Operation Manual
c. Klik in de printersoftware op Afdrukken en scannen en dan op Uw printer onderhouden om de
printerwerkset te openen.
d. Klik op Diagnostische informatie afdrukken in het tabblad Apparaatrapporten om een
diagnosepagina af te drukken.
7. Bekijk de blauwe, magenta, gele en zwarte vakken op de diagnostiekpagina. Indien u strepen in de
gekleurde en zwarte vakjes waarneemt, of gedeeltes zonder inkt, reinig dan de cartridges automatisch.
De cartridges reinigen in de printersoftware
a. Plaats ongebruikt, gewoon wit papier van Letter- of A4-formaat in de invoerlade.
b. Open de HP-printersoftware. Zie Open de HP-printersoftware (Windows) voor meer informatie.
c. Klik in de printersoftware op Afdrukken en scannen en dan op Uw printer onderhouden om
toegang te krijgen tot de Printerwerkset.
d. Klik op Cartridges reinigen op het tabblad Apparaatservices. Volg de instructies op het scherm.
8. Neem contact op met HP-ondersteuning als het probleem niet is opgelost door het reinigen van de
cartridges. Ga naar www.hp.com/support . Deze website biedt informatie en hulpmiddelen waarmee u
veelvoorkomende printerproblemen kunt verhelpen. Selecteer uw land/regio wanneer dit wordt
gevraagd en klik vervolgens op Alle HP-contacten voor informatie over het aanvragen van technische
ondersteuning.
De afdrukkwaliteit verbeteren (OS X en macOS)
1. Controleer of u originele HP-cartridges gebruikt.
2. Controleer het papiertype
Gebruik hoogwaardig HP-papier of papier dat voldoet aan de ColorLokĀ®-norm voor de beste
afdrukkwaliteit. Zie Elementaire informatie over papier voor meer informatie.
Zorg er altijd voor dat het papier waarop u afdrukt plat ligt. Gebruik HP Advanced Fotopapier voor
afdrukken met het beste resultaat.
Bewaar speciale afdrukmaterialen in de oorspronkelijke verpakking of in een hersluitbare plastic zak op
een vlakke ondergrond op een koele, droge plaats. Als u gaat afdrukken, haalt u alleen het papier eruit
dat u onmiddellijk wilt gebruiken. Als u klaar bent met afdrukken, doet u het niet gebruikte fotopapier
terug in de plastic zak. Hierdoor krult het fotopapier niet.
3. Zorg ervoor dat u de juiste papiersoort en afdrukkwaliteit selecteerde in het dialoogvenster Afdrukken.
4. Controleer de geschatte inktniveaus om te bepalen of de inkt van de cartridges bijna op is.
Overweeg op de printcartridges te vervangen als ze bijna leeg zijn.
5. De printkop uitlijnen.
Om de printkop vanuit de software uit te lijnen
a. Plaats gewoon wit papier van A4-formaat in de invoerlade.
b. Open HP -benodigdheden.
OPMERKING: HP Utility bevindt zich in de map HP in de map Toepassingen.
98 Hoofdstuk 9 Een probleem oplossen NLWW