 Ervoor zorgen dat de printcartridges juist in de printer zijn geplaatst 1. Zorg ervoor dat het apparaat aan staat. 2. Open het vak met de printcartridge. De wagen met printcartridges bevindt zich aan de rechterkant van het apparaat. Probleemoplossing 3. Controleer of u de juiste printcartridges voor uw product gebruikt. Raadpleeg voor een lijst met nummers van compatibele printcartridges de gedrukte documentatie bij het product. 4. Verwijder de zwarte printcartridge uit de uitsparing rechts.
Probleemoplossing 5. Plaats de printcartridge terug door deze naar voren te schuiven in de sleuf aan de rechterkant. Duw de printcartridge naar voren totdat deze vastklikt in de houder. 6. Herhaal stap 1 en 2 voor de driekleurencartridge aan de linkerzijde. Opmerking Als de printcartridges in de verkeerde sleuven zijn geplaatst en u kunt ze niet uit het apparaat verwijderen, neemt u contact op met HPondersteuning. Bezoek: www.hp.com/support.
Hoofdstuk 12 Als het bericht niet aangeeft welke printcartridge het probleem veroorzaakt, volgt u deze stappen om te bepalen met welke printcartridge er een probleem is. Als u dat gedaan hebt, gaat u verder met de eerste oplossing. Probleemoplossing Vaststellen welke printcartridge een probleem ondervindt 1. Controleer of het apparaat is ingeschakeld. 2. Open het vak met de printcartridge. De wagen met printcartridges bevindt zich aan de rechterkant van het apparaat. 3.
Probleemoplossing 7. Open de toegangsklep voor de printcartridges en plaats de zwarte printcartridge terug door deze naar voren te schuiven in de sleuf aan de rechterkant. Duw de printcartridge naar voren totdat deze vastklikt in de houder. 8. Verwijder de driekleurenprintcartridge uit de sleuf aan de linkerkant. Druk op de printcartridge om deze te ontgrendelen en trek de cartridge naar u toe uit de houder. 9. Sluit het klep voor de printcartridge. 10. Controleer of de fout is opgelost.
Hoofdstuk 12 Probleemoplossing 3. Controleer of u de juiste printcartridges voor uw product gebruikt. Raadpleeg voor een lijst met nummers van compatibele printcartridges de gedrukte documentatie bij het product. 4. Verwijder de zwarte printcartridge uit de uitsparing rechts. Raak de inktsproeiers en de koperkleurige contactpunten niet aan. Controleer de koperkleurige contactpunten en inktsproeiers op eventuele beschadigingen. Controleer of de doorzichtige plastic tape is verwijderd.
Oplossing 2: reinig de contactpunten van de printcartridge Oplossing: Reinig de contactpunten van de printcartridges die een probleem vertonen. • Schuimrubberen veegstokjes, pluisvrije doek of ander zacht materiaal dat niet loslaat of vezels achterlaat. Tip Koffiefilterzakjes zijn pluisvrij en prima geschikt voor het reinigen van printcartridges. • Gedistilleerd water, gefilterd water of bronwater (water uit de kraan kan deeltjes bevatten waardoor de printcartridges kunnen worden beschadigd).
Hoofdstuk 12 7. Reinig alleen de koperkleurige contactpunten. Laat de printcartridges circa tien minuten drogen. Probleemoplossing 1 Koperkleurige contactpunten 2 Inktsproeiers (niet schoonmaken) 8. Hou de printcartridge vast met het HP-logo naar boven en plaats hem terug in de houder. Duw de cartridge stevig vast totdat deze vastklikt. 9. Herhaal indien nodig deze procedure voor de andere printcartridge. 10.
Oplossing 3: vervang de printcartridges Opmerking In de modus Inktback-up kan het apparaat uisluitend taken vanop de computer afdrukken. U kunt geen afdruktaak starten vanop het bedieningspaneel (zoals het kopiëren of scannen van een origineel). Zie Inktbackupmodus gebruiken voor meer informatie. Oorzaak: Er is een probleem met een van de printcartridges of met beide printcartridges. Fouten 217 Probleemoplossing Oplossing: Vervang de printcartridges die een probleem vertonen.
Hoofdstuk 12 Probleemoplossing 218 Probleemoplossing
13 Garantie en ondersteuning van HP Hewlett-Packard biedt ondersteuning via het Internet en per telefoon voor de HP All-in-One.
Hoofdstuk 13 betrouwbaarste bron van actuele productinformatie en deskundige hulp, en biedt de volgende voordelen: 3. • Snelle toegang tot gekwalificeerde online ondersteuningstechnici • Updates van software en stuurprogramma's voor het apparaat • Handige informatie over producten en het oplossen van veel voorkomende problemen • Proactieve productupdates, ondersteuningswaarschuwingen en HP-nieuwsbrieven die beschikbaar zijn wanneer u het product registreert Bel HP-ondersteuning.
Telefonische ondersteuning van HP Raadpleeg de documentatie bij het apparaat voor een lijst met telefoonnummer voor ondersteuning. Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen: • Periode voor telefonische ondersteuning • Telefonisch contact opnemen • Na de periode van telefonische ondersteuning Periode voor telefonische ondersteuning Telefonisch contact opnemen Bel HP-ondersteuning terwijl u bij de computer en het apparaat zit.
Hoofdstuk 13 HP Quick Exchange Service (Japan) Garantie en ondersteuning van HP Raadpleeg Het apparaat inpakken voor instructies voor het verpakken van uw apparaat voor retournering of vervanging.
Het apparaat gereedmaken voor verzending Zorg dat u de volgende items verwijdert en bewaart voor u het apparaat retourneert, indien u wordt gevraagd het appraat voor onderhoud op te sturen op advies van de klantenondersteuning van HP of de winkel waar u het apparaat hebt gekocht: • De printcartridges • Netsnoer, USB-kabel en eventuele andere kabels die op de HP All-in-One zijn aangesloten • • Eventueel papier in de invoerlade Eventuele originelen in de HP All-in-One. 2.
Hoofdstuk 13 2. Als u het oorspronkelijke verpakkingsmateriaal niet meer hebt, gebruikt u ander geschikt verpakkingsmateriaal. Beschadiging tijdens verzending die ontstaat door onjuiste verpakking of onjuist transport, valt niet onder de garantiebepalingen. Plaats het etiket voor retourverzending op de buitenkant van de doos. 3.
14 Technische informatie Dit hoofdstuk bevat de technische specificaties en internationale overheidsvoorschriften voor de HP All-in-One. Zie voor bijkomende specificaties de gedrukte documentatie bij de HP All-in-One. Dit gedeelte bevat de volgende onderwerpen: • Specificaties • Mededeling aan Windows 2000-gebruikers • Programma voor milieubeheer • Overheidsvoorschriften Specificaties In dit gedeelte worden de technische specificaties voor de HP All-in-One beschreven.
Hoofdstuk 14 Scanspecificaties • Afbeeldingseditor inbegrepen • Geïntegreerde tekstherkenningssoftware converteert gescande tekst automatisch naar bewerkbare tekst (indien geïnstalleerd) • Software TWAIN-interface • Resolutie: tot 1200 x 2400 ppi optisch (afhankelijk van model); 19.200 geoptimaliseerde ppi (software) Voor meer informatie over de ppi-resolutie, zie de scannersoftware.
Papiergebruik Dit product is geschikt voor het gebruik van kringlooppapier dat voldoet aan DIN-norm 19309 en EN 12281:2002. Plastics Onderdelen van kunststof die zwaarder zijn dan 25 gram zijn volgens de internationaal geldende normen gemerkt. Deze onderdelen kunnen hierdoor eenvoudig worden herkend en aan het einde van de levensduur van het product worden gerecycled. Veiligheidsinformatiebladen Material Safety Data Sheets (MSDS, veiligheidsbladen) kunt u verkrijgen via de website van HP: www.hp.
Hoofdstuk 14 English Français Deutsch Italiano Español Česky Dansk Bortskaffelse af affaldsudstyr for brugere i private husholdninger i EU Dette symbol på produktet eller på dets emballage indikerer, at produktet ikke må bortskaffes sammen med andet husholdningsaffald. I stedet er det dit ansvar at bortskaffe affaldsudstyr ved at aflevere det på dertil beregnede indsamlingssteder med henblik på genbrug af elektrisk og elektronisk affaldsudstyr.
Overheidsvoorschriften De HP All-in-One voldoet aan de producteisen van overheidsinstellingen in uw land/regio.
Hoofdstuk 14 VCCI (Class B) compliance statement for users in Japan Notice to users in Japan about the power cord Noise emission statement for Germany Geräuschemission LpA < 70 dB am Arbeitsplatz im Normalbetrieb nach DIN 45635 T.
Technische informatie HP Deskjet F4200 All-in-One series declaration of conformity Overheidsvoorschriften 231
Hoofdstuk 14 Technische informatie 232 Technische informatie
Index 2 pagina's op 1 afdrukken 47 4 pagina's op 1 afdrukken 47 4 x 6 inch (10 x 15 cm) foto's zonder rand afdrukken 39 A A4-papier, laden 25 aan-knop 12 Aansluitproblemen HP All-in-One kan niet worden ingeschakeld 88 aantal exemplaren kopiëren 59 adressen afdrukken 50 afbeeldingen bewerken van gescande 65 scannen 63 afdruk adressen 50 afdrukopties 32, 37 beide zijden van de pagina 43 Enveloppen 50 etiketten 50 Internet-pagina's 51 posters 51 speciale afdruktaken 39 Taak hervatten 53 afdrukinstellingen hel
E H E helderheid, wijzigen in afdruk 36 HP JetDirect 19 HP Solution Center, ontbrekende pictogrammen 94 niet correct 134 een kopie maken 55 enveloppen laden 28 Enveloppen 50 etiketten plaatsen 29 exemplaren zonder rand 59 F faxen papierbreedte onjuist 192 slechte kwaliteit afdrukken 108 faxproblemen slechte afdrukkwaliteit 108 folder afdrukken 44 foto's afdrukken op fotopapier 41 afdrukken zonder randen 39 bewerken van gescande 65 inkt sproeit 132 foto's zonder rand kopie heeft randen 136 fotopapier l
Index P paginavolgorde 47 papier aanbevolen instellingen voor afdrukken 32 aanbevolen kopieersoorten 57 aanbevolen soorten 22, 23 breedte onjuist 192 formaat onjuist 191 incompatibele soorten 24 kiezen 21 laden 24 op 187 soort onjuist 191 storing 146 storingen 97, 98 tips 99 toevoer mislukt 118 vastgelopen 191 verkeerd ingevoerd 191 papier is op 187 papier kiezen 21 papiersoort 33 periode telefonische ondersteuning periode voor ondersteuning 221 plaatsen etiketten 29 indexkaarten 27 opstrijkpatronen 29 tr
slechte afdrukkwaliteit fax 108 snel kopie 58 Snel afdrukopties instellen, tabblad 37 snelheid afdrukken 34 software installeren, problemen oplossen 87 softwaretoepassing, afdrukken vanuit 31 staande oriëntatie 35 standaardprinter, instellen als 32 start kopiëren kleur 11 zwart 11 statuslampjes overzicht 12 stoppen afdruktaak 52 kopiëren 61 scannen 65 systeemvereisten 225 T Index technische gegevens capaciteit van de papierladen 225 kopieerspecificaties 225 technische informatie scanspecificaties 226 sys