HP Client Security Getting Started
Beheerders kunnen de volgende instellingen selecteren:
● Geef de vragen op die elke gebruiker gesteld worden tijdens het instellen van HP SpareKey.
●
Voeg tot drie aangepaste beveiligingsvragen toe aan de lijst die de gebruikers wordt
gepresenteerd.
●
Kies of gebruikers wel of niet hun eigen vragen mogen schrijven.
●
Geef op welke verificatieomgevingen (Windows of Opstartverificatie) het gebruik toestaan van
HP SpareKey voor het terugzetten van het wachtwoord.
Windows-wachtwoord
HP Client Security maakt het veranderen van uw Windows-wachtwoord gemakkelijker en sneller dan
veranderen via het configuratiescherm van Windows.
Zo verandert u het Windows-wachtwoord:
1. Klik of tik op de startpagina van HP Client Security op Windows Password (Windows-
wachtwoord).
2. Typ het huidige wachtwoord in het tekstvak Current Windows password (Huidig Windows-
wachtwoord).
3. Typ een nieuw wachtwoord in het tekstvak New Windows password (Nieuw Windows-
wachtwoord) en typ het nogmaals in het tekstvak Confirm new password (Bevestig nieuw
wachtwoord).
4. Klik of tik op Change (Wijzigen) om het huidige wachtwoord direct te wijzigen naar het nieuwe
dat u hebt ingevoerd.
Bluetooth-apparaten
Als de beheerder Bluetooth als verificatiereferentie heeft ingeschakeld, kunt u een Bluetooth-telefoon
instellen in samenwerking met andere referenties voor extra beveiliging.
OPMERKING: Alleen Bluetooth-telefoons worden ondersteund.
1. Controleer of Bluetooth op de computer is ingeschakeld en dat de Bluetooth-telefoon in de
ontdekkingsstand staat. Om de telefoon te verbinden, moet u mogelijk een automatisch
gegenereerde code op het Bluetooth-apparaat typen. Afhankelijk van de configuratie van het
Bluetooth-apparaat kan een vergelijking mogelijk zijn van koppelcodes tussen de computer en
de telefoon.
2. Om de telefoon te registreren, selecteert u deze en klikt of tikt u op Enroll (Registreren).
Om de
Bluetooth-apparatinstellingen op pagina 16 pagina te openen waar een beheerder
instellingen voor Bluetooth-apparaten kan vastleggen, klikt u op Settings (Instellingen)
(beheerdersbevoegdheden vereist).
Bluetooth-apparatinstellingen
Beheerders kunnen de volgende instellingen opgeven die het gedrag en het gebruik bepalen van
Bluetooth-apparaatreferenties.
Silent Authentication (Stille verificatie)
●
Automatically use your connected enrolled Bluetooth Device during verification of your
identity (Automatisch het verbonden geregistreerde Bluetooth-apparaat gebruiken tijdens
16 Hoofdstuk 4 HP Client Security